Zuigelingenvoeding

Volledige zuigelingenvoeding en opvolgzuigelingenvoeding voor peuters zijn aan strenge regels gebonden wat betreft de samenstelling en de maximumgehalten aan bestrijdingsmiddelen, alsmede op het gebied van etikettering, reclame en marketing.

BESLUIT

Richtlijn 91/321/EEG van de Commissie van 14 mei 1991 inzake volledige zuigelingenvoeding en opvolgzuigelingenvoeding [Zie wijzigingsbesluiten].

SAMENVATTING

Richtlijn 91/321/EEG - van kracht tot 1 januari 2008

Richtlijn 91/321/EEG is een bijzondere richtlijn van Richtlijn 89/398/EEG.

Zij bevat de regels voor de verkoop van volledige zuigelingenvoeding en opvolgzuigelingenvoeding die bestemd zijn om door gezonde zuigelingen in de Gemeenschap te worden gebruikt. Voorts voorziet zij in de tenuitvoerlegging door de lidstaten van de beginselen en doelstellingen van de Internationale Gedragscode voor vervangingsmiddelen van moedermelk.

De richtlijn bepaalt met betrekking tot de verkoop onder meer de toegestane ingrediënten, de samenstellingscriteria, de stoffen die mogen worden gebruikt bij de bereiding van de betrokken preparaten, de verkoopbenamingen, de gegevens die op de etiketten moeten worden vermeld naast de vermeldingen die zijn voorgeschreven in Richtlijn 79/112/EEG van de Raad inzake etikettering van levensmiddelen (es de en fr) enzovoort.

Voor volledige zuigelingenvoeding mag slechts reclame worden gemaakt in gespecialiseerde publicaties op het gebied van babyverzorging. De lidstaten moeten ervoor zorgen dat de voorlichting over zuigelingen- en peutervoeding objectief en consistent is.

MAXIMUMGEHALTEN AAN BESTRIJDINGSMIDDELEN

Richtlijn 1999/50/EG

Richtlijn 1999/50/EG legt het toegestane maximumgehalte vast aan residuen van bestrijdingsmiddelen in volledige zuigelingenvoeding en opvolgzuigelingenvoeding op 0,01 mg/kg. Deze grenswaarde komt overeen met het minimumgehalte dat opspoorbaar is met behulp van multiresidumethoden, die in één keer op een honderdtal stoffen controleren.

Richtlijn 91/321/EG 6. Bijlage IX van deze richtlijn bevat een opsomming van de bestrijdingsmiddelen die niet mogen worden gebruikt bij de productie van landbouwproducten die voor de vervaardiging van volledige zuigelingenvoeding en opvolgzuigelingenvoeding zijn bestemd. Dit verbod garandeert helaas niet dat deze bestrijdingsmiddelen niet meer in de genoemde producten voorkomen, aangezien het milieu nog steeds verontreinigd kan zijn met sommige bestrijdingsmiddelen die slechts langzaam worden afgebroken.

Richtlijn 2006/141/EG 7. Deze richtlijn vervangt Richtlijn 91/321/EEG met ingang van 1 januari 2008.

Richtlijn 2006/82/EG 8. Aanpassing van Richtlijn 91/321/EEG en van Richtlijn 1999/21/EG inzake dieetvoeding voor medisch gebruik, in verband met de toetreding van Bulgarije en Roemenië.

Richtlijn (EG) nr. 1609/2006 9. Verlening van een vergunning voor het in de handel brengen van zuigelingenvoeding op basis van hydrolysaten van wei-eiwit, vervaardigd van koemelkeiwit, voor een periode van twee jaar.

GERELATEERDE BESLUITEN

Verordening (EG) nr. 1881/2006 van de Commissie van 19 december 2006 tot vaststelling van de maximumgehalten aan bepaalde verontreinigingen in levensmiddelen [Publicatieblad L 364 van 20.12.2006].

Richtlijn 92/52/EEG van 18 juni 1992 inzake volledige zuigelingenvoeding en opvolgzuigelingenvoeding die voor de uitvoer naar derde landen is bestemd [Publicatieblad L 179 van 1.7.1992]. Deze richtlijn heeft tot doel een aantal bepalingen van Richtlijn 91/321/EEG van de Commissie toe te passen op dezelfde producten, die naar derde landen geëxporteerd worden.

See also

Meer informatie over voeding voor zuigelingen en peuters vindt u op de SCADplus-pagina over bewerkte voedingsmiddelen op basis van granen voor baby's (es de en fr).

Laatste wijziging: 09.04.2008