EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document C2004/251/32

Beschikking van de President van het Gerecht van Eerste Aanleg van 2 juli 2004 in zaak T-76/04 R, Bactria Industriehygiene-Service Verwaltungs GmbH & Co. KG tegen Commissie van de Europese Gemeenschappen (Kort geding — Verordening (EG) nr. 2032/2003 — Biociden — Ontvankelijkheid van verzoek)

PB C 251 van 9.10.2004, p. 17–17 (ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, NL, PL, PT, SK, SL, FI, SV)

9.10.2004   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 251/17


BESCHIKKING VAN DE PRESIDENT VAN HET GERECHT VAN EERSTE AANLEG

van 2 juli 2004

in zaak T-76/04 R, Bactria Industriehygiene-Service Verwaltungs GmbH & Co. KG tegen Commissie van de Europese Gemeenschappen

(Kort geding - Verordening (EG) nr. 2032/2003 - Biociden - Ontvankelijkheid van verzoek)

(2004/C 251/32)

Procestaal: Engels

In zaak T-76/04 R, Bactria Industriehygiene-Service Verwaltungs GmbH & Co. KG, gevestigd te Kirchheimboladen (Duitsland), vertegenwoordigd door C. Mereu en K. Van Maldegem, advocaten, tegen Commissie van de Europese Gemeenschappen (gemachtigden: X. Lewis en F. Simonetti, domicilie gekozen hebbende te Luxemburg), betreffende een verzoek tot opschorting van de uitvoering van artikel 5, leden 1 en 2, van en van bijlagen II en V bij verordening (EG) nr. 2032/2003 van de Commissie van 4 november 2003 inzake de tweede fase van het in artikel 16, lid 2, van richtlijn 98/8/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van biociden bedoelde tienjarige werkprogramma en houdende wijziging van verordening (EG) nr. 1896/2000 (PB l 307, blz. 1), heeft de president van het Gerecht van eerste aanleg op 2 juli 2004 een beschikking gegeven waarvan het dictum luidt als volgt:

1)

Het verzoek in kort geding wordt afgewezen.

2)

De beslissing omtrent de kosten wordt aangehouden.


Top