Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32001Y0112(02)

    Initiatief van het Koninkrijk Zweden met het oog op de aanneming van een besluit JBZ van de Raad inzake de toezending van monsters van illegale verdovende middelen

    PB C 10 van 12.1.2001, p. 4–7 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)

    Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 28/05/2001

    32001Y0112(02)

    Initiatief van het Koninkrijk Zweden met het oog op de aanneming van een besluit JBZ van de Raad inzake de toezending van monsters van illegale verdovende middelen

    Publicatieblad Nr. C 010 van 12/01/2001 blz. 0004 - 0007


    Initiatief van het Koninkrijk Zweden met het oog op de aanneming van een besluit JBZ van de Raad inzake de toezending van monsters van illegale verdovende middelen

    (2001/C 10/02)

    DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

    Gelet op het Verdrag betreffende de Europese Unie, en met name op de artikelen 30, 31 en 34, lid 2, onder c),

    Gelet op het initiatief van het Koninkrijk Zweden(1),

    Gelet op het advies van het Europees Parlement(2),

    Overwegende hetgeen volgt:

    (1) De mogelijkheid om op legale wijze monsters van in beslag genomen illegale verdovende middelen te verzenden tussen de autoriteiten van de lidstaten, met als doel het voorkomen, opsporen, onderzoeken en vervolgen van strafbare feiten, zou de doeltreffendheid van de drugsbestrijding verhogen.

    (2) Drugsbestrijding is een zaak van gemeenschappelijk belang voor de wetshandhavings- en justitiële autoriteiten van de lidstaten.

    (3) Op dit moment bestaan er geen juridisch bindende voorschriften voor de legale verzending van monsters van illegale verdovende middelen tussen de autoriteiten van de lidstaten. Derhalve dient op het niveau van de Europese Unie een stelsel te worden opgezet voor de legale verzending van monsters.

    (4) Dit stelsel moet worden toegepast op alle vormen van verzending tussen de lidstaten van monsters van illegale verdovende middelen. De verzending dient te geschieden op basis van een akkoord dat tot stand moet worden gebracht tussen de verzendende en de ontvangende lidstaat, waarbij andere lidstaten, waarvan het grondgebied wordt gebruikt, op de hoogte worden gebracht.

    (5) Het akkoord tussen de betrokken lidstaten moet door gecentraliseerde contactpunten op basis van een standaardformulier worden gegeven. Wanneer dit formulier naar behoren is ingevuld, moet het vervoer worden geacht op legale wijze plaats te vinden.

    (6) De toezending dient te geschieden op een voldoende veilige wijze die garanties biedt dat de vervoerde monsters niet kunnen worden misbruikt,

    BESLUIT:

    Artikel 1

    Het opzetten van een systeem voor het toezenden van monsters

    1. Hierbij wordt een systeem opgezet voor de legale toezending van monsters van illegale verdovende middelen.

    2. De toezending van monsters van illegale verdovende middelen (hierna "monsters" genoemd) volgens de voorschriften van dit besluit wordt in alle lidstaten beschouwd als een legale vorm van vervoer.

    Artikel 2

    Definities

    Ten behoeve van dit besluit wordt onder verdovende middelen verstaan:

    a) iedere natuurlijke of synthetische stof, vermeld in lijst I of II van het Enkelvoudig verdrag inzake verdovende middelen van 1961, en van dat verdrag zoals gewijzigd door het Protocol van 1972;

    b) iedere stof die wordt genoemd in de herziene lijsten I, II, III en IV van het Verdrag inzake psychotrope stoffen van 1971;

    c) iedere stof die valt onder de besluiten die genomen zijn of zullen worden genomen op basis van artikel 5 van Gemeenschappelijk Optreden 97/396/JBZ van de Raad van 16 juni 1997 betreffende de uitwisseling van informatie, de risicobeoordeling en de controle inzake nieuwe, synthetische drugs(3).

    Artikel 3

    Nationale contactpunten

    1. Iedere lidstaat wijst een nationaal contactpunt aan dat bevoegd is voor de taken die het krachtens dit besluit krijgt.

    2. Informatie in verband met de aangewezen nationale contactpunten en de latere wijzigingen worden toegezonden aan het secretariaat-generaal van de Raad dat de informatie bekendmaakt in het Publicatieblad.

    3. De nationale contactpunten zijn als enige bevoegd voor het geven van toestemming voor de toezending van monsters uit hoofde van dit besluit.

    Artikel 4

    Akkoord inzake het verzenden van monsters

    1. Het nationale contactpunt van de lidstaat die het monster wil verzenden, en het nationale contactpunt van de lidstaat die dit monster moet ontvangen, gaan akkoord met het vervoer. Hiervoor gebruiken zij het formulier in de bijlage bij dit besluit.

    2. Indien het verzenden van een monster over het grondgebied van een andere lidstaat (hierna "betrokken lidstaat" genoemd) moet plaatsvinden, wordt het nationale contactpunt van de betrokken lidstaat in kennis gesteld van het beoogde vervoer. Te dien einde ontvangt elke betrokken lidstaat een exemplaar van het naar behoren ingevulde formulier.

    Artikel 5

    Wijze van vervoer

    1. De lidstaten die het monster verzenden en ontvangen beslissen over de wijze van vervoer. Het vervoer van de monsters geschiedt op een voldoende veilige manier.

    2. Onder andere de onderstaande wijzen van vervoer worden beschouwd als voldoende veilig:

    a) vervoer door een functionaris van de verzendende of de ontvangende lidstaat;

    b) vervoer per koerier;

    c) vervoer per diplomatieke post;

    d) vervoer per aangetekende (expres)post.

    3. Het in artikel 4 bedoelde naar behoren ingevulde formulier vergezelt het monster gedurende het gehele vervoer.

    4. De autoriteiten van de lidstaten beletten of verhinderen een door een naar behoren ingevuld formulier vergezeld vervoer niet, tenzij er wordt betwijfeld of het formulier op wettige wijze is afgegeven. In geval van twijfel over de wettigheid van het formulier, neemt het contactpunt van de lidstaat die het vervoer belet, zo spoedig mogelijk contact op met de nationale contactpunten in de lidstaten die verantwoordelijk zijn voor het invullen van het formulier, zodat de zaak kan worden opgehelderd.

    5. Indien de gekozen wijze van vervoer vervoer door een functionaris van de verzendende of ontvangende lidstaat is, mag deze functionaris geen uniform dragen, heeft hij of zij geen operationele bevoegdheden en mag hij of zij tijdens het vervoer geen andere taken vervullen.

    Artikel 6

    Aard van het monster en het gebruik ervan

    1. Een monster mag niet groter zijn dan de hoeveelheid die noodzakelijk is voor het werk van de wetshandhavings- of justitiële autoriteiten.

    2. Over het gebruik van het monster in de ontvangende lidstaat wordt een akkoord bereikt tussen de verzendende en de ontvangende lidstaat, met dien verstande dat monsters alleen kunnen worden gebruikt voor het voorkomen, opsporen, onderzoeken en vervolgen van strafbare feiten.

    Artikel 7

    Evaluatie

    1. Dit besluit wordt uiterlijk ...(4) bij de Raad van de Europese Unie geëvalueerd.

    2. Ten behoeve van deze evaluatie bewaren de nationale contactpunten van de verzendende lidstaat in hun archief een exemplaar van alle formulieren die over een periode van ten minste vijf jaar zijn uitgegeven.

    Artikel 8

    Inwerkingtreding

    Dit besluit treedt in werking op 1 september 2001.

    Gedaan te ...

    Voor de Raad

    De voorzitter

    (1) PB C ...

    (2) PB C ...

    (3) PB L 167 van 25.6.1997, blz. 1.

    (4) Vijf jaar na de datum van inwerkingtreding van dit besluit.

    BIJLAGE

    FORMULIER DAT DE MONSTERS VERGEZELT

    A. Het nationale contactpunt dat verantwoordelijk is voor de verzending van het monster

    A.1. Naam: ...

    A.2. Adres: ...

    A.3. Stempel:

    A.4. Handtekening en datum: ...

    B. De verzendende en de ontvangende autoriteit en het gebruik van het monster in de ontvangende lidstaat

    B.1. Het monster komt van

    B.1.1. Naam: ...

    B.1.2. Adres: ...

    B.2. Het monster is bestemd voor

    B.2.1. Naam: ...

    B.2.2. Adres: ...

    B.3. Het monster is bestemd om te worden gebruikt voor

    a) het voorkomen van strafbare feiten,

    b) het opsporen van strafbare feiten,

    c) het onderzoeken van strafbare feiten,

    d) het vervolgen van strafbare feiten,

    e) overig gebruik.

    C. Aard en hoeveelheid van het monster

    C.1. De aard van het monster is als volgt (de exacte samenstelling aangeven): ...

    C.2. De hoeveelheid van het monster is als volgt (de exacte hoeveelheid aangeven, d.w.z. grammen, aantal pillen, enz.): ...

    D. De wijze van vervoer en het te volgen traject

    D.1. Gebruikte wijze van vervoer

    a) vervoer door een functionaris van de verzendende of de ontvangende lidstaat,

    b) vervoer per koerier,

    c) vervoer per diplomatieke post,

    d) vervoer per aangetekende (expres)post,

    e) andere wijze van vervoer.

    D.2. Onderstaand traject wordt gebruikt (het beginpunt en de bestemming aangeven en in het algemeen het traject dat tussen deze twee punten moet worden gevolgd): ...

    D.3. Wanneer het vervoer plaatsvindt via een functionaris van de verzendende of de ontvangende lidstaat, aangeven hoe het vervoer moet plaatsvinden (per trein, auto, enz.): ...

    D.4. Nationale contactpunten van de lidstaten die krachtens artikel 4, lid 2, in kennis moeten worden gesteld van het vervoer: ...

    E. Informatie over het nationale contactpunt dat het monster ontvangt

    E.1. Naam: ...

    E.2. Adres: ...

    E.3. Stempel:

    E.4. Handtekening en datum: ...

    Top