Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52022XC1024(02)

    Bekendmaking van een goedgekeurde standaardwijziging van een productdossier van een beschermde oorsprongsbenaming of beschermde geografische aanduiding in de sector landbouwproducten en levensmiddelen, als bedoeld in artikel 6 ter, leden 2 en 3, van Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 664/2014 van de Commissie 2022/C 407/06

    PUB/2022/1081

    PB C 407 van 24.10.2022, p. 11–16 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, GA, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    24.10.2022   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    C 407/11


    Bekendmaking van een goedgekeurde standaardwijziging van een productdossier van een beschermde oorsprongsbenaming of beschermde geografische aanduiding in de sector landbouwproducten en levensmiddelen, als bedoeld in artikel 6 ter, leden 2 en 3, van Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 664/2014 van de Commissie

    (2022/C 407/06)

    Deze mededeling wordt bekendgemaakt overeenkomstig artikel 6 ter, lid 5, van Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 664/2014 van de Commissie (1).

    Mededeling van de goedkeuring van een standaardwijziging van het productdossier van een beschermde oorsprongsbenaming of een beschermde geografische aanduiding uit een lidstaat

    (Verordening (EU) nr. 1151/2012)

    “Χαλλούμι / Halloumi / Hellim”

    EU-nr.: PDO-CY-01243-AM01 — 1.8.2022

    BOB (X) BGA ( )

    1.   Naam van het product

    “Χαλλούμι / Halloumi / Hellim”

    2.   Lidstaat waartoe het geografische gebied behoort

    Cyprus

    3.   Autoriteit van de lidstaat die de standaardwijziging meedeelt

    Departement Landbouw — Ministerie van Landbouw, Plattelandsontwikkeling en Milieu

    4.   Beschrijving van de goedgekeurde wijziging(en)

    Zoals blijkt uit het enig document en het productdossier en ook uit de ondersteunende wetenschappelijke gegevens, hebben de goedgekeurde wijzigingen geen invloed op de fysische, chemische en/of organoleptische kenmerken van het product en ook niet op het verband van het product met het geografische gebied. Dit wordt ook aangetoond door het feit dat de kenmerken van het product, die beschreven staan in het enig document en in het productdossier en die hoofdzakelijk toe te schrijven zijn aan de kenmerken van de geiten- en schapenmelk, verband houden met de soort melk, te weten geiten- en schapenmelk, maar niet met de melk van specifieke rassen. Bovendien zijn sommige kenmerken van de geiten- en schapenmelk die, zoals beschreven in het enig document en in het productdossier, van invloed zijn op de kenmerken van Χαλλούμι (Halloumi) / Hellim, het resultaat van de plaatselijke vegetatie die door de dieren wordt gegeten, hetzij vers of gedroogd. Er zijn evenwel geen aanwijzingen in het productdossier of het enig document en ook geen wetenschappelijke gegevens die de kenmerken van Χαλλούμι (Halloumi) / Hellim in verband brengen met een bepaalde soort voeder en/of een percentage van een bepaald voeder en/of een specifieke combinatie van rassen (schapen en geiten) met een specifieke soort en specifiek percentage voeder. Uitsluitingen van rassen en procentuele beperkingen voor voeder die verder gaan dan wat bepaald is in de wetgeving (Verordening (EU) nr. 664/2014), bemoeilijken de praktische toepassing van de BOB Χαλλούμι (Halloumi) / Hellim en hebben helemaal geen positieve gevolgen voor de kwaliteit van het product en/of de versterking van het verband met het gedefinieerde gebied.

    Voorts is van belang dat de goedgekeurde wijzigingen ook een vereenvoudiging betekenen van de procedure voor de controle van de naleving van het productdossier voor de BOB Χαλλούμι (Halloumi) / Hellim, aangezien zij een betere tracering mogelijk maken.

    In het enig document, in punt 3.3 “Diervoeders en grondstoffen”, wordt de tweede paragraaf onder de titel “Grondstoffen”, waarin wordt verwezen naar de rassen van productieve dieren waarvan de melk wordt gebruikt bij de productie van Χαλλούμι (Halloumi) / Hellim, als volgt gewijzigd:

    “De schapenmelk en de geitenmelk zijn afkomstig van lokale en andere rassen en kruisingen ervan die binnen het afgebakende geografische gebied gefokt zijn.”

    Daarnaast wordt in punt 3.3 “Diervoeders en grondstoffen” van het enig document, de tweede paragraaf onder de titel “Diervoeders” als volgt gewijzigd:

    “De schapenmelk en de geitenmelk zijn afkomstig van lokale en andere rassen en kruisingen ervan die het hele jaar door grazen, op voorwaarde dat de weersomstandigheden het toelaten. Al het ruwvoer voor de schapen en geiten wordt lokaal geproduceerd (groenvoer, hooi, kuilvoer, stro/stoppelgewas en wilde planten tijdens het grazen). Wat de voedersupplementen betreft, mag worden gebruikgemaakt van granen, waaronder gerst en maïs, eiwitvoer zoals gedopt, deels gepeld sojameel, producten en bijproducten van diverse grondstoffen, zoals tarwezemelen en anorganische stoffen, vitaminen en microvoedingsstoffen.”

    Door de toenemende vraag naar melk gingen landbouwers op zoek naar nieuwe, productieve rassen met melk van een betere kwaliteit. Dit bemoeilijkt met name de procedure voor keuring en tracering van de melk die bedoeld is voor de productie van Χαλλούμι (Halloumi) / Hellim. Wat de voedersupplementen betreft, is, door de trend om ook andere granen en eiwitvoer te gebruiken, de vaststelling van een specifiek percentage voor gerst en zemelen bovendien een belemmerende factor die de keuringsprocedure aanzienlijk hindert.

    Om de keuringen te vereenvoudigen en te vergemakkelijken en ervoor te zorgen dat het productdossier volledig wordt nageleefd, zullen de goedgekeurde wijzigingen dan ook worden toegepast.

    Productomschrijving

    In de tekst wordt de naam “Halloumi” gebruikt voor de twee namen die hierboven vermeld staan, namelijk:

     

    “Χαλλούμι” (Halloumi) / “Hellim”

    Er zijn twee soorten Halloumi — verse en gerijpte.

    Verse Halloumi wordt gemaakt van wrongel die wordt geproduceerd door melk te stremmen met stremsel. Het product wordt gekookt en krijgt vervolgens zijn kenmerkende vorm. De kaas is halfhard en elastisch, gevouwen (tot een rechthoek of een halve cirkel), wit tot lichtgeel van kleur, heeft een vaste textuur, kan makkelijk in plakjes worden gesneden en heeft een kenmerkende geur en smaak. De kaas ruikt sterk naar melk/wei en heeft een aroma en smaak van munt, een boerderijgeur en een scherpe, zoute smaak. Het maximale vochtgehalte bedraagt 46 %, het vetgehalte moet minstens 43 % bedragen (in de droge stof) en het maximale zoutgehalte is 3 %.

    Gerijpte Halloumi wordt gemaakt van wrongel die wordt geproduceerd door melk te stremmen met stremsel. Het product wordt gekookt en krijgt zijn kenmerkende vorm, waarna het ten minste 40 dagen in gezouten wei wordt gerijpt. De kaas is halfhard tot hard, minder elastisch, gevouwen (tot een rechthoek of een halve cirkel), wit tot gelig van kleur, heeft een vaste textuur, kan makkelijk in plakjes worden gesneden en heeft een kenmerkende geur en smaak. De kaas ruikt sterk naar melk/wei en heeft een aroma en smaak van munt, een boerderijgeur en een scherpe, zoute smaak; hij is licht bitter en heel zout. Het maximale vochtgehalte bedraagt 37 %, het vetgehalte moet minstens 40 % bedragen (in de droge stof), het maximale zoutgehalte is 6 % en de zuurtegraad bedraagt 1,2 % (uitgedrukt als melkzuur in droge stof).

    Halloumi-kazen wegen tussen 150 en 350 gram.

    ENIG DOCUMENT

    “Χαλλούμι / Halloumi / Hellim”

    EU-nr.: PDO-CY-01243-AM01 — 1.8.2022

    BOB (X) BGA ( )

    1.   Naam/namen [van de BOB of de BGA]

    “Χαλλούμι / Halloumi / Hellim”

    2.   Lidstaat of derde land

    Cyprus

    3.   Beschrijving van het landbouwproduct of levensmiddel

    3.1.   Productcategorie

    Categorie 1.3: Kaas

    3.2.   Beschrijving van het product waarvoor de in punt 1 vermelde naam van toepassing is

    In de tekst wordt de naam “Halloumi” gebruikt voor de twee namen die hierboven vermeld staan, namelijk:

     

    “Χαλλούμι” (Halloumi) / “Hellim”

    Er zijn twee soorten Halloumi — verse en gerijpte.

    Verse Halloumi wordt gemaakt van wrongel die wordt geproduceerd door melk te stremmen met stremsel. Het product wordt gekookt en krijgt vervolgens zijn kenmerkende vorm. De kaas is halfhard en elastisch, gevouwen (tot een rechthoek of een halve cirkel), wit tot lichtgeel van kleur, heeft een vaste textuur, kan makkelijk in plakjes worden gesneden en heeft een kenmerkende geur en smaak. De kaas ruikt sterk naar melk/wei en heeft een aroma en smaak van munt, een boerderijgeur en een scherpe, zoute smaak. Het maximale vochtgehalte bedraagt 46 %, het vetgehalte moet minstens 43 % bedragen (in de droge stof) en het maximale zoutgehalte is 3 %.

    Gerijpte Halloumi wordt gemaakt van wrongel die wordt geproduceerd door melk te stremmen met stremsel. Het product wordt gekookt en krijgt zijn kenmerkende vorm, waarna het ten minste 40 dagen in gezouten wei wordt gerijpt. De kaas is halfhard tot hard, minder elastisch, gevouwen (tot een rechthoek of een halve cirkel), wit tot gelig van kleur, heeft een vaste textuur, kan makkelijk in plakjes worden gesneden en heeft een kenmerkende geur en smaak. De kaas ruikt sterk naar melk/wei en heeft een aroma en smaak van munt, een boerderijgeur en een scherpe, zoute smaak; hij is licht bitter en heel zout. Het maximale vochtgehalte bedraagt 37 %, het vetgehalte moet minstens 40 % bedragen (in de droge stof), het maximale zoutgehalte is 6 % en de zuurtegraad bedraagt 1,2 % (uitgedrukt als melkzuur in droge stof).

    Halloumi-kazen wegen tussen 150 en 350 gram.

    3.3.   Diervoeders (alleen voor producten van dierlijke oorsprong) en grondstoffen (alleen voor verwerkte producten)

    Wat betreft de melk die wordt gebruikt om Halloumi te produceren, geldt het volgende, onverminderd de bepalingen van Verordening (EU) nr. 664/2014:

    De schapenmelk en de geitenmelk zijn afkomstig van lokale en andere rassen en kruisingen ervan die het hele jaar door grazen, op voorwaarde dat de weersomstandigheden het toelaten. Al het ruwvoer voor de schapen en geiten wordt lokaal geproduceerd (groenvoer, hooi, kuilvoer, stro/stoppelgewas en wilde planten tijdens het grazen). Wat de voedersupplementen betreft, mag worden gebruikgemaakt van granen, waaronder gerst en maïs, eiwitvoer zoals gedopt, deels gepeld sojameel, producten en bijproducten van diverse grondstoffen, zoals tarwezemelen en anorganische stoffen, vitaminen en microvoedingsstoffen.

    De koemelk is afkomstig van zwarte en witte koeien die worden ondergebracht in schuren en worden gevoed met voedergewassen, hooi, kuilvoer en stro (van vooral inheemse, in Cyprus geteelde gewassen) en met voedersupplementen. Het dieet van de koeien bestaat specifiek uit lokaal geproduceerde voedergewassen (35-40 %) (groenvoer, hooi, kuilvoer en stro/stoppelgewas). De resterende 60-65 % van hun dieet bestaat uit voedersupplementen die voornamelijk gerst, mais, soja en zemelen bevatten. Wat de voedersupplementen betreft, wordt 20 % van de gerst en de zemelen lokaal geproduceerd, terwijl de soja en mais worden geïmporteerd.

    Melk (verse schapen- of geitenmelk of een mengeling daarvan, met of zonder toegevoegde koemelk), stremsel (maar geen varkensstremsel), verse of gedroogde Cypriotische muntblaadjes (Mentha viridis) en zout. De hoeveelheid schapen- of geitenmelk of de mengeling daarvan moet altijd groter zijn dan de hoeveelheid koemelk. Wanneer met andere woorden koemelk wordt gebruikt naast schapen- of geitenmelk of een mengeling daarvan, mag de hoeveelheid koemelk in de Halloumi niet groter zijn dan de hoeveelheid schapen- of geitenmelk of de mengeling daarvan. De melk die voor de productie van Halloumi wordt gebruikt, is volle Cypriotische melk. De melk moet gepasteuriseerd zijn of tot een temperatuur van meer dan 65 °C zijn opgewarmd. Het mag geen gecondenseerde melk zijn en de melk mag geen van de volgende bestanddelen bevatten: melkpoeder, gecondenseerde melk, caseïnezouten, kleurstoffen, bewaarmiddelen of andere additieven. De melk mag evenmin antibiotica, pesticiden of andere schadelijke stoffen bevatten.

    De schapenmelk en de geitenmelk zijn afkomstig van lokale en andere rassen en kruisingen ervan die binnen het afgebakende geografische gebied gefokt zijn.

    De koemelk is afkomstig van zwarte en witte koeien die vanaf het begin van de twintigste eeuw geleidelijk aan in Cyprus werden geïntroduceerd en die zich intussen heel goed hebben aangepast aan de plaatselijke omstandigheden.

    3.4.   Specifieke onderdelen van het productieproces die in het afgebakende geografische gebied moeten plaatsvinden

    De schapen-, geiten- en koemelk die de grondstof vormt voor de productie van Halloumi-kaas, wordt in het afgebakende geografische gebied geproduceerd. De Halloumi-kaas zelf wordt eveneens geproduceerd in het afgebakende geografische gebied.

    3.5.   Specifieke voorschriften betreffende het in plakken snijden, het raspen, het verpakken, enz. van het product waarnaar de geregistreerde naam verwijst

    “Halloumi”-kaas moet om de volgende redenen in het afgebakende geografische gebied worden verpakt: a) Halloumi moet meteen na de productie worden verpakt om verdere rijping te voorkomen, b) het productieproces van Halloumi (van productie tot verpakking) kan niet worden onderbroken (continue productie), c) ten behoeve van de traceerbaarheid moet het product door de producent worden verpakt en dienovereenkomstig worden geëtiketteerd, d) om te voorkomen dat kaas die buiten het Cypriotische grondgebied wordt geproduceerd op de markt wordt gebracht als BOB Halloumi, zodat de kwaliteit en oorsprong van het product gegarandeerd zijn en gewaarborgd is dat de vereiste controles kunnen worden uitgevoerd.

    3.6.   Specifieke voorschriften betreffende de etikettering van het product waarnaar de geregistreerde naam verwijst

    Wat de samenstelling van de melk betreft die wordt gebruikt om “Halloumi” te produceren, moeten, indien een mengeling van verschillende melksoorten wordt gebruikt, de verschillende melksoorten op het etiket worden vermeld in afnemende volgorde van percentage.

    4.   Beknopte beschrijving van het afgebakende geografische gebied

    De administratieve grenzen van de districten Nicosia, Limassol, Larnaca, Famagusta, Paphos en Kyrenia.

    5.   Verband met het geografische gebied

    Specificiteit van het geografische gebied

    Natuurlijke factoren: Cyprus heeft een mediterraan klimaat dat wordt gekenmerkt door hete, droge zomers en zachte, natte winters. Ook de bodem van het eiland speelt een heel belangrijke rol: de bergen krijgen relatief veel neerslag te verwerken en beïnvloeden de hydrologie en het milieu van de lagergelegen gebieden, aangezien de talloze beken en rivieren nog maanden nadat de regen is gestopt van water uit de bergen worden voorzien. Rekening houdend met zijn oppervlakte bezit Cyprus een van de rijkste flora’s in het Middellandse Zeegebied dankzij de geologische structuur, het klimaat, de geografische ligging, de omliggende zee en de landconfiguratie (Tsintidis et al., 2002). Het eiland telt 1 908 verschillende plantensoorten, waarvan 140 soorten endemisch zijn, m.a.w. alleen op Cyprus worden aangetroffen (ministerie voor Bosbeheer, 2004). Tot slot omvatten de lokale melkveerassen in Cyprus de vetstaartschapen, die goed zijn aangepast aan het droge klimaat en de hoge temperaturen in het gebied, en de lokale Machaira- en Pissouri-geiten. De Chios-schapen en de Damascus-geiten (respectievelijk geïntroduceerd in de jaren 1950 en 1930) zijn eveneens lokale rassen, aangezien hun morfologische en productiegerelateerde kenmerken afwijken van de originele populatie onder invloed van een langdurig nationaal kweekprogramma.

    Menselijke factoren: uit historische verwijzingen blijkt dat de productie van Halloumi reeds in de verre oudheid bekend was in Cyprus. Halloumi wordt vermeld als “calumi” in een codex die vijf manuscripten bevat over de geschiedenis van Cyprus en die wordt bewaard in de bibliotheek van het Correr Museum in Venetië. Deze schriftelijke verwijzing naar Halloumi dateert uit 1554 en is de oudste die tot op heden werd gevonden. Er zijn ook latere verwijzingen naar Halloumi, onder meer door Archimandrite Kyprianos in 1788.

    Het belang van Halloumi in het leven van de plaatselijke bevolking blijkt niet alleen uit de kunst (poëzie, literatuur) maar ook uit de plaats die het product inneemt op landbouwbeurzen (Lyssi, 1939). De lijst met klassen en geldprijzen en de voorwaarden om deel te nemen aan de landbouwbeurs van Lyssi, die zowel in het Grieks als in het Turks werd gepubliceerd, bevat ook de producten die kunnen meedoen aan de wedstrijd. De Turkse naam voor “Halloumi” is “Hellim”. Turks-Cypriotische producenten van Halloumi gebruiken beide namen voor dit traditionele product of alleen de naam “Hellim”. Er zijn voldoende bewijzen dat de twee namen “Halloumi” en “Hellim” naar hetzelfde traditionele Cypriotische product verwijzen, waarvoor beide namen worden gebruikt (krant Halkin Sesi, 1959 en 1962 en productverpakking voor export met beide namen).

    De nauwe band tussen het product en de inwoners van het eiland blijkt ook uit het feit dat vandaag de dag “Haloumas”, “Hallouma”, “Halloumakis” en “Halloumis” vaak voorkomende Cypriotische familienamen zijn.

    Reeds in de oudheid vormde Halloumi een belangrijk onderdeel van het Cypriotische dieet (Bevan, 1919; Pitcairn, 1934; Zigouris, 1952) en werd de kaas het hele jaar door gegeten door Cypriotische families. Halloumi was “de bekende Cypriotische kaas die op een speciale manier wordt geproduceerd”, een van de meest gegeten producten bij brood in elk Cypriotisch huishouden en essentieel voor elk gezin op het platteland (Xioutas, 2001). Halloumi werd niet alleen lokaal gegeten, het product werd van oudsher ook uitgevoerd naar verschillende landen (Archimandrite Kyprianos, 1788), zoals Egypte, Syrië, Griekenland, Turkije, Palestina, Frankrijk, Sudan, het Verenigd Koninkrijk, Amerika, Australië en China (Dawe, 1928).

    Het productieproces is uniek, met name het koken op hoge temperatuur gedurende een specifieke tijd, het vouwen en het toevoegen van Cypriotische munt. Het koken van de wrongel is heel belangrijk aangezien onderzoek ter zake heeft aangetoond dat het de organoleptische eigenschappen van het product versterkt. Door het koken van de wrongel op hoge temperatuur worden immers grote hoeveelheden specifieke elementaire chemische verbindingen geproduceerd die de smaak van Halloumi meebepalen. Sommige van deze verbindingen zijn lactonen, zoals delta-dodecalactone (gekenmerkt door een fruitige smaak) en delta-decalactone (gekenmerkt door een romige smaak); andere verbindingen zijn methylketonen die worden gekenmerkt door een melkachtige smaak (P. Papademas, 2000).

    Het typische vouwen van de wrongel, als onderdeel van de traditionele verwerking, onderscheidt Halloumi van alle andere kazen. De praktijk van het vouwen kwam tot stand omdat dit het traditioneel makkelijker maakte om de kazen in de recipiënten te plaatsen waarin ze in wei werden bewaard. De muntblaadjes worden (tijdens het vouwproces) tussen de wrongellagen gelegd zodat ze op hun plaats worden gehouden en de munt zijn kenmerkende aroma kan afgeven aan het eindproduct. Het gebruik van munt (Mentha viridis) in de vouwfase geeft het eindproduct zijn kenmerkende aroma dankzij de aanwezigheid van de terpenen pulegon (“muntterpeen”) en carvon (Papademas en Robinson, 1998). Het zijn de lokale producenten die de kennis bezitten over dit productieproces.

    Specificiteit van het product

    De specifieke kenmerken van het product zijn onder meer:

    a)

    de eigenschap dat het niet uitloopt of smelt op hoge temperaturen (het kan zo worden gegeten of worden gefrituurd, gegrild enz.);

    b)

    de warmtebehandeling van de wrongel in wei bij een temperatuur van meer dan 90 °C gedurende ten minste 30 minuten, wat een uniek kenmerk is van het productieproces en bijdraagt aan de specifieke organoleptische kenmerken van het product;

    c)

    het vouwen om de kenmerkende vorm aan het product te geven;

    d)

    de organoleptische kenmerken (met een kenmerkende geur en smaak — een sterke geur van melk/wei en een aroma en smaak van munt, een boerderijgeur en een scherpe, zoute smaak) die voornamelijk te danken zijn aan de schapen- en geitenmelk die wordt beïnvloed door het voer dat de dieren krijgen, de munt die tijdens het productieproces wordt toegevoegd en de vluchtige verbindingen die worden gevormd tijdens de warmtebehandeling van de wrongel in wei; en

    e)

    het traditionele karakter, aangezien de kaas al van oudsher in Cyprus wordt gemaakt, volgens een traditionele methode die van generatie op generatie wordt overgedragen en waarvan de knowhow vandaag in het bezit is van de lokale producenten.

    Causaal verband tussen het geografische gebied en de kwaliteit of kenmerken van het product (voor een BOB) dan wel een bepaalde hoedanigheid, de faam of een ander kenmerk van het product (voor een BGA)

    Het verband tussen Halloumi en de geografische omgeving ligt in de specificiteit van het mediterrane klimaat van het eiland. De plaatselijke vegetatie die door het melkvee wordt gegeten, gaat van de fase van groenvoer over naar halfdroog en tot slot droogvoer en volgt daarmee de typische fasen van het plaatselijke microklimaat. Sommige van deze planten zijn inheems. De plaatselijke Cypriotische vegetatie die door de dieren wordt gegeten, hetzij vers of gedroogd, heeft een cruciaal effect op de kwaliteit van de melk en bijgevolg op de specifieke kenmerken van de kaas (Papademas, 2000). De aanwezigheid van de bacil Lactobacillus cypricasei (melkzuurbacterie uit Cypriotische kaas), die alleen uit Cypriotische Halloumi werd geïsoleerd, toont het verband aan tussen de microflora van het eiland en het product (Lawson et al., 2001). Ook de toevoeging van Cypriotische munt draagt verder bij tot de karakteristieke smaak van het product. Andere factoren die de organoleptische kenmerken van het product beïnvloeden, voornamelijk de smaak en geur, zijn de gebruikte melksoort, aangezien schapen- en geitenmelk specifieke vetzuren met laag molecuulgewicht bevatten, en de vluchtige verbindingen die tijdens het productieproces worden gevormd.

    Wat het verband betreft tussen menselijke factoren en het product, wordt Halloumi beschouwd als een traditioneel Cypriotisch product omdat het, zoals in punt 5.1 vermeld, van oudsher een heel belangrijke rol heeft gespeeld in het leven en de voedingsgewoontes van de eilandbewoners, zowel Grieks- als Turks-Cyprioten, en omdat de kennis van het productieproces van generatie op generatie werd overgedragen. Zowel de kenmerkende gevouwen vorm als de specifieke eigenschap dat het product niet smelt bij hoge temperaturen zijn terug te voeren op dit traditionele productieproces dat van generatie op generatie werd doorgegeven.

    Verwijzing naar de bekendmaking van het productdossier

    http://www.moa.gov.cy/moa/da/da.nsf/All/82B33F7D83ABF5A8C225879C00346BA5?OpenDocument


    (1)  PB L 179 van 19.6.2014, blz. 17.


    Top