EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52014PC0303

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende het namens de Europese Unie in het Gemengd Comité van de EER in te nemen standpunt over een wijziging van bijlage XX (Milieu) bij de EER-overeenkomst

/* COM/2014/0303 final - 2014/0157 (NLE) */

52014PC0303

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende het namens de Europese Unie in het Gemengd Comité van de EER in te nemen standpunt over een wijziging van bijlage XX (Milieu) bij de EER-overeenkomst /* COM/2014/0303 final - 2014/0157 (NLE) */


TOELICHTING

1.           ACHTERGROND VAN HET VOORSTEL

Om de rechtszekerheid en de homogeniteit van de interne markt te waarborgen, moet het Gemengd Comité van de EER alle relevante EU-wetgeving zo spoedig mogelijk na de vaststelling ervan in de EER-overeenkomst opnemen.

Volgens artikel 78 van de EER-overeenkomst versterken en verbreden de overeenkomstsluitende partijen de samenwerking in het kader van de werkzaamheden van de Unie op het gebied van onder andere het milieu.

2.           RESULTATEN VAN HET OVERLEG MET DE BELANGHEBBENDE PARTIJEN EN EFFECTBEOORDELING

Het ontwerpbesluit van het gemengd Comité van de EER (dat aan dit voorstel voor een besluit van de Raad is gehecht) beoogt de wijziging van bijlage XX (Milieu) bij de EER-overeenkomst, teneinde de samenwerking tussen de overeenkomstsluitende partijen op het gebied van het milieu uit te breiden.

Om dit te verwezenlijken moet Richtlijn 2009/128/EG van het Europees Parlement en de Raad van 21 oktober 2009 tot vaststelling van een kader voor communautaire actie ter verwezenlijking van een duurzaam gebruik van pesticiden[1] in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

Bijlage XX (Milieu) bij de EER-overeenkomst moet derhalve worden gewijzigd.

Er zij op gewezen dat het standpunt van de EU door de Raad moet worden goedgekeurd, aangezien het een afwijking van de EU-wetgeving inhoudt. Noorwegen heeft een nationaal actieplan inzake de vermindering van risico’s in verband met het gebruik van pesticiden voor de periode 2010-2014. Het huidige actieplan is het vierde nationaal plan dat gericht is op het terugdringen van het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen en de risico’s in verband met het gebruik ervan. Het actieplan voldoet grotendeels aan de vereisten van de richtlijn. Verschillende projecten lopen tot eind 2014. Bovendien is in het kader van een vaste financieringscyclus reeds besloten aan welke projecten in 2014 prioriteit zal worden verleend. Bijgevolg heeft Noorwegen een periode na 31 december 2014 nodig om de resultaten van de lopende projecten te analyseren en een nieuw nationaal actieplan uit te werken.

Derhalve stelt de EVA voor de volgende aanpassing met betrekking tot artikel 4, lid 2, van de richtlijn in het ontwerpbesluit van het Gemengd Comité op te nemen, zodat Noorwegen de tijd heeft om een nieuw nationaal actieplan uit te werken:

"Met betrekking tot Noorwegen worden de woorden "26 november 2012" vervangen door de woorden "1 januari 2016".

3.           JURIDISCHE ELEMENTEN VAN HET VOORSTEL

Overeenkomstig artikel 1, lid 3, van Verordening (EG) nr. 2894/94 van de Raad houdende bepaalde wijzen van toepassing van de EER-overeenkomst stelt de Raad met betrekking tot dit soort besluiten op voorstel van de Commissie het standpunt van de Unie vast.

De Commissie dient het ontwerpbesluit van het Gemengd Comité van de EER bij de Raad in met het oog op vaststelling van het standpunt van de Unie. De Commissie hoopt dit standpunt zo spoedig mogelijk in het Gemengd Comité van de EER te kunnen uiteenzetten.

2014/0157 (NLE)

Voorstel voor een

BESLUIT VAN DE RAAD

betreffende het namens de Europese Unie in het Gemengd Comité van de EER in te nemen standpunt over een wijziging van bijlage XX (Milieu) bij de EER-overeenkomst

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 175, lid 1, in samenhang met artikel 218, lid 9,

Gezien Verordening (EG) nr. 2894/94 van de Raad van 28 november 1994 houdende bepaalde wijzen van toepassing van de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte[2], en met name artikel 1, lid 3,

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)       De Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte[3] (hierna "de EER-overeenkomst" genoemd) is op 1 januari 1994 in werking getreden.

(2)       Overeenkomstig artikel 98 van de EER-overeenkomst kan bijlage XX (Milieu) bij die overeenkomst bij besluit van het Gemengd Comité van de EER worden gewijzigd.

(3)       Richtlijn 2009/128/EG van het Europees Parlement en de Raad[4] moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(4)       Bijlage XX (Milieu) bij de EER-overeenkomst moet derhalve dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(5)       Het door de Unie in het Gemengd Comité van de EER in te nemen standpunt moet derhalve worden gebaseerd op het aan dit besluit gehechte ontwerpbesluit,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Het namens de Europese Unie in het Gemengd Comité van de EER in te nemen standpunt over de voorgestelde wijziging van bijlage XX (Milieu) bij de EER-overeenkomst wordt gebaseerd op het aan dit besluit gehechte ontwerpbesluit van het Gemengd Comité van de EER.

Artikel 2

Dit besluit treedt in werking op de dag waarop het wordt vastgesteld.

Gedaan te Brussel,

                                                                       Voor de Raad

                                                                       De voorzitter

[1]           PB L 309 van 24.11.2009, blz. 71.

[2]               PB L 305 van 30.11.1994, blz. 6.

[3]               PB L 1 van 3.1.1994, blz. 3.

[4]               Richtlijn 2009/128/EG van het Europees Parlement en de Raad (PB L 309 van 24.11.2009, blz. 71)

BIJLAGE BESLUIT VAN HET GEMENGD COMITE VAN DE EER NR. …/2014 van tot wijziging van bijlage XX (Milieu) bij de EER-overeenkomst

HET GEMENGD COMITE VAN DE EER,

Gezien de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, hierna de "EER-overeenkomst" genoemd, en met name artikel 98,

Overwegende hetgeen volgt:

(1) Richtlijn 2009/128/EG van het Europees Parlement en de Raad van 21 oktober 2009 tot vaststelling van een kader voor communautaire actie ter verwezenlijking van een duurzaam gebruik van pesticiden[1], gerectificeerd bij PB L 161 van 29.6.2010, blz. 11, moet in de EER-overeenkomst worden opgenomen.

(2) Bijlage XX bij de EER-overeenkomst moet derhalve dienovereenkomstig worden gewijzigd,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

In bijlage XX bij de EER-overeenkomst wordt na punt 1k (Richtlijn 2003/35/EG van het Europees Parlement en de Raad) het volgende ingevoegd:

"1l.         32009 L 0128: Richtlijn 2009/128/EG van het Europees Parlement en de Raad van 21 oktober 2009 tot vaststelling van een kader voor communautaire actie ter verwezenlijking van een duurzaam gebruik van pesticiden (PB L 309 van 24.11.2009, blz. 71), gerectificeerd bij PB L 161 van 29.6.2010, blz. 11.

              De bepalingen van de richtlijn worden voor de toepassing van deze Overeenkomst als volgt aangepast:

              Wat Noorwegen betreft, worden in artikel 4, lid 2, de woorden "26 november 2012" vervangen door de woorden "1 januari 2016"."

Artikel 2

De in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie bekend te maken teksten in de IJslandse en de Noorse taal van Richtlijn 2009/128/EG, gerectificeerd bij PB L 161 van 29.6.2010, blz. 11, zijn authentiek.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking op […], op voorwaarde dat alle in artikel 103, lid 1, van de EER-overeenkomst bedoelde kennisgevingen hebben plaatsgevonden*, of op de dag van inwerkingtreding van Besluit nr. …/…[2] van het Gemengd Comité van de EER [waarbij Verordening (EG) nr. 1107/2009 in de EER-overeenkomst werd opgenomen], als dat later is.

Artikel 4

Dit besluit wordt bekendgemaakt in het EER-gedeelte van, en het EER-supplement bij, het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, …

                                                                       Voor het Gemengd Comité van de EER

                                                                       De voorzitter                                                                                                                                               De secretarissen                                                                        van het Gemengd Comité van de EER

[1]               PB L 309 van 24.11.2009, blz. 71.

*               [Geen grondwettelijke vereisten aangegeven.] [Grondwettelijke vereisten aangegeven.]

[2]               PB L …

Top