EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62022TN0776

Zaak T-776/22: Beroep ingesteld op 13 december 2022 — TP/Commissie

PB C 45 van 6.2.2023, p. 24–25 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, GA, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

6.2.2023   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 45/24


Beroep ingesteld op 13 december 2022 — TP/Commissie

(Zaak T-776/22)

(2023/C 45/33)

Procestaal: Engels

Partijen

Verzoekende partij: TP (vertegenwoordigers: T. Faber, F. Bonke en I. Sauvagnac, advocaten)

Verwerende partij: Europese Commissie

Conclusies

nietigverklaring van het besluit van 1 oktober 2022, dat op 3 oktober 2022 ter kennis is gebracht van verzoeker, van de gedelegeerde ordonnateur van de Commissie, de directeur-generaal van DG Reform, over de uitsluiting van verzoeker van deelname aan onder verordening (EU, Euratom) 2018/1046 van het Europees Parlement en de Raad (1) vallende aanbestedingsprocedures, zijn uitsluiting van selectie voor het besteden van middelen van de Europese Unie en zijn uitsluiting van deelname aan onder verordening (EU) 2018/1877 van de Raad (2) vallende aanbestedingsprocedures (hierna: “bestreden besluit”);

subsidiair, vervanging van het bestreden besluit met een gematigde geldboete die in verhouding staat tot verzoekers beperkte betrokkenheid bij de uitvoering van het project;

veroordeling van de Europese Commissie tot vergoeding van verzoekers schade als gevolg van het bestreden besluit, en

in ieder geval, verwijzing van de Europese Commissie in de kosten.

Middelen en voornaamste argumenten

Ter ondersteuning van het beroep voert verzoeker de volgende middelen aan.

1.

Het bestreden besluit is in strijd met artikel 136, lid 1, van verordening 2018/1046 omdat het niet de noodzakelijke feiten vaststelt voor het uitvaardigen van een besluit tot uitsluiting jegens verzoeker, voornamelijk door niet aan te tonen dat verzoeker als individu aanzienlijk tekort zou schieten in de nakoming van de belangrijkste verplichtingen bij de uitvoering van de overeenkomst tussen het consortium waarvan hij deel uitmaakt en de Commissie, zoals vereist op grond van artikel 136, lid 1, van verordening 2018/1046.

2.

Het bestreden besluit is in strijd met artikel 136, lid 3, van verordening 2018/1046 en het algemene evenredigheidsbeginsel, in die zin dat:

de jegens verzoeker genomen sanctie van uitsluiting voldoet niet aan het doel van het in verordening 2018/1046 vastgestelde stelsel van vroegtijdige opsporing en uitsluiting, en

de jegens verzoeker genomen sanctie van uitsluiting gaat voorbij aan zijn ondergeschikte rol bij de uitvoering van het project voor het aanleggen van riolering en waterdistributienetwerken in Famagusta (Cyprus).

3.

Het bestreden besluit is in strijd met het algemene rechtszekerheidsbeginsel, door met terugwerkende kracht een sanctie van uitsluiting op grond van verordening 2018/1046 te handhaven die zwaarder is dan de geldboete die bovengenoemde ordonnateur zou hebben opgelegd op grond van verordening (EU, Euratom) nr. 966/2012 van het Europees Parlement en de Raad (3).


(1)  Verordening (EU, Euratom) 2018/1046 van het Europees Parlement en de Raad van 18 juli 2018 tot vaststelling van de financiële regels van toepassing op de algemene begroting van de Unie, tot wijziging van verordeningen (EU) nr. 1296/2013, (EU) nr. 1301/2013, (EU) nr. 1303/2013, (EU) nr. 1304/2013, (EU) nr. 1309/2013, (EU) nr. 1316/2013, (EU) nr. 223/2014, (EU) nr. 283/2014 en besluit nr. 541/2014/EU en tot intrekking van verordening (EU, Euratom) nr. 966/2012 (PB 2018, L 193, blz. 1).

(2)  Verordening (EU) 2018/1877 van de Raad van 26 november 2018 inzake het financieel reglement van toepassing op het 11e Europees Ontwikkelingsfonds, en tot intrekking van verordening (EU) 2015/323 (PB 2018, L 307, blz. 1).

(3)  Verordening (EU, Euratom) nr. 966/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 25 oktober 2012 tot vaststelling van de financiële regels van toepassing op de algemene begroting van de Unie en tot intrekking van verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 (PB 2012, L 298, blz. 1).


Top