EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document C2005/082/39

Zaak C-59/05: Verzoek van het Bundesgerichtshof van 2 december 2004 om een prejudiciële beslissing in het geding tussen Siemens AG en Gesellschaft für Visualisierung und Prozeßautomatisierung mbH (VIPA)

PB C 82 van 2.4.2005, p. 19–19 (ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, NL, PL, PT, SK, SL, FI, SV)

2.4.2005   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 82/19


Verzoek van het Bundesgerichtshof van 2 december 2004 om een prejudiciële beslissing in het geding tussen Siemens AG en Gesellschaft für Visualisierung und Prozeßautomatisierung mbH (VIPA)

(Zaak C-59/05)

(2005/C 82/39)

Procestaal: Duits

Het Bundesgerichtshof heeft bij beschikking van 2 december 2004, ingekomen ter griffie van het Hof van Justitie op 10 februari 2005, in het geding tussen Siemens AG en Gesellschaft für Visualisierung und Prozeßautomatisierung mbH (VIPA), het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen verzocht om een prejudiciële beslissing over de navolgende vragen:

1.

Wordt uit de bekendheid van een „ander onderscheidend kenmerk” in de zin van artikel 3 bis, lid 1, sub g, van richtlijn 84/450/EEG oneerlijk voordeel gehaald wanneer de adverteerder het in vakkringen bekende onderscheidende kenmerk [in casu „Bestellnummernsystem” (bestelnummersysteem)] van de concurrent in wezen identiek overneemt en in de reclame naar deze identieke overname verwijst?

2.

Is het voordeel van de identieke overname voor de adverteerder en de consument van doorslaggevende betekenis bij de beoordeling of oneerlijk voordeel wordt gehaald uit de bekendheid in de zin van artikel 3 bis, lid 1, sub g, van richtlijn 84/450/EEG?


Top