EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document C2005/093/18

Zaak C-45/05: Verzoek van het College van Beroep voor het bedrijfsleven, van 2 februari 2005, om een prejudiciële beslissing in het geding tussen Maatschap Schonewille-Prins en de Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Voedselkwaliteit

PB C 93 van 16.4.2005, p. 10–10 (ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, NL, PL, PT, SK, SL, FI, SV)

16.4.2005   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 93/10


Verzoek van het College van Beroep voor het bedrijfsleven, van 2 februari 2005, om een prejudiciële beslissing in het geding tussen Maatschap Schonewille-Prins en de Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Voedselkwaliteit

(Zaak C-45/05)

(2005/C 93/18)

Procestaal: Nederlands

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven heeft, bij arrest van 2 februari 2005, ingekomen ter griffie van het Hof van Justitie op 4 februari 2005, in het geding tussen Maatschap Schonewille-Prins en de Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Voedselkwaliteit, het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen verzocht om een prejudiciële beslissing over de navolgende vragen:

1.

Dient artikel 21 van Verordening (EG) nr. 1254/1999 (1) aldus te worden uitgelegd, dat iedere onregelmatigheid bij de naleving van Verordening (EG) nr. 1760/2000 ten aanzien van een dier leidt tot een volledige uitsluiting van slachtpremie voor dat dier?

2.

Indien vraag 1 bevestigend wordt beantwoord, is artikel 21 van Verordening (EG) nr. 1254/1999 dan verbindend, in het bijzonder in verband met de daaruit voortvloeiende consequenties?

3.

Zijn de artikelen 44 en 45 van Verordening (EG) nr. 2419/2001 (2) van toepassing op onregelmatigheden bij de naleving van Verordening (EG) nr. 1760/2000 (3)?

4.

Indien vraag 3 bevestigend wordt beantwoord, brengt dan een juiste toepassing van artikel 45 van Verordening (EG) nr. 2419/2001 in verbinding met artikel 44 mee dat een uitsluiting van premie voor de slacht niet van toepassing is bij een nalatigheid in verband met de melding van gegevens aan de houder van het gecomputeriseerde gegevensbestand, indien de doorgegeven gegevens, zoals in dit geval de aanvoerdata, feitelijk geheel correct zijn (en ook van meet af aan juist zijn geweest en derhalve nooit behoefden te worden gecorrigeerd)? Als dit niet voor iedere nalatigheid geldt, geldt het dan wel in de situatie als in dit geding aan de orde, waarin de nalatigheid heeft bestaan uit het (enkele dagen of weken) te laat doorgeven van gegevens, terwijl de slacht geruime tijd later plaats vindt?

5.

Dienen artikel 11 van Verordening (EEG) nr. 3887/92 (4) en/of artikel 22 van Verordening (EG) nr. 1760/2000 en/of artikel 47, tweede lid, van Verordening (EG) nr. 2419/2001 aldus te worden uitgelegd dat een lidstaat bevoegd is om bij wege van nationale sanctie op de naleving van die verordening het communautaire recht op slachtpremie uit te sluiten of daarop kortingen aan te brengen?

6.

Indien vraag 5 geheel of gedeeltelijk bevestigend wordt beantwoord, zijn dan de communautair voorziene uitzonderingen op communautaire kortingen en uitsluitingen, in het bijzonder de artikelen 44 en 45 van Verordening (EG) nr. 2419/2001, van overeenkomstige toepassing op nationale kortingen en uitsluitingen?

7.

Indien vraag 6 bevestigend wordt beantwoord, brengt dan een juiste overeenkomstige toepassing van artikel 45 van Verordening (EG) nr. 2419/2001 in verbinding met artikel 44 mee dat nalatigheden in verband met de melding van gegevens aan het gecomputeriseerde gegevensbestand, en met name het te laat doorgeven van gegevens, niet kunnen leiden tot een uitsluiting van premie voor de slacht, indien de in het register opgenomen gegevens, zoals in dit geval de aanvoerdatum, feitelijk geheel correct zijn?


(1)  Verordening (EG) nr. 1254/1999 van de Raad van 17 mei 1999, houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector rundvlees (PB L 160, blz. 21).

(2)  Verordening (EG) nr. 2419/2001 van de Commissie van 11 december 2001, houdende uitvoeringsbepalingen inzake het bij Verordening (EEG) nr. 3508/92 van de Raad ingestelde geïntegreerde beheers- en controlesysteem voor bepaalde communautaire steunregelingen (PB L 327, blz. 11).

(3)  Verordening (EG) nr. 1760/2000 van het Europees Parlement en de Raad, van 17 juli 2000 tot vaststelling van een identificatie- en registratieregeling voor runderen en inzake de etikettering van rundvlees en rundvleesproducten en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 820/97 van de Raad (PB L 204, blz. 1).

(4)  Verordening (EEG) nr. 3887/92 van de Commissie van 23 december 1992, houdende uitvoeringsbepalingen inzake het geïntegreerde beheers- en controlesysteem voor bepaalde communautaire steunregelingen (PB L 391, blz. 36).


Top