EUR-Lex Access to European Union law
This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document C2004/251/29
Order of the Court of First Instance of 5 July 2004 in Case T-39/03 DaimlerChrysler AG v Office for Harmonisation in the Internal Market (Trade Marks and Designs) (OHIM) (Community trade mark — Opposition — Withdrawal of opposition — No need to adjudicate)
Beschikking van het Gerecht van Eerste Aanleg van 5 juli 2004 in zaak T-39/03, DaimlerChrysler AG tegen Bureau voor harmonisatie binnen de interne markt (merken, tekeningen en modellen) (BHIM) (Gemeenschapsmerk — Oppositie — Intrekking van oppositie — Afdoening zonder beslissing)
Beschikking van het Gerecht van Eerste Aanleg van 5 juli 2004 in zaak T-39/03, DaimlerChrysler AG tegen Bureau voor harmonisatie binnen de interne markt (merken, tekeningen en modellen) (BHIM) (Gemeenschapsmerk — Oppositie — Intrekking van oppositie — Afdoening zonder beslissing)
PB C 251 van 9.10.2004, p. 16–16
(ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, NL, PL, PT, SK, SL, FI, SV)
9.10.2004 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 251/16 |
BESCHIKKING VAN HET GERECHT VAN EERSTE AANLEG
van 5 juli 2004
in zaak T-39/03, DaimlerChrysler AG tegen Bureau voor harmonisatie binnen de interne markt (merken, tekeningen en modellen) (BHIM) (1)
(Gemeenschapsmerk - Oppositie - Intrekking van oppositie - Afdoening zonder beslissing)
(2004/C 251/29)
Procestaal: Duits
In zaak T-39/03, DaimlerChrysler AG, gevestigd te Stuttgart (Duitsland), vertegenwoordigd door N. Siebertz, advocaat, tegen Bureau voor harmonisatie binnen de interne markt (merken, tekeningen en modellen) (BHIM) (gemachtigde: G. Schneider); interveniënte voor het Gerecht: Axon Leasing GmbH, gevestigd te München (Duitsland), vertegenwoordigd door S. Lüft, advocaat, betreffende een beroep tot vernietiging van de beslissing van de vierde kamer van beroep van het BHIM van 4 november 2002 (zaak R 329/2001-4), heeft het Gerecht (Tweede kamer), samengesteld als volgt: J. Pirrung, kamerpresident, N. J. Forwood en I. Pelikánová, rechters; griffier: H. Jung, op 5 juli 2004 een beschikking gegeven waarvan het dictum luidt als volgt:
1) |
Op het beroep behoeft niet te worden beslist. |
2) |
Verzoekster zal de kosten dragen. |