This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 61965CJ0056
Judgment of the Court of 30 June 1966. # Société Technique Minière (L.T.M.) v Maschinenbau Ulm GmbH (M.B.U.). # Reference for a preliminary ruling: Cour d'appel de Paris - France. # Case 56-65.
Arrest van het Hof van 30 juni 1966.
Société Technique Minière (L.T.M.) tegen Maschinenbau Ulm GmbH (M.B.U.).
Verzoek om een prejudiciële beslissing: Cour d'appel te Parijs - Frankrijk.
Zaak 56-65.
Arrest van het Hof van 30 juni 1966.
Société Technique Minière (L.T.M.) tegen Maschinenbau Ulm GmbH (M.B.U.).
Verzoek om een prejudiciële beslissing: Cour d'appel te Parijs - Frankrijk.
Zaak 56-65.
Engelse bijz. uitgave 1966 00392
ECLI identifier: ECLI:EU:C:1966:38
*A9* Cour d'appel de Paris, 1re chambre, arrêt du 07/07/1965 (D.2541)
- Cahiers de droit européen 1965 p.250-255
- Droit social 1965 p.483-485
- Gazette du Palais 1965 I Jur. p.93-94
- Le droit européen 1965 p.250-255
- Revue internationale de la concurrence 1965 nº 89 p.60-64
- Revue trimestrielle de droit européen 1965 p.499-502
- Journal des tribunaux 1966 p.259-260
- Le Droit et les Affaires 1965 nº 67 p.15-18
- Recht der internationalen Wirtschaft 1965 p.338-339
- Common Market Law Review 1965-66 p.244-245
- Ryziger, Paul-François: Cahiers de droit européen 1965 p.255-269
- Teitgen, Pierre-Henri: Jurisprudence récente en matière de droit économique, Droit social 1965 p.486-491
- Wenner, Wolfgang: Le droit et les affaires 1965 nº 67 p.18
- X: Gazette du Palais 1965 I Jur. p.95
- Magnée, Xavier: Journal des tribunaux 1966 p.260-262
ARREST VAN HET HOF VAN 30 JUNI 1966. - SOCIETE TECHNIQUE MINIERE TEGEN MASCHINENBAU ULM GMBH. - (VERZOEK OM EEN PREJUDICIELE BESLISSING, INGEDIEND DOOR HET COUR D'APPEL TE PARIJS). - ZAAK NO. 56/65.
Jurisprudentie
Franse uitgave bladzijde 00337
Nederlandse uitgave bladzijde 00392
Duitse uitgave bladzijde 00282
Italiaanse uitgave bladzijde 00262
Engelse bijz. uitgave bladzijde 00235
Deense bijz. uitgave bladzijde 00211
Griekse bijz. uitgave bladzijde 00313
Portugese bijz. uitgave bladzijde 00381
Spaanse bijz. uitgave bladzijde 00363
Zweedse bijz. uitgave bladzijde 00251
Finse bijz. uitgave bladzijde 00251
Samenvatting
Partijen
Onderwerp
Overwegingen van het arrest
Beslissing inzake de kosten
Dictum
++++
1 . PROCESVOERING - PREJUDICIELE BESLISSING - BEVOEGDHEID VAN HET HOF - BEPERKING
( E.E.G.-VERDRAG, ART . 177 )
2 . PROCESVOERING - PREJUDICIELE BESLISSING - BEVOEGDHEID VAN HET HOF - UITLEGGING
( E.E.G.-VERDRAG, ART . 177 )
3 . POLITIEK VAN DE E.E.G . - OP ONDERNEMINGEN TOEPASSELIJKE MEDEDINGINGSREGELS - AFSPRAKEN - VERBOD GEBASEERD OP ECONOMISCHE WAARDERING - JURIDISCH BEPAALDE GROEP OVEREENKOMSTEN - GEEN VOOROORDEEL TEGEN ZODANIGE OVEREENKOMSTEN
( E.E.G.-VERDRAG, ART . 85 )
4 . POLITIEK VAN DE E.E.G . - OP ONDERNEMINGEN TOEPASSELIJKE MEDEDINGINGSREGELS - AANMELDING VAN OVEREENKOMSTEN BIJ DE COMMISSIE - ACHTERWEGE BLIJVEN DAARVAN - GEVOLGEN
( E.E.G.-VERDRAG, ART . 85, VERORDENING NO . 17-62, ART . 4 EN VERORDENING NO . 153-62 )
5 . POLITIEK VAN DE E.E.G . - OP ONDERNEMINGEN TOEPASSELIJKE MEDEDINGINGSREGELS - AFSPRAKEN - VERBOD - VOORWAARDEN
( E.E.G.-VERDRAG, ART . 85 )
6 . POLITIEK VAN DE E.E.G . - OP ONDERNEMINGEN TOEPASSELIJKE MEDEDINGINGSREGELS - ARTIKELEN 85 EN 86 VAN HET E.E.G.-VERDRAG - DEZE BEPALINGEN NIET IN HET BIJZONDER GERICHT TOT ONDERNEMINGEN DIE IN DE VERSCHILLENDE ECONOMISCHE STADIA EEN BEPAALDE PLAATS INNEMEN
7 . POLITIEK VAN DE E.E.G . - OP ONDERNEMINGEN TOEPASSELIJKE MEDEDINGINGSREGELS - OVEREENKOMSTEN WELKE DE HANDEL TUSSEN LID-STATEN ONGUNSTIG KUNNEN BEINVLOEDEN - BEGRIP
( E.E.G.-VERDRAG, ART . 85 )
8 . POLITIEK VAN DE E.E.G . - OP ONDERNEMINGEN TOEPASSELIJKE MEDEDINGINGSREGELS - OVEREENKOMSTEN WELKE DE MEDEDINGING VERSTOREN - CRITERIA
( E.E.G.-VERDRAG, ART . 85 )
9 . POLITIEK VAN DE E.E.G . - OP ONDERNEMINGEN TOEPASSELIJKE MEDEDINGINGSREGELS - NIETIGHEID VAN RECHTSWEGE ALS BEDOELD IN ARTIKEL 85, LID 2, VAN HET E.E.G.-VERDRAG - NIETIGE BEDINGEN - GEVOLGEN VOOR DE ANDERE BESTANDDELEN ENER OVEREENKOMST
10 . POLITIEK VAN DE E.E.G . - OP ONDERNEMINGEN TOEPASSELIJKE MEDEDINGINGSREGELS - ONDER HET VERBOD VAN ARTIKEL 85, LID 1, VALLENDE ALLEENVERTEGENWOORDIGINGSOVEREENKOMSTEN
++++
1 . ( VERGELIJK SAMENVATTING NO . 2, ARREST 6-64, JURISPRUDENTIE, DEEL X, BLZ . 1203 ).
ARTIKEL 177 IS GEBASEERD OP EEN DUIDELIJKE SCHEIDING VAN BEVOEGDHEDEN TUSSEN DE NATIONALE RECHTER EN HET HOF; HET STAAT HET HOF NIET TOE, EEN ONDERZOEK NAAR DE FEITEN IN TE STELLEN, NOCH DE BEWEEGREDENEN VAN DE OORSPRONKELIJKE RECHTER EN HET DOEL VAN ZIJN VERZOEK TE TOETSEN .
*/ 664J0006 /*.
2 . ( VERGELIJK SAMENVATTING NO . 1, ARREST 6-64, JURISPRUDENTIE, DEEL X, BLZ . 1203 ).
IN EEN PREJUDICIEEL GESCHIL KAN HET HOF - ANDERS DAN BIJ EEN BEROEP EX ARTIKEL 169 HET GEVAL IS - HET VERDRAG NIET OP EEN CONCREET GEVAL TOEPASSEN NOCH BESLISSEN OVER VRAGEN BETREFFENDE DE OVEREENSTEMMING VAN INTERNE RECHTSVOORSCHRIFTEN MET HET VERDRAG . WANNEER DE UITSPRAAK VAN DE NATIONALE RECHTER ONDUIDELIJK IS GEFORMULEERD, IS HET HOF BEVOEGD DAARVAN ALLEEN DIE VRAGEN TE BEHANDELEN, WELKE DE UITLEGGING VAN HET VERDRAG BETREFFEN .
*/ 664J0006 /*.
3 . HET KOMT IN ART . 85 VAN HET E.E.G.-VERDRAG AAN OP BEOORDELING VAN DE GEVOLGEN ENER OVEREENKOMST IN HET LICHT DER ECONOMISCHE FEITEN; ENIG VOOROORDEEL MET BETREKKING TOT EEN DOOR HAAR RECHTSKARAKTER BEPAALDE GROEP OVEREENKOMSTEN MAG DAARIN NIET WORDEN GELEZEN .
4 . HET ACHTERWEGE BLIJVEN VAN DE IN DE VERORDENINGEN 17-62 EN 153-62 BEDOELDE AANMELDING BIJ DE COMMISSIE KAN ER NIET TOE LEIDEN, DAT EEN OVEREENKOMST ALS VAN RECHTSWEGE VERBODEN MOET WORDEN BESCHOUWD, DOCH SLECHTS - BIJALDIEN MOCHT WORDEN VASTGESTELD, DAT HET VERBOD VAN ART . 85, LID 1, OP DE OVEREENKOMST VAN TOEPASSING IS - VAN BELANG ZIJN IN VERBAND MET DE IN LID 3 VERVATTE UITZONDERINGSBEPALING .
5 . BEANTWOORDING VAN DE VRAAG, OF EEN OVEREENKOMST ALS VERBODEN MOET WORDEN BESCHOUWD, HANGT SLECHTS DAARVAN AF OF ZIJ - GEZIEN DE OMSTANDIGHEDEN - IN FEITE DE IN HET EERSTE LID VAN ART . 85 OMSCHREVEN KENMERKEN VERTOONT, DIE HAAR ONDER HET VERBOD DOEN VALLEN .
6 . ( VERGELIJK SAMENVATTING NO . 3, ARREST 32-65 ).
NOCH IN ARTIKEL 85 NOCH IN ARTIKEL 86 VALT TE LEZEN, DAT AAN ELK VAN BEIDE ARTIKELEN EEN ONDERSCHEIDEN - MET DE POSITIE DER ONDERNEMINGEN IN DE VERSCHILLENDE STADIA VAN HET ECONOMISCH PROCES SAMENHANGEND - KARAKTER TOEKOMT .
*/ 665J0032 /*.
7 . WIL VAN ONGUNSTIGE BEINVLOEDING VAN DE HANDEL TUSSEN DE LID-STATEN SPRAKE ZIJN, DAN MOET EEN OVEREENKOMST, GEZIEN HET GEHEEL HARER OBJECTIEVE BESTANDDELEN - FEITELIJK EN RECHTENS - MET EEN VOLDOENDE MATE VAN WAARSCHIJNLIJKHEID DOEN VERWACHTEN, DAT ZIJ, AL DAN NIET RECHTSTREEKS, DAADWERKELIJK OF POTENTIEEL, OP HET RUILVERKEER TUSSEN LID-STATEN EEN ZODANIGE INVLOED KAN UITOEFENEN, DAT DE TOTSTANDKOMING VAN EEN GEMEENSCHAPPELIJKE MARKT TUSSEN GENOEMDE STATEN WORDT BELEMMERD . MET NAME WARE NA TE GAAN, OF DE OVEREENKOMST BELEMMERINGEN IN DE WEG KAN LEGGEN AAN DE MARKT VOOR BEPAALDE TUSSEN DE LID-STATEN VERHANDELDE PRODUKTEN .
8 . WENST MEN TE ONDERZOEKEN, OF EEN OVEREENKOMST ERTOE STREKT DE MEDEDINGING BINNEN DE GEMEENSCHAPPELIJKE MARKT TE VERSTOREN, DAN HEEFT MEN IN DE EERSTE PLAATS TE LETTEN OP DE STREKKING DER OVEREENKOMST IN VERBAND MET DE ECONOMISCHE OMSTANDIGHEDEN, WAARIN ZIJ MOET WORDEN TOEGEPAST; DE IN ART . 85, LID 1, BEDOELDE VERSTORINGEN VAN DE MEDEDINGING MOETEN VOORTVLOEIEN UIT ALLE OF SOMMIGE VAN DE CLAUSULES DER OVEREENKOMST ZELVE .
WANNEER EEN ONDERZOEK VAN BEDOELDE CLAUSULES ECHTER NIET AAN HET LICHT MOCHT BRENGEN, DAT IN VOLDOENDE MATE VAN BENADELING DER CONCURRENTIE SPRAKE IS, DAN WARE NA TE GAAN TOT WELKE GEVOLGEN DE OVEREENKOMST LEIDT, WAARBIJ HET VOOR DE TOEPASSELIJKHEID VAN HET VERBOD NOODZAKELIJK IS, DAT UIT DE GEZAMENLIJKE BESTANDDELEN DER OVEREENKOMST VALT AF TE LEIDEN, DAT DE MEDEDINGING INDERDAAD IN MERKBARE MATE IS VERHINDERD DAN WEL BEPERKT OF VERVALST; DE MEDEDINGING MOET HIER WORDEN BEZIEN IN SAMENHANG MET DE OMSTANDIGHEDEN, WAARIN ZIJ ZICH ZONDER DE LITIGIEUZE OVEREENKOMST ZOU AFSPELEN .
9 . DE NIETIGHEID VAN RECHTSWEGE VAN EEN OVEREENKOMST - IN VOEGE ALS IN ART . 85, LID 2, VAN HET E.E.G .- VERDRAG BEDOELD - BETREFT SLECHTS DE ONDER HET VERBOD VALLENDE BESTANDDELEN, CASU QUO - INDIEN GENOEMDE BESTANDDELEN NIET VAN DE OVEREENKOMST ZELVE KUNNEN WORDEN LOSGEMAAKT - DE OVEREENKOMST IN HAAR GEHEEL . HET VERDRAG IS OP NIET ONDER HET VERBOD VALLENDE BEPALINGEN NIMMER VAN TOEPASSING, ZODAT DEZELVE BUITEN HET GEMEENSCHAPSRECHT VALLEN .
10 . EEN EXCLUSIVITEITSOVEREENKOMST KAN - IN VERBAND MET BIJZONDERE OMSTANDIGHEDEN OF OP GROND VAN DE IMPERATIEVE REDACTIE VAN BEPAALDE CLAUSULES TER WAARBORGING VAN DE EXCLUSIVITEIT - ONDER HET VERBOD VAN ART . 85, LID 1, VALLEN .
VERGELIJK SAMENVATTING NO . 5, ARREST 32-65 .
IN DE ZAAK 56-65 :
BETREFFENDE EEN INGEVOLGE ARTIKEL 177 VAN HET VERDRAG TOT OPRICHTING VAN DE EUROPESE ECONOMISCHE GEMEENSCHAP DOOR HET HOF VAN BEROEP TE PARIJS ( EERSTE KAMER ) TOT HET HOF GERICHT VERZOEK OM IN HET VOOR DIE RECHTERLIJKE INSTANTIE AANHANGIG GEDING TUSSEN :
SOCIETE TECHNIQUE MINIERE ( L.T.M .)
EN
MASCHINENBAU ULM GMBH ( M.B.U .)
BIJ WEGE VAN PREJUDICIELE BESLISSING UITSPRAAK TE DOEN OVER DE UITLEGGING VAN :
1 . ARTIKEL 85, LID 1, VAN HET E.E.G.-VERDRAG ALSMEDE VAN ENIGE VERORDENINGEN DE TOEPASSING VAN DAT ARTIKEL BETREFFENDE;
2 . ARTIKEL 85, LID 2, VAN GENOEMD VERDRAG,
OVERWEGENDE, DAT HET HOF VAN BEROEP TE PARIJS ( EERSTE KAMER ) BIJ ARREST VAN 7 JULI 1965 ( OP 19 NOVEMBER DAARAAN VOLGENDE VERZONDEN NAAR HET HOF VAN JUSTITIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN ), INGEVOLGE ARTIKEL 177 VAN HET E.E.G.-VERDRAG OP RECHTSGELDIGE WIJZE DE GEMEENSCHAPSRECHTER OM EEN UITSPRAAK HEEFT VERZOCHT NOPENS DE NAVOLGENDE PREJUDICIELE VRAGEN, DE UITLEGGING VAN ARTIKEL 85 VAN HET VERDRAG BETREFFENDE :
"1 . HOE MOETEN ARTIKEL 85, LID 1, VAN HET VERDRAG VAN ROME EN DE DAARTOE DOOR DE GEMEENSCHAP GEGEVEN UITVOERINGSVERORDENINGEN WORDEN UITGELEGD IN VERBAND MET NIET AANGEMELDE OVEREENKOMSTEN, WAARBIJ EEN "ALLEENVERKOOPSRECHT" IS BEDONGEN EN DIE
- DE CONCESSIONARIS NIET HET VERBOD OPLEGGEN DE VAN DE CONCEDENT BETROKKEN WAREN NAAR ANDERE MARKTEN VAN DE E.E.G . UIT TE VOEREN;
- DE CONCEDENT NIET VERPLICHTEN ZIJN CONCESSIEHOUDERS IN DE OVERIGE STATEN VAN DE GEMEENSCHAPPELIJKE MARKT TE VERBIEDEN ZIJN PRODUKTEN TE VERKOPEN IN HET VOORNAAMSTE AFZETGEBIED VAN DE CONCESSIONARIS MET WIE DE TE BEOORDELEN OVEREENKOMST WERD AANGEGAAN;
- GEEN BEPERKING INHOUDEN VAN HET RECHT DER IN HET LAND VAN DE CONCESSIONARIS GEVESTIGDE HANDELAREN EN VERBRUIKERS OM ZICH DOOR PARALLELLE IMPORTEN BIJ CONCESSIONARISSEN OF LEVERANCIERS IN DE OVERIGE LANDEN VAN DE GEMEENSCHAPPELIJKE MARKT TE BEVOORRADEN;
- DE AFZET VAN MACHINES WELKE MET DE IN DE ALLEENVERKOOPSOVEREENKOMST GENOEMDE PRODUKTEN IN CONCURRENTIE KUNNEN TREDEN, AFHANKELIJK MAKEN VAN EEN DOOR DE CONCEDENT VOORAF TE GEVEN TOESTEMMING .
2 . TREFT DE NIETIGHEID INGEVOLGE ARTIKEL 85, LID 2, VAN HET VERDRAG VAN ROME DE GEHELE OVEREENKOMST WANNEER DAARIN EEN KRACHTENS HET EERSTE LID VAN LAATSTGENOEMD ARTIKEL VERBODEN CLAUSULE IS OPGENOMEN, OF KAN DEZE NIETIGHEID IN BEPAALDE GEVALLEN TOT DE VERBODEN CLAUSULE BEPERKT BLIJVEN?"
DE BEVOEGDHEID VAN HET HOF VAN JUSTITIE
OVERWEGENDE, DAT DE SOCIETE TECHNIQUE MINIERE, PARTIJ IN HET GEDING VOOR HET HOF VAN BEROEP TE PARIJS, ER ZICH OVER BEKLAAGT, DAT DIT RECHTSCOLLEGE HET HOF SLECHTS IN SCHIJN OM UITLEGGING VAN HET VERDRAG VERZOCHT, DOCH IN WERKELIJKHEID HET HOF VRAGEN HEEFT VOORGELEGD, DIE UITSLUITEND TOT DE COMPETENTIE VAN DE NATIONALE RECHTER BEHOREN;
OVERWEGENDE, DAT HET HOF INGEVOLGE ARTIKEL 177 BEVOEGD IS BIJ WEGE VAN PREJUDICIELE BESLISSING UITSPRAAK TE DOEN OVER DE UITLEGGING EN DE GELDIGHEID VAN BEPALINGEN VAN GEMEENSCHAPSRECHT;
OVERWEGENDE, DAT INGEVOLGE HETZELFDE ARTIKEL IEDERE RECHTERLIJKE INSTANTIE VAN EEN DER LID-STATEN, DIE "EEN BESLISSING OP DIT PUNT NOODZAKELIJK ACHT VOOR HET WIJZEN VAN HAAR VONNIS", HET HOF OM EEN UITSPRAAK KAN VERZOEKEN;
DAT HET HOF ZICH DERHALVE NIET MAG INLATEN MET DE REDENEN, WAAROM DE NATIONALE RECHTER ZODANIGE NOODZAAK AANWEZIG HEEFT GEACHT;
DAT HET HOF, ONBEVOEGD ALS HET IS TOT KENNISNEMING VAN VERZOEKEN DE TOEPASSING VAN HET VERDRAG OP EEN BEPAALD GEVAL BETREFFENDE, UIT DE AAN DE ZAAK TEN GRONDSLAG LIGGENDE FEITEN KAN AFLEIDEN WELKE - WEL TOT HAAR COMPETENTIE BEHORENDE - VRAGEN VAN UITLEGGING EN GELDIGHEID AAN DE ORDE WORDEN GESTELD;
DAT HET OVERIGENS JUIST IS, WANNEER DE NATIONALE RECHTER, IN HET BELANG VAN EEN BRUIKBARE UITLEGGING VAN DE LITIGIEUZE BEPALINGEN, DUIDELIJK MAAKT IN VERBAND MET WELKE RECHTSVRAGEN 'S HOFS INTERPRETATIE WORDT GEVRAAGD;
DAT HET HOF DERHALVE AAN DE DOOR HET HOF TE PARIJS MEDEGEDEELDE RECHTSFEITEN DE TOT GOED BEGRIP EN DEUGDELIJKE BEANTWOORDING DER GESTELDE VRAGEN NOODZAKELIJKE GEGEVENS MAG ONTLENEN;
DE EERSTE VRAAG, DE UITLEGGING VAN ARTIKEL 85, LID 1, BETREFFENDE
OVERWEGENDE, DAT AAN HET HOF UITLEGGING WORDT GEVRAAGD VAN ARTIKEL 85, LID 1, IN VERBAND MET NADER OMSCHREVEN "NIET AANGEMELDE OVEREENKOMSTEN", WAARBIJ EEN ALLEENVERKOOPRECHT IS BEDONGEN;
HET ACHTERWEGE BLIJVEN VAN AANMELDING
OVERWEGENDE, DAT EEN OVEREENKOMST SLECHTS ALS MET DE GEMEENSCHAPPELIJKE MARKT ONVERENIGBAAR - IN VOEGE ALS BEDOELD IN ARTIKEL 85, LID 1, - EN MITSDIEN VERBODEN KAN WORDEN BESCHOUWD, WANNEER VOLDAAN IS AAN VERSCHILLENDE VOORWAARDEN, DIE NIET ZOZEER HAAR RECHTSKARAKTER RAKEN ALS WEL VERBAND HOUDEN MET DE VRAAG, IN HOEVERRE DE OVEREENKOMST ZICH VERDRAAGT MET DE HANDEL TUSSEN DE LID-STATEN ENERZIJDS EN DE MEDEDINGING ANDERZIJDS;
DAT HET IN GENOEMD ARTIKEL MITSDIEN IN TWEEERLEI OPZICHT AANKOMT OP BEOORDELING VAN DE GEVOLGEN DER OVEREENKOMST IN HET LICHT DER ECONOMISCHE FEITEN EN DAT ENIG VOOROORDEEL MET BETREKKING TOT EEN DOOR HAAR RECHTSKARAKTER BEPAALDE GROEP OVEREENKOMSTEN DAARIN NIET MAG WORDEN GELEZEN;
DAT DE OVEREENKOMST WAARBIJ EEN PRODUCENT EEN PERSOON BELAST MET DE VERKOOP VAN ZIJN PRODUKTEN BINNEN EEN BEPAALD GEBIED DERHALVE NIET ZONDER MEER ONDER HET VERBOD VAN ARTIKEL 85, LID 1, VALT;
DAT ZULKS ECHTER IN CONCRETO WEL HET GEVAL KAN ZIJN IN VERBAND MET BIJZONDERE OMSTANDIGHEDEN OF OP GROND VAN DE IMPERATIEVE REDACTIE VAN BEPAALDE CLAUSULES TER WAARBORGING VAN DE EXCLUSIVITEIT;
DAT NU DE VERORDENINGEN NO . 17-62 EN NO . 153-62 GEEN UITBREIDING HEBBEN KUNNEN GEVEN AAN DE IN ARTIKEL 85, LID 1, VERVATTE VERBODSBEPALINGEN, HET ACHTERWEGE BLIJVEN VAN DE IN GENOEMDE VERORDENINGEN BEDOELDE AANMELDING BIJ DE COMMISSIE ER NIET TOE KAN LEIDEN, DAT EEN OVEREENKOMST ALS VAN RECHTSWEGE VERBODEN MOET WORDEN BESCHOUWD, DOCH SLECHTS - BIJALDIEN MOCHT WORDEN VASTGESTELD, DAT HET VERBOD VAN ARTIKEL 85, LID 1, OP DE OVEREENKOMST VAN TOEPASSING IS - VAN BELANG KAN ZIJN IN VERBAND MET DE IN LID 3 VERVATTE UITZONDERINGSBEPALING;
DAT BEANTWOORDING VAN DE VRAAG, OF ZODANIGE OVEREENKOMST ALS VERBODEN MOET WORDEN BESCHOUWD, SLECHTS DAARVAN AFHANGT OF ZIJ - GEZIEN DE OMSTANDIGHEDEN - IN FEITE DE IN HET EERSTE LID VAN ARTIKEL 85 OMSCHREVEN KENMERKEN VERTOONT, DIE HAAR ONDER HET IN GENOEMD ARTIKEL NEERGELEGDE VERBOD DOEN VALLEN;
DE EIS DAT VAN EEN OVEREENKOMST "TUSSEN ONDERNEMINGEN" SPRAKE MOET ZIJN
OVERWEGENDE, DAT DE OVEREENKOMST MOET ZIJN AANGEGAAN TUSSEN ONDERNEMINGEN, WIL ZIJ ONDER HET VERBOD VALLEN;
DAT IN HET VERDRAG IN HET GEHEEL NIET WORDT ONDERSCHEIDEN NAAR GELANG PARTIJEN IN HETZELFDE STADIUM DAN WEL IN VERSCHILLENDE STADIA VAN HET PROCES VAN VOORTBRENGING EN VERDELING WERKZAAM ZIJN ( HORIZONTALE ONDERSCHEIDENLIJK VERTICALE OVEREENKOMSTEN );
DAT HET VERBOD DERHALVE OOK OP EEN OVEREENKOMST MET EEN CLAUSULE, HOUDENDE TOEKENNING VAN EEN UITSLUITEND RECHTSVERKOOP, VAN TOEPASSING KAN ZIJN;
DE OVEREENKOMST EN DE HANDEL TUSSEN LID-STATEN
OVERWEGENDE, DAT DE OVEREENKOMST BOVENDIEN "DE HANDEL TUSSEN LID-STATEN ONGUNSTIG" MOET "KUNNEN BEINVLOEDEN";
OVERWEGENDE, DAT DEZE BEPALING VAN ARTIKEL 85, DIE BLIJKENS DE AANHEF BETREKKING HEEFT OP MET DE GEMEENSCHAPPELIJKE MARKT ONVERENIGBARE OVEREENKOMSTEN, ERTOE STREKT OM DOOR MIDDEL VAN DE VOORWAARDE, DAT BELEMMERINGEN OP DE WEG NAAR EEN MARKT VOOR DE GEZAMENLIJKE LID-STATEN TE DUCHTEN MOETEN ZIJN, DE GRENZEN BINNEN WELKE HET VERBOD VAN TOEPASSING IS AF TE BAKENEN;
DAT IMMERS VERSTORING DER MEDEDINGING ALS GEVOLG VAN DE OVEREENKOMST SLECHTS VOORZOVEEL DEZE DE HANDEL TUSSEN LID-STATEN ONGUNSTIG KAN BEINVLOEDEN ONDER DE VERBODSBEPALINGEN VAN HET COMMUNAUTAIRE RECHT ( ARTIKEL 85 ) VALT EN VOORZOVEEL ZULKS NIET HET GEVAL IS AAN DE WERKING DIER BEPALING ONTKOMT;
DAT DE OVEREENKOMST, WIL HIERVAN SPRAKE ZIJN, GEZIEN HET GEHEEL HARER OBJECTIEVE BESTANDDELEN - FEITELIJK EN RECHTENS - MET EEN VOLDOENDE MATE VAN WAARSCHIJNLIJKHEID MOET DOEN VERWACHTEN, DAT ZIJ, AL DAN NIET RECHTSTREEKS, DAADWERKELIJK OF POTENTIEEL, HET RUILVERKEER TUSSEN LID-STATEN KAN BEINVLOEDEN;
DAT MEN DERHALVE, TEN EINDE TE ONDERZOEKEN OF ARTIKEL 85 OP EEN OVEREENKOMST MET EEN ALLEENVERKOOPCLAUSULE VAN TOEPASSING IS, ZAL HEBBEN NA TE GAAN OF ZIJ MET NAME DE MARKT VOOR BEPAALDE PRODUKTEN TUSSEN DE LID-STATEN KAN BELEMMEREN EN ALDUS DE WEDERZIJDSE ECONOMISCHE PENETRATIE, DOOR HET VERDRAG BEOOGD, KAN BEMOEILIJKEN;
DE OVEREENKOMST EN DE MEDEDINGING
OVERWEGENDE TEN SLOTTE DAT HET VERBOD VAN ARTIKEL 85, LID 1, OP DE OVEREENKOMST SLECHTS VAN TOEPASSING IS WANNEER ZIJ ERTOE STREKT OF TEN GEVOLGE HEEFT DAT "DE MEDEDINGING BINNEN DE GEMEENSCHAPPELIJKE MARKT WORDT VERHINDERD, BEPERKT OF VERVALST";
DAT DEZE VOORWAARDE BLIJKENS HET GEBRUIK VAN HET VOEGWOORD "OF" NIET EEN CUMULATIEF, DOCH EEN ALTERNATIEF KARAKTER DRAAGT, ZODAT MEN IN DE EERSTE PLAATS DE STREKKING DER OVEREENKOMST IN VERBAND MET DE ECONOMISCHE OMSTANDIGHEDEN, WAARBINNEN ZIJ MOET WORDEN TOEGEPAST, HEEFT NA TE GAAN;
DAT DE IN ARTIKEL 85, LID 1, BEDOELDE VERSTORINGEN VAN DE MEDEDINGING MOETEN VOORTVLOEIEN UIT ALLE OF SOMMIGE VAN DE CLAUSULES DER OVEREENKOMST ZELVE;
DAT WANNEER EEN ONDERZOEK VAN BEDOELDE CLAUSULES ECHTER NIET AAN HET LICHT MOCHT BRENGEN, DAT IN VOLDOENDE MATE VAN BENADELING DER CONCURRENTIE SPRAKE IS, WARE NA TE GAAN TOT WELKE GEVOLGEN DE OVEREENKOMST LEIDT, WAARBIJ HET VOOR DE TOEPASSELIJKHEID VAN HET VERBOD NOODZAKELIJK IS, DAT UIT DE GEZAMENLIJKE BESTANDDELEN DER OVEREENKOMST VALT AF TE LEIDEN, DAT DE MEDEDINGING IN FEITE IN MERKBARE MATE IS VERHINDERD DAN WEL BEPERKT OF VERVALST;
DAT DE MEDEDINGING IN DIT VERBAND MOET WORDEN BEZIEN IN SAMENHANG MET DE OMSTANDIGHEDEN, WAARIN ZIJ ZICH ZONDER DE LITIGIEUZE OVEREENKOMST ZOU AFSPELEN;
DAT MET NAME IN TWIJFEL KAN WORDEN GETROKKEN OF VAN VERSTORING VAN MEDEDINGING SPRAKE IS WANNEER DE OVEREENKOMST JUIST NOODZAKELIJK BLIJKT TE ZIJN OM EEN ONDERNEMING IN STAAT TE STELLEN ZICH EEN PLAATS TE VEROVEREN OP EEN VOOR HAAR NIEUWE MARKT;
DAT MEN DERHALVE, TEN EINDE NA TE GAAN OF EEN OVEREENKOMST MET ALLEENVERKOOPCLAUSULE UIT HOOFDE VAN STREKKING OF GEVOLGEN ALS VERBODEN MOET WORDEN BESCHOUWD, MET NAME ZAL HEBBEN TE LETTEN OP DE AARD EN DE AL DAN NIET BEPERKTE HOEVEELHEID DER BETROKKEN PRODUKTEN, DE PLAATS DOOR ELK VAN BEIDE PARTIJEN OP DE BETROKKEN MARKT INGENOMEN EN HET BELANG HUNNER MARKTPOSITIES, HET OP ZICHZELF STAAND KARAKTER VAN DE BETREFFENDE OVEREENKOMST DAN WEL JUIST DE OMSTANDIGHEID, DAT ZIJ TOT EEN GEHEEL VAN OVEREENKOMSTEN BEHOORT, DE MEER OF MINDER IMPERATIEVE REDACTIE DER EXCLUSIVITEITSCLAUSULES DAN WEL JUIST DE MOGELIJKHEDEN, DIE MET BETREKKING TOT DEZELFDE PRODUKTEN - DOOR MIDDEL VAN WEDERUITVOER EN NEVENINVOER - AAN ANDERE GOEDERENSTROMEN WERDEN GELATEN;
DE TWEEDE VRAAG, BETREFFENDE DE UITLEGGING VAN ARTIKEL 85, LID 2
OVERWEGENDE, DAT INGEVOLGE ARTIKEL 85, LID 2, "DE KRACHTENS DIT ARTIKEL VERBODEN OVEREENKOMSTEN OF BESLUITEN, "VAN RECHTSWEGE NIETIG" ZIJN;
DAT DEZE BEPALING, BESTEMD OM EERBIEDIGING VAN HET VERDRAG TE VERZEKEREN, SLECHTS IN VERBAND MET - EN NIET BUITEN DE GRENZEN VAN - HAAR BETEKENIS VOOR DE GEMEENSCHAP MAG WORDEN UITGELEGD;
DAT DE NIETIGHEID VAN RECHTSWEGE, WAARVAN TEN DEZE SPRAKE IS, SLECHTS DE ONDER HET VERBOD VALLENDE BESTANDDELEN BETREFT, CASU QUO - INDIEN GENOEMDE BESTANDDELEN NIET VAN DE OVEREENKOMST ZELVE KUNNEN WORDEN LOSGEMAAKT - DE OVEREENKOMST IN HAAR GEHEEL;
DAT HET VERDRAG MITSDIEN OP NIET ONDER HET VERBOD VALLENDE BEDINGEN NIMMER VAN TOEPASSING IS, ZODAT DEZELVE BUITEN HET GEMEENSCHAPSRECHT VALLEN;
OVERWEGENDE, DAT TEN AANZIEN VAN DE KOSTEN, DOOR DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE ECONOMISCHE GEMEENSCHAP WEGENS DE DOOR HAAR BIJ HET HOF INGEDIENDE OPMERKINGEN GEMAAKT, GEEN LAST TOT TERUGBETALING KAN WORDEN GEGEVEN;
DAT DE PROCEDURE VOOR WAT PARTIJEN BETREFT ALS EEN IN DE LOOP VAN HET GEDING VOOR HET HOF VAN BEROEP TE PARIJS GEREZEN INCIDENT MOET WORDEN BESCHOUWD, WESHALVE DEZE LAATSTE INSTANTIE OVER DE KOSTEN ZAL MOETEN BESLISSEN;
VERKLAART
HET HOF VAN JUSTITIE,
UITSPRAAK DOENDE INZAKE DE PREJUDICIELE VRAGEN, DIE HET HOF VAN BEROEP TE PARIJS BIJ ARREST VAN 7 JULI 1965 AAN ZIJN OORDEEL HEEFT ONDERWORPEN,
VOOR RECHT
IN ANTWOORD OP DE EERSTE VRAAG
WANNEER IN OVEREENKOMSTEN EEN CLAUSULE, HOUDENDE VERLENING VAN EEN UITSLUITEND RECHT TOT VERKOOP VOORKOMT, ZIJN ZIJ NIET REEDS UIT DIEN HOOFDE ONVERENIGBAAR MET DE GEMEENSCHAPPELIJKE MARKT IN VOEGE ALS BEDOELD IN ARTIKEL 85, LID 1, VAN HET VERDRAG .
MET BETREKKING TOT EEN TOT DEZE CATEGORIE BEHORENDE AFZONDERLIJKE OVEREENKOMST KAN ZULKS ECHTER - IN GEGEVEN OMSTANDIGHEDEN DAN WEL OP GROND VAN BIJZONDERE CLAUSULES - WEL HET GEVAL ZIJN, WANNEER AAN DE NAVOLGENDE VOORWAARDEN IS VOLDAAN :
1 . DE OVEREENKOMST MET VOORMELDE CLAUSULE MOET ZIJN AANGEGAAN TUSSEN ONDERNEMINGEN, WELKE OOK HUN ONDERSCHEIDEN POSITIE IN DE VERSCHILLENDE STADIA VAN HET PROCES VAN VOORTBRENGING EN VERDELING ZIJ .
2 . WIL VAN TOEPASSING VAN ARTIKEL 85 SPRAKE ZIJN, DAN MOET - GEZIEN DE AARD DER OVEREENKOMST EN HET GEHEEL HARER OBJECTIEVE BESTANDDELEN - FEITELIJK EN RECHTENS - REDELIJKERWIJZE TE DUCHTEN ZIJN DAT ZIJ, AL DAN NIET RECHTSTREEKS, DAADWERKELIJK OF POTENTIEEL OP HET RUILVERKEER TUSSEN LID-STATEN EEN ZODANIGE INVLOED KAN UITOEFENEN, DAT DE TOTSTANDKOMING VAN EEN GEMEENSCHAPPELIJKE MARKT TUSSEN GENOEMDE STATEN WORDT BELEMMERD .
MET NAME WARE NA TE GAAN, OF DE OVEREENKOMST BELEMMERINGEN IN DE WEG KAN LEGGEN AAN DE MARKT VOOR BEPAALDE TUSSEN DE LID-STATEN VERHANDELDE PRODUKTEN .
3 . DE OVEREENKOMST MOET ERTOE STREKKEN OF TEN GEVOLGE HEBBEN DAT DE MEDEDINGING WORDT VERHINDERD, BEPERKT OF VERVALST .
MET BETREKKING TOT DE STREKKING DER OVEREENKOMST MOET ZULKS KUNNEN WORDEN AFGELEID UIT ALLE OF SOMMIGE HARER CLAUSULES, OP ZICHZELVE BESCHOUWD .
IS DIT NIET HET GEVAL, DAN WORDE NAGEGAAN TOT WELKE GEVOLGEN DE OVEREENKOMST LEIDT, WAARBIJ MOET WORDEN VASTGESTELD, DAT ZIJ DE MEDEDINGING MERKBAAR VERHINDERT OF BEPERKT DAN WEL VERVALST .
MET NAME ZAL MOETEN WORDEN GELET OP DE MEER OF MINDER IMPERATIEVE REDACTIE DER EXCLUSIVITEITSCLAUSULES, AARD EN HOEVEELHEID DER PRODUKTEN, WAAROP DE OVEREENKOMST BETREKKING HEEFT, DE PLAATS DOOR ELK VAN BEIDE PARTIJEN BIJ DE OVEREENKOMST OP DE BETROKKEN MARKT INGENOMEN, HET AANTAL DEELNEMERS AAN DE OVEREENKOMST C.Q . AAN ANDERE OVEREENKOMSTEN, DEEL UITMAKENDE VAN EENZELFDE DISTRIBUTIENET .
IN ANTWOORD OP DE TWEEDE VRAAG
DE NIETIGHEID VAN RECHTSWEGE, IN ARTIKEL 85, LID 2 BEDOELD, BETREFT ALLE MET ARTIKEL 85, LID 1, ONVERENIGBARE BEDINGEN .
OVER DE VRAAG TOT WELKE GEVOLGEN DEZE NIETIGHEID VOOR ALLE ANDERE BEDINGEN LEIDT KAN NIET WORDEN BESLIST NAAR REGELEN VAN GEMEENSCHAPSRECHT .
HET HOF VAN BEROEP TE PARIJS ZAL OVER DE KOSTEN VAN DIT GEDING HEBBEN TE BESLISSEN .