EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document C2004/187/05

Kennisgeving aan gebruikers in de Europese Gemeenschap van gereguleerde stoffen die krachtens Verordening (EG) nr. 2037/2000 van het Europees Parlement en de Raad betreffende de ozonlaag afbrekende stoffen in 2005 voor essentiële toepassingen in de Gemeenschap mogen worden gebruikt

PB C 187 van 22.7.2004, p. 24–27 (ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, NL, PL, PT, SK, SL, FI, SV)

22.7.2004   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 187/24


Kennisgeving aan gebruikers in de Europese Gemeenschap van gereguleerde stoffen die krachtens Verordening (EG) nr. 2037/2000 van het Europees Parlement en de Raad betreffende de ozonlaag afbrekende stoffen in 2005 voor essentiële toepassingen in de Gemeenschap mogen worden gebruikt (1)

(2004/C 187/05)

Deze kennisgeving heeft betrekking op de volgende stoffen:

chloorfluorkoolstofverbindingen (CFK's) 11, 12, 113, 114 en 115,

andere volledig gehalogeneerde chloorfluorkoolwaterstoffen,

tetrachloorkoolstof,

halonen,

1,1,1-trichloorethaan,

broomfluorkoolwaterstoffen (HBFK's),

broomchloormethaan.

Deze kennisgeving is bestemd voor gebruikers die voornemens zijn bovengenoemde stoffen:

1.

binnen de Gemeenschap te gebruiken voor de vervaardiging van dosis-inhalatoren;

2.

direct van de producent of via invoer in de Gemeenschap en niet via een distributeur van de stoffen te betrekken met het oog op laboratoriumtoepassingen en analyses.

Gereguleerde stoffen voor essentiële toepassingen kunnen worden verkregen door productie binnen de Gemeenschap of indien nodig van buiten de Gemeenschap worden ingevoerd.

In Besluit IV/25 van de partijen bij het Protocol van Montreal betreffende stoffen die de ozonlaag afbreken, zijn criteria en een procedure vastgelegd om te bepalen voor welke „essentiële toepassingen” de productie en het verbruik ook na de geleidelijke eliminatie toegestaan blijven.

Krachtens artikel 3, lid 1, van Verordening (EG) nr. 2037/2000, gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2038/2000, moet worden vastgesteld welke hoeveelheden van bovengenoemde gereguleerde stoffen overeenkomstig Besluit IV/25 van de partijen bij het Protocol van Montreal in 2004 in de Gemeenschap voor essentiële toepassingen kunnen worden toegelaten.

Bij Besluit XV/4 van de partijen bij het Protocol van Montreal wordt toestemming verleend voor de productie- en verbruiksniveaus die nodig zijn met het oog op essentiële toepassingen van CFK's voor dosis-inhalatoren voor de behandeling van astma- en andere carapatiënten, als gespecificeerd in bijlage I, onder de voorwaarden die door de vergadering der partijen zijn vastgelegd in punt 2 van Besluit VII/28. Voor de productie van dosis-inhalatoren in de Europese Unie in 2005, bedraagt de hoeveelheid CFK's 11, 12, 113 en 114 die door de partijen overeenkomstig Besluit XV/4 wordt toegestaan, 1 030 000,00 kg (één miljoen dertigduizend kilogram ODP).

Overeenkomstig Besluit X/19 van de partijen bij het Protocol van Montreal moet de zuiverheid van gereguleerde stoffen voor laboratoriumtoepassingen ten minste 99,0 % bedragen voor 1,1,1-trichloorethaan en ten minste 99,5 % voor CFK's en tetrachloorkoolstof. Deze zeer zuivere stoffen en mengsels die gereguleerde stoffen bevatten, moeten worden geleverd in hersluitbare containers of hogedrukcilinders met een inhoud van minder dan drie liter of in glazen ampullen met een inhoud van ten hoogste 10 ml, waarop duidelijk moet zijn aangegeven dat het uitsluitend voor laboratoriumtoepassingen en analyses bestemde, ozonlaag afbrekende stoffen zijn, en dat gebruikte of overtollige stoffen moeten worden ingezameld en gerecycleerd indien dat uitvoerbaar is. Indien het materiaal niet kan worden gerecycleerd, dient het te worden vernietigd.

Bij Besluit XV/8 van de partijen bij het Protocol van Montreal wordt toestemming verleend voor de productie en het verbruik die nodig zijn met het oog op essentiële toepassingen, van de stoffen die staan vermeld in de bijlagen A, B en C (stoffen van de groepen II en III) bij het Protocol van Montreal, voor de laboratoriumtoepassingen en analyses als vermeld in bijlage IV bij het verslag van de zevende conferentie van de partijen, onder de voorwaarden van bijlage II bij het verslag van de zesde conferentie van de partijen.

De procedure voor de toewijzing van de hoeveelheden gereguleerde stoffen voor bovengenoemde essentiële toepassingen overeenkomstig Verordening (EG) nr. 2037/2000 en Verordening (EG) nr. 2038/2000 is als volgt:

1.

Ondernemingen die in 2004 geen quotum hebben ontvangen en de Commissie willen verzoeken voor de periode 1 januari 2005 tot en met 31 december 2005 voor een quotum voor essentiële toepassingen in aanmerking te komen, dienen zich uiterlijk op 3 september 2004 bij de Commissie te melden:

Bescherming van de ozonlaag

Europese Commissie

Directoraat-generaal Milieu

Eenheid ENV.C.2 — Klimaatverandering

BU5 2/25

B-1049 Brussel

Fax (32-2) 299 87 64

E-mail: env-ods@cec.eu.int

2.

Elke gebruiker van de aan het begin van deze kennisgeving genoemde stoffen kan een aanvraag voor essentiële toepassingen indienen. In het geval van CFK's voor gebruik in dosis-inhalatoren dient elke aanvrager de gevraagde informatie te verstrekken via de spreadsheet die beschikbaar is op de ODS-website http://europa.eu.int/comm/environment/ods/home/home.cfm. Voor laboratoriumtoepassingen dient elke aanvrager de gevraagde informatie via het formulier op de website te verstrekken.

Een kopie van de aanvraag moet ook aan de bevoegde instantie van de lidstaat (zie bijlage I voor het juiste adres) worden gezonden.

3.

Alleen aanvragen die uiterlijk op 3 september 2004 worden ontvangen, worden door de Commissie volgens de procedure van artikel 18 van Verordening (EG) nr. 2037/2000 behandeld.

4.

De Commissie verstrekt deze gebruikers een quotum en deelt hun mee voor welke toepassing zij toestemming hebben, welke gereguleerde stoffen zij mogen gebruiken en hoeveel zij van deze stoffen mogen gebruiken.

5.

Na afloop van deze procedure zal de Commissie de aanvragers op basis van een beschikking in kennis stellen van de hoeveelheden voor 2005 in de Gemeenschap toegelaten gereguleerde stoffen waarvoor de productie en invoer van gereguleerde stoffen zullen worden toegestaan.

6.

Houders van een quotum voor een essentiële toepassing van een gereguleerde stof voor 2005 kunnen via de ODS-website een bestelling plaatsen bij een producent in de Gemeenschap of indien nodig bij de Commissie een aanvraag voor een invoervergunning voor een gereguleerde stof indienen, waarbij de hoeveelheid niet groter mag zijn dan hun quotum. De producent moet van de bevoegde instantie van de lidstaat waar de desbetreffende productie-installatie is gevestigd, toestemming krijgen voor de productie van de gereguleerde stof om het toegestane quotum te leveren. Wanneer de bevoegde instantie van de lidstaat deze toestemming geeft, stelt zij de Commissie daarvan ruim van tevoren in kennis.


(1)  PB L 244 van 29.9.2000, blz. 1. Verordening gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1804/2003 (PB L 265 van 16.10.2003, blz. 1).


ANEXO/PŘÍLOHA/BILAG/ANHANG/ΠΑΡΑΡΤΗΜΑ/ANNEX/LISA/ANNEXE/MELLÉKLET/ALLEGATO/PRIEDAS/PIELIKUMS/ANNESS/BIJLAGE/ZAŁĄCZNIK/ANEXO/PRÍLOHA/PRILOGA/LIITE/BILAGA

BELGIQUE/BELGIË

M. Peter Wittoeck

Ministère fédéral des affaires sociales de la santé publique et de l'environnement

Cité administrative de l'État

19, Boulevard Pacheco — boîte 5

B-1010 Bruxelles/Brussel

ČESKÁ REPUBLIKA

Mr Jiri Dobiasovsky

Ministry of the Environment of the CR

Air protection Department

Vrsovicka 65

CZ-100 10 Prague 10

DANMARK

Mr Mikkel Aaman Sorensen

Miljøstyrelsen (EPA)

Strandgade 29

DK-1401 Copenhagen K

DEUTSCHLAND

Mr Rolf Engelhardt

Ministry for Environment

Dept. IG 11 5

P.O. Box 120629

DE-53048 Bonn

EESTI

Ms Valentina Laius

Ministry of the Environment of the Republic of Estonia

Environment Management and Technology Department

Toompuiestee 24

EE - Tallinn 15172

ΕΛΛΑΣ

Mrs Elpida Politis

Ministry for the Environment, Physical Planning and Public Works

International Activities and EEC Department

17 Ameliedos Street

EL-115 23 Athens

ESPAŇA

Sra. María Teresa Barres

Dirección General de Calidad y Evaluación Ambiental

Ministerio de Medio Ambiente

Pza. San Juan de la Cruz s/n

ES-28071 Madrid

FRANCE

Mme Claude Putavy

Ministère de l'écologie et du développement durable

DRPR/BSPC

20, avenue de Ségur

F-75302 Paris 07 SP

IRELAND

Mr Patrick O'Sullivan

Inspector (Environment)

Dept of Environment and Local Government

Custom House

Dublin 1

ITALIA

Mr Alessandro Peru

Dept of Global Environment, International and Regional Conventions

Via Cristoforo Colombo 44

IT-00147 Roma

ΚΥΠΡΟΣ

Dr. Charalambos Hajipakkos

Environment Service

Ministry of Agriculture, Natural Resources and Environment

CY - Nicosia

LATVIJA

Mr Armands Plate

Ministry of Environment

Environmental Protection Department

Peldu iela 25

LV-1494, Rīga

LIETUVA

Ms Marija Teriosina

Ministry of Environment

Chemicals Management Division

Jaksto str. 4/9

LT - 2600 Vilnius

LUXEMBOURG

M. Pierre Dornseiffer

Administration de l'environnement

Division Air/Brut

16, rue Eugène Ruppert

L-2453 Luxembourg

MAGYARORSZÁG

Mr Robert Toth

PO Box 351

Ministry of Environment and Water

Department for Air Pollution and Noise Control

HU-1394 Budapest

MALTA

Ms Charmaine Vassallo

Malta Environment and Planning Authority

Environment Protection Directorate

Pollution Control, Wastes and Minerals

C/o Quality Control Laboratory

Industrial Estate Kordin

MT - PAOLA

NEDERLAND

Mr M. Hildebrand

Ministry of Housing, Spatial Planning and the Environment

Rijnstraat 8

NL-2500 GX Den Haag

ÖSTERREICH

Mr Paul Krajnik

Ministry of the Agriculture, Forestry, Environment and Water Management

Chemicals Department

Stubenbastei 5

AT-1010 Wien

POLSKA

Mr Janusz Kozakiewicz

Industrial Chemistry Research Institute

8, Rydygiera Street

PL-01-793 Warsaw

PORTUGAL

Dra. Cristina Vaz Nunes

Ministério do Ambiente

Rua da Murgueira-Zambujal

PT – 2721-865 Amadora

SLOVENIJA

Ms Irena Malesic

Ministry of the Environment

Spacial Planning and Energy

Environmental Agency of the Republic of Slovenia

Vojkova 1b

SI-1000 Ljubljana

SLOVENSKO

Mr Lubomir Ziak

Ministry of the Environment

Air Protection Department

Nam. L. Stura 1

SK – 812 35 Bratislava

SUOMI/FINLAND

Mrs Eliisa Irpola

Finnish Environment Institute

Chemicals Division

Kesäkatu 6

FI-00121 Helsinki

SVERIGE

Ms Maria Ujfalusi

Swedish Environmental Protection Agency

Naturvårdsverket

Blekholmsterassen 36

SE-106 48 Stockholm

UNITED KINGDOM

Mr Stephen Reeves

Global Atmosphere Division

UK Dept of Environment, Food and Rural Affairs

3rd floor — zone 3/A3

Ashdown House

123 Victoria Street

London SW1E 6DE


Top