This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Translating the Monterrey Consensus into practice
De consensus van Monterrey in de praktijk omzetten
De consensus van Monterrey in de praktijk omzetten
This summary has been archived and will not be updated, because the summarised document is no longer in force or does not reflect the current situation.
De consensus van Monterrey in de praktijk omzetten
De Europese Unie maakt de balans op van de verbintenissen die zij op de Europese Raad van Barcelona in maart 2002 inzake ontwikkelingsfinanciering is aangegaan en beveelt toekomstige maatregelen op bepaalde terreinen aan.
BESLUIT
Mededeling van de Commissie aan de Raad en het Europees Parlement: "Omzetting van de consensus van Monterrey in de praktijk: bijdrage van de Europese Unie" [COM(2004) 150 def. - Niet in het Publicatieblad bekendgemaakt].
SAMENVATTING
In dit jaarlijks toetsingsverslag maakt de Commissie de balans op van de acht verbintenissen die zij tijdens de Europese Raad van Barcelona van maart 2002 is aangegaan en op de conferentie van Monterrey (EN) over ontwikkelingsfinanciering heeft verdedigd.
Financiële middelen voor de officiële ontwikkelingshulp
Het rapport concludeert dat de lidstaten op dit gebied goed op weg zijn om voor het tweede opeenvolgende jaar deze cruciale verbintenis na te leven en zelfs het vastgestelde streefcijfer te overschrijden. Ondanks de moeilijke begrotingssituatie in talrijke lidstaten, hebben de landen van de Europese Unie hun officiële ontwikkelingshulp (ODA) in 2002 met 5,8 % in reële waarde verhoogd vergeleken met 2001, en 0,35 % van hun gezamenlijk bruto nationaal inkomen (BNI) daaraan besteed.
De officiële ontwikkelingshulp is significant toegenomen in Zweden, Frankrijk, Griekenland en Italië; zij is eveneens omhoog gegaan in België, Finland en Portugal maar daarentegen gedaald in Oostenrijk, Denemarken, Nederland, Spanje en het Verenigd Koninkrijk.
Dit verslag heeft betrekking op de EU met inbegrip van de tien nieuwe lidstaten. Deze nieuwe leden hebben in 2002 gezamenlijk slechts 0,03 % van hun BNI aan ontwikkelingshulp besteed. De Commissie meent evenwel dat dit percentage in 2006 tot 0,11 % zou kunnen oplopen, waardoor het reële volume wordt verdrievoudigd.
In deze context verzoekt de Commissie de lidstaten hun jaarlijkse bijdrage tot de officiële ontwikkelingshulp gedurende de periode tot 2006 te handhaven of te verhogen, teneinde de vorderingen van de EU met het oog op de naleving van de verbintenissen van Monterrey in stand te houden.
Coördinatie van het beleid en harmonisatie van de procedures
In verband met deze verbintenis concludeert het verslag dat de EU er nog steeds niet in geslaagd is haar beleidslijnen op ontwikkelingsgebied beter te coördineren of de procedures voor de tenuitvoerlegging van de hulp te harmoniseren.
Er blijft dus nog veel te doen voor een optimale aanwending van de nog steeds beperkte middelen. Ook vandaag nog zijn de meeste lidstaten eraan gehecht hun eigen procedures toe te passen wanneer het gaat om het beheren van de middelen voor ontwikkelingshulp in de begunstigde landen. Talrijke begunstigde landen worden hierdoor geconfronteerd met een wildgroei van eisen inzake verslagen, uiteenlopende boekhoudkundige normen enzovoort, wat een administratieve last vormt die de al beperkte administratieve capaciteit ernstig in het gedrang kan brengen. De lidstaten zelf verliezen hierdoor aanzienlijke productiviteitsstijgingen van hun administratie als gevolg van een doublure van de werkzaamheden, met name wanneer het gaat om het analyseren van het politieke kader van de begunstigde landen.
In het licht hiervan stelt de Commissie een hele reeks concrete maatregelen voor, met name:
Andere verbintenissen
In het verslag wordt gesteld dat inzake de zes overige verbintenissen van Barcelona in 2004 geen andere belangrijke maatregelen op communautair niveau moeten worden genomen en dat het aangewezen is zich op de verschillende lopende activiteiten te concentreren en die tot een goed einde te brengen.
Er zijn inderdaad de laatste jaren concrete maatregelen genomen voor de naleving van de verbintenissen die betrekking hebben op ontkoppeling van de hulp en schuldverlichting. De vorderingen in verband met mondiale collectieve goederen, bijstand op het gebied van de handel en nieuwe financieringsbronnen zijn bemoedigend, hoewel zij meer het resultaat zijn van de werkzaamheden van de lidstaten afzonderlijk dan van de EU in haar geheel.
Verbintenissen van Barcelona
In Barcelona heeft de EU zich ertoe verbonden:
Conferentie van Monterrey over de ontwikkelingsfinanciering
De internationale conferentie over ontwikkelingsfinanciering, die van 18 tot 22 maart 2002 in Monterrey (Mexico) heeft plaatsgevonden, heeft geleid tot een consensus over de financiering van de mondiale ontwikkeling in de ontwikkelingslanden. De EU, die wereldwijd meer dan 50 % van de officiële ontwikkelingshulp verstrekt, heeft een belangrijke rol bij het welslagen van deze conferentie gespeeld. De EU had haar bijdrage tot de conferentie van Monterrey op de Europese Raad van Barcelona van maart 2002 vastgesteld.
GERELATEERDE BESLUITEN
Jaarverslag van de Commissie aan het Europees Parlement, aan de Raad, aan het Europees Economisch en Sociaal Comité en aan het Comité van de Regio's van 4 april 2007 - Ontwikkelingsfinanciering: Europa komt zijn beloften na [COM(2007) 164 definitief - Niet verschenen in het Publicatieblad].
Mededeling van de Commissie aan de Raad en aan het Europees Parlement van 12 april 2005 - Sneller vorderingen boeken om de ontwikkelingsdoelstellingen van het millennium te bereiken - Financiering met het oog op de doeltreffendheid van ontwikkelingshulp [COM(2005) 133 definitief - Niet verschenen in het Publicatieblad].
Laatste wijziging: 27.05.2008