Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document C2007/129/17

    Zaak C-189/07: Beroep ingesteld op 3 april 2007 — Commissie van de Europese Gemeenschappen/Koninkrijk Spanje

    PB C 129 van 9.6.2007, p. 10–10 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    9.6.2007   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    C 129/10


    Beroep ingesteld op 3 april 2007 — Commissie van de Europese Gemeenschappen/Koninkrijk Spanje

    (Zaak C-189/07)

    (2007/C 129/17)

    Procestaal: Spaans

    Partijen

    Verzoekende partij: Commissie van de Europese Gemeenschappen (vertegenwoordigers: P. Oliver en F. Jimeno Fernández als gemachtigden)

    Verwerende partij: Koninkrijk Spanje

    Conclusies

    te verklaren dat het Koninkrijk Spanje,

    door op zijn grondgebied en in de maritieme wateren die onder zijn soevereiniteit of jurisdictie vallen, de visserij, met inbegrip van de aanvoer en de verhandeling van soorten waarop bepalingen inzake minimummaat van toepassing zijn krachtens verordening (EG) nr. 850/98 (1) en verordening (EG) nr. 2406/96 (2), onvoldoende te controleren, te inspecteren en te bewaken; en

    door niet voldoende te ijveren voor het nemen van passende maatregelen tegen de verantwoordelijken voor de inbreuken op de gemeenschapsregeling, voornamelijk door middel van het inleiden van administratieve of strafrechtelijke procedures en het opleggen van afschrikkende sancties aan die verantwoordelijken,

    de verplichtingen niet is nagekomen die op hem rusten krachtens artikel 2, lid 1, en artikel 31, leden 1 en 2, van verordening (EEG) nr. 2847/93 (3).

    het Koninkrijk Spanje te verwijzen in de kosten.

    Middelen en voornaamste argumenten

    De toepasselijke bepalingen vereisen dat de lidstaten:

    een doeltreffende regeling opzetten voor de controle op en de inspectie en de bewaking van de aanvoer en de verhandeling van soorten waarop bepalingen inzake minimummaat van toepassing zijn;

    afschrikkende sancties opleggen aan de verantwoordelijken voor inbreuken op de gemeenschapsregeling;

    de sancties daadwerkelijk uitvoeren die kunnen zijn opgelegd aan die verantwoordelijken om de uit een onrechtmatige activiteit voortvloeiende ongerechtvaardigde verrijking te voorkomen.

    In casu is naar behoren vastgesteld dat Spanje de verplichtingen niet is nagekomen die op hem rusten krachtens de gemeenschapsregeling inzake de controle op en het bestraffen van inbreuken op het gebied van de visserij. Deze niet-nakoming blijkt niet alleen uit de conclusies van de inspecteurs van de Gemeenschap, maar ook uit de erkenning door verweerder zelf.


    (1)  Verordening (EG) nr. 850/98/EG van de Raad van 30 maart 1998 voor de instandhouding van de visbestanden via technische maatregelen voor de bescherming van jonge exemplaren van mariene organismen (PB L 125, blz. 1).

    (2)  Verordening (EG) nr. 2406/96 van de Raad van 26 november 1996 houdende vaststelling van gemeenschappelijke handelsnormen voor bepaalde visserijproducten (PB L 334, blz. 1).

    (3)  Verordening (EEG) nr. 2847/93 van de Raad van 12 oktober 1993 tot invoering van een controleregeling voor het gemeenschappelijk visserijbeleid (PB L 261, blz. 1).


    Top