Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62020TN0007

Zaak T-7/20: Beroep ingesteld op 7 januari 2020 — Global Translation Solutions/Parlement

PB C 87 van 16.3.2020, p. 23–24 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

16.3.2020   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 87/23


Beroep ingesteld op 7 januari 2020 — Global Translation Solutions/Parlement

(Zaak T-7/20)

(2020/C 87/28)

Procestaal: Engels

Partijen

Verzoekende partij: Global Translation Solutions ltd. (Valletta, Malta) (vertegenwoordiger: C. Mifsud-Bonnici, advocaat)

Verwerende partij: Europees Parlement

Conclusies

nietigverklaring van het besluit van 28 oktober 2019 tot afwijzing van de offerte van verzoekster voor perceel 15 in het kader van aanbestedingsprocedure TRA/EU19/2019 (1);

subsidiair, nietigverklaring van het besluit van verweerder van 5 december 2019 om perceel 15 in het kader van aanbestedingsprocedure TRA/EU19/2019 aan slechts één marktdeelnemer te gunnen, en

verwijzing van verweerder in de kosten

Middelen en voornaamste argumenten

Ter ondersteuning van haar beroep voert de verzoekende partij drie middelen aan.

1.

Eerste middel: het besluit van verweerder van 28 oktober 2019 tot afwijzing van de offerte van verzoekster voor perceel 15 in het kader van aanbestedingsprocedure TRA/EU19/2019 is onrechtmatig, aangezien het gebaseerd is op een onjuiste vaststelling van de feiten, namelijk dat de bestandsindeling .doc niet voldoet aan de voorwaarden van de aanbestedingsstukken, aangezien:

de aanbestedingsstukken niet nauwkeurig en ondubbelzinnig genoeg zijn opgesteld, en/of

de bestandsindeling .doc functioneel gelijkwaardig is aan de bestandsindeling .docx.

2.

Tweede middel: het besluit van 28 oktober 2019 tot afwijzing van de offerte van verzoekster voor perceel 15 in het kader van aanbestedingsprocedure TRA/EU19/2019 is onrechtmatig, aangezien:

het gedrag van verweerder een schending vormt van het recht, onder meer van artikel 106, lid 3, van de uitvoeringsverordening van de Commissie (2), en in strijd is met de algemene beginselen van het Unierecht, met inbegrip van het recht inzake overheidsopdrachten, onder andere het evenredigheidsbeginsel, en/of

het gedrag van verweerder een schending vormt van het recht, onder meer van artikel 96, lid 2, van het Financieel Reglement (3), en van de algemene beginselen van het Unierecht, met inbegrip van het beginsel van behoorlijk bestuur, onder andere de zorgvuldigheidsplicht.

3.

Derde middel: het besluit van verweerder van 5 december 2019 om perceel 15 in het kader van aanbestedingsprocedure TRA/EU19/2019 aan slechts één marktdeelnemer te gunnen is in strijd met de algemene beginselen van het Unierecht, met name het recht inzake overheidsopdrachten, en met de voorwaarden van de aanbestedingsprocedure.


(1)  PB 2019/S 54-123613.

(2)  Gedelegeerde verordening (EU) nr. 1268/2012 van de Commissie van 29 oktober 2012 houdende uitvoeringsvoorschriften voor verordening (EU, Euratom) nr. 966/2012 van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van de financiële regels van toepassing op de algemene begroting van de Unie (PB 2012, L 362, blz. 1).

(3)  Verordening (EU, Euratom) nr. 966/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 25 oktober 2012 tot vaststelling van de financiële regels van toepassing op de algemene begroting van de Unie en tot intrekking van verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 (PB 2012, L 298, blz. 1).


Top