Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52016IR6945

Advies van het Europees Comité van de Regio's over Sociale innovatie als nieuw instrument voor het oppakken van maatschappelijke uitdagingen

PB C 306 van 15.9.2017, p. 28–31 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

15.9.2017   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 306/28


Advies van het Europees Comité van de Regio's over Sociale innovatie als nieuw instrument voor het oppakken van maatschappelijke uitdagingen

(2017/C 306/06)

Rapporteur:

Marcelle Hendrickx (NL/ALDE), wethouder van de gemeente Tilburg

BELEIDSAANBEVELINGEN

HET EUROPEES COMITÉ VAN DE REGIO'S (CvdR)

Algemene opmerkingen

1.

ervaart dat Europa voor grote maatschappelijke uitdagingen staat: onze inwoners zijn onzeker over hun toekomst, de werkloosheid, met name onder jongeren, ligt nog altijd hoger dan voor de financiële en economische crisis, de gevolgen van de klimaatverandering worden steeds duidelijker, de bevolking vergrijst en de komst van vluchtelingen, asielzoekers en migranten plaatst lokale en regionale bestuurders voor nieuwe vragen.

2.

De leden van het Comité zien de samenleving veranderen. Onze inwoners zijn vandaag veeleisender en hebben een betere opleiding. Dit leidt ertoe dat zij steeds vaker zelf richting geven aan hun leven, hun levensstandaard willen verbeteren en een grotere betrokkenheid tonen bij de aanpak van sociale relevante kwesties. Tegelijkertijd zijn we ons als lokale en regionale overheden ervan bewust dat belangen van onze burgers zeer verschillend kunnen zijn.

3.

Daarnaast neemt de complexiteit van de maatschappelijke uitdagingen toe: deze uitdagingen laten zich niet vangen in beleidskokers, trekken zich niets aan van bestuurlijke grenzen en overstijgen bestuursperiodes. Ze vragen om directe acties én om een langetermijnvisie en -aanpak alsmede om een koerswijziging ten aanzien van de sociale dimensie van het EU-beleid, onder meer die van de EMU, teneinde alle burgers te bereiken en de solidariteit tussen de volkeren en lidstaten te versterken.

4.

Tegelijkertijd beschikken lokale en regionale overheden over minder financiële middelen om in een snel veranderende samenleving deze nieuwe en complexere uitdagingen aan te gaan; de verschillende bestuursniveaus kunnen dan ook alleen maar optreden als zij op objectieve, pragmatische en doeltreffende wijze met elkaar samenwerken.

5.

Het Comité wijst op de beperkingen van de huidige benadering en beleidsinstrumenten voor het formuleren van oplossingen voor de maatschappelijke uitdagingen van nu. Tegelijkertijd bieden deze ontwikkelingen ook kansen voor een modern en innovatief Europa.

6.

Het Comité ziet in sociale innovatie een belangrijk instrument om samen met de publieke, de particuliere en de derde sector de maatschappelijke uitdagingen van nu aan te gaan en de kwaliteit van het leven van onze burgers te verbeteren. Sociaal innovatieve projecten hebben over het algemeen een grotere impact op de samenleving en de economie als een en ander samengaat met technologische ondersteuning; dit leidt immers tot betere oplossingen voor onze burgers.

Kenmerken sociale innovatie

7.

Het Comité kan zich vinden in de definitie van sociale innovatie als nieuwe ideeën (producten, diensten en modellen), die tegelijkertijd voldoen aan maatschappelijke behoeften (effectiever dan alternatieven) en nieuwe sociale relaties en samenwerkingsverbanden creëren (1).

8.

Sociale innovatie kan een belangrijk wapen zijn voor alle maatschappelijke uitdagingen. Bijvoorbeeld in de strijd tegen jeugdwerkloosheid, het bevorderen van de zorg voor en zelfstandigheid van ouderen, de integratie van mensen die maar moeilijk toegang krijgen tot de arbeidsmarkt en het laten heropleven van afgelegen regio's, regio's die de verschillende demografische uitdagingen het hoofd moeten bieden en noodlijdende stedelijke gebieden.

9.

Een aanpak van onderaf, in co-creatie de oplossing zoeken dicht bij mensen zelf (2), het bieden van maatwerk, nieuwe verbanden en samenwerking tussen overheden, bedrijven, kennis- onderwijsinstellingen, maatschappelijke organisaties en belangenorganisaties van burgers (3) zijn voor het Comité kenmerken van sociale innovatie.

10.

Het Comité wil graag wijzen op consumentenpanels als een goed voorbeeld van een aanpak van onderaf. Dergelijke panels vormen een spreekbuis voor consumenten die vertrouwd zijn met bepaalde diensten. Er kan feedback van consumenten mee worden verzameld (bv. gebruikservaringen) en dankzij de panels kunnen producten en diensten verder worden ontwikkeld en nieuwe ideeën ontstaan en worden getest (allemaal van onderaf). Consumentenpanels zijn goed voor de integratie en geven consumenten echt de kans invloed uit te oefenen.

11.

Sociale innovatie is een andere manier van werken voor de overheid. Het vraagt van lokale en regionale overheden om een open houding voor initiatieven en ideeën vanuit burgers, bedrijven, kennis- en onderwijsinstellingen en maatschappelijke organisaties. Belangrijk daarbij is het besef dat voor vele vragen van nu de oplossing niet alleen bij de overheid gevonden kan worden. Maar een open houding betekent geen passieve houding. Het bevorderen van sociale innovatie vereist vaak leiderschap en coördinatie van lokale overheden bij het zoeken naar partnerschappen, het verbinden van partijen, het creëren van sociale innovatie-ecosystemen, het aanjagen van goede initiatieven van burgers en lokale gemeenschappen, het creëren van flexibele juridische kaders, het zorgen voor kennisdeling en het stimuleren van dialoog.

12.

Terecht stelt de Europese Commissie dat de EU concrete resultaten moeten gaan leveren die tegemoet komen aan de behoeften en wensen van onze burgers. Door sociale innovatie al aan de voorkant te ondersteunen en te faciliteren, bij het ontwikkelen van beleid en het besluitvormingsproces, komen we tot betere oplossingen én oplossingen met meer draagvlak.

13.

Draagvlak van burgers is cruciaal in een tijd dat het vertrouwen in onze democratische instituties onder druk staat. Sociale innovatie gaat uit van de burgers en lokale gemeenschappen. Vanaf het raadplegen van burgers om de maatschappelijke behoefte te duiden, het formuleren van oplossingen tot aan de implementatiefase, via een proces van betrokkenheid, deelname, medeverantwoordelijkheid, wederkerigheid en het creëren van netwerken van diverse betrokkenen. Deze dimensie moet met de territoriale dimensie worden geïntegreerd en zo goed mogelijk op de behoeften van individuen, gezinnen en gemeenschappen aansluiten.

Potentie benutten, belemmeringen wegnemen

14.

Het Comité verwelkomt de erkenning van de Europese Commissie van het belang van sociale innovatie, met name het potentieel van het portaal voor de sociale innovatiegemeenschap en de jaarlijkse Europese wedstrijd voor sociale innovatie. Het wil benadrukken dat sociale innovatie niet alleen gaat over economische groei en het creëren van banen. Het is belangrijk dat sociale innovatie als middel herkend en erkend wordt dat op verschillende beleidsterreinen toe te passen is, waaronder bij de bestrijding van armoede en economische uitsluiting, waarmee de kwaliteit van het leven van de inwoners van de EU kan verbeteren.

15.

Succesvolle sociale innovatieprojecten zorgen namelijk voor complementariteit tussen de bevordering van sociale integratie en solidariteit enerzijds en het creëren van groei en banen anderzijds. Het Comité benadrukt daarom dat sociale innovatie een vast onderdeel van lokale en regionale ontwikkelingsstrategieën moet worden.

16.

Daarnaast leidt sociale innovatie tot betere innovatie. Technologische ontwikkelingen gaan steeds sneller en trends als de digitalisering en automatisering brengen fundamentele veranderingen met zich mee voor de arbeidsmarkt en de economie in het algemeen in steden en regio's: enerzijds verdwijnen er banen door automatisering en robotisering anderzijds komen er andere nieuwe banen voor terug, big data raakt aan de privacy van onze burgers en niet iedereen kan de technologische ontwikkelingen even goed volgen en verwerken. Sociale innovaties kunnen helpen de veerkracht van onze samenlevingen te vergroten. Het Comité ziet overal in de EU een aantal goede voorbeelden van sociale innovaties door lokale en regionale overheden (4).

17.

Het is een gemiste kans als succesvolle sociale innovaties niet gedeeld worden en lokaal blijven. Innovaties beginnen vaak lokaal en kleinschalig maar kunnen waardevol en toepasbaar zijn voor alle burgers in Europa. Om de volledige potentie van sociale innovatie te benutten is er een omgeving nodig die opschaling en verspreiding mogelijk maakt.

18.

Er zijn tal van voorbeelden van succesvolle praktijken op het gebied van sociale innovatie waarbij zowel vrouwen als minderjarigen in risicovolle omstandigheden worden geholpen. Deze praktijken zouden moeten worden belicht en in heel Europa moeten worden overgenomen om burgers die zich in dit soort situaties bevinden te helpen, zo nodig door de financiering ervan via de structuurfondsen te vergemakkelijken.

19.

Om de potentie van sociale innovatie volledig te benutten is het vereenvoudigen en het verminderen van de administratieve lastendruk van het cohesiebeleid noodzakelijk. De huidige complexiteit en omvang van het regelgevingskader schrikt aanvragers af. Het Comité heeft al verschillende malen de EU-instellingen opgeroepen om tot een echte vereenvoudiging van het wetgevingspakket voor het cohesiebeleid te komen (5).

20.

Het Europese cohesiebeleid maakt het moeilijk om sociale innovatie als instrument in te zetten. Kleinschalige projecten, kleine en niet traditionele partners en het niet altijd opnemen van sociale innovatie als criterium bij een aanvraag voor Europese fondsen belemmert de EU-financiering van sociale innovatieprojecten.

21.

Hierdoor zijn niet alle Europese fondsen en programma's geschikt voor sociale innovaties. Net zo goed als bij technologische innovaties is er bij sociale innovaties ruimte nodig om te kunnen experimenteren en de bereidheid nodig om mislukte innovaties te accepteren.

22.

Aan sociale innovatie kan met succes verder invulling worden gegeven via onder meer de sociale economie. Het Comité herinnert er in dit verband aan dat initiatieven ten behoeve van de sociale economie zijn gebaseerd op samenwerking en maatschappelijk engagement onder individuen binnen de gemeenschap en zo helpen de sociale, economische en territoriale samenhang en de mate van vertrouwen in de hele EU te vergroten. Het is daarom essentieel om sociale innovatie ook te bevorderen door het potentieel van de sociale economie te ontsluiten door haar spelers vlotter toegang te verlenen tot verschillende vormen van financiering en door op lokaal, regionaal, nationaal en EU-niveau voldoende financiële middelen vrij te maken (6).

Innovatie versus sociale innovatie

23.

Het Comité onderschrijft het belang van innovatie voor de Europese Unie zodat onze burgers het beste onderwijs krijgen, er voldoende werk is, we de maatschappelijke uitdagingen van nu het hoofd kunnen bieden en de welvaart en kwaliteit van het leven hoog blijven. In dit kader onderstreept het Comité het belang van het initiatief Innovatie Unie om de EU meer innovatievriendelijk te maken, waardoor goede ideeën sneller in producten en diensten kunnen worden omgezet.

24.

Het Comité is ingenomen met de diverse inspanningen die de Europese Commissie doet ter bevordering van sociale innovatie in het kader van het EU-programma voor Werkgelegenheid en Sociale Innovatie (EaSI), de modellen voor de deeleconomie, Horizon 2020, de platforms voor cultureel bewustzijn en de programma's van het instrument voor kleine en middelgrote ondernemingen.

25.

Toch wijst het Comité erop dat, hoewel in het EaSI-programma onder meer wordt voorgesteld langdurige werkloosheid, armoede en marginalisering te bestrijden, er nog geen Europese mechanismen bestaan om adequaat op deze gemeenschappelijke vraagstukken te kunnen reageren.

26.

Ondanks deze inspanningen meent het Comité dat bij de Europese 2020-strategie de nadruk te eenzijdig op de technologische kant van innovatie ligt en de sociale kant onvoldoende naar voren komt. Het Comité benadrukt dat sociale innovatie en technologische innovatie complementair aan elkaar zijn; beide moeten elkaar dan ook zo veel mogelijk aanvullen om echt een stempel te kunnen drukken op de samenleving.

Rol Europese Unie & aanbevelingen

27.

De huidige maatschappelijke uitdagingen zijn grensoverschrijdend en landen vaak bij lokale en regionale overheden in Europa. Sociale innovatie kan een belangrijke rol spelen bij het creëren van sociale, economische en territoriale cohesie. Een stimulerende, faciliterende en verbindende rol van de EU is hierbij gewenst.

28.

Het Comité roept de Europese Commissie op om in haar beleidsvorming nadrukkelijk rekening te houden met de uitvoerbaarheid op lokaal en regionaal niveau. Dit in lijn met de uitvoering van de Stedelijke Agenda van de EU, waarbij Commissie, lidstaten en steden de uitvoerbaarheid van EU-beleid en -regelgeving op lokaal niveau in kaart brengen. Die decentrale uitvoerbaarheid is des te relevanter voor sociale innovatieprojecten, welke vaak gedurende het hele innovatieproces (creëren, experimenteren, verspreiden en evalueren) door lokale en regionale overheden worden ondersteund.

29.

Het Comité vraagt de Europese Commissie om het instrument sociale innovatie te herkennen en erkennen als een instrument om zeer diverse maatschappelijke uitdagingen aan te gaan en de kwaliteit van leven van inwoners te verbeteren.

30.

De Europese Commissie zou een voortrekkersrol moeten nemen door sociale innovatie te ontwikkelen, kennis te delen en goede voorbeelden, zoals die welke door entiteiten in de sociale economie zijn ontwikkeld, te verspreiden; ook moet zij ervoor zorgen dat de verschillende bestuursniveaus beleidsmaatregelen goedkeuren, waaronder geïntegreerde maatregelen op het gebied van gezondheidszorg, huisvesting en het actief zoeken naar werk, die bevorderlijk zijn voor sociale innovatie en voor de totstandkoming van een echte Europese sociale innovatiegemeenschap.

31.

Het Comité vraagt de Europese Commissie de genoemde belemmeringen weg te nemen en sociale innovatie een criterium te maken bij de aanvraag van Europese fondsen en fondsen en programma's open te stellen voor niet traditionele instituties of groeperingen, experimenteerruimte mogelijk te maken waarbij het mislukken van een experiment geaccepteerd wordt.

32.

Het Comité vraagt de Europese Commissie om een monitoring en effectenmeting met heldere indicatoren te ontwikkelen voor de evaluatie van het proces van sociale innovatie in de verschillende lidstaten, met name door de sociale economie. Hiermee worden de resultaten van sociale innovatie meetbaar, wordt op deze manier de impact van sociale innovatie vastgelegd en kunnen gegevens en succesverhalen worden verspreid. Dit maakt het aantrekken van financiële middelen eenvoudiger.

33.

Om de volledige potentie van sociale innovatie te gebruiken kijkt het Comité ook nadrukkelijk naar zichzelf. Het roept zijn leden op lokaal te gaan experimenteren met sociale innovatie, daarbij andere overheden, bedrijven, kennisinstellingen en inwoners te betrekken en ervaringen met elkaar te delen.

34.

Het Comité wijst op het belang van sociale clausules bij de beoordeling van offertes voor openbare aanbestedingen en verzoekt de Europese Commissie na te gaan dat die naar behoren door de lidstaten worden omgezet en geïmplementeerd. Ook roept het op tot versoepeling van de staatssteunregels om sociale innovatie te bevorderen. Verder stelt het voor onderzoek te doen naar het potentieel van ledenkapitaal en participatieve innovatie voor bestaande sociale innovatie- en sociale investeringsprogramma's, die meestal zijn gebaseerd op investeerdergerichte modellen.

Brussel, 11 mei 2017.

De voorzitter van het Europees Comité van de Regio's

Markku MARKKULA


(1)  Empowering people, driving change: Social innovation in the European Union, BEPA (bureau van Europese beleidsadviseurs) — 2011.

(2)  Advies van het Comité van de Regio's: „Het EU-pakket voor sociale investeringen”, CDR1999-2013_00_00_TRA_AC.

(3)  Advies van het Comité van de Regio's: „Naar een integrale benadering van steden in de Europese Unie”, COR-2013-06902.

(4)  Zoals de Proeftuin Dementie in Tilburg, Nederland. Daar werken bedrijven, onderwijs- en kennisinstellingen, verplegers én patiënten en hun families samen zodat patiënten langer en fijner thuis kunnen wonen. De technische innovaties die daarbij worden ingezet zijn ontwikkeld met deze verschillende groepen.

(5)  Onder andere: Advies van het Comité van de Regio's: Vereenvoudigen ESIF vanuit het oogpunt van lokale en regionale overheden (COR-2016-00008).

(6)  Advies van het Comité over de rol van de sociale economie bij het herstel van de economische groei en de strijd tegen werkloosheid (COR-2015-01691).


Top