This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 62021CN0412
Case C-412/21: Request for a preliminary ruling from the Tribunalul Satu Mare (Romania) lodged on 6 July 2021 — Dual Prod SRL v Direcția Generală Regională a Finanțelor Publice Cluj-Napoca — Comisia regională pentru autorizarea operatorilor de produse supuse accizelor armonizate
Zaak C-412/21: Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Tribunal Satu Mare (Roemenië) op 6 juli 2021 — Dual Prod/Direcţia Generală Regională a Finanţelor Publice Cluj-Napoca — Comisia regională pentru autorizarea operatorilor de produse supuse accizelor armonizate
Zaak C-412/21: Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Tribunal Satu Mare (Roemenië) op 6 juli 2021 — Dual Prod/Direcţia Generală Regională a Finanţelor Publice Cluj-Napoca — Comisia regională pentru autorizarea operatorilor de produse supuse accizelor armonizate
PB C 401 van 4.10.2021, p. 5–5
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
4.10.2021 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 401/5 |
Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Tribunal Satu Mare (Roemenië) op 6 juli 2021 — Dual Prod/Direcţia Generală Regională a Finanţelor Publice Cluj-Napoca — Comisia regională pentru autorizarea operatorilor de produse supuse accizelor armonizate
(Zaak C-412/21)
(2021/C 401/05)
Procestaal: Roemeens
Verwijzende rechter
Tribunalul Satu Mare
Partijen in het hoofdgeding
Verzoekende partij: Dual Prod SRL
Verwerende partij: Direcţia Generală Regională a Finanţelor Publice Cluj-Napoca — Comisia regională pentru autorizarea operatorilor de produse supuse accizelor armonizate
Prejudiciële vragen
1) |
Kan artikel 48, lid 1, van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie inzake het vermoeden van onschuld, gelezen in samenhang met artikel 16, lid 1, van richtlijn 2008/118/EG (1), aldus worden uitgelegd dat het in de weg staat aan een juridische situatie als in de onderhavige zaak aan de orde is, waarin een bestuurlijk besluit tot schorsing van de vergunning voor de productie van alcohol kan worden vastgesteld op grond van louter vermoedens die in een lopende strafprocedure worden onderzocht, zonder dat er een definitieve strafrechtelijke veroordeling is uitgesproken? |
2) |
Kan artikel 50 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie inzake het beginsel ne bis in idem, gelezen in samenhang met artikel 16, lid 1, van richtlijn 2008/118/EG, aldus worden uitgelegd dat het in de weg staat aan een juridische situatie als in de onderhavige zaak aan de orde is, die inhoudt dat aan dezelfde persoon voor dezelfde feiten twee gelijkaardige sancties zijn opgelegd (schorsing van de vergunning voor de productie van alcohol), die uitsluitend verschillen [wat betreft de duur van de sancties]? |
(1) Richtlijn 2008/118/EG van de Raad van 16 december 2008 houdende een algemene regeling inzake accijns en houdende intrekking van richtlijn 92/12/EEG (PB 2009, L 9, blz. 12).