Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document E2016P0004

    Beroep tegen het Koninkrijk Noorwegen, ingesteld door de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA op 2 maart 2016 (Zaak E-4/16)

    PB C 338 van 15.9.2016, p. 12–12 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    15.9.2016   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    C 338/12


    Beroep tegen het Koninkrijk Noorwegen, ingesteld door de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA op 2 maart 2016

    (Zaak E-4/16)

    (2016/C 338/14)

    Op 2 maart 2016 is bij het EVA-Hof beroep ingesteld tegen het Koninkrijk Noorwegen door de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA, vertegenwoordigd door Carsten Zatschler, Clémence Perrin en Marlene Lie Hakkebo, optredend als gemachtigden van de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA, Belliardstraat 35, 1040 Brussel, België.

    De Toezichthoudende Autoriteit van de EVA verzoekt het EVA-Hof:

    1.

    te verklaren dat het Koninkrijk Noorwegen de krachtens artikel 33 van de Overeenkomst tussen de EVA-staten betreffende de oprichting van een Toezichthoudende Autoriteit en een Hof van Justitie op hem rustende verplichtingen niet is nagekomen, door bij het verstrijken van de termijn die is gesteld in het met redenen omkleed advies dat overeenkomstig artikel 31, lid 2, van die Overeenkomst werd gericht aan het Koninkrijk Noorwegen, niet de maatregelen te hebben genomen die noodzakelijk zijn voor de uitvoering van het arrest van het Hof van 2 december 2013 in zaak E-13/13, Toezichthoudende Autoriteit van de EVA/Koninkrijk Noorwegen;

    2.

    de verweerder in de kosten van de procedure te verwijzen.

    Feiten en argumenten:

    Het verzoek betreft het feit dat het Koninkrijk Noorwegen op 8 september 2015 nog geen gevolg had gegeven aan een met redenen omkleed advies dat de Toezichthoudende Autoriteit van de EVA op 8 juli 2015 tot hem had gericht en dat betrekking had op het niet nakomen door het Koninkrijk Noorwegen van de krachtens artikel 33 van de Overeenkomst tussen de EVA-staten betreffende de oprichting van een Toezichthoudende Autoriteit en een Hof van Justitie op hem rustende verplichtingen om de maatregelen te nemen die noodzakelijk zijn voor de uitvoering van het arrest van het Hof van 2 december 2013 in zaak E-13/13 (Toezichthoudende Autoriteit van de EVA/het Koninkrijk Noorwegen).

    Zaak E-13/13 had betrekking op de nakoming door het Koninkrijk Noorwegen van Richtlijn 2005/60/EG van het Europees Parlement en de Raad van 26 oktober 2005 tot voorkoming van het gebruik van het financiële stelsel voor het witwassen van geld en de financiering van terrorisme („de AML-richtlijn”).


    Top