EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 92003E000775

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-0775/03 van María Sornosa Martínez (PSE) aan de Commissie. Schadelijke gevolgen van de uitbreiding van de haven van Altea (Alicante, Spanje) voor de zeegrasvelden (posidonia oceánica).

PB C 268E van 7.11.2003, p. 131–132 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)

European Parliament's website

92003E0775

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-0775/03 van María Sornosa Martínez (PSE) aan de Commissie. Schadelijke gevolgen van de uitbreiding van de haven van Altea (Alicante, Spanje) voor de zeegrasvelden (posidonia oceánica).

Publicatieblad Nr. 268 E van 07/11/2003 blz. 0131 - 0132


SCHRIFTELIJKE VRAAG E-0775/03

van María Sornosa Martínez (PSE) aan de Commissie

(12 maart 2003)

Betreft: Schadelijke gevolgen van de uitbreiding van de haven van Altea (Alicante, Spanje) voor de zeegrasvelden (posidonia oceánica)

Met mijn vragen E-1486/02(1) en E-1487/02(2) heb ik tegenover de Commissie al uitdrukking gegeven aan mijn bezorgdheid over de snelle achteruitgang en de ontoereikende bescherming door de Spaanse overheid van de zeegrasvelden (posidonia oceánica, een beschermde soort volgens richtlijn 92/43/EEG(3) voor de oostkust van Spanje, en meer in het bijzonder in het gebied van de Serra Gelada.

Aan de ingrepen die ik in mijn vorige vragen beschreven heb, moeten nu nog toegevoegd worden de voorgenomen werkzaamheden voor de uitbreiding van de haven van Altea, waarvan de schadelijke milieugevolgen voor de omgeving, en vooral voor de velden van posidonia oceánica, uitvoerig beschreven staan in de rapporten van de universiteiten van Alicante en Almería, en de klacht 2001/2210 van het WWF (de Commissie is in het bezit van alle genoemde documenten).

In haar antwoord van 12 juli van vorig jaar heeft de Commissie toegezegd om bij de Spaanse overheid te bemiddelen voor voldoende bescherming van de zeegrasvelden. Heeft ze van de Spaanse autoriteiten al enige vorm van antwoord in verband met de bescherming van het zeegras voor de Spaanse oostkust ontvangen?

Welke maatregelen denkt ze te treffen om voor uitvoering van richtlijn 92/43/EEG te zorgen bij de uitbreiding van de haven van Altea en in de Serra Gelada?

(1) PB C 301 E van 5.12.2002, blz. 158.

(2) PB C 301 E van 5.12.2002, blz. 159.

(3) PB L 206 van 22.7.1992, blz. 7.

Gecombineerd Antwoordvan de mevrouw Wallström namens de Commissieop de schritftelijke vragen P-0769/03 en E-0775/03

(3 april 2003)

De door het geachte parlementslid in haar schriftelijke vraag E-0769/03 aangeklaagde feiten maken momenteel het voorwerp uit van een klacht in het kader van een onderzoek waarbij de Commissie de Spaanse overheid heeft verzocht haar opmerkingen toe te zenden over de toepassing van de relevante communautaire wetgeving. De Commissie heeft nog geen antwoord gekregen op dit verzoek.

In het licht van dit antwoord zal de Commissie de nodige middelen inzetten om de naleving van het gemeenschapsrecht in deze zaak, met name Richtlijn 85/337/EEG(1), als gewijzigd bij Richtlijn 97/11/EG(2), en Richtlijn 92/43/EEG(3), te waarborgen.

Wat de follow-up betreft van de schriftelijke vragen E-1486/02 en E-1487/02, als vernoemd door het geachte parlementslid in schriftelijke vraag E-775/03, moet worden aangestipt dat de Commissie, na analyse van het antwoord van de Spaanse autoriteiten met betrekking tot de projecten voor zandwinning en het herstel van stranden aan de Middellandse-Zeekust, heeft geconcludeerd dat de Spaanse autoriteiten bovengenoemde richtlijnen op incorrecte wijze hebben toegepast en dat de in dat verband getroffen maatregelen zijn aangenomen. Voorts is op het in januari 2003 in Brussel gehouden bio-geografisch seminarie een algemeen voorbehoud uitgesproken met betrekking tot alle types mariene habitats. Bijgevolg moet de overeenstemming van het voorstel van de lidstaten ten aanzien van het habitattype 1120 posidonia oceanica (zeegrasvelden) worden getoetst in het licht van de resultaten van de werkzaamheden van een werkgroep ad hoc, waarin nationale deskundigen, de Commissie en andere partners samenwerken en die onlangs is opgericht met het oog op de uitvoering van grondige analyses van problemen bij de toepassing van de habitat- en vogelrichtlijn in het mariene milieu.

(1) Richtlijn 85/337/EEG van de Raad van 27 juni 1985 betreffende de milieueffectbeoordeling van bepaalde openbare en particuliere projecten, PB L 175 van 5.7.1985.

(2) Richtlijn 97/11/EG van de Raad van 3 maart 1997 tot wijziging van Richtlijn 85/337/EEG betreffende de milieueffectbeoordeling van bepaalde openbare en particuliere projecten, PB L 73 van 14.3.1997.

(3) Richtlijn 92/43/EEG van de Raad van 21 mei 1992 inzake de instandhouding van de natuurlijke habitats en de wilde flora en fauna, PB L 206 van 22.7.1992.

Top