Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document E2020C0102

Besluit van de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA Nr. 102/20/COL van 31 augustus 2020 waarbij Noorwegen wordt gemachtigd om bepaalde termijnen te verlengen die zijn gespecificeerd in artikel 2 van Verordening (EU) 2020/698 van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van specifieke en tijdelijke maatregelen naar aanleiding van de COVID-19-uitbraak in verband met de vernieuwing of verlenging van bepaalde certificaten, getuigschriften en vergunningen, en het uitstel van bepaalde periodieke controles en periodieke opleidingen op bepaalde gebieden van de vervoerswetgeving [2020/1635]

PUB/2020/765

PB L 367 van 5.11.2020, p. 42–44 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

ELI: http://data.europa.eu/eli/dec/2020/1635/oj

5.11.2020   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 367/42


BESLUIT VAN DE TOEZICHTHOUDENDE AUTORITEIT VAN DE EVA

Nr. 102/20/COL

van 31 augustus 2020

waarbij Noorwegen wordt gemachtigd om bepaalde termijnen te verlengen die zijn gespecificeerd in artikel 2 van Verordening (EU) 2020/698 van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van specifieke en tijdelijke maatregelen naar aanleiding van de COVID-19-uitbraak in verband met de vernieuwing of verlenging van bepaalde certificaten, getuigschriften en vergunningen, en het uitstel van bepaalde periodieke controles en periodieke opleidingen op bepaalde gebieden van de vervoerswetgeving [2020/1635]

DE TOEZICHTHOUDENDE AUTORITEIT VAN DE EVA,

Gezien Verordening (EU) 2020/698 (1) van het Europees Parlement en de Raad van 25 mei 2020 tot vaststelling van specifieke en tijdelijke maatregelen naar aanleiding van de COVID-19-uitbraak in verband met de vernieuwing of verlenging van bepaalde certificaten, getuigschriften en vergunningen, en het uitstel van bepaalde periodieke controles en periodieke opleidingen op bepaalde gebieden van de vervoerswetgeving, en met name artikel 2, zoals aangepast aan de EER-Overeenkomst bij Protocol 1 daarbij,

Overwegende hetgeen volgt:

Volgens Richtlijn 2003/59/EG van het Europees Parlement en de Raad (2) moeten bepaalde beroepschauffeurs nascholing volgen, en na die opleiding met succes te hebben voltooid, ontvangen zij een getuigschrift van vakbekwaamheid in de vorm van een kwalificatiekaart bestuurder of aanbrenging van de geharmoniseerde Uniecode “95” op het rijbewijs overeenkomstig artikel 10 van die richtlijn.

Bij artikel 2, lid 1, van Verordening (EU) 2020/698 worden de termijnen waarbinnen de houder van een getuigschrift van vakbekwaamheid de nascholing moet voltooien, die anders zouden zijn verstreken of zouden verstrijken tussen 1 februari 2020 en 31 augustus 2020, met zeven maanden verlengd. Evenzo wordt de geldigheid van de overeenkomstige aanbrenging van geharmoniseerde Uniecode “95” bij artikel 2, lid 2, van die verordening verlengd en worden de overeenkomstige kwalificatiekaarten bestuurder bij artikel 2, lid 3, verlengd.

Een lidstaat die van oordeel is dat het volgen van nascholing of de afgifte van een getuigschrift daarvan, het aanbrengen van de geharmoniseerde Uniecode “95” of de vernieuwing van de kwalificatiekaart bestuurder allicht onmogelijk zal blijven tot na 31 augustus 2020 als gevolg van maatregelen die hij heeft genomen om de verspreiding van COVID-19 te voorkomen of te beperken, kan een met redenen omkleed verzoek indienen om te worden gemachtigd de in artikel 2, leden 1, 2 en 3, van Verordening (EU) 2020/698 vermelde perioden, naargelang het geval, te verlengen. Dat verzoek kan betrekking hebben op de periode tussen 1 februari 2020 en 31 augustus 2020 en/of op de in artikel 2, leden 1, 2 en 3, van die verordening vermelde perioden van zeven maanden, naargelang het geval.

Indien de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA op basis van een overeenkomstig artikel 2, lid 5, van Verordening (EU) 2020/698 ingediend verzoek oordeelt dat aan de in dat lid vastgestelde eisen is voldaan, stelt zij overeenkomstig artikel 2, lid 6, van die verordening een besluit vast waarbij de betrokken lidstaat wordt gemachtigd de perioden in kwestie te verlengen. De verlenging wordt beperkt ter weerspiegeling van de periode waarin het voltooien van de betreffende nascholing of de afgifte van een getuigschrift daarvan, het aanbrengen van de geharmoniseerde Uniecode “95” of de vernieuwing van kwalificatiekaarten bestuurder naar verwachting onmogelijk zal blijven, en mag in geen geval langer zijn dan zes maanden.

Bij brief van 15 juni 2020  (3) heeft Noorwegen, onder verwijzing naar artikel 2, leden 1 en 2, van Verordening (EU) 2020/698, overeenkomstig artikel 2, lid 5, een met redenen omkleed verzoek ingediend om te worden gemachtigd de in artikel 2, leden 1 en 2, van die verordening vermelde periode met één maand te verlengen. Noorwegen heeft op 26 augustus 2020 aanvullende informatie verstrekt ter ondersteuning van zijn verzoek (4).

Volgens de door Noorwegen verstrekte informatie zal het volgen van nascholing en de afgifte van een getuigschrift daarvan en het aanbrengen van de geharmoniseerde Uniecode “95” in Noorwegen waarschijnlijk tot 30 september 2020 onmogelijk blijven als gevolg van maatregelen die Noorwegen heeft genomen om de verspreiding van COVID-19 te voorkomen of te beperken.

Noorwegen heeft met name algemene lockdownmaatregelen opgelegd die de sluiting omvatten van opleidingsfaciliteiten, waaronder die voor de nascholing van bestuurders in de zin van Richtlijn 2003/59/EG, en openbare diensten in verband met de vernieuwing van documenten en getuigschriften.

De nascholingscursussen zijn geleidelijk hervat. De maatregelen om COVID-19 in te perken, leiden echter nog steeds tot beperkingen voor deze faciliteiten. Noorwegen verklaart dat de opleidingsfaciliteiten moeten voldoen aan de toepasselijke nationale regels inzake social distancing. Als gevolg daarvan kan slechts een beperkt aantal kandidaten tegelijkertijd aan de cursussen deelnemen. De door de Noorse autoriteiten opgelegde maatregelen hebben geleid tot een aanzienlijke achterstand van getuigschrifthouders die de vereiste nascholing niet hebben kunnen volgen.

Nadat zij overeenkomstig artikel 2, lid 6, van Verordening (EU) 2020/698 het overeenkomstig artikel 2, lid 5, van die verordening van Noorwegen ontvangen met redenen omklede verzoek en de verstrekte aanvullende informatie heeft beoordeeld, is de Autoriteit van oordeel dat het volgen van nascholing of de afgifte van een getuigschrift daarvan, het aanbrengen van de geharmoniseerde Uniecode “95” of de vernieuwing van de kwalificatiekaart bestuurder waarschijnlijk onmogelijk zal blijven tot na 31 augustus 2020 als gevolg van maatregelen die Noorwegen heeft genomen om de verspreiding van COVID-19 te voorkomen of te beperken. Aan de in artikel 2, lid 5, van Verordening (EU) 2020/698 vastgestelde eisen is dus voldaan.

Noorwegen moet derhalve worden gemachtigd om de respectieve perioden tussen 1 februari 2020 en 31 augustus 2020 die zijn vermeld in artikel 2, leden 1 en 2, van Verordening (EU) 2020/698, met een maand te verlengen.

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Noorwegen wordt gemachtigd de in artikel 2, lid 1, van Verordening (EU) 2020/698 gespecificeerde termijn van 1 februari 2020 tot en met 31 augustus 2020 met een maand te verlengen met het oog op de toepassing van artikel 2, leden 1 en 2, van die verordening.

Dit besluit is gericht tot het Koninkrijk Noorwegen.

Gedaan te Brussel, 31 augustus 2020.

Voor de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA

Bente ANGELL-HANSEN

Voorzitter

Frank J. BÜCHEL

Lid van het College

Högni KRISTJÁNSSON

Verantwoordelijk lid van het College

Carsten ZATSCHLER

Medeondertekenaar, directeur

van de Juridische en Uitvoerende Dienst


(1)   PB L 165 van 27.5.2020, blz. 10, bij Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 91/2020 van 18 juni 2020 opgenomen in punt 4b van bijlage XIII bij de EER-Overeenkomst.

(2)  Richtlijn 2003/59/EG van het Europees Parlement en de Raad van 15 juli 2003 betreffende de vakbekwaamheid en de opleiding en nascholing van bestuurders van bepaalde voor goederen- en personenvervoer over de weg bestemde voertuigen, tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 3820/85 van de Raad en Richtlijn 91/439/EEG van de Raad en tot intrekking van Richtlijn 76/914/EEG van de Raad (PB L 226 van 10.9.2003, blz. 4). Bij Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 64/2006 opgenomen in punt 37 van bijlage XIII bij de EER-Overeenkomst (PB L 245 van 7.9.2006, blz. 13).

(3)  Document nr. 1138286.

(4)  Document nr. 1149283.


Top