Klimaatonderhandelingen van de Verenigde Naties (VN) — Een overzicht
SAMENVATTING VAN:
Artikel 191 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie voor zover van toepassing op de EU-deelname aan de VN-klimaatonderhandelingen
HET VERDRAG BETREFFENDE DE WERKING VAN DE EUROPESE UNIE EN DE VN-KLIMAATONDERHANDELINGEN
-
In artikel 191 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU) worden de doelstellingen en beginselen van het milieubeleid van de Europese Unie (EU) bepaald en wordt de deelname van de EU aan de VN-klimaatonderhandelingen onderschreven, en meer in het bijzonder in:
-
artikel 191, lid 1, vierde streepje van het VWEU, waar specifiek wordt vermeld dat het een van de belangrijkste doelstellingen van het EU-milieubeleid is maatregelen op internationaal niveau te bevorderen om het hoofd te bieden aan regionale of mondiale milieuproblemen, in het bijzonder door klimaatverandering te bestrijden, en
-
artikel 191, lid 4, waar naar samenwerking op dit gebied met andere landen en internationale organisaties, zoals de VN, wordt verwezen.
-
Met de VN-klimaatonderhandelingen wordt getracht internationale overeenstemming te bereiken over doeltreffende maatregelen om de opwarming van de aarde te bestrijden. De eerste, in 1992, was een toezegging om de opwarming van de aarde onder de 2 oC te houden vergeleken met de pre-industriële temperatuur.
-
De nieuwe internationale klimaatovereenkomst die in 2015 werd aangenomen om de overgang naar een koolstofarme wereldeconomie te bespoedigen, is het resultaat van jarenlange inspanning door de internationale gemeenschap om een universele, multilaterale overeenkomst inzake klimaatverandering tot stand te brengen.
BELANGRIJKSTE STAPPEN OM KLIMAATVERANDERING TEGEN TE GAAN
-
1992: Met het Raamverdrag van de VN inzake klimaatverandering (UNFCCC) werd een basis gelegd voor internationale samenwerking om klimaatverandering te bestrijden door de gemiddelde mondiale temperatuurstijging en de daaruit voortvloeiende klimaatverandering te beperken.
-
1997: Het Protocol van Kyoto, 's werelds eerste juridisch bindende overeenkomst om broeikasgasemissies te verminderen, werd goedgekeurd. De deelnemende geïndustrialiseerde landen hebben zich ertoe verbonden hun totale uitstoot in een eerste verbintenisperiode (tussen 2008 en 2012) met ten minste 5 % te verlagen ten opzichte van het niveau van 1990. De (toenmalige) 15 EU-landen hebben zich verbonden tot een daling van 8 %.
-
2009: In Kopenhagen werd gezorgd voor een politiek akkoord waarin werd opgeroepen tot specifieke maatregelen om broeikasgasemissies te verminderen. Dit was de eerste keer dat alle belangrijke economieën expliciet internationale klimaatbeloften hebben gedaan. Het akkoord werd door meer dan 140 landen ondersteund.
-
2010: In Cancún werd voor het eerst in een formeel VN-besluit erkend dat de opwarming van de aarde onder de 2 oC moet worden gehouden vergeleken met de pre-industriële temperatuur en dat er meer algemene inspanningen moesten worden geleverd om dat doel te halen.
-
2011: In Durban werd bevestigd dat er een nieuwe juridische overeenkomst nodig was om klimaatverandering na 2020 aan te pakken: een overeenkomst waaraan ieder land naar beste vermogen een steentje kan bijdragen, en die in 2015 zou worden gesloten.
-
2012: In Doha ondersteunden 38 geïndustrialiseerde landen, waaronder de EU, de overeenkomst om deel te nemen aan een tweede verbintenisperiode van het Protocol van Kyoto (2013-2020). Deze omvat 14 % van de wereldwijde uitstoot.
-
2013: In Warschau werd er voor landen een schema opgesteld om hun bijdragen aan de vermindering of beperking van broeikasgasemissies in te dienen in het kader van de nieuwe mondiale overeenkomst die in 2015 moest worden voltooid.
-
2014: In Lima werden de beloften van Warschau ondersteund: alle landen moesten hun beoogde bijdragen voor de overeenkomst van 2015 duidelijk, transparant en begrijpelijk beschrijven. Bovendien werden er ontwerpelementen voor de overeenkomst en versnelde maatregelen vóór 2020 overeengekomen.
-
2015: In Parijs werd de allereerste, universele, juridisch bindende mondiale klimaatovereenkomst aangenomen, die vanaf 2020 moet worden ingevoerd. De overeenkomst bevat een mondiaal actieplan om de wereld op koers te zetten en gevaarlijke klimaatverandering te voorkomen door de opwarming van de aarde te beperken tot ruim minder dan 2 oC. De EU-bijdrage aan de nieuwe overeenkomst is een bindende beoogde uitstootreductie van ten minste 40 % vóór 2030.
ACHTERGROND
Kijk voor meer informatie op:
BELANGRIJKSTE DOCUMENT
Geconsolideerde versie van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie — Derde deel — Het beleid en intern optreden — Titel XX — Milieu — Artikel 191 (oud artikel 174 VEG) (PB C 202 van 7.6.2016, blz. 132-133)
Laatste bijwerking 17.11.2016
Top