Dit document is overgenomen van EUR-Lex
Document 61984CJ0312
Judgment of the Court (Sixth Chamber) of 24 February 1987. # Continentale Produkten Gesellschaft Ehrhardt-Renken (GmbH & Co.) v Commission of the European Communities. # Anti-dumping duties - Refund. # Case 312/84.
Arrest van het Hof (Zesde kamer) van 24 februari 1987.
Continentale Produkten Gesellschaft Ehrhardt-Renken (GmbH & Co.) tegen Commissie van de Europese Gemeenschappen.
Anti-dumpingrechten - Terugbetaling.
Zaak 312/84.
Arrest van het Hof (Zesde kamer) van 24 februari 1987.
Continentale Produkten Gesellschaft Ehrhardt-Renken (GmbH & Co.) tegen Commissie van de Europese Gemeenschappen.
Anti-dumpingrechten - Terugbetaling.
Zaak 312/84.
Jurisprudentie 1987 -00841
ECLI-code: ECLI:EU:C:1987:94
ARREST VAN HET HOF (ZESDE KAMER) VAN 24 FEBRUARI 1987. - CONTINENTALE PRODUKTEN GESELLSCHAFT TEGEN COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. - ANTI-DUMPINGRECHTEN - TERUGBETALING. - ZAAK 312/84.
Jurisprudentie 1987 bladzijde 00841
Samenvatting
Partijen
Overwegingen van het arrest
Beslissing inzake de kosten
Dictum
++++
1 . HANDELINGEN VAN DE INSTELLINGEN - TOEPASSING RATIONE TEMPORIS - ONMIDDELLIJKE TOEPASSING VAN NIEUWE PROCEDUREREGEL
( VERORDENING NR.*2176/84 VAN DE RAAD, ARTIKEL*19, TWEEDE ALINEA )
2 . GEMEENSCHAPPELIJKE HANDELSPOLITIEK - BESCHERMENDE MAATREGELEN TEGEN DUMPINGPRAKTIJKEN - OP ARTIKEL*16 VAN VERORDENING NR.*2176/84 GEBASEERD VERZOEK OM TERUGBETALING VAN ANTI-DUMPINGRECHTEN - VERPLICHTINGEN VAN IMPORTEUR
( VERORDENING NR.*2176/84 VAN DE RAAD, ARTIKEL*16 )
1 . ARTIKEL*19, TWEEDE ALINEA, VAN VERORDENING NR.*2176/84, BETREFFENDE BESCHERMENDE MAATREGELEN TEGEN DUMPINGPRAKTIJKEN, DAT BEPAALT DAT DEZE VERORDENING OP BIJ HAAR INWERKINGTREDING REEDS INGELEIDE PROCEDURES VAN TOEPASSING IS, WIJKT NIET AF VAN WAT IN HET ALGEMEEN IS TOEGESTAAN, TE WETEN DAT VOORSCHRIFTEN WAARBIJ EEN ADMINISTRATIEVE PROCEDURE WORDT GEWIJZIGD EN DIE EEN HERVERDELING VAN BEVOEGDHEDEN TUSSEN DIVERSE INSTANTIES TOT STAND BRENGEN, OP AANHANGIGE PROCEDURES VAN TOEPASSING ZIJN ZONDER DAT DE BETROKKENEN ZICH DAARBIJ OP EEN VERKREGEN RECHT KUNNEN BEROEPEN, OP GROND WAARVAN HUN ZAAK DOOR DE ONDER DE OUDE REGELING BEVOEGDE INSTANTIE ZOU MOETEN WORDEN BEHANDELD .
2 . OOK AL BIEDT ARTIKEL*16 VAN VERORDENING NR.*2176/84 DE IMPORTEUR DE MOGELIJKHEID TERUGBETALING VAN DE DOOR HEM ALS ANTI-DUMPINGRECHT BETAALDE BEDRAGEN TE VERZOEKEN VOOR ZOVER DEZE MEER BEDRAGEN DAN DE WERKELIJKE MARGE VAN DUMPING BIJ DE DOOR HEM VERRICHTE IMPORTEN, OP GROND VAN DEZE BEPALING KAN ECHTER DE GELDIGHEID VAN DE VERORDENING WAARBIJ DEZE RECHTEN ZIJN INGESTELD, NIET IN GEDING WORDEN GEBRACHT EN KAN GEEN NIEUW ONDERZOEK WORDEN VERLANGD VAN DE TER BEREKENING VAN DIE RECHTEN IN AANMERKING GENOMEN ALGEMENE GEGEVENS, DIE IN DE EERDERE ONDERZOEKSFASEN KRACHTENS DE ARTIKELEN*7 EN*14 VAN GENOEMDE VERORDENING ZIJN VASTGESTELD .
IN HET KADER VAN ARTIKEL*16 IS DE IMPORTEUR UITSLUITEND GEMACHTIGD OM, UITGAANDE VAN DE GLOBALE JUISTHEID VAN DIE GEGEVENS, AAN TE TONEN DAT ZIJ IN ZIJN BIJZONDERE GEVAL NIET VAN TOEPASSING ZIJN EN DAT DUS DE WERKELIJKE MARGE VAN DUMPING IN HET CONCRETE GEVAL KLEINER IS DAN DE MARGE OP GROND WAARVAN DE ANTI-DUMPINGRECHTEN ZIJN INGESTELD . HIJ HEEFT HET RECHT TER ONDERSTEUNING VAN ZIJN VERZOEK BEWIJZEN OVER TE LEGGEN WAARUIT BLIJKT DAT HET BIJ ZIJN IMPORTEN OM EEN VAN DE TWEE IN DIT ARTIKEL BEDOELDE GEVALLEN GAAT .
IN ZAAK 312/84,
CONTINENTALE PRODUKTEN GESELLSCHAFT EHRHARDT-RENKEN ( GMBH*&*CO .), TE HAMBURG, VERTEGENWOORDIGD DOOR STEEGER, TIEFENBACHER EN HEIBEY, ADVOCATEN TE HAMBURG, DOMICILIE GEKOZEN HEBBENDE TE LUXEMBURG BIJ L.*DUPONG, ADVOCAAT ALDAAR, 14*A, RUE DES BAINS,
VERZOEKSTER,
TEGEN
COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN, VERTEGENWOORDIGD DOOR HAAR JURIDISCH ADVISEUR P.*GILSDORF, DOMICILIE GEKOZEN HEBBENDE TE LUXEMBURG BIJ G.*KREMLIS, LID VAN HAAR JURIDISCHE DIENST, BATIMENT JEAN MONNET, KIRCHBERG,
VERWEERSTER,
BETREFFENDE EEN BEROEP TOT NIETIGVERKLARING VAN BESCHIKKING K(84)*1605 VAN DE COMMISSIE VAN 29*OKTOBER*1984 BETREFFENDE TERUGBETALING VAN ANTI-DUMPINGRECHTEN,
WIJST
HET HOF VAN JUSTITIE ( ZESDE KAMER ),
ADVOCAAT-GENERAAL : M . DARMON
GRIFFIER : P . HEIM
GEZIEN HET RAPPORT TER TERECHTZITTING ZOALS AANGEVULD NA DE MONDELINGE BEHANDELING OP 24*JUNI*1986,
GEHOORD DE CONCLUSIE VAN DE ADVOCAAT-GENERAAL TER TERECHTZITTING VAN 22*OKTOBER*1986,
HET NAVOLGENDE
ARREST
1 BIJ VERZOEKSCHRIFT NEERGELEGD TER GRIFFIE VAN HET HOF OP 28*DECEMBER*1984, HEEFT CONTINENTALE PRODUKTENGESELLSCHAFT EHRHARDT-RENKEN GMBH & CO ., TE HAMBURG, BEROEP INGESTELD KRACHTENS ARTIKEL*173, TWEEDE*ALINEA, EEG-VERDRAG TOT GEDEELTELIJKE NIETIGVERKLARING VAN BESCHIKKING K(84)*1605 VAN DE COMMISSIE VAN 29*OKTOBER 1984 . DEZE NIETIGVERKLARING WORDT GEVORDERD VOOR ZOVER BIJ DIE BESCHIKKING SLECHTS GEDEELTELIJK, NAMELIJK TOT EEN BEDRAG VAN 1*638,01*DM, GEVOLG IS GEGEVEN AAN EEN VERZOEK KRACHTENS ARTIKEL*15 VAN VERORDENING NR.*3017/79 VAN DE RAAD VAN 20*DECEMBER 1979 BETREFFENDE BESCHERMENDE MAATREGELEN TEGEN INVOER MET DUMPING OF SUBSIDIERING UIT LANDEN DIE GEEN LID ZIJN VAN DE EUROPESE ECONOMISCHE GEMEENSCHAP ( PB*1979, L*339, BLZ.*1 ), STREKKENDE TOT TERUGBETALING VAN DE ANTI-DUMPINGRECHTEN DIE VERZOEKSTER OVER TUSSEN 15*APRIL EN 16*JULI 1982 DOOR HAAR VERRICHTE IMPORTEN HAD BETAALD INGEVOLGE VERORDENING NR.*789/82 VAN DE RAAD VAN 2*APRIL 1982 HOUDENDE INSTELLING VAN EEN DEFINITIEF ANTI-DUMPINGRECHT OP DE INVOER VAN BEPAALDE GARENS VAN KATOEN, VAN OORSPRONG UIT TURKIJE . SUBSIDIAIR VORDERT VERZOEKSTER VASTSTELLING VAN DE GEDEELTELIJKE NIETIGHEID VAN DE BESCHIKKING EN, MEER SUBSIDIAIR, WIJZIGING VAN DE BESCHIKKING EN VEROORDELING VAN DE COMMISSIE OM AAN HAAR, VERZOEKSTER, TE BETALEN, NAAST HET BEDRAG MET WELKS TERUGBETALING DE COMMISSIE REEDS HEEFT INGESTEMD, EEN BEDRAG VAN 675*144,56*DM, HET GEHEEL VERMEERDERD MET 9*% RENTE VANAF 24*MAART 1982, DE DAG WAAROP ZIJ HAAR VERZOEK OM TERUGBETALING VOOR HET EERST HEEFT INGEDIEND; NOG MEER SUBSIDIAIR TEN SLOTTE VORDERT VERZOEKSTER, DAT DE COMMISSIE ZAL WORDEN GELAST EEN BESCHIKKING TE GEVEN INHOUDENDE DAT DE BEVOEGDE AUTORITEITEN VAN DE BONDSREPUBLIEK DUITSLAND IN VOLLE OMVANG AAN HAAR VERZOEK OM TERUGBETALING MOETEN VOLDOEN .
2 VOOR DE ANTECEDENTEN VAN HET GEDING EN DE MIDDELEN EN ARGUMENTEN VAN PARTIJEN WORDT VERWEZEN NAAR HET RAPPORT TER TERECHTZITTING . DEZE ELEMENTEN VAN HET DOSSIER WORDEN HIERNA SLECHTS WEERGEGEVEN VOOR ZOVER DAT NOODZAKELIJK IS VOOR DE REDENERING VAN HET HOF .
HET MIDDEL ONTLEEND AAN ONBEVOEGDHEID VAN DE COMMISSIE
3 VERZOEKSTER STELT DAT DE COMMISSIE NIET BEVOEGD WAS OM DE BESTREDEN BESCHIKKING VAST TE STELLEN . TOEN ZIJ HAAR VERZOEK OM TERUGBETALING OP 26*JULI*1982 BIJ DE BEVOEGDE DUITSE AUTORITEIT INDIENDE, WAS ARTIKEL*15 VAN ANTI-DUMPINGBASISVERORDENING NR.*3017/79 NOG VAN TOEPASSING, VOLGENS HETWELK DE NATIONALE AUTORITEITEN BEVOEGD WAREN OM OVER DERGELIJKE VERZOEKEN TE BESLISSEN . WELISWAAR WAS VOOR DE VASTSTELLING VAN DE BESTREDEN BESCHIKKING OP 29*OKTOBER 1984 EEN NIEUWE ANTI-DUMPINGBASISVERORDENING IN WERKING GETREDEN - NAMELIJK VERORDENING NR.*2176/84 VAN DE RAAD VAN 23*JULI 1984 ( PB*1984, L*201, BLZ.*1 ), WAARVAN ARTIKEL*16 DE COMMISSIE MACHTIGT OM OVER VERZOEKEN OM TERUGBETALING TE BESLISSEN, MAAR DE OORSPRONKELIJK AAN DE NATIONALE AUTORITEITEN GEGEVEN BEVOEGDHEID ZOU MOETEN BLIJVEN BESTAAN VOOR ONDER VIGEUR VAN DE OUDE REGELING INGEDIENDE VERZOEKEN . HET FEIT DAT ARTIKEL*19, TWEEDE ALINEA, VAN VERORDENING NR.*2176/84 BEPAALT, DAT DEZE VERORDENING VAN TOEPASSING IS OP BIJ HAAR INWERKINGTREDING "REEDS INGELEIDE PROCEDURES", IS VOLGENS VERZOEKSTER IRRELEVANT, OMDAT ZIJ EEN VERKREGEN RECHT HEEFT OP BEHANDELING VAN HAAR VERZOEK DOOR DE NATIONALE AUTORITEITEN, DIE OP HET TIJDSTIP VAN DE INDIENING VAN DAT VERZOEK BEVOEGD WAREN .
4 DIENAANGAANDE MOET WORDEN VASTGESTELD, DAT VOORSCHRIFTEN WAARBIJ EEN ADMINISTRATIEVE PROCEDURE WORDT GEWIJZIGD EN DE BEVOEGDE INSTANTIES WORDEN AANGEWEZEN, IN HET ALGEMEEN OOK OP AANHANGIGE PROCEDURES VAN TOEPASSING ZIJN; DE BETROKKENEN KUNNEN ZICH DAARBIJ NIET OP EEN "VERKREGEN RECHT" BEROEPEN, OP GROND WAARVAN HUN ZAAK DOOR DE ONDER DE OUDE REGELING BEVOEGDE INSTANTIE ZOU MOETEN WORDEN BEHANDELD . DEZE REGEL IS UITDRUKKELIJK OPGENOMEN IN ARTIKEL*19, TWEEDE*ALINEA, VAN VERORDENING NR.*2176/84, DAT BEPAALT DAT DEZE VERORDENING OP ALLE BIJ HAAR INWERKINGTREDING REEDS INGELEIDE PROCEDURES VAN TOEPASSING IS . VERZOEKSTERS MIDDEL IS DERHALVE ONGEGROND EN MOET WORDEN AFGEWEZEN .
5 IN REPLIEK STELT VERZOEKSTER, DAT DE COMMISSIE HET ONDERZOEK VAN HAAR VERZOEK OPZETTELIJK HEEFT VERTRAAGD TOT DE INWERKINGTREDING VAN VERORDENING NR.*2176/84 . UIT HET DOSSIER BLIJKT EVENWEL NIETS VAN DIEN AARD EN VERZOEKSTER HEEFT GEEN FEITEN AANGEVOERD DIE DAT VERWIJT ZOUDEN KUNNEN RECHTVAARDIGEN . DIT MIDDEL MOET DUS IN IEDER GEVAL WORDEN AFGEWEZEN .
DE ANDERE MIDDELEN
6 VERZOEKSTER VOERT VERVOLGENS DRIE GROEPEN MIDDELEN AAN TEGEN DE BESTREDEN BESCHIKKING . MET ENKELE DAARVAN BETWIST ZIJ DE WETTIGHEID VAN VERORDENING NR.*789/82 TOT INSTELLING VAN EEN DEFINITIEF ANTI-DUMPINGRECHT, EN IN HET BIJZONDER DE REGELMATIGHEID VAN DE PROCEDURE DIE TOT VASTSTELLING VAN DE MARGE VAN DUMPING EN TOT INSTELLING VAN DE ANTI-DUMPINGRECHTEN HEEFT GELEID . MET ANDERE MIDDELEN BETWIST ZIJ, ZONDER DE WETTIGHEID VAN VERORDENING NR.*789/82 IN GEDING TE BRENGEN, DE JUISTHEID VAN DE NORMALE WAARDEN EN DE IN DE ONDERZOEKPROCEDURE VASTGESTELDE MARGE VAN DUMPING EN POOGT ZIJ MET HET OOG OP DE GEVORDERDE TERUGBETALING DIE TE VERVANGEN DOOR ANDERE NORMALE WAARDEN EN EEN ANDERE MARGE VAN DUMPING . IN DE DERDE PLAATS KOMT VERZOEKSTER OP TEGEN DE HAARS INZIENS ONVOLDOENDE GEMOTIVEERDE CONCLUSIE VAN DE BESTREDEN BESCHIKKING, DAT ZIJ NIET HEEFT BEWEZEN DAT DE PRODUKTIEKOSTEN VAN HAAR LEVERANCIERS LAGER WAREN .
7 DE COMMISSIE MAAKT VOOREERST BEZWAAR TEGEN DE ONTVANKELIJKHEID VAN DE AAN ONWETTIGHEID VAN VERORDENING NR.*789/82 ONTLEENDE MIDDELEN . VERVOLGENS BETWIST ZIJ DE MIDDELEN WAARMEE DE JUISTHEID VAN DE BIJ HET ONDERZOEK VASTGESTELDE NORMALE WAARDEN EN MARGE VAN DUMPING IN TWIJFEL WORDT GETROKKEN, EN TEN SLOTTE WIJST ZIJ DE KRITIEK OP DE MOTIVERING VAN DE BESTREDEN BESCHIKKING VAN DE HAND .
8 IN DEZE CONTROVERSE MOET OM TE BEGINNEN DE DRAAGWIJDTE WORDEN VASTGESTELD VAN ARTIKEL*16, LID*1, VAN VERORDENING NR.*2176/84, LUIDENDE : "WANNEER EEN IMPORTEUR KAN AANTONEN DAT HET GEINDE RECHT MEER BEDRAAGT DAN DE WERKELIJKE MARGE VAN DUMPING ..., REKENING HOUDEND MET DE TOEPASSING VAN GEWOGEN GEMIDDELDEN, WORDT HET VERSCHIL TERUGBETAALD ."
9 HET BIJZONDERE DOEL VAN DEZE BEPALING BLIJKT UIT DE BEWOORDINGEN ERVAN ALSMEDE UIT HAAR PLAATS IN HET GEHEEL VAN VERORDENING NR.*2176/84 . DEZE VERORDENING BIEDT DE BETROKKEN ONDERNEMINGEN IMMERS VERSCHEIDENE MOGELIJKHEDEN OM HUN BELANGEN IN DE OPEENVOLGENDE STADIA VAN DE PROCEDURE TOT INSTELLING EN HEFFING VAN ANTI-DUMPINGRECHTEN TE VERDEDIGEN .
10 IN EEN EERSTE FASE VOORZIET ARTIKEL*7 VAN VERORDENING NR.*2176/84 IN EEN VOLLEDIGE EN OMSTANDIGE VOORAFGAANDE ONDERZOEKPROCEDURE, DIE HET VASTSTELLEN VAN DUMPING EN EVENTUEEL HET INSTELLEN VAN ANTI-DUMPINGRECHTEN MOGELIJK MOET MAKEN . HET ARTIKEL GEEFT DE BETROKKENEN HET RECHT AAN DE PROCEDURE DEEL TE NEMEN TEN EINDE DE HEN BETREFFENDE FEITEN EN OMSTANDIGHEDEN VOOR TE DRAGEN, OPDAT ER REKENING MEE KAN WORDEN GEHOUDEN . WANNEER DE PROCEDURE GELEID HEEFT TOT EEN VERORDENING TOT INSTELLING VAN ANTI-DUMPINGRECHTEN, KUNNEN DE BETROKKENEN DE WETTIGHEID ERVAN BETWISTEN DOOR MIDDEL VAN EEN BEROEP TOT NIETIGVERKLARING DAN WEL DOOR EEN EXCEPTIE VAN ONWETTIGHEID .
11 VERANDEREN DE OMSTANDIGHEDEN OP GROND WAARVAN DE WAARDEN ZIJN VASTGESTELD WAARVAN IN DE VERORDENING TOT INSTELLING VAN ANTI-DUMPINGRECHTEN IS UITGEGAAN, DAN KAN INGEVOLGE ARTIKEL*14 VAN VERORDENING NR.*2176/84 IN EEN TWEEDE FASE EEN PROCEDURE WORDEN INGELEID TOT GEHELE OF GEDEELTELIJKE HERZIENING VAN DE INSTELLINGSVERORDENING, AAN WELKE PROCEDURE OOK DE BETROKKENEN WEER KUNNEN DEELNEMEN . DE GELDENDE BEPALINGEN WORDEN GEWIJZIGD DAN WEL AL DAN NIET TERUGWERKEND INGETROKKEN WANNEER DIT NIEUWE ALGEMENE ONDERZOEK ZULKS RECHTVAARDIGT . DE BETROKKENEN KUNNEN DE RESULTATEN VAN DEZE PROCEDURE LANGS GERECHTELIJKE WEG BESTRIJDEN .
12 TEN SLOTTE HEEFT DE IMPORTEUR NOG EEN DERDE MOGELIJKHEID : HIJ KAN INGEVOLGE ARTIKEL*16 OM TERUGBETALING VAN DE DOOR HEM VOOR EEN OF MEER IMPORTEN BETAALDE BEDRAGEN VERZOEKEN VOOR ZOVER DEZE MEER BEDRAGEN DAN DE WERKELIJKE MARGE VAN DUMPING BIJ DIE IMPORTEN . DEZE TERUGBETALINGSMOGELIJKHEID BESTAAT DUS ENKEL VOOR DE IMPORTEUR DIE ANTI-DUMPINGRECHTEN KRACHTENS DE VERORDENING TOT INSTELLING VAN DIE RECHTEN HEEFT BETAALD . DIENVOLGENS KAN OP GROND VAN DEZE BEPALING DE GELDIGHEID VAN DE INSTELLINGSVERORDENING NIET IN GEDING WORDEN GEBRACHT EN KAN GEEN NIEUW ONDERZOEK VAN DE IN DE EERDERE ONDERZOEKFASEN VASTGESTELDE ALGEMENE GEGEVENS WORDEN VERLANGD . DEZE BEPALING BIEDT DE VERZOEKENDE IMPORTEUR DE MOGELIJKHEID OM, UITGAANDE VAN DE GLOBALE JUISTHEID VAN DIE GEGEVENS, AAN TE TONEN DAT ZIJ IN ZIJN BIJZONDERE GEVAL NIET VAN TOEPASSING ZIJN EN DAT DUS DE WERKELIJKE MARGE VAN DUMPING IN HET CONCRETE GEVAL KLEINER IS DAN DE MARGE OP GROND WAARVAN DE ANTI-DUMPINGRECHTEN ZIJN INGESTELD .
13 DEZE UITLEGGING VAN ARTIKEL*16 - TE WETEN, DAT DE VERZOEKER NIET DE NORMALE WAARDEN KAN BETWISTEN DIE ZIJN VASTGESTELD IN HET KADER VAN HET KRACHTENS ARTIKEL*7 VAN VERORDENING NR.*2176/84 VERRICHTE VOORAFGAAND ONDERZOEK DAT TOT DE VERORDENING TOT INSTELLING VAN ANTI-DUMPINGRECHTEN HEEFT GELEID - VINDT BEVESTIGING IN DE BEPALING VAN HETZELFDE ARTIKEL, DAT DE VERZOEKER ZIJN VERZOEK MET BEWIJZEN MOET STAVEN . DE VERZOEKER BESCHIKT IMMERS NIET OVER BEWIJZEN DIE EEN ALGEMENE STREKKING HEBBEN EN OP GROND WAARVAN DUS TWIJFEL ZOU KUNNEN RIJZEN OVER DE JUISTHEID VAN DE NORMALE WAARDEN . HET VALT DERHALVE NIET AAN TE NEMEN DAT ARTIKEL*16 DERGELIJKE BEWIJZEN VAN ALGEMENE STREKKING VEREIST, OMDAT IN DAT GEVAL DE BEPALING VOOR DE IMPORTEUR VAN GEEN ENKEL NUT ZOU ZIJN .
14 VOORTS VOLGT UIT DE IN ARTIKEL*16, LID*2, GEREGELDE PROCEDURE VOOR HET ONDERZOEK VAN TERUGBETALINGSVERZOEKEN, DAT DE BEWIJSMIDDELEN WAAROP DE BETROKKEN IMPORTEUR ZIJN TERUGBETALINGSVERZOEK BASEERT, VOLLEDIG MOETEN ZIJN EN TEGELIJK MET HET VERZOEK MOETEN WORDEN OVERGELEGD . DEZE PROCEDURE HOUDT IN, DAT DE NATIONALE AUTORITEITEN VAN DE LID-STAAT OP HET GRONDGEBIED WAARVAN DE PRODUKTEN IN HET VRIJE VERKEER ZIJN GEBRACHT, HET VERZOEK, AL DAN NIET VERGEZELD VAN HUN ADVIES OVER DE GEGRONDHEID ERVAN, AAN DE COMMISSIE ZENDEN, DAT DE COMMISSIE DE ANDERE LID-STATEN HIERVAN IN KENNIS STELT EN OVER HET VERZOEK ADVIES UITBRENGT, EN DAT DE LID-STATEN HUN OORDEEL GEVEN . DEZE ADVIEZEN EN BESLUITEN MOETEN OP HET VOLLEDIGE DOSSIER BERUSTEN . DE BETROKKEN IMPORTEUR KAN BIJGEVOLG OP GROND VAN ARTIKEL*16 NOCH VERLANGEN DAT DE COMMISSIE ZELF EEN ONDERZOEK INSTELT NAAR DE GEGRONDHEID VAN HET TERUGBETALINGSVERZOEK, NOCH HAAR DWINGEN BEWIJSMIDDELEN TE AANVAARDEN DIE OP EEN LATER TIJDSTIP, MET NAME IN EEN EVENTUELE PROCEDURE IN RECHTE, WORDEN OVERGELEGD .
15 OM DE PRAKTISCHE DRAAGWIJDT VAN HET ALDUS UITGELEGDE ARTIKEL*16 TE VERDUIDELIJKEN, MOET WORDEN VASTGESTELD DAT HET GEHEVEN ANTI-DUMPINGRECHT SLECHTS IN TWEE GEVALLEN DE "WERKELIJKE MARGE VAN DUMPING" IN DE ZIN VAN DIT ARTIKEL KAN OVERSCHRIJDEN : A)*WANNEER BEPAALDE LEVERANCIERS VAN DE BETROKKEN IMPORTEUR DE INGEVOERDE PRODUKTEN HEBBEN VERKOCHT VOOR PRIJZEN DIE HET NIVEAU VAN DE AAN DE VERORDENING TOT INSTELLING VAN DE ANTI-DUMPINGRECHTEN TEN GRONDSLAG LIGGENDE NORMALE WAARDEN BENADEREN OF BEREIKEN, EN B)*WANNEER DE PRIJZEN VAN DIE LEVERANCIERS WELISWAAR ONDER DE NORMALE WAARDEN LIGGEN, DOCH NIETTEMIN GEEN DUMPING OPLEVEREN, OMDAT LAGE PRODUKTIEKOSTEN VERKOOP TEGEN LAGE, MAAR TOCH WINSTGEVENDE PRIJZEN MOGELIJK MAKEN . BIJ DE BEREKENING VAN DE PRIJZEN MOET REKENING WORDEN GEHOUDEN MET DE GEWOGEN GEMIDDELDEN . DIENVOLGENS MOET DE IMPORTEUR TEGELIJK MET ZIJN AANVRAAG BEWIJZEN OVERLEGGEN WAARUIT BLIJKT DAT HET BIJ ZIJN IMPORTEN OM EEN VAN DEZE TWEE GEVALLEN GAAT .
16 OP DE GRONDSLAG VAN DEZE OVERWEGINGEN MOETEN DE DOOR VERZOEKSTER TEGEN DE WETTIGHEID VAN DE BESTREDEN BESCHIKKING AANGEVOERDE MIDDELEN WORDEN ONDERZOCHT .
DE WETTIGHEID VAN DE BESTREDEN BESCHIKKING
17 DE BESTREDEN BESCHIKKING BEVAT ONDER MEER DE REDENGEVING ( PUNT 15 ), DAT "VERZOEKSTER GEEN BEWIJS HEEFT OVERGELEGD VOOR HAAR BEWERING, DAT DE KOSTEN VAN HAAR TURKSE LEVERANCIERS IN WERKELIJKHEID LAGER WAREN DAN DE DOOR DE COMMISSIE BIJ HAAR ANTI-DUMPINGONDERZOEK VASTGESTELDE KOSTEN ". VOORTS HEET HET : "VERZOEKSTER HEEFT OOK GEEN STANDPUNT INGENOMEN MET BETREKKING TOT DE DOOR DE COMMISSIE GEUITE TWIJFEL AAN HAAR MEDEDELINGEN OVER DE KOSTEN VAN HAAR LEVERANCIERS EN WEL IN HET BIJZONDER MET BETREKKING TOT HUN KOSTEN VOOR RUWE KATOEN, WELKE 20*% LAGER ZOUDEN ZIJN DAN DE DOOR DE COMMISSIE BIJ HAAR ONDERZOEK AANGEHOUDEN KOSTEN . DEZE DOOR DE COMMISSIE AANGEHOUDEN KOSTEN BERUSTEN OP DOOR DE TURKSE EXPORTEURS TEGENOVER DE COMMISSIE AFGELEGDE VERKLARINGEN, VOLGENS WELKE DE TURKSE PRIJZEN VAN RUWE KATOEN WEGENS DE DOOR DE REGERING INGEVOERDE STEUNPRIJZEN VOOR KATOENZAAD NIET VAN KOPER TOT KOPER VERSCHILLEND ZIJN ."
18 AL AANSTONDS ZIJ OPGEMERKT, DAT DEZE REDENGEVING ER STILZWIJGEND VAN UITGAAT, DAT VERZOEKSTER DE MOGELIJKHEID HAD TE BEWIJZEN DAT DE NORMALE WAARDEN VAN HAAR LEVERANCIERS WEGENS HUN GERINGERE PRODUKTIEKOSTEN LAGER WAREN DAN DE IN DE VERORDENING TOT INSTELLING VAN HET ANTI-DUMPINGRECHT VASTGESTELDE WAARDEN . BIJGEVOLG MOET DE DOOR VERZOEKSTER AANGEVOERDE NIETIGHEIDSGROND, INHOUDENDE DAT DE COMMISSIE HAD GEWEIGERD DE INDIVIDUELE WAARDEN VAN HAAR LEVERANCIERS IN AANMERKING TE NEMEN, WORDEN AFGEWEZEN .
19 MET ANDERE MIDDELEN BESTRIJDT VERZOEKSTER DE WIJZE WAAROP DE DOOR HAAR VOORGELEGDE BEWIJZEN BETREFFENDE DE PRODUKTIEKOSTEN VAN HAAR LEVERANCIERS IN TURKIJE IN DE REDENGEVING VAN DE BESCHIKKING ZIJN BEOORDEELD .
20 DIE MIDDELEN ZIJN EVENMIN GEGROND . DE BESTREDEN BESCHIKKING VERWIJST NAAR DE BEWIJSMIDDELEN DIE VERZOEKSTER AAN DE NATIONALE AUTORITEITEN EN AAN DE COMMISSIE HEEFT VOORGELEGD, ALSMEDE NAAR DE OMSTANDIGHEID, DAT VERZOEKSTER HEEFT VERZUIMD TE REAGEREN OP DE DOOR DE COMMISSIE GEUITE TWIJFEL AAN VERZOEKSTERS MEDEDELING, DAT DE PRODUKTIEKOSTEN VAN HAAR LEVERANCIERS EN MET NAME HUN KOSTEN VOOR RUWE KATOEN LAGER ZOUDEN ZIJN DAN DE IN HET VOORAFGAANDE ONDERZOEK VASTGESTELDE KOSTEN VAN DE TURKSE PRODUCENTEN IN HET ALGEMEEN . VOORTS WORDT IN DE BESCHIKKING OVERWOGEN, DAT ER GEEN BELANGRIJKE VERSCHILLEN BESTAAN TUSSEN DE KOSTENNIVEAUS VAN DE VERSCHILLENDE PRODUCENTEN . DE REDENGEVING VAN DE BESTREDEN BESCHIKKING IS MITSDIEN VOLDOENDE .
21 DAAR TEGEN DIT ONDERDEEL VAN DE REDENGEVING, DAT REEDS OP ZICH DE BESTREDEN BESCHIKKING VOLDOENDE DRAAGT, GEEN ANDERE MIDDELEN ZIJN AANGEVOERD, MOET HET BEROEP TOT NIETIGVERKLARING WORDEN VERWORPEN, ZONDER DAT BEHOEFT TE WORDEN INGEGAAN OP DE MIDDELEN DIE TEGEN DE ANDERE ONDERDELEN VAN DE REDENGEVING VAN DE BESCHIKKING ZIJN AANGEVOERD .
22 DE SUBSIDIAIRE VORDERINGEN VAN VERZOEKSTER, WAARMEE ZIJ DE VASTSTELLING VAN DE NIETIGHEID VAN DE BESTREDEN BESCHIKKING, DE WIJZIGING ERVAN OF DE VERVANGING ERVAN DOOR EEN ANDERE BESCHIKKING VERLANGT, ZIJN IN HET KADER VAN EEN BEROEP KRACHTENS ARTIKEL*173 EEG-VERDRAG NIET ONTVANKELIJK .
23 MITSDIEN MOET HET BEROEP IN ZIJN GEHEEL WORDEN VERWORPEN .
KOSTEN
24 INGEVOLGE ARTIKEL*69, PARAGRAAF*2, VAN HET REGLEMENT VOOR DE PROCESVOERING MOET DE IN HET ONGELIJK GESTELDE PARTIJ IN DE KOSTEN WORDEN VERWEZEN . AANGEZIEN VERZOEKSTER IN HET ONGELIJK IS GESTELD, DIENT ZIJ IN DE KOSTEN TE WORDEN VERWEZEN .
HET HOF VAN JUSTITIE ( ZESDE KAMER ),
RECHTDOENDE :
1 ) VERWERPT HET BEROEP .
2 ) VERWIJST VERZOEKSTER IN DE KOSTEN VAN HET GEDING .