EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52010DC0320

Ontwerp van gewijzigde begroting nr. 5 bij de algemene begroting 2010 - Algemene staat van ontvangsten

/* COM/2010/0320 def. */

52010DC0320

Ontwerp van gewijzigde begroting nr. 5 bij de algemene begroting 2010 - Algemene staat van ontvangsten /* COM/2010/0320 def. */


[pic] | EUROPESE COMMISSIE |

Brussel, 15.6.2010

COM(2010)320 definitief

ONTWERP VAN GEWIJZIGDE BEGROTING Nr. 5 BIJ DE ALGEMENE BEGROTING 2010

ALGEMENE STAAT VAN ONTVANGSTEN

ONTWERP VAN GEWIJZIGDE BEGROTING Nr. 5BIJ DE ALGEMENE BEGROTING 2010

ALGEMENE STAAT VAN ONTVANGSTEN

Gelet op:

- het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name op artikel 314, in samenhang met het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie, en met name op artikel 106bis,

- de Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen[1], en met name op artikel 37,

- de algemene begroting van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2010, die op 17 december 2009 is goedgekeurd[2],

dient de Europese Commissie bij de begrotingsautoriteit het ontwerp van gewijzigde begroting nr. 5 bij de begroting 2010 in.

INHOUDSOPGAVE

1. Inleiding 4

2. OLAF 4

3. Eigen middelen 5

3.1. Herziening van de ramingen van TEM en de btw- en bni-grondslagen 7

3.2. Correctie ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk voor 2006, 2008 en 2009 9

3.2.1. Berekening van de correcties 11

3.2.2. Opname in OGB 5/2010 van de eerste bijstelling van de Britse correctie voor 2009, de tweede bijstelling van de Britse correctie voor 2008 en het definitieve bedrag van de Britse correctie voor 2006 14

3.3. Herziening van de financiering van de brutoverminderingen van de bni-afdrachten van Zweden en Nederland in 2010 18

WIJZIGINGEN IN DE ALGEMENE STAAT VAN ONTVANGSTEN

De wijzigingen in de algemene staat van ontvangsten zijn beschikbaar via EUR-Lex (http://eur-lex.europa.eu/budget/www/index-nl.htm ) . Ter informatie is een Engelse versie van de wijzigingen in de staat van ontvangsten als budgettaire bijlage bijgevoegd.

INLEIDING

Het ontwerp van gewijzigde begroting nr. 5 bij de begroting 2010 (OGB 5/2010) heeft betrekking op:

- de wijzigingen aan de personeelsformatie van OLAF, zonder aanvullende financiële bepalingen;

- de herziening van de raming van de traditionele eigen middelen (TEM, d.w.z. douanerechten en heffingen in de suikersector), de btw- en de bni-grondslagen, de opname in de begroting van de relevante Britse correcties en de financiering daarvan, en de herziening van de financiering van de vermindering van de bni-afdrachten ten voordele van Nederland en Zweden in 2010, die leiden tot een wijziging van de eigenmiddelenbijdragen van de lidstaten aan de EU-begroting.

OLAF

Bij de oprichting van OLAF moesten er snel een groot aantal operationele fraudespecialisten worden aangeworven, die niet beschikbaar waren in de diensten van de Commissie. Hiervoor zette de begrotingsautoriteit in 2003 een groot aantal vaste functies om in tijdelijke functies, teneinde het Bureau zo snel mogelijk operationeel te laten worden.

Er werd een groot aantal tijdelijke functionarissen aangeworven. Aangezien de arbeidsovereenkomsten van deze personeelsleden bijna waren verstreken, moest OLAF maatregelen nemen om te voorkomen dat er een massaal vertrek zou plaatsvinden en dat de opgebouwde deskundigheid zou verloren gaan.

Een eerste tijdelijke maatregel bestond in de hernieuwing van de tijdelijke overeenkomsten die overeenkomsten van onbepaalde duur werden. Enkel een stijging van het aantal vaste functionarissen ten opzichte van het aantal tijdelijke functionarissen zou echter een stabiele oplossing op lange termijn bieden.

Met dit vooruitzicht hebben de Commissie en de personeelsverenigingen in 2007 een akkoord bereikt om externe en interne vergelijkende onderzoeken op te starten om de aanwerving als vaste functionaris van de tijdelijke functionarissen van OLAF te vergemakkelijken. Na afloop van de externe vergelijkende onderzoeken zal OLAF ook beschikken over een lijst geslaagde kandidaten die momenteel geen tijdelijk functionaris van OLAF zijn. Zij vormen een aanvullende bron van gekwalificeerde deskundigen met het oog op latere indiensttreding.

Dankzij de goedkeuring van de gewijzigde begroting nr. 8/2009 inclusief de wijziging van de personeelsformatie van OLAF, heeft de Commissie gebruik kunnen maken van de beschikbare lijst van geslaagde kandidaten die op basis van de resultaten van de externe vergelijkende onderzoeken is opgesteld (AD11, AD8, AST4).

In maart 2010 zijn nieuwe lijsten met geslaagden van het intern vergelijkend onderzoek (AD8 & AD10) bekendgemaakt. OLAF kan nu de aanpassing van de personeelsformatie beëindigen door een groot aantal geslaagde kandidaten aan te werven als functionarissen en kan derhalve de oorspronkelijke politieke overeenkomst ten uitvoer brengen.

OLAF tracht evenwel te voorkomen dat de geslaagde kandidaten naar andere DG's vertrekken, in afwachting dat de personeelsformatie voor de begroting 2011 wordt goedgekeurd. Bovendien worden posten niet omgezet terwijl die ingevuld zijn. Bijgevolg zou de personeelsformatie voor een beperkte periode zowel de vroegere posten van geslaagde kandidaten (tijdelijke functionarissen) alsook de nieuwe posten met nieuwe rangen (vaste functies) moeten omvatten.

Om deze omzetting ten uitvoer te brengen, verzoekt OLAF om een wijziging van de personeelsformatie 2010 met twintig extra vaste functies AD10. Deze aanpassing is noodzakelijk voor de aanwerving van geslaagde kandidaten. Dit brengt geen aanvullende financiering met zich voor 2010, aangezien het gecumuleerde aantal vaste en tijdelijke personeelsleden niet meer mag bedragen dan 384, zoals in de hierna opgenomen personeelsformatie is vermeld.

In de ontwerpbegroting 2011 is reeds de vermindering opgenomen van het overeenkomstige aantal tijdelijke posten AD10 van de personeelsformatie van OLAF. De personeelsformatie 2011 vertoont in vergelijking met 2010 dus geen stijging in het aantal posten.

De voorgestelde personeelsformatie is als bijlage opgenomen.

EIGEN MIDDELEN

In onderstaande overzichtstabel zijn de totale eigenmiddelenbetalingen weergegeven per lidstaat, zoals opgenomen in:

- de begroting 2010;

- de gewijzigde begroting (GB) nr. 1/2010[3], waarbij de begroting 2010 is gewijzigd om de gevolgen van de inwerkintreding van het Verdrag van Lissabon voor het Europees Parlement conform zijn ontwerpraming te dekken. De gewijzigde begroting verhoogt de begroting 2010 met 9,4 miljoen EUR en neemt 150 extra posten op in de personeelsformatie;

- OGB nr. 2/2010[4], waarbij de begroting 2010 is gewijzigd om de gevolgen van de inwerkingtreding van het Verdrag van Lissabon voor het Europees Economisch en Sociaal Comité (EESC) en het Comité van de Regio's (COR) en wijzigingen van de personeelsformatie van het Orgaan van Europese regelgevende instanties voor elektronische communicatie (BEREC), zonder aanvullende financiering en zonder extra post, te dekken. Dit OGB omvat een verhoging van de begroting 2010 met een totaalbedrag van 10,5 miljoen euro en een verhoging van de personeelsformatie van de twee betrokken instellingen met 59 posten;

- OGB nr. 3/2010[5], waarbij de begroting 2010 is gewijzigd teneinde kredieten te omvatten ter financiering van de begeleidende maatregelen in de bananensector (BMB) ten behoeve van de belangrijkste bananenexporterende ACS-staten die de gevolgen ondervinden van de meestbegunstigingsliberalisering in het kader van de Wereldhandelsorganisatie (WTO), naar aanleiding van het voorstel tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1905/2006. De netto financiële gevolgen van deze gewijzigde begroting bedragen 19,2 miljoen EUR nieuwe vastleggingskredieten, zonder bijkomend verzoek tot betalingskredieten;

- OGB nr. 4/2010[6], waarbij de begroting 2010 is gewijzigd om het overschot van het vorige jaar in de begroting op te nemen. De uitvoering voor het begrotingsjaar 2009 geeft een overschot van 2 253 591 199 EUR, dat als ontvangsten in de begroting 2010 wordt opgevoerd;

- dit OGB nr. 5/2010.

bedragen in miljoen euro

Begroting 2010 | GB 1/2010 | OGB 2/2010 | OGB 4/2010 | OGB 5/2010 | OGB 5/2010 t.o.v. OGB 4/2010 |

(1) | (2) | (3) | (4) | (6) | in % | (7) = (6) – (5) |

BE | 4 878,6 | 4 878,9 | 4 879,1 | 4 814,4 | 4 692,0 | 3,93% | - 122,3 |

BG | 416,4 | 416,4 | 416,4 | 409,9 | 364,5 | 0,31% | - 45,4 |

CZ | 1 477,3 | 1 477,4 | 1 477,5 | 1 453,1 | 1 423,5 | 1,19% | - 29,6 |

DK | 2 639,8 | 2 639,9 | 2 640,1 | 2 594,2 | 2 464,8 | 2,07% | - 129,3 |

DE | 23 725,7 | 23 727,4 | 23 729,4 | 23 270,3 | 23 826,9 | 19,98% | + 556,6 |

EE | 156,1 | 156,1 | 156,1 | 153,6 | 140,0 | 0,12% | - 13,6 |

IE | 1 523,9 | 1 524,0 | 1 524,1 | 1 498,4 | 1 387,9 | 1,16% | - 110,5 |

EL | 2 618,5 | 2 618,6 | 2 618,8 | 2 572,7 | 2 405,1 | 2,02% | - 167,6 |

ES | 11 340,8 | 11 341,5 | 11 342,3 | 11 146,2 | 10 489,2 | 8,79% | - 657,0 |

FR | 20 328,1 | 20 329,4 | 20 331,0 | 19 959,4 | 19 754,7 | 16,56% | - 204,7 |

IT | 16 207,0 | 16 208,0 | 16 209,2 | 15 921,3 | 15 690,3 | 13,16% | - 231,0 |

CY | 214,7 | 214,7 | 214,7 | 211,4 | 191,0 | 0,16% | - 20,4 |

LV | 186,3 | 186,3 | 186,3 | 182,9 | 180,7 | 0,15% | - 2,1 |

LT | 310,4 | 310,4 | 310,4 | 305,4 | 293,3 | 0,25% | - 12,1 |

LU | 298,6 | 298,6 | 298,6 | 293,2 | 271,3 | 0,23% | - 21,9 |

HU | 925,2 | 925,3 | 925,4 | 909,3 | 964,1 | 0,81% | + 54,8 |

MT | 68,6 | 68,6 | 68,6 | 67,5 | 62,2 | 0,05% | - 5,4 |

NL | 6 107,9 | 6 108,2 | 6 108,7 | 5 998,1 | 5 942,8 | 4,98% | - 55,3 |

AT | 2 661,9 | 2 662,1 | 2 662,3 | 2 610,1 | 2 586,3 | 2,17% | - 23,8 |

PL | 3 210,1 | 3 210,3 | 3 210,5 | 3 155,9 | 3 520,3 | 2,95% | + 364,4 |

PT | 1 664,1 | 1 664,2 | 1 664,3 | 1 634,8 | 1 654,0 | 1,39% | + 19,2 |

RO | 1 408,2 | 1 408,3 | 1 408,4 | 1 383,6 | 1 203,5 | 1,01% | - 180,1 |

SI | 442,5 | 442,5 | 442,5 | 435,6 | 402,2 | 0,34% | - 33,4 |

SK | 805,4 | 805,5 | 805,5 | 792,4 | 687,2 | 0,58% | - 105,2 |

FI | 1 905,6 | 1 905,7 | 1 905,9 | 1 871,7 | 1 765,5 | 1,48% | - 106,1 |

SE | 2 771,5 | 2 771,7 | 2 771,9 | 2 715,9 | 2 810,0 | 2,36% | + 94,2 |

UK | 13 213,6 | 13 214,7 | 13 216,0 | 12 909,8 | 14 097,5 | 11,82% | + 1 187,7 |

EU | 121 506,7 | 121 514,7 | 121 524,4 | 119 270,8 | 119 270,8 | 100% | + 0 |

Herziening van de ramingen van TEM en de btw- en bni-grondslagen

Volgens vaste praktijk stelt de Commissie voor de financiering van de begroting te herzien op grond van recentere economische ramingen, goedgekeurd op een vergadering van het Raadgevend Comité Eigen Middelen (RCEM).

De herziening heeft betrekking op de ramingen van de TEM die in 2010 moeten worden afgedragen aan de begroting en op de geraamde btw- en bni-grondslagen voor 2010. De in de begroting 2010 (en in GB 1/2010 tot OGB 4/2010) opgenomen raming werd vastgesteld tijdens de 145e vergadering van het RCEM van 12 mei 2009. De herziene raming waarvan dit OGB 5/2010 uitgaat, is aangenomen tijdens de 148e vergadering van het RCEM van 18 mei 2010. Door gebruik te maken van een bijgestelde eigenmiddelenraming kan nauwkeuriger worden bepaald welke bijdragen tijdens het begrotingsjaar van de lidstaten worden gevraagd en wordt het effect van de onvermijdelijke ramingsfouten van het jaar voordien beperkt.

Ten opzichte van de in mei 2009 goedgekeurde raming is de in mei 2010 goedgekeurde raming op de volgende punten herzien:

- Het geraamde totaalbedrag van de nettosuikerheffingen 2010 is niet gewijzigd en bedraagt 123,4 miljoen EUR (na aftrek van 25% inningskosten).

- De totale nettodouanerechten 2010 (inclusief douanerechten op landbouwproducten) worden nu geraamd op 15 595,8 miljoen EUR (na aftrek van 25% inningskosten), hetgeen neerkomt op een toename van 10,8% ten opzichte van de in mei 2009 geraamde 14 079,7 miljoen EUR. De belangrijkste reden voor deze stijging is een hogere raming van de invoer van goederen uit derde landen voor 2010 en een hogere raming van het gewogen gemiddelde tarief (1,56%, ten opzichte van 1,41% vorig jaar). Bij de ramingen per lidstaat is gebruik gemaakt van de voorspelde groeipercentages van de invoer uit derde landen die op 5 mei 2010 in de voorjaarsprognoses 2010 werden bekendgemaakt.

- De totale niet-afgetopte btw-grondslag voor de EU in 2010 wordt momenteel geraamd op 5 307 999,8 miljoen EUR, hetgeen neerkomt op een daling met 5,4% in vergelijking met de in mei 2009 geraamde 5 609 119,7 miljoen EUR. De totale afgetopte btw-grondslag[7] voor de EU in 2010 wordt geraamd op 5 252 084,10 miljoen EUR, hetgeen neerkomt op een daling van 4,3% in vergelijking met de in mei 2009 geraamde 5 489 325,75 miljoen EUR.

- De totale bni-grondslag voor de EU in 2010 wordt nu geraamd op 12 056 189,4 miljoen EUR, hetgeen neerkomt op een stijging met 2,0% in vergelijking met de in mei 2009 geraamde 11 825 562,6 miljoen EUR.

Voor de omrekening van de in nationale valuta luidende geraamde btw- en bni-grondslagen naar euro (voor de elf lidstaten die geen lid zijn van de eurozone) is de wisselkoers van 31 december 2009 gebruikt. Doordat dezelfde koers ook wordt gebruikt wanneer de in de begroting opgenomen eigen middelen van euro worden omgerekend naar nationale valuta bij de afroeping van de bedragen (overeenkomstig artikel 10, lid 3, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 van de Raad), worden distorsies voorkomen.

De herziene ramingen van TEM, niet-afgetopte btw-grondslagen en bni-grondslagen voor 2010, zoals vastgesteld tijdens de 148e vergadering van het RCEM van 18 mei 2010, zijn in onderstaande tabel (afgeronde cijfers) opgenomen:

Herziene ramingen van TEM, btw- en bni-grondslagen voor 2010 ( in miljoen EUR )

Suikerhef-fingen (75 %) | Douanerech-ten (75 %) | Niet-afgetopte btw-grondslagen | Bni-grondslagen | Afgetopte btw-grondslagen |

BE | 6,6 | 1 440,4 | 143 942,0 | 350 057,4 | 143 942,00 |

BG | 0,4 | 52,7 | 15 763,2 | 33 014,2 | 15 763,20 |

CZ | 3,4 | 177,4 | 61 869,6 | 131 405,3 | 61 869,60 |

DK | 3,4 | 301,9 | 93 201,2 | 236 215,5 | 93 201,20 |

DE | 26,3 | 3 154,6 | 1 060 967,8 | 2 488 996,3 | 1 060 967,80 |

EE | 0,0 | 15,8 | 6 460,4 | 13 129,2 | 6 460,40 |

IE | 0,0 | 172,2 | 65 481,8 | 128 058,4 | 64 029,20 |

EL | 1,4 | 163,0 | 108 211,5 | 231 304,5 | 108 211,50 |

ES | 4,7 | 1 036,9 | 390 464,2 | 1 029 757,3 | 390 464,20 |

FR | 30,9 | 1 280,6 | 867 275,6 | 1 977 940,6 | 867 275,60 |

IT | 4,7 | 1 701,7 | 604 589,1 | 1 529 325,7 | 604 589,10 |

CY | 0,0 | 31,2 | 16 004,6 | 16 793,4 | 8 396,70 |

LV | 0,0 | 19,5 | 6 767,5 | 17 390,2 | 6 767,50 |

LT | 0,8 | 44,2 | 13 808,5 | 26 288,3 | 13 144,15 |

LU | 0,0 | 11,4 | 19 788,6 | 27 509,8 | 13 754,90 |

HU | 2,0 | 100,0 | 41 167,0 | 93 133,9 | 41 167,00 |

MT | 0,0 | 9,8 | 4 233,7 | 5 497,8 | 2 748,90 |

NL | 7,3 | 1 877,2 | 257 072,0 | 582 069,4 | 257 072,00 |

AT | 3,2 | 159,9 | 127 296,4 | 279 822,6 | 127 296,40 |

PL | 12,8 | 336,0 | 183 316,1 | 332 072,4 | 166 036,20 |

PT | 0,2 | 128,2 | 99 745,1 | 159 946,8 | 79 973,40 |

RO | 1,0 | 131,2 | 44 705,0 | 117 245,8 | 44 705,00 |

SI | 0,0 | 73,5 | 18 855,7 | 34 469,9 | 17 234,95 |

SK | 1,4 | 88,2 | 25 274,0 | 64 859,1 | 25 274,00 |

FI | 0,8 | 124,9 | 77 416,2 | 175 637,8 | 77 416,20 |

SE | 2,6 | 422,3 | 138 929,6 | 314 113,4 | 138 929,60 |

UK | 9,5 | 2 541,1 | 815 393,4 | 1 660 134,4 | 815 393,40 |

EU | 123,4 | 15 595,8 | 5 307 999,8 | 12 056 189,4 | 5 252 084,10 |

Correctie ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk voor 2006, 2008 en 2009

De correctie voor begrotingsonevenwichtigheden ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk (de "Britse correctie") die in dit OGB moet worden opgenomen, heeft betrekking op drie jaren: 2006, 2008 en 2009. Aangezien de Britse correctie van een bepaald jaar in het volgende jaar moet worden gefinancierd, nemen alle 27 lidstaten deel aan de financiering van de drie Britse correcties, inclusief die van 2006.

Op de Britse correctie voor 2006 zijn de regels van Besluit 2000/597/EG, Euratom van de Raad en het bijbehorende werkdocument, de Berekeningsmethode 2000[8], van toepassing. Overeenkomstig de regels van dit besluit worden de netto "buitengewone voordelen", of "meevallers", voor het Verenigd Koninkrijk van de sedert 2001 geldende verhoging van het TEM-percentage dat de lidstaten inhouden als compensatie voor de kosten van inning, geneutraliseerd bij de berekening van de Britse correctie, evenals de pretoetredingsuitgaven (PTU) die zijn gefinancierd uit betalingskredieten van het laatste jaar vóór de uitbreiding. Dit correctiemechanisme voor de PTU zal bij elke volgende uitbreiding van de Unie worden toegepast, maar zal niet meer gelden vanaf de correctie die voor het eerst in 2014 in de begroting wordt opgenomen.

Op de Britse correcties voor 2008 en 2009 zijn de bepalingen van Besluit 2007/436/EG, Euratom van de Raad en het bijbehorende werkdocument, de Berekeningsmethode 2007 [9], van toepassing. Overeenkomstig de bepalingen van dit besluit worden de netto "buitengewone voordelen", of "meevallers", nog steeds geneutraliseerd bij de berekening van de Britse correctie. Bovendien worden de toegekende uitgaven aangepast door:

- de pretoetredingsuitgaven (PTU);

- 20% voor de correctie voor 2008 en 70% voor de correctie voor 2009, van de totale toegewezen uitgaven in de lidstaten die na 30 april 2004 tot de Europese Unie zijn toegetreden, met uitzondering van de rechtstreekse landbouwbetalingen en marktgerelateerde uitgaven, alsmede het gedeelte van de uitgaven voor plattelandsontwikkeling dat afkomstig is uit het EOGFL, afdeling Garantie. Deze vermindering wordt geleidelijk doorgevoerd (20% voor de correctie 2008 die in de begroting 2009 wordt opgenomen, 70% voor de correctie 2009 die in de begroting 2010 wordt opgenomen en 100% voor de correctie 2010 die in de begroting 2011 wordt opgenomen).

Bovendien wordt het respectieve aandeel van Oostenrijk, Duitsland, Nederland en Zweden in de financiering van de Britse correctie beperkt tot een vierde van wat normaal hun aandeel zou zijn. De verlaging wordt gefinancierd door de overige lidstaten, met uitzondering van het Verenigd Koninkrijk. Voor de Britse correctie 2006 hebben deze financieringsregels een impact op het uniforme btw-afroepingspercentage, berekend als het verschil tussen het maximale afroepingspercentage (0,50 % van de afgetopte btw-grondslag) en het bevroren percentage (berekend op basis van de Britse correctie voor 2007).

Het verschil tussen de Britse correctie voor 2006 ( definitief bedrag ) en het eerder (in 2007) in de begroting opgenomen bedrag, alsook de uitkomst van de volledige herberekening van de financiering van het totale bedrag van de Britse correctie voor 2006 op basis van de meest recente gegevens voor 2007, wordt in hoofdstuk 35 van de begroting opgevoerd, zonder enige impact op het uniforme btw-afroepingspercentage.

Het verschil tussen de tweede bijstelling van de Britse correctie voor 2008 en het bedrag dat eerder in de begroting werd opgenomen ( eerste bijstelling in GB 6/2009) wordt in hoofdstuk 36 van OGB 5/2010 opgevoerd.

Het bedrag van de eerste bijstelling van de Britse correctie voor 2009 is in hoofdstuk 15 van het OGB 5/2010 opgenomen, in de plaats van het in hoofdstuk 15 van de begroting 2010 opgenomen voorlopige bedrag van de Britse correctie voor 2009.

Berekening van de correcties

In dit OGB worden de berekening en de financiering van de eerste bijstelling van de Britse correctie voor 2009, de tweede bijstelling van de Britse correctie voor 2008 alsmede het definitieve bedrag van de Britse correctie voor 2006 opgenomen.

Wat de Britse correctie voor 2007 betreft, zal de Commissie (overeenkomstig de berekeningsmethode 2000 en 2007 ) voorstellen om een bijstelling in de begroting op te nemen als deze wezenlijk van de eerder in de begroting opgenomen berekening verschilt. Volgens de huidige berekeningen van de Commissie verschilt het bedrag van de Britse correctie voor 2007 niet wezenlijk van de tweede bijstelling van de in GB 3/2009 opgenomen Britse correctie voor 2007. Bijgevolg wordt niet voorgesteld om in dit OGB 5/2010 een bijstelling op te nemen.

Britse correctie voor 2009

In de onderstaande tabel worden de verschillen samengevat tussen het in de begroting 2010 opgenomen voorlopige bedrag van de Britse correctie voor 2009 en de in OGB 5/2010 op te nemen eerste bijstelling van de correctie voor 2009.

Britse correctie voor 2009 | Britse correctie voor 2009 VOORLOPIG Begroting 2010 | Britse correctie voor 2009 Eerste BIJSTELLING OGB 5/2010 | Verschil |

(1) | Aandeel van VK in niet-afgetopte btw-grondslag | 13,8313% | 15,3708% | + 1,5395% |

(2) | Aandeel van het Verenigd Koninkrijk in de voor de uitbreiding gecorrigeerde totale toegewezen uitgaven | 7,2604% | 7,2824% | + 0,0220% |

(3) | = (1) - (2) | 6,5709% | 8,0884% | + 1,5175% |

(4) | Totale toegewezen uitgaven | 104 614 895 122 | 102 757 465 239 | - 1 857 429 883 |

(5) | Uitbreidingsuitgaven = (5a) + (5b) | 12 586 767 352 | 16 329 279 323 | + 3 742 511 970 |

(5a) | Pretoetredingsuitgaven | 3 023 312 156 | 3 025 371 614 | + 2 059 458 |

(5b) | Uitgaven in verband met artikel 4, lid 1, onder g) | 9 563 455 197 | 13 303 907 709 | + 3 740 452 512 |

(6) | Voor de uitbreiding gecorrigeerde totale toegewezen uitgaven = (4) - (5) | 92 028 127 769 | 86 428 185 916 | - 5 599 941 853 |

(7) | Oorspronkelijk bedrag van de Britse correctie = (3) x (6) x 0,66 | 3 991 091 896 | 4 613 827 364 | + 622 735 468 |

(8) | Voordeel voor het Verenigd Koninkrijk | 19 427 650 | 1 094 564 313 | + 1 075 136 663 |

(9) | Kernkorting voor het Verenigd Koninkrijk = (7) - (8) | 3 971 664 245 | 3 519 263 051 | - 452 401 195 |

(10) | Meevallers TEM | 13 121 864 | -216 427 | - 13 338 291 |

(11) | Britse correctie = (9) - (10) | 3 958 542 381 | 3 519 479 477 | - 439 062 904 |

De eerste bijstelling van de Britse correctie voor 2009 valt 439,1 miljoen EUR lager uit dan het voorlopige bedrag van de in de begroting 2010 opgenomen Britse correctie voor 2009.

Voor de Britse correctie 2009 bedraagt het verschil van het oorspronkelijke bedrag van de Britse correctie tussen EMB 2000 en EMB 2007 1 270,1 miljoen EUR in prijzen van 2004 en 1 349,6 miljoen EUR in actuele prijzen.

Britse correctie voor 2008

In de onderstaande tabel worden de verschillen samengevat tussen de in GB 6/2009 opgenomen eerste bijstelling van de Britse correctie voor 2008 en de in OGB 5/2010 op te nemen tweede bijstelling van de Britse correctie voor 2008.

Britse correctie voor 2008 | Britse correctie voor 2008 Eerste bijstelling GB 6/2009 | Britse correctie voor 2008 Tweede bijstelling OGB 5/2010 | Verschil |

(1) | Aandeel van VK in niet-afgetopte btw-grondslag | 15,3765% | 15,7045% | + 0,3280% |

(2) | Aandeel van het Verenigd Koninkrijk in de voor de uitbreiding gecorrigeerde totale toegewezen uitgaven | 7,1985% | 7,3387% | + 0,1402% |

(3) | = (1) - (2) | 8,1780% | 8,3658% | + 0,1878% |

(4) | Totale toegewezen uitgaven | 105 572 261 496 | 105 538 033 501 | - 34 227 995 |

(5) | Uitbreidingsuitgaven = (5a) + (5b) | 5 923 110 090 | 5 908 600 354 | - 14 509 737 |

(5a) | Pretoetredingsuitgaven | 3 009 254 322 | 3 014 323 610 | + 5 069 288 |

(5b) | Uitgaven in verband met artikel 4, lid 1, onder g) | 2 997 216 436 | 2 894 276 744 | - 102 939 692 |

(6) | Voor de uitbreiding gecorrigeerde totale toegewezen uitgaven = (4) - (5) | 99 649 151 406 | 99 629 433 147 | - 19 718 258 |

(7) | Oorspronkelijk bedrag van de Britse correctie = (3) x (6) x 0,66 | 5 378 550 722 | 5 500 964 647 | + 122 413 925 |

(8) | Voordeel voor het Verenigd Koninkrijk | 31 432 569 | 289 477 443 | + 258 044 874 |

(9) | Kernkorting voor het Verenigd Koninkrijk = (7) - (8) | 5 347 118 153 | 5 211 487 204 | - 135 630 949 |

(10) | Meevallers TEM | -31 474 531 | -42 810 700 | - 11 336 168 |

(11) | Britse correctie = (9) - (10) | 5 378 592 685 | 5 254 297 904 | - 124 294 781 |

De tweede bijstelling van de Britse correctie voor 2008 valt 124,3 miljoen EUR lager uit dan de eerste bijstelling van de Britse correctie voor 2008, die is opgenomen in GB 6/2010.

Voor de Britse correctie 2008 bedraagt het verschil van het oorspronkelijke bedrag van de Britse correctie tussen EMB 2000 en EMB 2007 278,2 miljoen EUR in prijzen van 2004 en 300 miljoen EUR in actuele prijzen.

Britse correctie voor 2006

In de tabel hierna worden de verschillen weergegeven tussen de in GB 5/2007 opgenomen eerste bijstelling van de Britse correctie voor 2006 en het in OGB 5/2010 op te nemen definitieve bedrag van de Britse correctie voor 2006.

Britse correctie voor 2006 | Eerste BIJSTELLING GB 5/2007 | DEFINITIEF OGB 5/2010 | Verschil |

(1) | Aandeel van VK in niet-afgetopte btw-grondslag | 17,6888% | 17,2771% | - 0,4117% |

(2) | Aandeel van VK in de voor de PTU gecorrigeerde totale toegewezen uitgaven | 8,6868% | 8,6928% | + 0,0060% |

(3) | = (1) - (2) | 9,0020% | 8,5843% | - 0,4177% |

(4) | Totale toegewezen uitgaven | 96 930 892 220 | 97 195 051 529 | + 264 159 309 |

(5) | Pretoetredingsuitgaven (PTU) | 1 837 927 773 | 1 837 296 087 | - 631 686 |

(6) | Voor PTU gecorrigeerde totale toegewezen uitgaven = (4) - (5) | 95 092 964 446 | 95 357 755 442 | + 264 790 995 |

(7) | Oorspronkelijk bedrag van de Britse correctie = (3) x (6) x 0,66 | 5 649 772 605 | 5 402 613 496 | - 247 159 109 |

(8) | Voordeel voor het Verenigd Koninkrijk | 339 974 729 | 26 640 660 | - 313 334 069 |

(9) | Kernkorting voor het Verenigd Koninkrijk = (7) - (8) | 5 309 797 876 | 5 375 972 836 | + 66 174 960 |

(10) | Meevallers TEM | -21 571 097 | -9 196 589 | + 12 374 508 |

(11) | Britse correctie = (9) - (10) | 5 331 368 973 | 5 385 169 425 | + 53 800 452 |

Het definitieve bedrag van de Britse correctie voor 2006 ligt 53,8 miljoen EUR hoger dan de eerste bijstelling van de in de GB 5/2007 opgenomen Britse correctie voor 2006. Het verschil is het resultaat van vijf factoren, waarvan het effect als volgt kan worden gekwantificeerd:

- Door de daling van het aandeel van het Verenigd Koninkrijk in de niet-afgetopte btw-grondslag daalt de Britse correctie voor 2006 met ongeveer 258,4 miljoen EUR.

- De toename van het Britse aandeel in de voor de PTU gecorrigeerde totale toegewezen uitgaven vermindert de Britse correctie voor 2006 met ongeveer 3,8 miljoen EUR.

- Door de stijging van de voor PTU gecorrigeerde totale toegewezen uitgaven stijgt de Britse correctie voor 2006 met ongeveer 15 miljoen EUR.

- Door de daling van het zogeheten "Britse voordeel" stijgt de Britse correctie voor 2006 met 313,3 miljoen EUR.

- Door de stijging van de zogeheten "meevallers TEM" daalt de Britse correctie voor 2006 met 12,4 miljoen EUR.

Maximum van 10,5 miljard EUR

Overeenkomstig artikel 4, lid 2, van Besluit 2007/436, mag de aanvullende bijdrage van het Verenigd Koninkrijk als gevolg van de in lid 1, onder g), van het EMB 2007 bedoelde vermindering van de toegewezen uitgaven in de periode 2007-2013 in totaal niet meer bedragen dan 10,5 miljard EUR in prijzen van 2004. Het gecumuleerde effect voor 2007, 2008 en 2009 bedraagt 1 548,3 miljoen EUR in prijzen van 2004 en 1 649,6 miljoen EUR in actuele prijzen.

Correctie voor het Verenigd Koninkrijk 2007-2012 Verschil van het oorspronkelijke bedrag t.o.v. de grenswaarde van 10,5 miljard EUR (EMB 2007 t.o.v. EMB 2000), in EUR | Verschil in actuele prijzen | Verschil in constante prijzen voor 2004 |

(A) | Britse correctie voor 2007 | 0 | 0 |

(B) | Britse correctie voor 2008 | - 299 990 334 | - 278 238 906 |

(C) | Britse correctie voor 2009 | -1 349 647 274 | -1 270 060 542 |

(D) | Britse correctie voor 2010 | n.v.t. | n.v.t. |

(E) | Britse correctie voor 2011 | n.v.t. | n.v.t. |

(F) | Britse correctie voor 2012 | n.v.t. | n.v.t. |

(G) | Totaal verschil = (A) + (B) + (C) + (D) + (E) + (F) | -1 649 637 608 | -1 548 299 448 |

Opname in OGB 5/2010 van de eerste bijstelling van de Britse correctie voor 2009, de tweede bijstelling van de Britse correctie voor 2008 en het definitieve bedrag van de Britse correctie voor 2006

Britse correctie voor 2009 (hoofdstuk 15)

Het bedrag van de Britse correctie dat in hoofdstuk 15 van dit OGB 5/2010 moet worden opgenomen, is het bedrag van de eerste bijstelling van de Britse correctie voor 2009 (d.w.z. 3 519 479 477 EUR in plaats van het in de begroting 2010 opgenomen bedrag van 3 958 542 381 EUR).

Voor de financiering van dit bedrag moet worden uitgegaan van de bij dit OGB 5/2010 herziene bni-grondslagen voor 2010. In de onderstaande tabel is weergegeven hoe dit bedrag in hoofdstuk 15 wordt opgenomen:

Britse correctie voor 2009 Hoofdstuk 15 |

BE | 166 903 516 | LU | 13 116 370 |

BG | 15 740 807 | HU | 44 405 219 |

CZ | 62 652 601 | MT | 2 621 291 |

DK | 112 624 951 | NL | 49 263 430 |

DE | 210 656 145 | AT | 23 682 779 |

EE | 6 259 858 | PL | 158 328 466 |

IE | 61 056 836 | PT | 76 260 874 |

EL | 110 283 440 | RO | 55 901 507 |

ES | 490 976 949 | SI | 16 434 869 |

FR | 943 060 313 | SK | 30 924 105 |

IT | 729 165 665 | FI | 83 742 170 |

CY | 8 006 908 | SE | 26 584 980 |

LV | 8 291 456 | UK | -3 519 479 477 |

LT | 12 533 972 | Totaal | 0 |

Britse correctie voor 2008 (hoofdstuk 36)

Het bedrag van de Britse correctie dat in hoofdstuk 36 van dit OGB 5/2010 moet worden opgenomen, is het verschil tussen de tweede bijstelling van de Britse correctie voor 2008 (d.w.z. 5 254 297 904 EUR) en de eerste bijstelling van de Britse correctie voor 2008 (d.w.z. de in GB 6/2009 opgenomen 5 378 592 685 EUR), dat 124 294 781 EUR bedraagt.

Voor de financiering van dit bedrag moet worden uitgegaan van de herziene bni-grondslagen zoals bekend eind 2009. In de onderstaande tabel is weergegeven hoe dit bedrag in hoofdstuk 36 wordt opgenomen:

Britse correctie voor 2008 Hoofdstuk 36 |

BE | -3 504 541 | LU | -2 092 216 |

BG | -1 523 420 | HU | -2 763 065 |

CZ | 496 143 | MT | -170 277 |

DK | -8 155 544 | NL | -5 075 335 |

DE | -213 638 | AT | -501 383 |

EE | -602 251 | PL | -2 489 164 |

IE | -7 602 523 | PT | -312 262 |

EL | -7 281 407 | RO | -10 996 050 |

ES | -17 398 703 | SI | -1 405 069 |

FR | -22 865 571 | SK | -3 676 917 |

IT | -18 521 220 | FI | -7 803 260 |

CY | -379 606 | SE | 1 895 807 |

LV | 224 016 | UK | 124 294 781 |

LT | -1 577 325 | Totaal | 0 |

Britse correctie voor 2006 (hoofdstuk 35)

De financiering van het definitieve bedrag van de Britse correctie voor 2006 wordt opgenomen onder hoofdstuk 35 van dit OGB 5/2010 en is gebaseerd op de bni (en btw-) grondslagen voor 2007 zoals die eind 2009 bekend waren. In het in hoofdstuk 35 opgenomen bedrag zijn verwerkt:

- de waardecorrecties voor het direct effect , d.w.z. het verschil tussen het aandeel van elke lidstaat in het definitieve bedrag van de Britse correctie voor 2006 (op basis van de bni-grondslagen voor 2007 zoals deze eind 2009 bekend waren) en de overeenkomstige bedragen die eerder in de begroting waren opgenomen (d.w.z. in GB 5/2007, ter financiering van de eerste bijstelling van de Britse correctie voor 2006),

- de waardecorrecties voor het indirect effect , d.i. het verschil tussen de impliciete impact[10] op de btw- en bni-afdrachten van de lidstaten voor de definitieve Britse correctie voor 2006 (op basis van de btw- en bni-grondslagen voor 2007 zoals die eind 2009 bekend waren) en de impliciete impact op de btw- en bni-afdrachten van de lidstaten voor de in de GB 5/2007 opgenomen eerste bijwerking van de Britse correctie voor 2006 (op basis van de btw- en bni-grondslagen voor 2007 zoals vermeld in de GB 5/2007).

In de onderstaande tabel wordt samengevat hoe de definitieve Britse correctie voor 2006 onder hoofdstuk 35 van dit OGB 5/2010 wordt gefinancierd:

Definitief bedrag | Eerste bijstelling | Verstelbaarheid | Definitief bedrag | Eerste bijstelling | Verstelbaarheid | TOTAAL |

(direct effect op basis van bni-grondslagen voor 2007 zoals bekend eind 2009) | (direct effect opgenomen in GB 5/2007, op basis van bni-grondslagen voor 2007 vanaf GB 5/2007) | direct effect | (indirect effect op btw-/bni-afdrachten voor begroting 2007, zoals herberekend eind 2009) | (indirect effect op btw-/bni-afdrachten in GB 5/2007) | indirect effect | (op te voeren in hoofdstuk 35 van OGB 5/2010) |

(1) | (2) | (3) = (1) - (2) | (4) | (5) | (6) = (4) - (5) | (7) = (3) + (6) |

BE | + 249 940 431 | + 247 212 185 | + 2 728 246 | + 22 212 022 | + 19 914 357 | + 2 297 665 | + 5 025 912 |

BG | + 21 167 891 | + 20 764 704 | + 403 187 | - 1 800 949 | - 1 887 005 | + 86 056 | + 489 243 |

CZ | + 87 728 118 | + 87 357 575 | + 370 543 | - 7 131 775 | - 7 938 671 | + 806 896 | + 1 177 440 |

DK | + 169 243 569 | + 172 772 662 | - 3 529 093 | + 12 899 436 | + 18 568 078 | - 5 668 642 | - 9 197 734 |

DE | + 324 788 939 | + 318 742 577 | + 6 046 362 | + 176 292 715 | + 143 159 304 | + 33 133 411 | + 39 179 773 |

EE | + 10 714 712 | + 10 859 310 | - 144 598 | - 911 600 | - 986 846 | + 75 246 | - 69 352 |

IE | + 119 985 370 | + 121 023 454 | - 1 038 084 | - 10 208 267 | - 13 870 115 | + 3 661 848 | + 2 623 764 |

EL | + 162 432 190 | + 152 627 502 | + 9 804 688 | - 13 819 611 | - 69 543 065 | + 55 723 454 | + 65 528 142 |

ES | + 760 257 178 | + 765 255 697 | - 4 998 519 | - 64 682 120 | - 92 265 129 | + 27 583 009 | + 22 584 489 |

FR | + 1 420 519 729 | + 1 392 588 247 | + 27 931 482 | - 61 518 081 | - 10 998 078 | - 50 520 003 | - 22 588 521 |

IT | + 1 136 622 087 | + 1 139 811 242 | - 3 189 155 | + 68 752 962 | + 160 473 916 | - 91 720 954 | - 94 910 109 |

CY | + 11 246 640 | + 11 199 633 | + 47 007 | - 956 856 | - 1 017 773 | + 60 917 | + 107 925 |

LV | + 15 195 336 | + 14 173 037 | + 1 022 299 | - 1 292 808 | - 1 287 983 | - 4 825 | + 1 017 474 |

LT | + 20 433 796 | + 19 622 507 | + 811 289 | - 1 738 492 | - 201 238 | - 1 537 254 | - 725 966 |

LU | + 22 019 517 | + 22 469 561 | - 450 044 | - 1 873 404 | - 2 041 935 | + 168 530 | - 281 514 |

HU | + 69 259 368 | + 69 777 536 | - 518 168 | + 550 108 | + 6 731 327 | - 6 181 219 | - 6 699 387 |

MT | + 3 918 643 | + 3 802 778 | + 115 865 | - 333 395 | - 345 580 | + 12 184 | + 128 050 |

NL | + 75 278 731 | + 73 440 295 | + 1 838 436 | - 18 170 730 | - 27 052 672 | + 8 881 942 | + 10 720 377 |

AT | + 34 780 819 | + 35 128 529 | - 347 710 | + 4 986 328 | + 5 137 671 | - 151 343 | - 499 052 |

PL | + 221 717 357 | + 213 586 087 | + 8 131 270 | - 18 863 549 | - 19 409 762 | + 546 213 | + 8 677 483 |

PT | + 115 780 545 | + 115 125 921 | + 654 624 | - 9 850 523 | - 10 462 136 | + 611 613 | + 1 266 237 |

RO | + 89 574 476 | + 85 592 444 | + 3 982 032 | + 9 388 194 | + 6 874 380 | + 2 513 814 | + 6 495 846 |

SI | + 25 060 496 | + 23 502 134 | + 1 558 362 | - 2 132 128 | - 2 135 770 | + 3 642 | + 1 562 004 |

SK | + 39 482 418 | + 38 324 928 | + 1 157 490 | + 4 471 219 | + 1 150 679 | + 3 320 540 | + 4 478 030 |

FI | + 133 402 138 | + 132 254 957 | + 1 147 181 | + 11 061 910 | + 7 555 724 | + 3 506 186 | + 4 653 367 |

SE | + 44 618 930 | + 44 353 471 | + 265 459 | + 20 478 709 | + 14 705 770 | + 5 772 939 | + 6 038 398 |

UK | - 5 385 169 425 | - 5 331 368 973 | - 53 800 452 | - 115 809 314 | - 122 827 447 | + 7 018 133 | - 46 782 319 |

Totaal | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |

Herziening van de financiering van de brutoverminderingen van de bni-afdrachten van Zweden en Nederland in 2010

De brutoverminderingen van de bni-afdrachten van Nederland en Zweden voor 2010 werden in de begroting 2010 vastgesteld. De bedragen werden omgerekend in actuele prijzen door toepassing van de door de Commissie in het kader van de economische voorjaarsprognoses 2009 meegedeelde bbp-deflator voor de Europese Unie in euro, en die dus bij opstelling van het voorontwerp van de begroting 2010 beschikbaar was. Voor Nederland bedraagt het brutobedrag 651,4 miljoen EUR en voor Zweden 161,5 miljoen EUR. Deze bedragen zullen ongewijzigd blijven[11].

De verminderingen worden door alle lidstaten gefinancierd, overeenkomstig hun aandeel in het bni. Derhalve wordt de financiering gewijzigd overeenkomstig de bijstelling van de bni-grondslagen voor 2010, zoals tijdens de 148e ramingsvergadering van het RCEM op 18 mei 2010 is overeengekomen.

In de onderstaande tabel is een overzicht opgenomen van de brutoverminderingen voor 2010 en hun financiering:

Verminderingen 2010 bni-afdrachten Nederland en Zweden |

BE | 23 602 839 | LU | 1 854 865 |

BG | 2 226 003 | HU | 6 279 611 |

CZ | 8 860 084 | MT | 370 693 |

DK | 15 926 977 | NL | - 612 147 160 |

DE | 167 822 128 | AT | 18 867 213 |

EE | 885 244 | PL | 22 390 189 |

IE | 8 634 417 | PT | 10 784 513 |

EL | 15 595 850 | RO | 7 905 371 |

ES | 69 432 028 | SI | 2 324 155 |

FR | 133 363 878 | SK | 4 373 165 |

IT | 103 115 739 | FI | 11 842 488 |

CY | 1 132 305 | SE | - 140 323 242 |

LV | 1 172 545 | UK | 111 935 597 |

LT | 1 772 505 | Totaal | 0 |

[1] PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1.

[2] PB L 64 van 12.3.2010.

[3] Vastgesteld op 19 mei 2010.

[4] COM(2010)108 definitief van 19.3.2010.

[5] COM(2010)149 definitief van 8.4.2010.

[6] COM(2010)169 definitief van 16.4.2010.

[7] Overeenkomstig Besluit 2007/436 van de Raad; indien de btw-grondslag van een lidstaat meer bedraagt dan 50 % van het bni, wordt hij afgetopt op 50 %. In het kader van dit OGB 6/2010 wordt voor acht lidstaten de btw-grondslag afgetopt op 50% van het bni: Ierland, Cyprus, Litouwen, Luxemburg, Malta, Polen, Portugal en Slovenië.

[8] Besluit 2000/597 van de Raad van 29 september 2000 betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen, te raadplegen op: http://eur-lex.europa.eu/LexUriServ/LexUriServ.do?uri=OJ:L:2007:163:0017:0021:NL:PDF en werkdocument van de Commissie van 21 september 2000 over "de berekening, financiering, betaling en opneming in de begroting van de correctie van begrotingsonevenwichtigheden, overeenkomstig de artikelen 4 en 5 van het Besluit [2000/597] van de Raad betreffende het stelsel van eigen middelen van de EU", de zogeheten Berekeningsmethode 2000 : http://ec.europa.eu/budget/library/documents/revenue_expenditure/own_resources/calc_own_res_nl.pdf.

[9] Besluit 2007/436 van de Raad van 7 juni 2007 betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen, te raadplegen op: http://eur-lex.europa.eu/LexUriServ/LexUriServ.do?uri=OJ:L:2000:253:0042:0046:NL:PDF en werkdocument van de Commissie van 23 mei 2007 over "de berekening, financiering, betaling en opneming in de begroting van de correctie van begrotingsonevenwichtigheden, overeenkomstig de artikelen 4 en 5 van het Besluit [2007/436] van de Raad betreffende het stelsel van eigen middelen van de EU", de zogeheten Berekeningsmethode 2007 : http://ec.europa.eu/budget/library/documents/revenue_expenditure/own_resources/calc_own_res_2007_nl.pdf.

[10] Als gevolg van de invloed van de Britse correctie op het uniforme btw-afroepingspercentage (verminderd met het "bevroren percentage"), en bijgevolg ook op het uniforme afroepingspercentage van de bni-middelen (vermeerderd om de beperking van de btw-afdrachten te compenseren). Vanaf 1 januari 2007 had dit effect geen terugwerkende kracht meer, aangezien in Besluit 2007/436 het opvragingspercentage voor alle lidstaten op 0,30% is vastgesteld, met uitzondering van Oostenrijk (0,225%), Duitsland (0,15%), Zweden en Nederland (0,10%) voor wat de periode 2007-2013 betreft.

[11] Overeenkomstig artikel 2, lid 5, van Besluit 2007/436 van de Raad worden de bedragen in actuele prijzen omgerekend door toepassing van de door de Commissie meegedeelde, meest recente bbp-deflator voor de Europese Unie in euro, die beschikbaar is bij de opstelling van het voorontwerp van begroting.

Top