EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document C2007/056/19

Zaak C-204/06: Arrest van het Hof (Zesde kamer) van 18 januari 2007 — Commissie van de Europese Gemeenschappen/Tsjechische Republiek (Niet-nakoming — Richtlijn 78/686/EEG — Onderlinge erkenning van diploma's, certificaten en andere titels — Beoefenaars der tandheelkunde — Maatregelen tot vergemakkelijking van daadwerkelijke uitoefening van recht van vestiging en vrij verrichten van diensten — Niet-uitvoering binnen voorgeschreven termijn)

PB C 56 van 10.3.2007, p. 11–12 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

10.3.2007   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 56/11


Arrest van het Hof (Zesde kamer) van 18 januari 2007 — Commissie van de Europese Gemeenschappen/Tsjechische Republiek

(Zaak C-204/06) (1)

(Niet-nakoming - Richtlijn 78/686/EEG - Onderlinge erkenning van diploma's, certificaten en andere titels - Beoefenaars der tandheelkunde - Maatregelen tot vergemakkelijking van daadwerkelijke uitoefening van recht van vestiging en vrij verrichten van diensten - Niet-uitvoering binnen voorgeschreven termijn)

(2007/C 56/19)

Procestaal: Tsjechisch

Partijen

Verzoekende partij: Commissie van de Europese Gemeenschappen (vertegenwoordigers: K. Walkerová en H. Støvlbæk, gemachtigden)

Verwerende partij: Tsjechische Republiek (vertegenwoordiger: T. Boček, gemachtigde)

Voorwerp

Niet-nakoming — Verzuim om binnen de gestelde termijn uitvoering te geven aan richtlijn 78/686/EEG van de Raad van 25 juli 1978 inzake de onderlinge erkenning van de diploma's, certificaten en andere titels van de beoefenaar der tandheelkunde, tevens houdende maatregelen tot vergemakkelijking van de daadwerkelijke uitoefening van het recht van vestiging en vrij verrichten van diensten (PB L 233, blz. 1)

Dictum

1)

Door niet alle wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen vast te stellen die nodig zijn om te voldoen aan richtlijn 78/686/EEG van de Raad van 25 juli 1978 inzake de onderlinge erkenning van de diploma's, certificaten en andere titels van de beoefenaar der tandheelkunde, tevens houdende maatregelen tot vergemakkelijking van de daadwerkelijke uitoefening van het recht van vestiging en vrij verrichten van diensten, is de Tsjechische Republiek de krachtens artikel 24 van deze richtlijn op haar rustende verplichtingen niet nagekomen.

2)

De Tsjechische Republiek wordt verwezen in de kosten.


(1)  PB C 143 van 17.6.2006.


Top