Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52013AP0051

    Wetgevingsresolutie van het Europees Parlement van 7 februari 2013 over het voorstel voor een richtlijn van de Raad tot wijziging van Richtlijn 2006/112/EG betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde wat betreft een snellereactiemechanisme tegen btw-fraude (COM(2012)0428 — C7-0260/2012 — 2012/0205(CNS))

    PB C 24 van 22.1.2016, p. 269–276 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    22.1.2016   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    C 24/269


    P7_TA(2013)0051

    Gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde wat betreft een snellereactiemechanisme tegen btw-fraude *

    Wetgevingsresolutie van het Europees Parlement van 7 februari 2013 over het voorstel voor een richtlijn van de Raad tot wijziging van Richtlijn 2006/112/EG betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde wat betreft een snellereactiemechanisme tegen btw-fraude (COM(2012)0428 — C7-0260/2012 — 2012/0205(CNS))

    (Bijzondere wetgevingsprocedure — raadpleging)

    (2016/C 024/27)

    Het Europees Parlement,

    gezien het voorstel van de Commissie aan de Raad (COM(2012)0428),

    gezien artikel 113 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, op grond waarvan het Parlement door de Raad is geraadpleegd (C7-0260/2012),

    gezien artikel 55 van zijn Reglement,

    gezien het verslag van de Commissie economische en monetaire zaken (A7-0014/2013),

    1.

    hecht zijn goedkeuring aan het Commissievoorstel, als geamendeerd door het Parlement;

    2.

    verzoekt de Commissie haar voorstel krachtens artikel 293, lid 2, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie dienovereenkomstig te wijzigen;

    3.

    verzoekt de Raad, wanneer deze voornemens is af te wijken van de door het Parlement goedgekeurde tekst, het Parlement hiervan op de hoogte te stellen;

    4.

    wenst opnieuw te worden geraadpleegd ingeval de Raad voornemens is ingrijpende wijzigingen aan te brengen in het voorstel van de Commissie;

    5.

    verzoekt zijn Voorzitter het standpunt van het Parlement te doen toekomen aan de Raad en aan de Commissie alsmede aan de nationale parlementen.

    Amendement 1

    Voorstel voor een richtlijn

    Overweging - 1 (nieuw)

    Door de Commissie voorgestelde tekst

    Amendement

     

    (-1)

    Een krachtiger bestrijding van belastingfraude en -ontduiking is van essentieel belang voor het herstel en het behoud van de stabiliteit en de kracht van de overheidsfinanciën overal in de Unie.

    Amendement 2

    Voorstel voor een richtlijn

    Overweging 1

    Door de Commissie voorgestelde tekst

    Amendement

    (1)

    Belastingfraude op het gebied van de indirecte belastingen leidt tot een aanzienlijke derving van begrotingsinkomsten en heeft een negatieve invloed op de concurrentievoorwaarden en aldus op de werking van de interne markt. Recentelijk hebben specifieke vormen van plotse en grootschalige belastingfraude het licht gezien, waarbij met name gebruik wordt gemaakt van elektronische hulpmiddelen, die het gemakkelijker maken om snel en op grote schaal illegale activiteiten te verrichten.

    (1)

    Belastingfraude op het gebied van de indirecte belastingen resulteert in aanzienlijke verliezen voor de overheidsfinanciën en heeft een negatieve invloed op de concurrentievoorwaarden en aldus op de eerlijke en efficiënte werking van de interne markt. Dergelijke verliezen moeten aan banden worden gelegd, in het bijzonder in tijden van streng begrotingsbeleid. Recentelijk hebben specifieke vormen van plotse en grootschalige belastingfraude het licht gezien, waarbij met name gebruik wordt gemaakt van elektronische hulpmiddelen, die het gemakkelijker maken om snel en op grote schaal illegale activiteiten te verrichten , vaak over de grenzen van lidstaten heen .

    Amendement 3

    Voorstel voor een richtlijn

    Overweging 2

    Door de Commissie voorgestelde tekst

    Amendement

    (2)

    Teneinde bepaalde vormen van belastingfraude of –ontwijking te voorkomen, kunnen de lidstaten overeenkomstig Richtlijn 2006/112/EG van de Raad van 28 november 2006 betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde verzoeken om te mogen afwijken van de bepalingen van die richtlijn. Voor het verlenen van een machtiging voor een dergelijke derogatie is een voorstel van de Commissie vereist dat door de Raad moet worden goedgekeurd. Uit recente ervaringen is gebleken dat de machtigingsprocedure niet altijd flexibel genoeg is om een direct en passend antwoord te geven op de verzoeken van de lidstaten.

    (2)

    Teneinde bepaalde vormen van belastingfraude of –ontwijking te voorkomen, kunnen de lidstaten overeenkomstig Richtlijn 2006/112/EG van de Raad van 28 november 2006 betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde verzoeken om te mogen afwijken van de bepalingen van die richtlijn. Voor het verlenen van een machtiging voor een dergelijke derogatie is een voorstel van de Commissie vereist dat door de Raad moet worden goedgekeurd. Uit recente ervaringen is gebleken dat de machtigingsprocedure niet altijd snel of flexibel genoeg is om een direct en passend antwoord te geven op de verzoeken van de lidstaten.

    Amendement 4

    Voorstel voor een richtlijn

    Overweging 7

    Door de Commissie voorgestelde tekst

    Amendement

    (7)

    De aanwijzing van de ontvanger als de tot voldoening van de btw gehouden persoon ( verleggingsregeling ) is een doeltreffende maatregel om onmiddellijk een einde te maken aan de bekendste vormen van belastingontduiking in bepaalde sectoren. Aangezien de omstandigheden mettertijd evenwel kunnen wijzigen, kan het ook dienstig zijn in andere maatregelen te voorzien. Te dien einde moet de Raad , in voorkomend geval, op voorstel van de Commissie het snellereactiemechanisme van toepassing verklaren op andere maatregelen. Het soort maatregelen waarvoor machtiging kan worden verleend, moet worden vastgelegd opdat de Commissie nadien zo snel mogelijk machtiging voor derogaties kan verlenen.

    (7)

    De aanwijzing van de ontvanger als de tot voldoening van de btw gehouden persoon ( „verleggingsregeling” ) is een doeltreffende maatregel om onmiddellijk een einde te maken aan de bekendste vormen van belastingontduiking in bepaalde sectoren ( „carrouselfraude” ). Gezien de bestaande tekortkomingen van het btw-stelsel en afhankelijk van hoe de omstandigheden mettertijd kunnen wijzigen, kan het echter ook dienstig zijn in andere maatregelen te voorzien. Te dien einde moet de Commissie , in voorkomend geval, andere maatregelen voorstellen die van toepassing zijn op het snellereactiemechanisme . Die maatregel moet met eenparigheid van stemmen worden goedgekeurd door de Raad na raadpleging van het Europees Parlement. Het soort maatregelen waarvoor machtiging kan worden verleend, moet grondig en op transparante wijze worden vastgelegd opdat de Commissie nadien zo snel mogelijk machtiging voor derogaties kan verlenen.

    Amendement 5

    Voorstel voor een richtlijn

    Overweging 9 bis (nieuw)

    Door de Commissie voorgestelde tekst

    Amendement

     

    (9 bis)

    Met het oog op de constante ontwikkeling en verbetering van het snellereactiemechanisme, brengt de Commissie regelmatig verslag uit aan het Europees Parlement en de Raad over de toepassing ervan, waarbij zij nog andere onder de werking van het mechanisme te brengen maatregelen bekijkt, en nieuwe manieren om de samenwerking tussen de lidstaten in het algemene kader van het mechanisme te versterken.

    Amendement 6

    Voorstel voor een richtlijn

    Overweging 9 ter (nieuw)

    Door de Commissie voorgestelde tekst

    Amendement

     

    (9 ter)

    Om het snellereactiemechanisme bevredigend te laten functioneren moet de Commissie te allen tijde snel en juist kunnen handelen in deze kwesties. Het personeel en andere middelen van het snellereactiemechanisme moeten daarom adequaat zijn en er moet een versnelde besluitvormingsprocedure worden opgezet en gehandhaafd.

    Amendement 7

    Voorstel voor een richtlijn

    Overweging 9 quater (nieuw)

    Door de Commissie voorgestelde tekst

    Amendement

     

    (9 quater)

    Omdat toepassing van een bijzondere maatregel in de ene lidstaat gevolgen kan hebben op het btw-stelsel van de andere lidstaten, moet de Commissie omwille van de transparantie alle lidstaten steeds verwittigen van elk verzoek dat wordt ingediend, en van elk besluit dat daarover wordt genomen.

    Amendement 8

    Voorstel voor een richtlijn

    Overweging 9 quinquies (nieuw)

    Door de Commissie voorgestelde tekst

    Amendement

     

    (9 quinquies)

    Bij het verbeteren en verfijnen van het snellereactiemechanisme dient de Commissie uitgebreid te overleggen met ondernemingen uit fraudegevoelige sectoren en andere belanghebbende partijen.

    Amendement 9

    Voorstel voor een richtlijn

    Overweging 10

    Door de Commissie voorgestelde tekst

    Amendement

    (10)

    Daar de doelstelling van het overwogen optreden, namelijk een einde maken aan plotse en grootschalige btw-fraude die zeer vaak een internationale dimensie heeft, niet voldoende door de lidstaten kan worden verwezenlijkt, omdat deze afzonderlijk niet de mogelijkheden hebben om op te treden tegen fraudecircuits met betrekking tot nieuwe vormen van handel die zich over verschillende landen tegelijkertijd uitstrekken, en derhalve, teneinde een sneller en daardoor ook een gepaster en doeltreffender antwoord te bieden op deze praktijken, beter op het niveau van de Unie kan worden verwezenlijkt, kan de Unie, overeenkomstig het in artikel 5 van het Verdrag betreffende de Europese Unie neergelegde subsidiariteitsbeginsel, maatregelen nemen. Overeenkomstig het in hetzelfde artikel neergelegde evenredigheidsbeginsel gaat deze richtlijn niet verder dan nodig is om deze doelstellingen te verwezenlijken.

    (10)

    Daar de doelstelling van het overwogen optreden, namelijk een einde maken aan plotse en grootschalige btw-fraude die zeer vaak een internationale dimensie heeft, niet voldoende door de lidstaten kan worden verwezenlijkt, omdat deze afzonderlijk niet de mogelijkheden hebben om op te treden tegen fraudecircuits met betrekking tot nieuwe vormen van handel die zich over verschillende landen tegelijkertijd uitstrekken, en derhalve, teneinde een sneller en daardoor ook een gepaster en doeltreffender antwoord te bieden op deze praktijken, beter op het niveau van de Unie kan worden verwezenlijkt, moet de Unie, overeenkomstig het in artikel 5 van het Verdrag betreffende de Europese Unie neergelegde subsidiariteitsbeginsel, maatregelen nemen. Overeenkomstig het in hetzelfde artikel neergelegde evenredigheidsbeginsel gaat deze richtlijn niet verder dan nodig is om deze doelstellingen te verwezenlijken.

    Amendement 10

    Voorstel voor een richtlijn

    Artikel 1

    Richtlijn 2006/112/EG

    Afdeling 1 bis — artikel 395 bis — lid 1 — onder a)

    Door de Commissie voorgestelde tekst

    Amendement

    (a)

    aanwijzing van de ontvanger als de tot voldoening van de btw gehouden persoon ter zake van specifieke leveringen van goederen en diensten in afwijking van artikel 193, na een daartoe strekkend verzoek als bedoeld in lid 2 van dit artikel;

    (a)

    aanwijzing van de ontvanger als de tot voldoening van de btw gehouden persoon ter zake van specifieke leveringen van goederen en diensten in afwijking van artikel 193 („verleggingsregeling”) , na een daartoe strekkend verzoek als bedoeld in lid 2 van dit artikel;

    Amendement 11

    Voorstel voor een richtlijn

    Artikel 1

    Richtlijn 2006/112/EG

    Afdeling 1 bis — artikel 395 bis — lid 1 — onder b)

    Door de Commissie voorgestelde tekst

    Amendement

    (b)

    iedere andere maatregel die door de Raad op voorstel van de Commissie met eenparigheid van stemmen wordt aangenomen .

    (b)

    iedere andere maatregel die door de Commissie wordt voorgesteld en met eenparigheid van stemmen wordt goedgekeurd door de Raad na raadpleging van het Europees Parlement .

    Amendement 12

    Voorstel voor een richtlijn

    Artikel 1

    Richtlijn 2006/112/EG

    Afdeling 1 bis — artikel 395 bis — lid 1 — tweede alinea

    Door de Commissie voorgestelde tekst

    Amendement

    Voor de toepassing van punt a) wordt de bijzondere maatregel onderworpen aan passende controlemaatregelen door de lidstaten met betrekking tot de belastingplichtigen die de goederen leveren of diensten verrichten waarop de maatregel van toepassing is.

    Voor de toepassing van punten a) en b) wordt een eventueel aangewende bijzondere maatregel onderworpen aan passende controlemaatregelen door de lidstaten met betrekking tot de belastingplichtigen die de goederen leveren of diensten verrichten waarop de maatregel van toepassing is.

    Amendement 13

    Voorstel voor een richtlijn

    Artikel 1

    Richtlijn 2006/112/EC

    Afdeling 1 bis — artikel 395 bis — lid 1 — alinea 4 bis (nieuw)

    Door de Commissie voorgestelde tekst

    Amendement

     

    De in dit lid geregelde procedure wordt binnen drie maanden voltooid.

    Amendement 14

    Voorstel voor een richtlijn

    Artikel 1

    Richtlijn 2006/112/EG

    Afdeling 1 bis — artikel 395 bis — lid 2 — eerste alinea

    Door de Commissie voorgestelde tekst

    Amendement

    2.   Een lidstaat die een maatregel als bedoeld in lid 1 wil treffen, dient een verzoek in bij de Commissie. Hij deelt de Commissie mee om welke sector het gaat, de vorm en de kenmerken van de fraude, het plotse en grootschalige karakter ervan alsook de gevolgen in termen van aanzienlijke en onherstelbare financiële verliezen. Wanneer de Commissie meent niet over alle nodige gegevens te beschikken, neemt zij binnen een maand na ontvangst van het verzoek contact op met de betrokken lidstaat en deelt zij hem mee welke aanvullende gegevens vereist zijn.

    2.   Een lidstaat die een maatregel als bedoeld in lid 1 wil treffen, dient een verzoek in bij de Commissie. Hij deelt de Commissie , de bevoegde commissies van het Europees Parlement en de Rekenkamer mee om welke sector het gaat, de vorm en de kenmerken van de fraude, het plotse en grootschalige karakter ervan alsook de gevolgen in termen van aanzienlijke en onherstelbare financiële verliezen. Wanneer de Commissie meent niet over alle nodige gegevens te beschikken, neemt zij binnen twee weken na ontvangst van het verzoek contact op met de betrokken lidstaat en deelt zij hem mee welke aanvullende gegevens vereist zijn. De Commissie raadpleegt indien van toepassing en indien mogelijk tevens de sector in kwestie.

    Amendement 15

    Voorstel voor een richtlijn

    Artikel 1

    Richtlijn 2006/112/EG

    Afdeling 1 bis — artikel 395 bis — lid 2 — tweede alinea

    Door de Commissie voorgestelde tekst

    Amendement

    Zodra de Commissie over alle gegevens beschikt die zij nodig acht voor de beoordeling van het verzoek, wordt de betrokken lidstaat binnen een maand door de Commissie ofwel machtiging voor de bijzondere maatregel verleend ofwel in kennis gesteld van het feit dat zij bezwaar maakt tegen de gevraagde maatregel.

    Zodra de Commissie over alle gegevens beschikt die zij nodig acht voor de beoordeling van het verzoek:

     

    (a)

    stelt zij de betrokken lidstaat daarvan in kennis;

    (b)

    zendt zij het verzoek in de oorspronkelijke taal naar de andere lidstaten door;

    (c)

    wordt de betrokken lidstaat binnen een maand door de Commissie ofwel machtiging voor de bijzondere maatregel verleend ofwel tegelijk met de andere lidstaten, de bevoegde commissies van het Europees Parlement en de Europese Rekenkamer door middel van een gedetailleerde motivering in kennis gesteld van het feit dat zij bezwaar maakt tegen de gevraagde maatregel.

    Amendement 16

    Voorstel voor een richtlijn

    Artikel 1

    Richtlijn 2006/112/EG

    Afdeling 1 bis — artikel 395 quater (nieuw)

    Door de Commissie voorgestelde tekst

    Amendement

     

    Artikel 395 quater

     

    Om de drie jaar en voor het eerst uiterlijk op 1 juli 2014, dient de Commissie bij het Europees Parlement en de Raad een verslag in over de toepassing van het op grond van deze afdeling ingestelde snellereactiemechanisme. In het verslag worden nog andere in het toepassingsgebied van het mechanisme op te nemen bijzondere maatregelen bekeken en nieuwe manieren om de samenwerking tussen de lidstaten in het algemene kader van het mechanisme te versterken.

    Amendement 17

    Voorstel voor een richtlijn

    Artikel 1 bis (nieuw)

    Door de Commissie voorgestelde tekst

    Amendement

     

    Artikel 1 bis

     

    De Commissie brengt uiterlijk op 1 januari 2014 verslag uit over de wijze waarop de gewone derogatieprocedure van artikel 395 van Richtlijn 2006/112/EG kan worden versneld. In dit verslag moet worden aangegeven met welke wijzigingen in bestaande structuren en gewoontes kan worden bereikt dat de Commissie de procedure altijd binnen vijf maanden na ontvangst van een verzoek van een lidstaat kan voltooien. Indien nodig worden er wetgevingsvoorstellen bij het verslag gevoegd.

    Amendement 18

    Voorstel voor een richtlijn

    Artikel 2 — lid 2

    Door de Commissie voorgestelde tekst

    Amendement

    2.   De lidstaten delen de Commissie de tekst van de belangrijkste bepalingen van intern recht mede die zij op het onder deze richtlijn vallende gebied vaststellen.

    2.   De lidstaten delen het Europees Parlement en de Commissie de tekst van de belangrijkste bepalingen van nationaal recht mede die zij op het onder deze richtlijn vallende gebied vaststellen.

    Amendement 19

    Voorstel voor een richtlijn

    Artikel 3

    Door de Commissie voorgestelde tekst

    Amendement

    Deze richtlijn treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

    Deze richtlijn treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie. De richtlijn wordt uiterlijk …  (1) met Richtlijn 2006/112/EG geconsolideerd.


    (1)   Drie maanden na de datum van inwerkingtreding van deze verordening.


    Top