Ez a dokumentum az EUR-Lex webhelyről származik.
Dokumentum 52013JC0017
Joint Proposal for a COUNCIL REGULATION amending Council Regulation (EC) No 1183/2005 imposing certain specific restrictive measures directed against persons acting in violation of the arms embargo with regard to the Democratic Republic of the Congo
Gezamenlijk voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1183/2005 van de Raad tot vaststelling van bepaalde specifieke beperkende maatregelen tegen bepaalde personen die handelen in strijd met het wapenembargo tegen de Democratische Republiek Congo
Gezamenlijk voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1183/2005 van de Raad tot vaststelling van bepaalde specifieke beperkende maatregelen tegen bepaalde personen die handelen in strijd met het wapenembargo tegen de Democratische Republiek Congo
/* JOIN/2013/017 final - 2013/0160 (NLE) */
Kapcsolat | Jogi aktus | Megjegyzés | Érintett szövegrész | Ettől az időponttól | Eddig az időpontig |
---|---|---|---|---|---|
elfogadta: | 32013R0521 |
Gezamenlijk voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1183/2005 van de Raad tot vaststelling van bepaalde specifieke beperkende maatregelen tegen bepaalde personen die handelen in strijd met het wapenembargo tegen de Democratische Republiek Congo /* JOIN/2013/017 final - 2013/0160 (NLE) */
TOELICHTING (1)
Bij Verordening (EG) nr. 1183/2005 van de Raad
wordt uitvoering gegeven aan Besluit 2010/788/GBVB van de Raad en worden
bepaalde maatregelen vastgesteld tegen personen die in strijd met het
wapenembargo tegen de Democratische Republiek Congo handelen, onder meer de
bevriezing van hun tegoeden. (2)
De Raad heeft bij Besluit 2012/811/GBVB van de Raad
van 20 december 2012 houdende wijziging van Besluit 2010/788/GBVB betreffende
beperkende maatregelen tegen de Democratische Republiek Congo, de criteria
gewijzigd voor de aanwijzing van natuurlijke personen of rechtspersonen,
entiteiten of lichamen in de bijlage bij dat besluit overeenkomstig UNSCR 2078
(2012) van 28 november 2012. (3)
Verordening (EG) nr. 1183/2005 moet ook worden
gewijzigd om rekening te houden met de vereiste juridische garanties, zoals
bepaald in artikel 215, lid 3, VWEU, en de jurisprudentie van het Europese Hof
van Justitie. (4)
Deze maatregelen vallen onder het toepassingsgebied
van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie en derhalve is
regelgeving op het niveau van de Unie noodzakelijk voor de tenuitvoerlegging
ervan, met name om te garanderen dat de maatregel in alle lidstaten uniform
door de marktdeelnemers wordt toegepast. (5)
De hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse
zaken en veiligheidsbeleid en de Europese Commissie stellen gezamenlijk voor
Verordening (EC) nr. 1183/2005 dienovereenkomstig te wijzigen. 2013/0160 (NLE) Gezamenlijk voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD tot wijziging van Verordening (EG) nr.
1183/2005 van de Raad tot vaststelling van bepaalde specifieke beperkende
maatregelen tegen bepaalde personen die handelen in strijd met het wapenembargo
tegen de Democratische Republiek Congo DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE, Gezien het Verdrag betreffende de werking van
de Europese Unie, en met name artikel 215, Gezien Besluit 2010/788/GBVB van de Raad van
20 december 2010 betreffende beperkende maatregelen tegen de Democratische
Republiek Congo en tot intrekking van Gemeenschappelijk Standpunt 2008/369/GBVB[1], Gezien het gezamenlijke voorstel van de hoge
vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid en
de Europese Commissie, Overwegende hetgeen volgt: (1) Verordening (EG) nr.
1183/2005 van de Raad van 18 juli 2005 tot vaststelling van bepaalde specifieke
beperkende maatregelen tegen bepaalde personen die handelen in strijd met het
wapenembargo tegen de Democratische Republiek Congo[2] geeft
uitvoering aan de bij Besluit 2010/788/GBVB vastgestelde maatregelen. In
bijlage I bij Verordening (EG) nr. 1183/2005 is een lijst van natuurlijke en
rechtspersonen, entiteiten en lichamen opgenomen waarvan de tegoeden en
economische middelen krachtens die verordening worden bevroren. (2) Bij Resolutie UNSCR 2078
(2012) van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties van 28 november 2012 zijn
de criteria gewijzigd voor de aanwijzing van personen en entiteiten waarvoor de
beperkende maatregelen van de punten 9 en 11 van Resolutie UNSCR 1807 (2008)
gelden. (3) Op 20 december 2012 heeft de
Raad Besluit 2012/811/GVBV[3]
vastgesteld waarbij Besluit 2010/788/GBVB is gewijzigd overeenkomstig UNSCR
2078 (2012). (4) Verordening (EG)
nr. 1183/2005 moet ook worden gewijzigd om rekening te houden met de
vereiste juridische garanties, zoals bepaald in artikel 215, lid 3, VWEU, en de
jurisprudentie van het Europese Hof van Justitie. (5) Om eenvormige voorwaarden
voor de uitvoering van deze verordening te waarborgen, moeten aan de Commissie
uitvoeringsbevoegdheden worden toegekend. Deze bevoegdheden moeten worden uitgeoefend
overeenkomstig Verordening (EU) nr. 182/2011 van het Europees Parlement en
de Raad van 16 februari 2011 tot vaststelling van de algemene voorschriften en
beginselen die van toepassing zijn op de wijze waarop de lidstaten de
uitoefening van de uitvoeringsbevoegdheden door de Commissie controleren[4]. (6) Deze maatregelen vallen onder
het toepassingsgebied van het Verdrag betreffende de werking van de Europese
Unie en derhalve is regelgeving op het niveau van de Unie noodzakelijk voor de
tenuitvoerlegging ervan, met name om te garanderen dat de maatregel in alle
lidstaten uniform door de marktdeelnemers wordt toegepast. (7) Verordening (EG) nr.
1183/2005 van de Raad dient derhalve dienovereenkomstig te worden gewijzigd, HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING
VASTGESTELD: Artikel 1 Verordening (EG) nr. 1183/2005 wordt als volgt
gewijzigd: (1)
Het volgende artikel 2 bis wordt ingevoegd: “Artikel 2 bis 1. In bijlage I worden de natuurlijke
personen, rechtspersonen, entiteiten en lichamen opgenomen die door het Sanctiecomité
van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties zijn aangewezen als: a) personen en entiteiten die handelen in
strijd met het wapenembargo of daarmee verband houdende maatregelen, als
bedoeld in artikel 1 van Besluit 2010/788/GBVB en artikel 2 van Verordening
(EG) nr. 889/2005[5]; b) politieke en militaire leiders van in de
Democratische Republiek Congo actieve buitenlandse gewapende groeperingen, die
de ontwapening en de vrijwillige repatriëring of hervestiging van tot deze
groepen behorende strijders belemmeren; c) politieke en militaire leiders van
buiten de Democratische Republiek Congo steun ontvangende Congolese milities,
die de deelneming van hun strijders aan het ontwapenings-, demobilisatie- en
reïntegratieproces belemmeren; d) politieke en militaire leiders die in de
Democratische Republiek Congo actief zijn en in strijd met het vigerende
internationale recht kinderen rekruteren of gebruiken in gewapende conflicten; e) personen en entiteiten die in de
Democratische Republiek Congo actief zijn en ernstige schendingen van het recht
begaan waarbij kinderen en vrouwen het doelwit zijn in gewapende conflicten,
worden gedood of verminkt, of het slachtoffer zijn van seksueel geweld,
ontvoering of gedwongen verplaatsing; f) personen en entiteiten die de toegang
tot of de verdeling van humanitaire hulp in het oostelijke gedeelte van de
Democratische Republiek Congo belemmeren; g) personen en entiteiten die gewapende
groeperingen in het oostelijke gedeelte van de Democratische Republiek Congo
illegaal steunen door middel van illegale handel in natuurlijke hulpbronnen,
waaronder goud; h) personen en entiteiten die handelen
namens of onder leiding van een aangewezen persoon, of namens of onder leiding
van een entiteit die eigendom is van of onder zeggenschap staat van een
aangewezen persoon; i) personen en entiteiten die aanvallen
tegen vredestroepen van de Stabilisatiemissie van de Verenigde Naties in de
Democratische Republiek Congo (MONUSCO) plannen of steunen of aan die aanvallen
deelnemen. 2. In bijlage I wordt uitsluitend de
volgende informatie opgenomen betreffende de genoemde natuurlijke personen,
rechtspersonen, entiteiten en lichamen: a) voor identificatiedoeleinden: bij
natuurlijke personen: achternaam en voornaam, inclusief schuilnamen en titels, voor
zover voorhanden; geboortedatum en geboorteplaats; nationaliteit; paspoort- en
identiteitskaartnummers; fiscale en socialezekerheidsnummers; geslacht; adres
of andere gegevens over de verblijfplaats; functie of beroep; bij
rechtspersonen, entiteiten of lichamen: naam, plaats en datum van registratie,
registratienummer en de plaats van vestiging; b) de datum waarop de natuurlijke persoon,
de rechtspersoon, de entiteit of het lichaam in bijlage I is opgenomen; c) de redenen voor plaatsing op de lijst. 3. In bijlage I kan ook informatie worden
opgenomen over gezinsleden van de personen op de lijst, mits de opname van deze
informatie in een specifiek geval noodzakelijk wordt geacht uitsluitend ter
verificatie van de identiteit van de betrokken natuurlijke persoon op de
lijst.". (2)
Artikel 9 wordt vervangen door: "Artikel
9 1. De Commissie wordt gemachtigd: a) bijlage I te wijzigen op basis van de
vaststellingen van het Sanctiecomité of de Veiligheidsraad van de Verenigde
Naties, en b) bijlage II te wijzigen op basis van door
de lidstaten verstrekte informatie. 2. Onverminderd de rechten en verplichtingen
van de lidstaten op grond van het Handvest van de Verenigde Naties onderhoudt
de Commissie alle nodige contacten met het Sanctiecomité met het oog op de
doeltreffende tenuitvoerlegging van deze verordening. 3. De Commissie vermeldt in bijlage I de
gronden voor haar besluit om een vermelding in die bijlage op te nemen, en
deelt haar besluiten, met daarin de motivering voor plaatsing op de lijst, mee
aan de personen, entiteiten en lichamen op die lijst, of, indien hun adres niet
bekend is, brengt zij haar besluiten ter kennis van de personen, entiteiten en
lichamen op de lijst door publicatie van een kennisgeving, waarbij de betrokken
personen, entiteiten en lichamen de gelegenheid krijgen opmerkingen te maken. 4. Personen, entiteiten of lichamen die vóór
de inwerkingtreding van deze verordening in bijlage I waren opgenomen, en op de
lijst blijven staan, mogen ook opmerkingen aan de Commissie meedelen. 5. Wanneer opmerkingen worden ingediend of
substantieel nieuw bewijsmateriaal wordt verstrekt, geeft de Commissie deze
opmerkingen of dit bewijsmateriaal door aan het Sanctiecomité. 6. De Commissie toetst haar besluit aan de
gemaakte opmerkingen en aan andere relevante informatie volgens de in artikel 9
bis, lid 2, bedoelde procedure, en informeert de persoon, de entiteit of het
lichaam van de uitkomst van de toetsing. Het resultaat van de toetsing wordt
ook aan het Sanctiecomité toegezonden.". (3)
Het volgende artikel 9 bis wordt ingevoegd: "Artikel 9 bis 1. De Commissie wordt bijgestaan door een
comité. Dat comité is een comité in de zin van Verordening (EU) nr. 182/2011[6]. 2. Wanneer naar dit lid wordt verwezen, is
lid 5 van Verordening (EU) nr. 182/2011 van toepassing.". (4)
Het volgende artikel 9 ter wordt ingevoegd: "Artikel 9 ter 1. De Commissie verwerkt persoonsgegevens
voor de uitoefening van haar taken uit hoofde van deze verordening. Deze taken
omvatten het volgende: a) opstelling en wijziging van bijlage I; b) opneming van de inhoud van bijlage I in
de elektronische geconsolideerde lijst van personen, groepen en entiteiten
waarop financiële sancties van de EU van toepassing zijn, die beschikbaar is op
de website[7];
c) verwerking van informatie over de
gevolgen van de maatregelen van deze verordening, zoals de waarde van bevroren
tegoeden, en van informatie over door bevoegde autoriteiten gegeven
toestemming. 2. De Commissie mag relevante gegevens
verwerken die betrekking hebben op strafbare feiten die zijn gepleegd door
natuurlijke personen op de lijst, en op strafrechtelijke veroordelingen of
veiligheidsmaatregelen betreffende dergelijke personen, doch uitsluitend voor
zover deze verwerking noodzakelijk is voor het opstellen van bijlage I bij deze
verordening. Dergelijke gegevens worden niet openbaar gemaakt of uitgewisseld. 3. Voor de toepassing van deze verordening
geldt de in bijlage II genoemde eenheid van de Commissie als de
"verantwoordelijke voor de verwerking" voor de Commissie in de zin
van artikel 2, onder d), van Verordening (EG) nr. 45/2001, teneinde te
verzekeren dat de betrokken natuurlijke personen hun rechten uit hoofde van
Verordening (EG) nr. 45/2001 kunnen uitoefenen.". Artikel 2 Deze verordening treedt in werking op de dag
na de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie. Deze verordening is verbindend in al
haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat. Gedaan te Brussel, Voor
de Raad De
voorzitter [1] PB L 336
van 21.12.2010, blz. 30. [2] PB L 193
van 23.7.2005, blz. 1. [3] PB
L 101 van 15.4.2011, blz. 24. [4] PB L 55
van 28.2.2011, blz. 13. [5] PB L 152
van 15.6.2005, blz. 1. [6] PB L 55
van 28.2.2011, blz. 13. [7] http://eeas.europa.eu/cfsp/sanctions/consol-list_en.htm