Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62021TN0072

Zaak T-72/21: Beroep ingesteld op 3 februari 2021 — Bowden en Young / Europol

PB C 98 van 22.3.2021, p. 33–34 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

22.3.2021   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 98/33


Beroep ingesteld op 3 februari 2021 — Bowden en Young / Europol

(Zaak T-72/21)

(2021/C 98/38)

Procestaal: Frans

Partijen

Verzoekende partijen: Ian James Bowden (Den Haag, Nederland) en Janey Young (Den Haag) (vertegenwoordiger: N. de Montigny, advocaat)

Verwerende partij: Agentschap van de Europese Unie voor samenwerking op het gebied van rechtshandhaving (Europol)

Conclusies

De verzoekende partij verzoekt het Gerecht:

nietig te verklaren de individuele besluiten van 30 maart 2020 om op hen niet de uitzondering van de nationaliteitsvoorwaarde toe te passen zoals voorzien in artikel 12, lid 2, onder a), van de RAP en dientengevolge hun respectieve arbeidsovereenkomsten op basis van artikel 47 RAP te beëindigen met inachtneming van een opzeggingstermijn die begint te lopen bij “het verstrijken van de overgangsperiode”, dat wil zeggen op 31 december 2020 volgens het Terugtrekkingsakkoord;

de verwerende partij te verwijzen in de kosten.

Middelen en voornaamste argumenten

Ter ondersteuning van haar beroep voert de verzoekende partij zes middelen aan.

1.

Eerste middel, ontleend aan onrechtmatigheid van de procedure en van de toegepaste criteria, onjuiste rechtsopvatting, onjuiste uitlegging, het ontbreken van transparantie, duidelijkheid, rechtszekerheid en voorzienbaarheid en niet-nakoming van de verplichting tot behoorlijk bestuur in het kader van de vaststelling van een uitzonderingsprocedure.

2.

Tweede middel, ontleend aan schending van gerechtvaardigde verwachtingen, het ontbreken van een individueel en grondig onderzoek van het dossier, de vaststelling van willekeurige besluiten, misbruik van procedure en het ontbreken van motivering.

3.

Derde middel, ontleend aan niet-nakoming van de zorgplicht.

4.

Vierde middel, ontleend aan schending van het recht om op doeltreffende wijze te worden gehoord.

5.

Vijfde middel, ontleend aan schending van het beginsel van gelijke behandeling en van het verbod van discriminatie.

6.

Zesde middel, ontleend aan een kennelijk onjuiste beoordeling.


Top