EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52010XC0921(01)

Bericht van opening van een gedeeltelijk tussentijds nieuw onderzoek van de antidumpingmaatregelen die van toepassing zijn op de invoer van bepaalde kunststof zakken van oorsprong uit onder meer de Volksrepubliek China

PB C 253 van 21.9.2010, p. 2–4 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

21.9.2010   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 253/2


Bericht van opening van een gedeeltelijk tussentijds nieuw onderzoek van de antidumpingmaatregelen die van toepassing zijn op de invoer van bepaalde kunststof zakken van oorsprong uit onder meer de Volksrepubliek China

2010/C 253/02

De Europese Commissie („Commissie”) heeft op grond van artikel 11, lid 3, van Verordening (EG) nr. 1225/2009 van de Raad van 30 november 2009 betreffende beschermende maatregelen tegen invoer met dumping uit landen die geen lid zijn van de Europese Gemeenschap (1) („de basisverordening”) een verzoek ontvangen om een gedeeltelijk tussentijds nieuw onderzoek te openen.

1.   Verzoek om een nieuw onderzoek

Het verzoek werd ingediend door Greenwood Houseware (Zuhai) Ltd. („de indiener van het verzoek”), een exporteur in de Volksrepubliek China.

Het betreft alleen een onderzoek naar dumping door de indiener van het verzoek.

2.   Product

Bij het onderzochte product gaat het om kunststof zakken met een gehalte aan polyetheen van ten minste 20 gewichtspercenten en met een dikte van niet meer dan 100 micrometer (μm), van oorsprong uit de Volksrepubliek China („het betrokken product”), momenteel ingedeeld onder de GN-codes ex 3923 21 00, ex 3923 29 10 en ex 3923 29 90.

3.   Geldende maatregelen

De thans geldende maatregelen zijn een definitief antidumpingrecht, ingesteld bij Verordening (EG) nr. 1425/2006 van de Raad (2), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 189/2009 van de Raad (3), op bepaalde kunststof zakken van oorsprong uit onder meer de Volksrepubliek China.

4.   Motivering van het nieuwe onderzoek

Het verzoek op grond van artikel 11, lid 3, is gebaseerd op door de indiener van het verzoek verstrekt voorlopig bewijsmateriaal dat, wat de indiener van het verzoek betreft, de omstandigheden waarop de bestaande maatregelen zijn gebaseerd, zijn gewijzigd en dat deze wijzigingen van blijvende aard zijn.

Uit het voorlopige bewijsmateriaal blijkt dat, wat de indiener van het verzoek betreft, de handhaving van de maatregel op het huidige niveau niet langer noodzakelijk is om de gevolgen van dumping te neutraliseren. De indiener van het verzoek beweerde dat hij aan de voorwaarden voor een BMO voldoet, met name aangezien hij zijn boekhouding heeft verbeterd. Bovendien heeft de indiener van het verzoek voorlopig bewijsmateriaal verstrekt waaruit blijkt dat hij als gevolg van significante veranderingen in zowel de bedrijfsstructuur als het productieproces van de onderneming nu voldoet aan de criteria voor een individuele behandeling, vastgesteld in artikel 9, lid 5, van de basisverordening. Uit een vergelijking van de door de indiener van het verzoek gehanteerde prijzen bij uitvoer naar de Unie en de door berekening vastgestelde normale waarde in Maleisië blijkt dat de dumpingmarge aanzienlijk lager is dan het huidige niveau van de maatregel. Voornoemde zaken zullen daarom tijdens het nieuwe onderzoek nader worden bekeken.

Handhaving van de maatregelen op het huidige niveau, dat is gebaseerd op de eerder vastgestelde dumpingmarge, lijkt daarom niet langer noodzakelijk om de gevolgen van dumping te neutraliseren.

5.   Procedure voor het vaststellen van dumping

Daar de Commissie na overleg in het Raadgevend Comité tot de conclusie is gekomen dat er voldoende bewijsmateriaal is om een gedeeltelijk tussentijds nieuw onderzoek te openen, opent zij hierbij overeenkomstig artikel 11, lid 3, van de basisverordening een nieuw onderzoek.

Bij het onderzoek zal worden vastgesteld of de indiener van het verzoek nu onder marktvoorwaarden opereert zoals bepaald in artikel 2, lid 7, onder c), van de basisverordening of voldoet aan de voorwaarden voor een individuele behandeling, als vastgesteld in artikel 9, lid 5, van de basisverordening, en zal worden nagegaan of de bestaande maatregelen ten aanzien van de indiener van het verzoek moeten worden gehandhaafd, ingetrokken of gewijzigd.

Indien blijkt dat de maatregelen ten aanzien van de indiener van het verzoek moeten worden ingetrokken of gewijzigd, kan het noodzakelijk zijn het recht te wijzigen dat momenteel van toepassing is op het betrokken product afkomstig van andere ondernemingen in de Volksrepubliek China die niet specifiek worden vermeld in bijlage I bij Verordening (EG) nr. 1425/2006, als gewijzigd.

a)   Vragenlijsten

Om de informatie te verkrijgen die zij voor het onderzoek nodig acht, zal de Commissie de indiener van het verzoek en de autoriteiten van het betrokken land van uitvoer een vragenlijst toezenden. De Commissie moet deze informatie en het bewijsmateriaal binnen de in punt 6, onder a) i), vermelde termijn ontvangen.

b)   Schriftelijk en mondeling verstrekken van informatie

Alle belanghebbenden wordt verzocht hun standpunt schriftelijk uiteen te zetten en ook andere informatie dan de antwoorden op de vragenlijst, alsmede bewijsmateriaal te verstrekken. De Commissie moet deze informatie en het bewijsmateriaal binnen de in punt 6, onder a) ii), vermelde termijn ontvangen.

Bovendien kan de Commissie belanghebbenden horen indien zij hierom verzoeken en kunnen aantonen dat er bijzondere redenen zijn om hen te horen. Dit verzoek moet binnen de in punt 6, onder a) ii), vermelde termijn worden ingediend.

c)   Behandeling als marktgerichte onderneming/individuele behandeling

De normale waarde wordt overeenkomstig artikel 2, lid 7, onder b), van de basisverordening vastgesteld indien de indiener van het verzoek voldoende bewijsmateriaal verstrekt waaruit blijkt dat hij onder marktvoorwaarden opereert, d.w.z. dat hij voldoet aan de criteria van artikel 2, lid 7, onder c), van de basisverordening. Hiertoe moet hij een met bewijsmateriaal gestaafd verzoek indienen binnen de in punt 6, onder b), van dit bericht vermelde termijn. De Commissie zal een aanvraagformulier toezenden aan de onderneming en aan de autoriteiten van de Volksrepubliek China. Dat formulier kan door de indiener van het verzoek ook worden gebruikt om te vragen om een individuele behandeling, in welk geval moet worden voldaan aan de criteria van artikel 9, lid 5, van de basisverordening.

d)   Selectie van het land met een markteconomie

Indien aan de indiener van het verzoek geen behandeling als marktgerichte onderneming wordt toegekend, maar hij wel in aanmerking komt voor een individueel recht overeenkomstig artikel 9, lid 5, van de basisverordening, zal, overeenkomstig artikel 2, lid 7, onder a), van de basisverordening, een geschikt derde land met een markteconomie worden gekozen om de normale waarde voor de Volksrepubliek China vast te stellen. De Commissie is voornemens hiervoor opnieuw Maleisië te gebruiken, zoals bij het onderzoek dat heeft geleid tot de instelling van maatregelen op de invoer van het betrokken product uit de Volksrepubliek China. Opmerkingen over deze keuze moeten binnen de in punt 6, onder c), van dit bericht vermelde bijzondere termijn worden toegezonden.

Indien aan de indiener van het verzoek een behandeling als marktgerichte onderneming wordt toegekend, kan de Commissie bovendien de bevindingen over de normale waarde, vastgesteld in een geschikt land met een markteconomie, zo nodig gebruiken, bijvoorbeeld voor de vervanging van onbetrouwbare kosten- of prijselementen in de Volksrepubliek China die nodig zijn voor de vaststelling van de normale waarde, indien de nodige betrouwbare gegevens niet beschikbaar zijn in de Volksrepubliek China. De Commissie is voornemens ook hiervoor Maleisië als referentieland te gebruiken.

6.   Termijnen

a)   Algemene termijnen

i)   Om zich aan te melden en antwoorden op de vragenlijst en andere informatie toe te zenden

Belanghebbenden die wensen dat bij het onderzoek met hun opmerkingen rekening wordt gehouden, moeten, tenzij anders vermeld, binnen 37 dagen na de bekendmaking van dit bericht in het Publicatieblad van de Europese Unie contact met de Commissie opnemen, hun standpunt uiteenzetten en hun antwoorden op de vragenlijst en andere informatie verstrekken. De aandacht wordt erop gevestigd dat de meeste in de basisverordening vermelde procedurele rechten slechts kunnen worden uitgeoefend indien de betrokkene zich binnen de genoemde termijn bij de Commissie kenbaar maakt.

ii)   Hearings

Binnen dezelfde termijn van 37 dagen kunnen belanghebbenden ook vragen door de Commissie te worden gehoord.

b)   Bijzondere termijn voor de indiening van verzoeken om behandeling als marktgerichte onderneming en/of een individuele behandeling

Het met bewijsmateriaal gestaafde verzoek van de indiener om als marktgerichte onderneming te worden behandeld, als bedoeld in punt 5, onder c), van dit bericht, moet binnen 15 dagen na de bekendmaking van dit bericht in het Publicatieblad van de Europese Unie door de Commissie zijn ontvangen.

c)   Bijzondere termijn voor de selectie van het land met een markteconomie

De bij het onderzoek betrokken partijen kunnen opmerkingen maken over de selectie van Maleisië als geschikt land met een markteconomie om de normale waarde voor de Volksrepubliek China vast te stellen (zie punt 5, onder d)). Deze opmerkingen moeten uiterlijk tien dagen na de bekendmaking van dit bericht in het Publicatieblad van de Europese Unie in het bezit zijn van de Commissie.

7.   Schriftelijke opmerkingen, antwoorden op de vragenlijst en correspondentie

Alle opmerkingen en verzoeken moeten schriftelijk (niet elektronisch, tenzij anders vermeld) worden toegezonden onder opgave van naam, adres, e-mailadres, telefoon- en faxnummer van de belanghebbende. Alle schriftelijke opmerkingen, met inbegrip van de in dit bericht gevraagde informatie, antwoorden op de vragenlijst en correspondentie door belanghebbenden die op vertrouwelijke basis worden verstrekt, moeten van het opschrift „Limited” (4) zijn voorzien en moeten overeenkomstig artikel 19, lid 2, van de basisverordening vergezeld gaan van een niet-vertrouwelijke versie met de vermelding „For inspection by interested parties”.

Correspondentieadres van de Commissie:

Europese Commissie

Directoraat-generaal Handel

Directoraat H

Kamer: N-105 4/92

1049 Brussel

BELGIË

Fax +32 22956505

8.   Niet-medewerking

Indien een belanghebbende toegang tot de nodige gegevens weigert of deze niet binnen de vastgestelde termijnen verstrekt, dan wel het onderzoek aanmerkelijk belemmert, kunnen overeenkomstig artikel 18 van de basisverordening aan de hand van de beschikbare gegevens conclusies worden getrokken, zowel in positieve als in negatieve zin.

Wanneer blijkt dat een belanghebbende onjuiste of misleidende informatie heeft verstrekt, wordt deze buiten beschouwing gelaten en kan overeenkomstig artikel 18 van de basisverordening gebruik worden gemaakt van de beschikbare gegevens. Indien een belanghebbende geen of slechts gedeeltelijk medewerking verleent en gebruik wordt gemaakt van de beschikbare gegevens, kunnen de resultaten voor deze belanghebbende minder gunstig zijn dan wanneer hij wel medewerking had verleend.

9.   Tijdschema voor het onderzoek

Het onderzoek zal overeenkomstig artikel 11, lid 5, van de basisverordening binnen 15 maanden na de bekendmaking van dit bericht in het Publicatieblad van de Europese Unie worden afgesloten.

De bepalingen van artikel 11, lid 7, van de basisverordening zijn niet op dit bericht van toepassing.

10.   Verwerking van persoonsgegevens

Persoonsgegevens die in het kader van dit onderzoek worden verzameld, zullen worden behandeld in overeenstemming met Verordening (EG) nr. 45/2001 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2000 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens door de communautaire instellingen en organen en betreffende het vrije verkeer van die gegevens (5).

11.   Hearing

Indien belanghebbenden van mening zijn dat zij bij de uitoefening van hun recht van verweer moeilijkheden ondervinden, kunnen zij vragen dat de voor de hearing bevoegde ambtenaar van DG Handel wordt ingeschakeld. Hij fungeert als tussenpersoon tussen de belanghebbenden en de diensten van de Commissie en kan zo nodig aanbieden te bemiddelen in procedurele kwesties aangaande de bescherming van hun belangen tijdens de procedure, met name voor kwesties inzake toegang tot het dossier, vertrouwelijkheid, verlenging van termijnen en behandeling van schriftelijke en/of mondelinge opmerkingen. Belanghebbenden die contact willen opnemen vinden de nodige gegevens en nadere informatie op de webpagina's van de bevoegde ambtenaar op de website van DG Handel (http://ec.europa.eu/trade).


(1)  PB L 343 van 22.12.2009, blz. 51.

(2)  PB L 270 van 29.9.2006, blz. 4.

(3)  PB L 67 van 12.3.2009, blz. 5.

(4)  Dit betekent dat het document uitsluitend voor intern gebruik bestemd is. Het document is beschermd krachtens artikel 4 van Verordening (EG) nr. 1049/2001 van het Europees Parlement en de Raad inzake de toegang van het publiek tot documenten van het Europees Parlement, de Raad en de Commissie (PB L 145 van 31.5.2001, blz. 43). Het document is vertrouwelijk in de zin van artikel 19 van de basisverordening en artikel 6 van de WTO-overeenkomst inzake de tenuitvoerlegging van artikel VI van de GATT 1994 (antidumpingovereenkomst).

(5)  PB L 8 van 12.1.2001, blz. 1.


Top