Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62008CN0203

Zaak C-203/08: Verzoek om een prejudiciële beslissing, ingediend door de Raad van State (Nederland) op 16 mei 2008 — The Sporting Exchange Ltd, handelend onder de naam Betfair, andere partijen: Minister van Justitie, Stichting de Nationale Sporttotalisator en Scientific Games Racing

PB C 197 van 2.8.2008, p. 11–11 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

2.8.2008   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 197/11


Verzoek om een prejudiciële beslissing, ingediend door de Raad van State (Nederland) op 16 mei 2008 — The Sporting Exchange Ltd, handelend onder de naam Betfair, andere partijen: Minister van Justitie, Stichting de Nationale Sporttotalisator en Scientific Games Racing

(Zaak C-203/08)

(2008/C 197/17)

Procestaal: Nederlands

Verwijzende rechter

Raad van State

Partijen in het hoofdgeding

Verzoekster: The Sporting Exchange Ltd, handelend onder de naam Betfair

Andere partijen: Minister van Justitie, Stichting de Nationale Sporttotalisator en Scientific Games Racing

Prejudiciële vragen

1.

Dient artikel 49 van het EG-Verdrag aldus te worden uitgelegd dat de toepassing van dit artikel tot gevolg heeft dat de bevoegde autoriteit van een lidstaat niet, op grond van het in die lidstaat geldende gesloten vergunningenstelsel voor het aanbieden van diensten inzake kansspelen, kan verbieden dat een dienstaanbieder aan wie reeds een vergunning is verleend in een andere lidstaat voor het verrichten van die diensten via internet, deze diensten via internet ook aanbiedt in eerstgenoemde lidstaat?

2.

Is de uitleg die het Hof van Justitie aan artikel 49 van het EG-Verdrag en in het bijzonder het gelijkheidsbeginsel en de daaruit voortvloeiende transparantieverplichting gaf in enkele zaken die betrekking hadden op concessies, van toepassing op de procedure voor het verlenen van een vergunning voor het aanbieden van diensten inzake kansspelen in een wettelijk vastgelegd éénvergunningstelsel?

3.

a.

Kan in een wettelijk vastgelegd éénvergunningstelsel de verlenging van de vergunning van de bestaande vergunninghouder zonder dat potentiële gegadigden de kans krijgen mee te dingen naar deze vergunning een geschikt en proportioneel middel zijn ter realisering van de dwingende redenen van algemeen belang, die het Hof van Justitie heeft aanvaard als rechtvaardiging van de beperking van het vrij verkeer bij het aanbieden van diensten inzake kansspelen? Zo ja, onder welke voorwaarden?

b.

Maakt het voor het antwoord op vraag 3.a. verschil uit of vraag 2. bevestigend dan wel ontkennend is beantwoord?


Top