Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52006XG0722(02)

Verklaringen voor de notulen van de Raad van 17 juli 2006

PB C 171 van 22.7.2006, p. 21–21 (ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, NL, PL, PT, SK, SL, FI, SV)

22.7.2006   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 171/21


Verklaringen voor de notulen van de Raad van 17 juli 2006

(2006/C 171/02)

A.

Verklaring van de Commissie (ad artikel 7, lid 3)

Teneinde volledig uitvoering te geven aan artikel 7, lid 3, zoals gewijzigd bij het besluit van de Raad tot wijziging van Besluit 1999/468/EG, verbindt de Commissie zich ertoe de transparantiemaatregelen te nemen die nodig zijn om ervoor te zorgen dat het Europees Parlement op het moment van voorlegging van de uitvoeringsmaatregelen aan de comités hiervan op de hoogte wordt gebracht. Door de werking van het register te verbeteren, zou de Commissie het Europees Parlement in staat moeten kunnen stellen zijn toetsingsbevoegdheid ten volle uit te oefenen, onder meer door:

een duidelijke opgave van de verschillende documenten waarop dezelfde procedure van toepassing is;

de opgave van de fase van de procedure, alsook van het tijdschema;

een duidelijk onderscheid tussen de ontwerp-maatregelen die het Europees Parlement op hetzelfde tijdstip als de leden van het comité uit hoofde van het recht op informatie ontvangt, enerzijds, en het definitieve ontwerp na het aan het Europees Parlement toegezonden advies van het comité, anderzijds.

Op het gebied van de financiële diensten heeft de Commissie zich ertoe verbonden erop toe te zien dat op gezette tijden bij het Europees Parlement verslag wordt uitgebracht over de werkzaamheden van de comités. De Commissie verbindt zich ertoe:

1.

de functionaris van de Commissie die de comitévergaderingen voorzit, na elke vergadering van het comité aan het Parlement desgevraagd verslag te doen uitbrengen over de besprekingen over de aan de comités voorgelegde ontwerpen van uitvoeringsmaatregelen;

2.

eventuele vragen over de besprekingen over de ontwerpen van de aan de comités voorgelegde uitvoeringsmaatregelen mondeling of schriftelijk te beantwoorden;

3.

te dien einde de toezeggingen in de punten 1 tot en met 7 van de brief van Commissielid Bolkestein van 2 oktober 2001 aan de voorzitster van de Commissie economische en monetaire zaken te bevestigen.

B.

Verklaring van de Commissie (ad artikel 5 en artikel 5 bis)

De Commissie bevestigt haar toezegging dat zij de aan Besluit 1999/468/EG van de Raad van 28 juni 1999 gehechte verklaring nr. 3 zal toepassen op de maatregelen die vallen onder de nieuwe regelgevingsprocedure met toetsing (artikel 5 bis) (1).


(1)  PB C 203 van 17.7.1999, blz. 1.


Top