EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52005XC1217(02)

Inleiding van een antidumpingprocedure betreffende de invoer van wolfraamelektrodes uit de Volksrepubliek China

PB C 322 van 17.12.2005, p. 12–15 (ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, NL, PL, PT, SK, SL, FI, SV)

17.12.2005   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 322/12


Inleiding van een antidumpingprocedure betreffende de invoer van wolfraamelektrodes uit de Volksrepubliek China

(2005/C 322/07)

De Commissie heeft een klacht ontvangen op grond van artikel 5 van Verordening (EG) nr. 384/96 van de Raad betreffende beschermende maatregelen tegen de invoer met dumping uit landen die geen lid zijn van de Europese Gemeenschap („de basisverordening”) (1), volgens welke producenten in de EU aanmerkelijke schade lijden door de invoer met dumping van wolfraamelektrodes uit de Volksrepubliek China.

1.   Klacht

De klacht werd op 4 november 2005 ingediend door Eurométaux namens producenten die goed zijn voor een groot deel, namelijk meer dan 25 %, van de productie van bedoelde wolfraamelektrodes in de EU.

2.   Product

De klacht heeft betrekking op wolfraamelektrodes (wolfraamstaven daaronder begrepen), andere dan enkel door sinteren verkregen, al dan niet op lengte gesneden, die doorgaans worden aangegeven onder de GN-codes ex 8101 95 00 en ex 8515 90 90 („het betrokken product”), uit de Volksrepubliek China. De GN-codes worden slechts ter informatie vermeld.

3.   Dumping

Gelet op artikel 2, lid 7, van de basisverordening heeft de indiener van de klacht de normale waarde voor de Volksrepubliek China vastgesteld aan de hand van de normale waarde in het in punt 5.1 d) genoemde derde land met een markteconomie. De bewering dat het betrokken product uit de Volksrepubliek China met dumping wordt ingevoerd is gebaseerd op de vergelijking van de aldus vastgestelde normale waarde met de prijzen bij uitvoer naar de EU.

De aldus vastgestelde dumpingmarge is aanzienlijk.

4.   Schade

De indiener van de klacht heeft bewijsmateriaal voorgelegd waaruit blijkt dat de invoer van het betrokken product uit de Volksrepubliek China aanzienlijk is gestegen, zowel absoluut als in termen van marktaandeel.

De hoeveelheden waarin en de prijzen waartegen het betrokken product uit de Volksrepubliek China wordt ingevoerd zouden, onder meer, een ongunstige invloed hebben gehad op de prijzen van het betrokken product in de EU en het marktaandeel en het verkoopvolume van de producenten in de EU, waardoor de bedrijfsresultaten en de financiële situatie van deze producenten aanzienlijk zijn verslechterd.

5.   Procedure

Na overleg in het Raadgevend Comité is de Commissie tot de conclusie gekomen dat de klacht door of namens de EU-producenten is ingediend en dat er voldoende bewijsmateriaal is om een procedure in te leiden. De Commissie opent derhalve een onderzoek overeenkomstig artikel 5 van de basisverordening.

5.1.   Procedure voor de vaststelling van dumping en schade

Bij het onderzoek zal worden vastgesteld of het betrokken product uit de Volksrepubliek China met dumping wordt ingevoerd en of hierdoor schade is ontstaan.

a)   Steekproeven

Daar kennelijk een groot aantal bedrijven bij deze procedure is betrokken, kan de Commissie, overeenkomstig artikel 17 van de basisverordening, van steekproeven gebruik maken.

i)   Steekproef van producenten/exporteurs uit de Volksrepubliek China

Om te kunnen beoordelen of het noodzakelijk is van een steekproef gebruik te maken en, indien dit het geval is, deze te kunnen samenstellen, verzoekt de Commissie alle Chinese producenten/exporteurs, of hun vertegenwoordigers, binnen de onder punt 6 b) i) vermelde termijn en op de onder punt 7 beschreven wijze contact met haar op te nemen en haar de volgende gegevens over hun bedrijf of bedrijven te verstrekken:

naam, adres, e-mailadres, telefoon- en faxnummer en naam van een contactpersoon,

de hoeveelheid (in ton) van het betrokken product die in de periode van 1 oktober 2004 tot en met 30 september 2005 naar de EU werd uitgevoerd en de waarde van deze export in plaatselijke valuta;

de hoeveelheid (in ton) van het betrokken product die in de periode van 1 oktober 2004 tot en met 30 september 2005 op de binnenlandse markt is verkocht en de waarde van die verkoop in plaatselijke valuta,

of om de vaststelling van een individuele dumpingmarge zal worden verzocht (2) (alleen producenten kunnen hierom verzoeken);

een nauwkeurige omschrijving van de activiteiten van het bedrijf in verband met de productie van het betrokken product,

de namen en een nauwkeurige omschrijving van de activiteiten van alle verbonden bedrijven (3) die betrokken zijn bij de productie en/of verkoop (in binnen- en buitenland) van het betrokken product;

alle andere inlichtingen die de Commissie bij het samenstellen van de steekproef van nut kunnen zijn;

door het verstrekken van de hierboven gevraagde informatie, geeft het bedrijf te kennen bereid te zijn in de steekproef te worden opgenomen. Indien het bedrijf voor de steekproef wordt geselecteerd, betekent dit dat het een vragenlijst moet beantwoorden en dat de antwoorden ter plaatse zullen worden gecontroleerd. Indien een bedrijf laat weten dat het niet in de steekproef wenst te worden opgenomen, wordt het geacht geen medewerking te verlenen aan het onderzoek. Zie punt 8 voor de gevolgen van het niet verlenen van medewerking.

Om de informatie te verkrijgen die zij voor het samenstellen van de steekproef van producenten/exporteurs nodig heeft, zal de Commissie bovendien contact opnemen met de Chinese autoriteiten en met de haar bekende organisaties van producenten/exporteurs in de Volksrepubliek China.

ii)   Definitieve samenstelling van de steekproef

Op- of aanmerkingen over het samenstellen van de steekproeven moeten binnen de onder punt 6 b) ii) vermelde termijn worden toegezonden.

Alvorens de steekproef definitief samen te stellen zal de Commissie de bedrijven raadplegen die zich bereid hebben verklaard daarin te worden opgenomen.

De in de steekproef opgenomen bedrijven moeten binnen de onder punt 6 b) iii) vermelde termijn een vragenlijst beantwoorden en medewerking verlenen bij het onderzoek.

Indien geen voldoende medewerking wordt verleend, zal de Commissie haar bevindingen, overeenkomstig artikel 17, lid 4, en artikel 18 van de basisverordening, op de beschikbare gegevens baseren. Op de beschikbare gegevens gebaseerde bevindingen kunnen voor de betrokkene minder gunstig zijn (zie ook punt 8).

b)   Vragenlijsten

Om de informatie te verkrijgen die zij voor haar onderzoek nodig heeft, zal de Commissie een vragenlijst toezenden aan de EU-producenten, aan organisaties van EU-producenten, aan de in de steekproef opgenomen producenten/exporteurs in de Volksrepubliek China, aan organisaties van producenten/exporteurs in de Volksrepubliek China, aan importeurs en organisaties van importeurs die in de klacht zijn genoemd en aan de autoriteiten van de Volksrepubliek China.

Producenten/exporteurs in de Volksrepubliek China die, met het oog op de toepassing van artikel 17, lid 3, en artikel 9, lid 6, van de basisverordening, wensen dat voor hen een individuele dumpingmarge wordt vastgesteld, moeten binnen de onder punt 6 a) ii) vermelde termijn een volledig ingevulde vragenlijst inzenden. Deze vragenlijst moet binnen de onder punt 6 a) i) vermelde termijn worden aangevraagd. Indien de Commissie van een steekproef van producenten/exporteurs gebruik maakt, kan zij evenwel besluiten geen individuele dumpingmarges te berekenen omdat individuele onderzoeken bij een groot aantal producenten/exporteurs een zo grote werklast kunnen vormen dat zij een tijdige voltooiing van het onderzoek in de weg staan.

c)   Het schriftelijk en mondeling verstrekken van inlichtingen

Belanghebbenden wordt verzocht hun standpunt schriftelijk uiteen te zetten, andere informatie dan de antwoorden op de vragenlijst en bewijsmateriaal toe te zenden. Deze informatie en het bewijsmateriaal moeten binnen de onder punt 6 a) ii) vermelde termijn door de Commissie zijn ontvangen.

Voorts zal de Commissie de partijen horen die dit aanvragen en die kunnen aantonen dat er bijzondere redenen zijn om hen te horen. Deze aanvraag moet binnen de onder punt 6 a) iii) vermelde termijn worden ingediend.

d)   Selectie van een derde land met markteconomie

Overwogen wordt de Verenigde Staten van Amerika te kiezen als vergelijkbaar derde land met markteconomie voor het vaststellen van de normale waarde voor de Volksrepubliek China overeenkomstig artikel 2, lid 7, onder a) van de basisverordening. Eventuele op- of aanmerkingen over de keuze van dit land dienen binnen de onder punt 6 c) vermelde termijn te worden toegezonden.

e)   Status van marktgericht bedrijf

Voor producenten/exporteurs in de Volksrepubliek China die kunnen aantonen dat zij op marktvoorwaarden werken, dat wil zeggen dat zij aan de criteria van artikel 2, lid 7, onder c) van de basisverordening voldoen, zal de normale waarde, op hun verzoek, overeenkomstig artikel 2, lid 7, onder b) van de basisverordening worden vastgesteld. Dergelijke aanvragen, van bewijsmateriaal vergezeld, moeten binnen de onder 6 d) vermelde termijn worden ingediend. De Commissie zal aanvraagformulieren toezenden aan de in de klacht genoemde producenten/exporteurs van het betrokken product in de Volksrepubliek China en organisaties van producenten/exporteurs van het betrokken product in de Volksrepubliek China en aan de Chinese autoriteiten.

5.2.   Procedure voor het beoordelen van het belang van de EU

Overeenkomstig artikel 21 van de basisverordening zal worden onderzocht of het niet tegen het algemene belang van de EU is antidumpingmaatregelen te nemen indien dumping en schade worden aangetoond. EU-producenten, importeurs en organisaties van producenten, importeurs, verwerkende bedrijven en de consument die aantonen dat er een objectieve band is tussen hun activiteiten en het betrokken product, kunnen binnen de onder punt 6 a) ii) genoemde algemene termijn, contact met de Commissie opnemen en inlichtingen verstrekken. Deze partijen kunnen binnen de onder punt 6 a) iii) vermelde termijn ook een mondeling onderhoud aanvragen onder opgave van de bijzondere redenen waarom zij gehoord willen worden. Met informatie die op grond van artikel 21 wordt verstrekt, wordt slechts rekening gehouden indien daarbij, op het moment dat deze wordt verstrekt, het nodige bewijsmateriaal is gevoegd.

6.   Termijnen

a)   Algemene termijn

i)   Om een vragenlijst en andere formulieren aan te vragen

Vragenlijsten of andere formulieren dienen zo spoedig mogelijk, doch in ieder geval binnen 10 dagen na de bekendmaking van dit bericht in het Publicatieblad van de Europese Unie, te worden aangevraagd.

ii)   Om zich aan te melden en antwoorden op de vragenlijst en andere gegevens toe te zenden

Belanghebbenden die wensen dat bij het onderzoek met hun opmerkingen rekening wordt gehouden, dienen binnen 40 dagen na de bekendmaking van dit bericht in het Publicatieblad van de Europese Unie, tenzij anders vermeld, contact met de Commissie op te nemen, hun standpunt uiteen te zetten en het antwoord op de vragenlijst en eventuele andere gegevens te doen toekomen. Er wordt op gewezen dat de meeste in de basisverordening vermelde procedurerechten slechts kunnen worden uitgeoefend indien de betrokkene zich binnen de genoemde termijn bij de Commissie aanmeldt.

De in de steekproef opgenomen bedrijven moeten de antwoorden op de vragenlijst doen toekomen binnen de onder punt 6 b) iii) vermelde termijn.

iii)   Om een mondeling onderhoud aan te vragen

Binnen dezelfde termijn van 40 dagen kunnen belanghebbenden ook vragen door de Commissie te worden gehoord.

b)   Bijzondere termijn voor het samenstellen van de steekproef

i)

De in punt 5.1 a) i) bedoelde gegevens dienen door de Commissie te zijn ontvangen uiterlijk 15 dagen na publicatie van dit bericht in het Publicatieblad van de Europese Unie, daar de Commissie voornemens is de bedrijven die zich bereid hebben verklaard in de steekproef te worden opgenomen binnen 21 dagen na publicatie van dit bericht in het Publicatieblad van de Europese Unie te raadplegen over de definitieve samenstelling van de steekproef.

ii)

Alle andere gegevens die voor het samenstellen van de steekproef van nut kunnen zijn, moeten de Commissie bereiken binnen 21 dagen na de publicatie van dit bericht in het Publicatieblad van de Europese Unie.

iii)

De antwoorden op de vragenlijst van de in de steekproef opgenomen bedrijven moeten binnen 37 dagen nadat deze bedrijven is medegedeeld dat zij in de steekproef zijn opgenomen, door de Commissie zijn ontvangen.

c)   Bijzondere termijn voor de keuze van het derde land met markteconomie

Opmerkingen over het voornemen van de Commissie, als in punt 5 1 d) genoemd, de Verenigde Staten van Amerika te kiezen als vergelijkbaar derde land met markteconomie voor het vaststellen van de normale waarde voor de Volksrepubliek China, moeten binnen 10 dagen na publicatie van dit bericht in het Publicatieblad van de Europese Unie door de Commissie zijn ontvangen.

d)   Bijzondere termijn voor het indienen van aanvragen om als marktgericht bedrijf te worden behandeld/een individuele behandeling te verkrijgen

De in punt 5.1 e) bedoelde aanvragen om als marktgericht bedrijf te worden behandeld en/of aanvragen voor een individuele behandeling, moeten, met voldoende bewijsmateriaal, binnen 15 dagen na de samenstelling van de steekproef datum door de Commissie zijn ontvangen.

7.   Schriftelijke opmerkingen, antwoorden op de vragenlijst en andere correspondentie

Alle opmerkingen en verzoeken moeten schriftelijk worden ingediend (niet elektronisch, tenzij anders vermeld) onder opgave van naam, adres, e-mailadres, telefoon- en faxnummer van de betrokkene. Alle schriftelijke opmerkingen, met inbegrip van de in dit bericht gevraagde informatie, antwoorden op de vragenlijst en correspondentie die op vertrouwelijke basis worden verstrekt, moeten van het opschrift „Limited” (4) zijn voorzien en moeten, overeenkomstig artikel 19, lid 2, van de basisverordening, vergezeld gaan van een niet-vertrouwelijke versie waarop is vermeld „For inspection by interested parties”.

Correspondentieadres van de Commissie

Europese Commissie

Directoraat-generaal Handel

Directoraat B

Kamer: J-79 5/16

B-1049 Brussel

Fax (32 2) 295 65 05

8.   Medewerking

Indien belanghebbenden de nodige gegevens niet binnen de gestelde termijnen verstrekken, geen toegang daartoe geven of het onderzoek ernstig belemmeren, kunnen, overeenkomstig artikel 18 van de basisverordening, op grond van de beschikbare gegevens conclusies worden getrokken, zowel in positieve als in negatieve zin.

De Commissie kan de verstrekte informatie, indien deze onjuist of misleidend blijkt, buiten beschouwing laten en van beschikbare gegevens gebruik maken. Indien een belanghebbende geen of slechts gedeeltelijk medewerking verleent, en de bevindingen daarom op de beschikbare gegevens worden gebaseerd overeenkomstig artikel 18 van de basisverordening, kan het resultaat voor hem ongunstiger zijn dan wanneer hij wel medewerking had verleend.

9.   Tijdschema

Het onderzoek zal overeenkomstig artikel 6, lid 9, van de basisverordening binnen 15 maanden na de publicatie van dit bericht in het Publicatieblad van de Europese Unie worden afgesloten. Overeenkomstig artikel 7, lid 1, van de basisverordening kunnen uiterlijk negen maanden na de publicatie van dit bericht in het Publicatieblad van de Europese Unie voorlopige maatregelen worden genomen.


(1)  PB L 56 van 6.3.1996, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 461/2004 van de Raad (PB L 77 van 13.3.2004, blz. 12).

(2)  Om de vaststelling van een individuele dumpingmarge kan worden verzocht door niet in de steekproef opgenomen ondernemingen op grond van artikel 17, lid 3, van de basisverordening; door ondernemingen in een land zonder markteconomie/in een overgangseconomie op grond van artikel 9, lid 5, van de basisverordening en door ondernemingen die om een behandeling als marktgericht bedrijf hebben verzocht op grond van artikel 2, lid 7, onder b), van de basisverordening. Verzoeken om een individuele behandeling moeten op artikel 9, lid 5, van de basisverordening worden gebaseerd en verzoeken om een behandeling als marktgericht bedrijf op artikel 2, lid 7, onder b), van de basisverordening.

(3)  Voor de betekenis van het begrip „verbonden bedrijf” zie artikel 143 van Verordening (EEG) nr. 2454/93 van de Commissie houdende bepalingen ter uitvoering van Verordening (EEG) nr. 2913/92 tot vaststelling van het communautair douanewetboek (PB L 253 van 11.10.1993, blz. 1).

(4)  Dit betekent dat de documenten slechts voor intern gebruik zijn bestemd en beschermd zijn in de zin van artikel 4 van Verordening (EG) nr. 1049/2001 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 145 van 31.5.2001, blz. 43). Deze documenten zijn vertrouwelijk op grond van artikel 19 van Verordening (EG) nr. 384/96 van de Raad (PB L 56 van 6.3.1996, blz. 1) en artikel 6 van de WTO-overeenkomst inzake de tenuitvoerlegging van artikel VI van de GATT 1994 (Antidumpingovereenkomst), artikel 29 van Verordening (EG) nr. 2026/97 van de Raad (PB L 288 van 21.10.1997, blz. 1) en artikel 12 van de WTO-Overeenkomst inzake subsidies en compenserende maatregelen.


Top