This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 61978CJ0117
Judgment of the Court (Second Chamber) of 5 April 1979. # Willy Orlandi v Commission of the European Communities. # Case 117/78.
Arrest van het Hof (Tweede kamer) van 5 april 1979.
Willy Orlandi tegen Commissie van de Europese Gemeenschappen.
Zaak 117/78.
Arrest van het Hof (Tweede kamer) van 5 april 1979.
Willy Orlandi tegen Commissie van de Europese Gemeenschappen.
Zaak 117/78.
Jurisprudentie 1979 -01613
ECLI identifier: ECLI:EU:C:1979:109
ARREST VAN HET HOF (TWEEDE KAMER) VAN 5 APRIL 1979. - WILLY ORLANDI TEGEN COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. - ZAAK NO. 117/78.
Jurisprudentie 1979 bladzijde 01613
Griekse bijz. uitgave bladzijde 00857
Samenvatting
Partijen
Onderwerp
Overwegingen van het arrest
Beslissing inzake de kosten
Dictum
1 . AMBTENAREN - BEROEP - BESLUIT VAN EEN JURY VAN EEN VERGELIJKEND ONDERZOEK - VOORAFGAANDE ADMINISTRATIEVE KLACHT - NIET NOODZAKELIJKE VOORWAARDE - INDIENING - GEVOLGEN - DOORLOPEN TERMIJN VOOR CONTENTIEUS BEROEP
( AMBTENARENSTATUUT , ARTT . 90 EN 91 )
2 . AMBTENAREN - AANWERVING - POSTEN IN CATEGORIE B - VERGELIJKEND ONDERZOEK - TOELATINGSVOORWAARDEN - SCHOOLKENNIS EN BEROEPSERVARING - CUMULATIE - TOELAATBAARHEID
( AMBTENARENSTATUUT , ART . 5 , LID 1 , BIJLAGE III , ART . 1 )
3 . AMBTENAREN - AANWERVING - POSTEN IN CATEGORIE B - VERGELIJKEND ONDERZOEK - TOELATINGSVOORWAARDEN - MIDDELBAAR ONDERWIJS EN DIPLOMA DAT TOEGANG GEEFT TOT UNIVERSITEIT - CUMULATIE - TOELAATBAARHEID - VOORWAARDE - UITDRUKKELIJKE VERMELDING IN AANKONDIGING VERGELIJKEND ONDERZOEK
( AMBTENARENSTATUUT , BIJLAGE III , ART . 1 )
1 . HET INDIENEN VAN EEN ADMINISTRATIEVE KLACHT BIJ HET TOT AANSTELLING BEVOEGDE GEZAG TEGEN EEN BESLUIT VAN EEN JURY VAN EEN VERGELIJKEND ONDERZOEK VALT BUITEN HET KADER VAN DE STATUTAIRE BEPALINGEN , AANGEZIEN DIE GEZAG NIET BEVOEGD IS DE BESLUITEN VAN EEN JURY TE VERNIETIGEN OF TE WIJZIGEN . DOCH INDIEN BELANGHEBBENDE , IN PLAATS VAN ZICH RECHTSTREEKS TOT HET HOF TE WENDEN , MET EEN BEROEP OP DE BEPALINGEN VAN HET STATUUT TOCH EEN ADMINISTRATIEVE KLACHT BIJ HET TOT AANSTELLING BEVOEGDE GEZAG INDIENT , MAG EEN DERGELIJKE STAP , ONGEACHT DE JURIDISCHE BETEKENIS HIERVAN , NIET TOT GEVOLG HEBBEN DAT HIJ IN AFWACHTING VAN EEN ANTWOORD EEN TERMIJN VERZUIMT . EEN DERGELIJKE DWALING TEN AANZIEN VAN DE NIET-TOEPASSELIJKHEID VAN ARTIKEL 90 , LID 2 , IS IMMERS BIJ DE HUIDIGE REDACTIE VAN DE BEPALINGEN VERSCHOONBAAR EN KAN , BIJ ONTBREKEN VAN KLEMMENDE REDENEN ANDERSZINS , NIET LEIDEN TOT RECHTSVERWERKING EN BELANGHEBBENDE DUS NIET ZIJN RECHT OP BEROEP IN RECHTE ONTNEMEN .
2 . DE BEPALING VAN ARTIKEL 5 , LID 1 , DERDE ALINEA , VAN HET STATUUT , BEOOGT IN ALGEMENE ZIN HET MINIMUM NIVEAU VAN EEN AMBTENAAR IN CATEGORIE B TE OMSCHRIJVEN , ZONDER EVENWEL UIT TE SLUITEN DAT VOOR TOELATING TOT EEN VERGELIJKEND ONDERZOEK NAAST DE SCHOOLKENNIS TEVENS BEROEPSERVARING WORDT VERLANGD , WANNEER DE AARD VAN DE TE BEKLEDEN AMBTEN DIT VEREIST .
3 . HET STAAT HET TOT AANSTELLING BEVOEGDE GEZAG VRIJ VOOR DE TOELATING TOT EEN VERGELIJKEND ONDERZOEK DAT IS GEORGANISEERD OM TE VOORZIEN IN EEN POST IN CATEGORIE B , NIET ALLEEN EEN OPLEIDING OP HET NIVEAU VAN MIDDELBAAR ONDERWIJS TE EISEN , MAAR OOK EEN DIPLOMA DAT TOEGANG GEEFT TOT DE UNIVERSITEIT . EEN DERGELIJKE EIS MOET NIETTEMIN BLIJKEN UIT DE TEKST ZELF VAN DE AANKONDIGING VAN VERGELIJKEND ONDERZOEK , ZULKS GELET OP DE GROTE VERSCHEIDENHEID VAN MIDDELBARE OPLEIDINGEN IN DE LID-STATEN , WAARVAN SOMMIGE NIET OP HET UNIVERSITAIR ONDERWIJS VOORBEREIDEN EN DAARTOE DUS NIET AUTOMATISCH TOEGANG GEVEN .
IN ZAAK 117/78
WILLY ORLANDI , AMBTENAAR BIJ DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN , WONENDE TE BERTRANGE ( G . H . LUXEMBURG ), TEN DEZE VERTEGENWOORDIGD DOOR V . BIEL , ADVOCAAT TE LUXEMBURG , DOMICILIE GEKOZEN HEBBENDE TE LUXEMBURG , TE DIENS KANTORE , RUE DES GLACIS , 18 A ,
VERZOEKER
EN
COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN , TEN DEZE VERTEGENWOORDIGD DOOR A . VAN SOLINGE , LID VAN HAAR JURIDISCHE DIENST , BIJGESTAAN DOOR D . JACOB , ADVOCAAT TE BRUSSEL , DOMICILIE GEKOZEN HEBBENDE TE LUXEMBURG BIJ HAAR JURIDISCH ADVISEUR M . CERVINO , BATIMENT JEAN MONNET , KIRCHBERG
VERWEERSTER ,
BETREFFENDE EEN VERZOEK TOT NIETIGVERKLARING VAN HET BESLUIT VAN DE JURY VAN VERGELIJKEND ONDERZOEK COM/B/155 , OM VERZOEKER NIET TOE TE LATEN TOT HET SCHRIFTELIJK EXAMEN VAN DIT VERGELJKEND ONDERZOEK , WAARVAN DE AANKONDIGING IS GEPUBLICEERD IN PB C 128 VAN 1977 , BLZ . 10 ,
1HET OP 17 MEI 1978 INGESTELDE BEROEP STREKT TOT NIETIGVERKLARING VAN EEN OP 26 SEPTEMBER 1977 AAN VERZOEKER MEEGEDEELD BESLUIT VAN DE JURY VAN VERGELIJKEND ONDERZOEK COM/B/155 , OM HEM NIET TOT DE EXAMENS VAN HET VERGELIJKEND ONDERZOEK TOE TE LATEN , ALSMEDE TOT NIETIGVERKLARING VAN DE DAAROP GEVOLGDE BENOEMINGEN .
2DIT VERGELIJKEND ONDERZOEK IS DOOR DE COMMISSIE GEORGANISEERD MET HET OOG OP DE VORMING VAN EEN RESERVE VAN ADJUNCT-ASSISTENTEN IN DE RANGEN 5 EN 4 3VAN CATEGORIE B . DE BIJ DE TE BEKLEDEN AMBTEN BEHORENDE FUNCTIES HADDEN BETREKKING OP VIER VERSCHILLENDE GEBIEDEN , WAARONDER ' ' BOEKHOUDING , OPEN- 4BARE FINANCIEN ' ' , WAARUIT DE SOLLICITANTEN EEN KEUZE MOESTEN MAKEN . IN DE AANKONDIGING VAN HET VERGELIJKEND ONDERZOEK WERD ONDER HET HOOFD BIJZONDERE VOORWAARDEN VOOR TOELATING , VAN DE SOLLICITANTEN EEN OPLEIDING OP HET NIVEAU VAN MIDDELBAAR ONDERWIJS ( MET EINDDIPLOMA ) VERLANGD EN VOORTS EEN NA HET ONDERWIJS OPGEDANE BEROEPSERVARING VAN TEN MINSTE EEN JAAR OP HET 5GEKOZEN GEBIED . VERZOEKER , DIE BIJ ZIJN SOLLICITATIE HAD GEKOZEN VOOR ' ' BOEKHOUDING , OPENBARE FINANCIEN ' ' , WERD NIET TOT HET VERGELIJKEND ONDERZOEK TOEGELATEN , OP GROND DAT ZIJN GETUIGSCHRIFTEN OF DIPLOMA ' S NIET AAN DE GESTELDE EISEN VOLDEDEN .
DE ONTVANKELIJKHEID
6VERZOEKER HEEFT HET BEROEP BIJ HET HOF INGESTELD NA BIJ HET TOT AANSTELLING BEVOEGDE GEZAG EEN KLACHT ALS BEDOELD IN ARTIKEL 90 , LID 2 , AMBTENARENSTA- 7TUUT , MET BETREKKING TOT HET JURYBESLUIT TE HEBBEN INGEDIEND . DE COMMISSIE HEEFT VERZOEKER BIJ BRIEF VAN 20 MAART 1978 MEEGEDEELD , GEEN GUNSTIG GEVOLG AAN ZIJN KLACHT TE KUNNEN GEVEN , AANGEZIEN EEN BESLUIT VAN EEN JURY NIET DOOR DE COMMISSIE KAN WORDEN NIETIGVERKLAARD OF GEWIJZIGD EN ER IN CASU GEEN 8ENKELE REDEN WAS VOOR DE JURY OM HAAR BESLUIT TE HERZIEN . VOOR HET HOF HEEFT DE COMMISSIE DE VRAAG OPGEWORPEN OF HET BEROEP WELLICHT NIET-ONTVANKELIJK IS WEGENS OVERSCHRIJDING VAN DE TERMIJN VAN ARTIKEL 91 , LID 3 , VAN HET STATUUT : IN OMSTANDIGHEDEN ALS DE ONDERHAVIGE ZOU DE IN DAT ARTIKEL BEDOELDE TERMIJN VAN DRIE MAANDEN MOETEN WORDEN BEREKEND VANAF DE DAG WAAROP VAN HET BESLUIT VAN DE JURY IS MEEGEDEELD EN NIET VANAF DE DAG WAAROP DE COMMISSIE OP DE PRECONTENTIEUZE KLACHT HEEFT GEANTWOORD .
9INDERDAAD IS HET VASTE RECHTSPRAAK VAN HET HOF DAT HET INDIENEN VAN EEN ADMINISTRATIEVE KLACHT BIJ HET TOT AANSTELLING BEVOEGDE GEZAG TEGEN EEN BESLUIT VAN EEN JURY VAN EEN VERGELIJKEND ONDERZOEK BUITEN HET KADER VAN DE STATUTAIRE BEPALINGEN VALT , AANGEZIEN DIT GEZAG NIET BEVOEGD IS DE BESLUITEN VAN 10EEN JURY TE VERNIETIGEN OF TE WIJZIGEN . DOCH INDIEN BELANGHEBBENDE , IN PLAATS VAN ZICH RECHTSTREEKS TOT HET HOF TE WENDEN , MET EEN BEROEP OP DE BEPALINGEN VAN HET STATUUT TOCH EEN ADMINISTRATIEVE KLACHT BIJ HET TOT AANSTELLING BEVOEGDE GEZAG INDIENT , MAG EEN DERGELIJKE STAP , ONGEACHT DE JURIDISCHE BETEKENIS HIERVAN , NIET TOT GEVOLG HEBBEN DAT HIJ IN AFWACHTING VAN EEN ANTWOORD 11EEN TERMIJN VERZUIMT . EEN DERGELIJKE DWALING TEN AANZIEN VAN DE NIET-TOEPASSELIJKHEID VAN ARTIKEL 90 , LID 2 , IS IMMERS BIJ DE HUIDIGE REDACTIE VAN DE BEPALINGEN VERSCHOONBAAR EN KAN , BIJ ONTBREKEN VAN KLEMMENDE REDENEN ANDERSZINS , NIET LEIDEN TOT RECHTSVERWERKING EN BELANGHEBBENDE DUS NIET ZIJN RECHT OP BEROEP IN RECHTE ONTNEMEN .
12HET BEROEP IS MITSDIEN ONTVANKELIJK .
TEN GRONDE
13VERZOEKER BETOOGT DAT HET BESLUIT VAN DE JURY IN STRIJD IS MET DE AANKONDIGING VAN VERGELIJKEND ONDERZOEK , ALSMEDE MET ARTIKEL 5 , LID 1 , DERDE ALINEA , VAN HET STATUUT , OP GROND DAT DE JURY GEEN REKENING HEEFT GEHOUDEN MET ZIJN BEROEPSERVARING .
14HET AANGEHAALDE ARTIKEL LUIDT ALDUS :
' ' CATEGORIE B OMVAT VIJF RANGEN , DIE IN LOOPBANEN ZIJN GEGROEPEERD WELKE ZICH IN HET ALGEMEEN OVER TWEE RANGEN UITSTREKKEN EN DIE OVEREENKOMEN MET FUNCTIES MET EEN UITVOEREND EN LEIDINGGEVEND KARAKTER , VOOR WELKE FUNCTIES VOLLEDIGE MIDDELBARE ( HOGERE MIDDELBARE ) SCHOOLKENNIS OF EEN GELIJKWAARDIGE BEROEPSERVARING VEREIST IS ' ' .
15DIT ARTIKEL BEOOGT IN ALGEMENE ZIN HET MINIMUM NIVEAU VAN EEN AMBTENAAR IN DEZE CATEGORIE TE OMSCHRIJVEN , ZONDER EVENWEL UIT TE SLUITEN DAT NAAST DE SCHOOLKENNIS TEVENS BEROEPSERVARING WORDT VERLANGD , WANNEER - ZOALS BIJ HET ONDERHAVIGE VERGELIJKEND ONDERZOEK - DE AARD VAN DE TE BEKLEDEN AMB- 16TEN DIT VEREIST . WAAR DE AANKONDIGING VAN HET ONDERHAVIGE VERGELIJKEND ONDERZOEK NAAST SCHOOLOPLEIDING BEROEPSERVARING ALS VOORWAARDE STELDE , BEHOEFDE DE JURY DE BEROEPSERVARING NIET IN AANMERKING TE NEMEN INDIEN ZIJ , ZOALS IN CASU , VAN MENING WAS DAT AAN DE EERSTE VOORWAARDE NIET WAS VOLDAAN .
17DIT MIDDEL KAN DERHALVE NIET SLAGEN .
18VOORTS BETOOGT VERZOEKER DAT DE JURY TEN ONRECHTE HEEFT GEWEIGERD TE ERKENNEN DAT ZIJN DIPLOMA ' S VOLDEDEN AAN DE IN DE AANKONDIGING VAN HET VERGELIJKEND ONDERZOEK GESTELDE VOORWAARDE VAN ' ' OPLEIDING OP HET NIVEAU VAN MIDDELBAAR ONDERWIJS ' ' .
19DE COMMISSIE ONTKENT NIET DAT VERZOEKERS OPLEIDING IN BELGIE VAN MIDDELBAAR NIVEAU IS , MAAR STELT DAT DE DIPLOMA ' S NIET AAN DE EISEN VAN DE AANKONDIGING VAN VERGELIJKEND ONDERZOEK VOLDOEN OMDAT ZIJ GEEN TOEGANG GEVEN TOT DE UNIVERSITEIT .
20DE AANKONDIGING VAN HET VERGELIJKEND ONDERZOEK OMSCHRIJFT DE VOORWAARDEN INZAKE DE GETUIGSCHRIFTEN OF DIPLOMA ' S MET DE WOORDEN : ' ' OPLEIDING OP HET NIVEAU VAN MIDDELBAAR ONDERWIJS ' ' , WAARAAN WORDT TOEGEVOEGD : ' ' BIJ DE BEOORDELING VAN HET DIPLOMA HOUDT DE JURY REKENING MET DE UITEENLOPENDE ONDER- 21WIJSSTRUCTUREN IN DE LID-STATEN ' ' . WELISWAAR STAAT HET DE COMMISSIE VRIJ DE VOORWAARDEN VOOR EEN VERGELIJKEND ONDERZOEK IN STRIKTERE BEWOORDINGEN TE FORMULEREN DAN IN CASU ZIJN GEBEZIGD , EN ONDER MEER EEN DIPLOMA TE VERLANGEN DAT TOEGANG GEEFT TOT DE UNIVERSITEIT , DOCH EEN DERGELIJKE EIS MOET NIETTEMIN UIT DE TEKST ZELF VAN DE AANKONDIGING VAN VERGELIJKEND ONDERZOEK BLIJKEN , ZULKS GELET OP DE GROTE VERSCHEIDENHEID VAN MIDDELBARE OPLEIDINGEN IN DE LID-STATEN , WAARVAN SOMMIGE NIET OP HET UNIVERSITAIR ONDERWIJS VOORBEREIDEN EN DAARTOE DUS NIET AUTOMATISCH TOEGANG GEVEN .
22VOLGENS DE TEKST VAN DE ONDERHAVIGE AANKONDIGING VAN VERGELIJKEND ONDERZOEK MOCHT DE JURY DE TOELATING VAN VERZOEKER DUS NIET WEIGEREN OP GROND 23DAT HIJ GEEN DIPLOMA ' S BEZAT DIE TOEGANG GAVEN TOT DE UNIVERSITEIT . IN CASU GELDT DIT TROUWENS TEMEER , WAAR VERZOEKER BIJ EEN VOORGAAND VERGELIJKEND ONDERZOEK ( COM/B/139 ) WAS GEACHT TE VOLDOEN AAN VOORWAARDEN DIE IN IDENTIEKE BEWOORDINGEN WAREN GEFORMULEERD ALS IN DE ONDERHAVIGE AANKONDIGING VAN VERGELIJKEND ONDERZOEK .
24DAAR HET BESLUIT VAN DE JURY BIJGEVOLG MOET WORDEN NIETIGVERKLAARD , BEHOEFT HET MIDDEL BETREFFENDE ONVOLDOENDE MOTIVERING VAN HET BESLUIT NIET MEER TE WORDEN ONDERZOCHT .
25WAAR HET HIER GING OM EEN ALGEMEEN VERGELIJKEND ONDERZOEK VOOR DE VORMING VAN EEN AANWERVINGSRESERVE , ZIJN DE RECHTEN VAN VERZOEKER NAAR BEHOREN BESCHERMD INDIEN DE JURY ZICH OPNIEUW BERAADT OVER HAAR BESLUIT , ZONDER DAT HET GEHELE RESULTAAT VAN HET VERGELIJKEND ONDERZOEK BEHOEFT TE WORDEN AANGETAST OF DE HIEROP VOLGENDE BENOEMINGEN BEHOEVEN TE WORDEN NIETIGVERKLAARD .
KOSTEN
26INGEVOLGE ARTIKEL 69 , PARAGRAAF 2 , VAN HET REGLEMENT VOOR DE PROCESVOERING 27MOET DE IN HET ONGELIJK GESTELDE PARTIJ IN DE KOSTEN WORDEN VERWEZEN . AANGEZIEN VERWEERSTER IN HET ONGELIJK IS GESTELD , DIENT ZIJ IN DE KOSTEN TE WORDEN VERWEZEN .
HET HOF VAN JUSTITIE ( TWEEDE KAMER ),
RECHTDOENDE ,
1 . VERKLAART HET AAN DE HEER W . ORLANDI BIJ BRIEF VAN 20 SEPTEMBER 1977 MEEGEDEELDE BESLUIT VAN DE JURY VAN VERGELIJKEND ONDERZOEK COM/B/155 , OM HEM NIET TOT DE EXAMENS VAN DIT VERGELIJKEND ONDERZOEK TOE TE LATEN , NIETIG .
2 . VERWIJST DE COMMISSIE IN DE KOSTEN VAN HET GEDING .