Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52012AP0009

    Afgedankte elektrische en elektronische apparatuur ***II Wetgevingsresolutie van het Europees Parlement van 19 januari 2012 inzake het standpunt van de Raad in eerste lezing met het oog op de aanneming van een Richtlijn van het Europees Parlement en de Raad betreffende afgedankte elektrische en elektronische apparatuur (AEEA) (Herschikking) (07906/2/2011 – C7-0250/2011 – 2008/0241(COD))
    P7_TC2-COD(2008)0241 Standpunt van het Europees Parlement in tweede lezing vastgesteld op 19 januari 2012 met het oog op de vaststelling van Richtlijn 2012/…/EU van het Europees Parlement en de Raad betreffende afgedankte elektrische en elektronische apparatuur (AEEA)
    BIJLAGE BIJ DE WETGEVINGSRESOLUTIE

    PB C 227E van 6.8.2013, p. 41–43 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    6.8.2013   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    CE 227/41


    Donderdag 19 januari 2012
    Afgedankte elektrische en elektronische apparatuur ***II

    P7_TA(2012)0009

    Wetgevingsresolutie van het Europees Parlement van 19 januari 2012 inzake het standpunt van de Raad in eerste lezing met het oog op de aanneming van een Richtlijn van het Europees Parlement en de Raad betreffende afgedankte elektrische en elektronische apparatuur (AEEA) (Herschikking) (07906/2/2011 – C7-0250/2011 – 2008/0241(COD))

    (2013/C 227 E/15)

    (Gewone wetgevingsprocedure: tweede lezing)

    Het Europees Parlement,

    gezien het standpunt van de Raad in eerste lezing (07906/2/2011 – C7-0250/2011),

    gezien het advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité van 11 juni 2009 (1),

    gezien het advies van het Comité van de Regio's van 4 december 2009 (2),

    gezien zijn in eerste lezing geformuleerde standpunt (3) inzake het voorstel van de Commissie aan het Parlement en de Raad (COM(2008)0810),

    gezien de schriftelijke toezegging van de vertegenwoordiger van de Raad van 21 december 2011 om het standpunt van het Europees Parlement in tweede lezing goed te keuren, overeenkomstig artikel 294, lid 8, onder a), van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

    gezien artikel 294, lid 7, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

    gezien artikel 66 van zijn Reglement,

    gezien de aanbeveling voor de tweede lezing van de Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid (A7-0334/2011),

    1.

    stelt onderstaand standpunt in tweede lezing vast;

    2.

    hecht zijn goedkeuring aan de bij deze resolutie gevoegde verklaring;

    3.

    neemt kennis van de aan deze resolutie gehechte verklaringen van de Commissie;

    4.

    verzoekt zijn Voorzitter het standpunt van het Parlement te doen toekomen aan de Raad en aan de Commissie alsmede aan de nationale parlementen.


    (1)  PB C 306 van 16.12.2009, blz. 39.

    (2)  PB C 141 van 29.5.2010, blz. 55.

    (3)  Aangenomen teksten van 3.2.2011, P7_TA(2011)0037.


    Donderdag 19 januari 2012
    P7_TC2-COD(2008)0241

    Standpunt van het Europees Parlement in tweede lezing vastgesteld op 19 januari 2012 met het oog op de vaststelling van Richtlijn 2012/…/EU van het Europees Parlement en de Raad betreffende afgedankte elektrische en elektronische apparatuur (AEEA)

    (Aangezien het Parlement en de Raad tot overeenstemming zijn geraakt, komt het standpunt van het Parlement overeen met de definitieve rechtshandeling: Richtlijn 2012/19/EU.)


    Donderdag 19 januari 2012
    BIJLAGE BIJ DE WETGEVINGSRESOLUTIE

    Verklaring van het Europees Parlement inzake het gebruik van uitvoeringshandelingen

    Het Europees Parlement verklaart dat de bepalingen van deze richtlijn betreffende gedelegeerde handelingen en uitvoeringshandelingen het resultaat zijn van een delicaat compromis, dat in een aantal gevallen afwijkt van het standpunt van het Parlement in eerste lezing. Om in tweede lezing een akkoord te bereiken, heeft het Europees Parlement daarom in bepaalde specifieke gevallen uitvoeringshandelingen in plaats van gedelegeerde handelingen aanvaard. Het onderstreept echter dat die bepalingen niet mogen worden beschouwd of gebruikt als precedent om soortgelijke situaties in toekomstige wetgevingshandelingen te regelen.

    Verklaring van de Commissie inzake productontwerp (Artikel 4 AEEA)

    Maatregelen inzake ecologisch ontwerp kunnen bijdragen tot de verwezenlijking van de richtlijn betreffende afgedankte elektrische en elektronische apparatuur overeenkomstig het stappenplan voor efficiënt hulpbronnengebruik (COM(2011)0571). Als de Commissie krachtens Richtlijn 2009/125/EG nieuwe uitvoeringsmaatregelen invoert of reeds vastgestelde uitvoeringsmaatregelen herziet betreffende producten die ook onder de AEEA-richtlijn vallen, zal zij rekening houden met de parameters voor hergebruik en recycling van bijlage 1, deel 1, bij Richtlijn 2009/125/EG, en de haalbaarheid beoordelen van de invoering van vereisten inzake de herbruikbaarheid, de gemakkelijke ontmanteling en de recycleerbaarheid van deze producten.

    Verklaring van de Commissie inzake specifieke afwijkingen van de inzamelingsstreefcijfers (Artikel 7 AEEA)

    Artikel 7, lid 4, van de nieuwe AEEA-richtlijn maakt overgangsbepalingen mogelijk om problemen van lidstaten aan te pakken die ingevolge specifieke omstandigheden ontstaan bij de naleving van de in dat artikel vastgestelde inzamelingsstreefcijfers. De Commissie onderstreept dat hoge inzamelingsstreefcijfers voor AEEA belangrijk zijn voor een efficiënt gebruik van hulpbronnen en dat de overgangsregelingen slechts in uitzonderlijke omstandigheden kunnen worden toegepast. De problemen die ontstaan en de specifieke omstandigheden waarop deze zijn gebaseerd, moeten objectief zijn, met bewijsstukken worden gestaafd en verifieerbaar zijn.


    Top