Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62014CA0167

    Zaak C-167/14: Arrest van het Hof (Vierde kamer) van 15 oktober 2015 — Europese Commissie/Helleense Republiek (Niet-nakoming — Richtlijn 91/271/EEG — Behandeling van stedelijk afvalwater — Arrest van het Hof waarbij een niet-nakoming is vastgesteld — Niet-uitvoering — Artikel 260, lid 2, VWEU — Financiële sancties — Forfaitaire som en dwangsom)

    PB C 406 van 7.12.2015, p. 5–6 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    7.12.2015   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    C 406/5


    Arrest van het Hof (Vierde kamer) van 15 oktober 2015 — Europese Commissie/Helleense Republiek

    (Zaak C-167/14) (1)

    ((Niet-nakoming - Richtlijn 91/271/EEG - Behandeling van stedelijk afvalwater - Arrest van het Hof waarbij een niet-nakoming is vastgesteld - Niet-uitvoering - Artikel 260, lid 2, VWEU - Financiële sancties - Forfaitaire som en dwangsom))

    (2015/C 406/04)

    Procestaal: Grieks

    Partijen

    Verzoekende partij: Europese Commissie (vertegenwoordigers: G. Zavvos en E. Manhaeve, gemachtigden)

    Verwerende partij: Helleense Republiek (vertegenwoordiger: E. Skandalou, gemachtigde)

    Dictum

    1)

    Door niet alle maatregelen te hebben genomen die noodzakelijk zijn ter uitvoering van het arrest Commissie/Griekenland (C-440/06, EU:C:2007:642) is de Helleense Republiek de krachtens artikel 260, lid 1, VWEU op haar rustende verplichtingen niet nagekomen.

    2)

    Indien de in punt 1 vastgestelde niet-nakoming nog steeds voortduurt op de dag van uitspraak van het onderhavige arrest, wordt de Helleense Republiek ertoe veroordeeld de Europese Commissie op de rekening „Eigen middelen van de Europese Unie” een dwangsom te betalen van 3 6 40  000 EUR per half jaar vertraging bij het treffen van de maatregelen die noodzakelijk zijn ter uitvoering van het arrest Commissie/Griekenland (C-440/06, EU:C:2007:642), vanaf de datum van uitspraak van het onderhavige arrest tot de volledige uitvoering van het arrest Commissie/Griekenland (C-440/06, EU:C:2007:642). Het daadwerkelijke bedrag van de dwangsom moet aan het einde van ieder tijdvak van zes maanden worden berekend door op het totale bedrag voor elk van deze tijdvakken een percentage in mindering te brengen dat overeenkomt met het aandeel van het aantal inwonerequivalenten van de agglomeraties waarvan de opvangsystemen voor de behandeling van stedelijk afvalwater aan het einde van de betrokken periode in overeenstemming zijn gebracht met het arrest Commissie/Griekenland (C-440/06, EU:C:2007:642), in verhouding tot het aantal inwonerequivalenten van de agglomeraties die op de dag van uitspraak van het onderhavige arrest niet over dergelijke systemen beschikken.

    3)

    De Helleense Republiek wordt ertoe veroordeeld de Europese Commissie op de rekening „Eigen middelen van de Europese Unie” een forfaitaire som van 10 miljoen EUR te betalen.

    4)

    De Helleense Republiek wordt verwezen in de kosten.


    (1)  PB C 261 van 11.8.2014.


    Top