EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document C2004/314/17

Zaak C-461/04: Beroep, op 22 oktober 2004 ingesteld door de Commissie van de Europese Gemeenschappen tegen het Koninkrijk der Nederlanden

PB C 314 van 18.12.2004, p. 8–9 (ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, NL, PL, PT, SK, SL, FI, SV)

18.12.2004   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 314/8


Beroep, op 22 oktober 2004 ingesteld door de Commissie van de Europese Gemeenschappen tegen het Koninkrijk der Nederlanden

(Zaak C-461/04)

(proceduretaal: Nederlands)

(2004/C 314/17)

Bij het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen is op 22 oktober 2004 beroep ingesteld tegen het Koninkrijk der Nederlanden door de Commissie van de Europese Gemeenschappen, vertegenwoordigd door Carmel O'Reilly en Rudi Troosters, als gemachtigden.

Verzoekster concludeert dat het den Hove behage:

1.

vast te stellen dat het Koninkrijk der Nederlanden, door niet de nodige wettelijke en bestuursrechtelijke maatregelen te treffen om te voldoen aan Richtlijn 2001/55/EG (1) van de Raad van 20 juli 2001 betreffende minimumnormen voor het verlenen van tijdelijke bescherming in geval van massale toestroom van ontheemden en maatregelen ter bevordering van een evenwicht tussen de inspanning van de lidstaten voor de opvang en het dragen van consequenties van de opvang van deze personen, of althans deze de Commissie niet mede te delen, de krachtens deze richtlijn op hem rustende verplichtingen niet is nagekomen;

2.

het Koninkrijk der Nederlanden in de kosten te verwijzen.

Middelen en voornaamste argumenten:

De termijn voor de omzetting van de richtlijn 2001/55/EG is op 31 december 2002 verstreken.


(1)   PB L 212, van 7 augustus 2001, blz. 12 – 23.


Top