EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document C2006/096/01

Arrest van het Hof (Vijfde kamer) van 2 februari 2006 in zaak C-143/05: Commissie van de Europese Gemeenschappen tegen Koninkrijk België (Niet-nakoming — Richtlijn 2002/84/EG — Niet-uitvoering binnen gestelde termijn)

PB C 96 van 22.4.2006, p. 1–1 (ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, NL, PL, PT, SK, SL, FI, SV)

22.4.2006   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 96/1


ARREST VAN HET HOF

(Vijfde kamer)

van 2 februari 2006

in zaak C-143/05: Commissie van de Europese Gemeenschappen tegen Koninkrijk België (1)

(Niet-nakoming - Richtlijn 2002/84/EG - Niet-uitvoering binnen gestelde termijn)

(2006/C 96/01)

Procestaal: Nederlands

In zaak C-143/05, betreffende een beroep wegens niet-nakoming krachtens artikel 226 EG, ingesteld op 29 maart 2005, Commissie van de Europese Gemeenschappen (gemachtigden: K. Simonsson en W. Wils) tegen Koninkrijk België (gemachtigde: M. Wimmer), heeft het Hof (Vijfde kamer), samengesteld als volgt: J. Makarczyk, kamerpresident, R. Schintgen en J. Klučka (rapporteur), rechters; advocaat-generaal: C. Stix-Hackl; griffier: R. Grass, op 2 februari 2006 een arrest gewezen waarvan het dictum luidt als volgt:

1)

Door niet binnen de gestelde termijn de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen vast te stellen die nodig zijn om te voldoen aan richtlijn 2002/84/EG van het Europees Parlement en de Raad van 5 november 2002 houdende wijziging van de richtlijnen op het gebied van maritieme veiligheid en voorkoming van verontreiniging door schepen, is het Koninkrijk België de krachtens deze richtlijn op hem rustende verplichtingen niet nagekomen.

2)

Het Koninkrijk België wordt verwezen in de kosten.


(1)  PB C 143 van 11.6.2005.


Top