Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52009PC0127

    Voorstel voor een verordening van de Raad houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 2115/2005 van de Raad van 20 december 2005 tot vaststelling van een herstelplan voor zwarte heilbot in het kader van de visserijorganisatie voor het noordwestelijke deel van de Atlantische Oceaan

    /* COM/2009/0127 def. - CNS 2009/0041 */

    52009PC0127

    Voorstel voor een verordening van de Raad houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 2115/2005 van de Raad van 20 december 2005 tot vaststelling van een herstelplan voor zwarte heilbot in het kader van de visserijorganisatie voor het noordwestelijke deel van de Atlantische Oceaan /* COM/2009/0127 def. - CNS 2009/0041 */


    [pic] | COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN |

    Brussel, 19.3.2009

    COM(2009) 127 definitief

    2009/0041 (CNS)

    Voorstel voor een

    VERORDENING VAN DE RAAD

    houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 2115/2005 van de Raad van 20 december 2005 tot vaststelling van een herstelplan voor zwarte heilbot in het kader van de visserijorganisatie voor het noordwestelijke deel van de Atlantische Oceaan

    (door de Commissie ingediend)

    TOELICHTING

    Bij Verordening (EG) nr. 2115/2005 van de Raad van 20 december 2005 is het herstelplan voor zwarte heilbot dat in het kader van de visserijorganisatie voor het noordwestelijke deel van de Atlantische Oceaan (NAFO) is goedgekeurd, in Gemeenschapsrecht omgezet.

    Dit herstelplan dient periodiek door de NAFO te worden herzien.

    Tijdens haar jaarvergadering van 2007 in Lissabon heeft de NAFO dit herstelplan op een aantal punten gewijzigd. Met name volgende wijzigingen werden toen goedgekeurd:

    - verscherping van de maatregelen inzake rapportage van de vangsten; en

    - aanvullende controlemaatregelen ter versterking van de inspecties op zee van vaartuigen die het NAFO-gebied binnenvaren en verlaten.

    Deze wijzigingen zijn aangenomen met de steun van de Gemeenschap na overleg met de lidstaten, de betrokken sector en niet-gouvernementele organisaties.

    De betrokken maatregelen zijn tijdelijk in Gemeenschapsrecht omgezet bij de verordeningen (EG) nr. 40/2008 van de Raad van 16 januari 2008 en (EG) nr. 43/2009 van de Raad van 16 januari 2009 tot vaststelling, voor 2008 en 2009, van de vangstmogelijkheden voor sommige visbestanden en groepen visbestanden welke in de wateren van de Gemeenschap en, voor vaartuigen van de Gemeenschap, in andere wateren met vangstbeperkingen van toepassing zijn, en tot vaststelling van de bij de visserij in acht te nemen voorschriften.

    Deze wijzigingen zijn bindend en dienen derhalve voor langere tijd in Gemeenschapsrecht te worden omgezet.

    Met het onderhavige voorstel wordt beoogd de nodige wijzigingen in Verordening (EG) nr. 2115/2005 van de Raad in te voeren.

    Het voorstel betreft een gebied dat onder de exclusieve bevoegdheid van de Gemeenschap valt. Het subsidiariteitsbeginsel is derhalve niet van toepassing.

    Het voorstel heeft geen gevolgen voor de begroting van de Europese Unie.

    De rechtsgrond voor dit voorstel is artikel 37 van het Verdrag.

    De Raad wordt verzocht dit voorstel zo spoedig mogelijk goed te keuren.

    2009/0041 (CNS)

    Voorstel voor een

    VERORDENING VAN DE RAAD

    houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 2115/2005 van de Raad van 20 december 2005 tot vaststelling van een herstelplan voor zwarte heilbot in het kader van de visserijorganisatie voor het noordwestelijke deel van de Atlantische Oceaan

    DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

    Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 37,

    Gezien het voorstel van de Commissie[1],

    Gezien het advies van het Europees Parlement[2],

    Overwegende hetgeen volgt:

    (1) Verordening (EG) nr. 2115/2005 van de Raad tot vaststelling van een herstelplan voor zwarte heilbot in het kader van de visserijorganisatie voor het noordwestelijke deel van de Atlantische Oceaan[3] voorziet in de tenuitvoerlegging van het herstelplan voor zwarte heilbot dat is goedgekeurd in het kader van de visserijorganisatie voor het noordwestelijke deel van de Atlantische Oceaan (hierna “NAFO” genoemd).

    (2) Tijdens haar negenentwintigste jaarvergadering in september 2007 heeft de NAFO een aantal wijzigingen van dit herstelplan aangenomen. Deze wijzigingen hebben betrekking op verscherpte maatregelen inzake rapportage van de vangsten en aanvullende controlemaatregelen ter versterking van de inspecties op zee van vaartuigen die het gereglementeerde gebied van de NAFO binnenvaren en verlaten.

    (3) Met het oog op de tenuitvoerlegging van de in het herstelplan ingevoerde wijzigingen, dient Verordening (EG) nr. 2115/2005 bijgevolg te worden gewijzigd,

    HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

    Artikel 1

    Verordening (EG) nr. 2115/2005 van de Raad wordt als volgt gewijzigd:

    (1) Het volgende artikel 5 bis wordt ingevoegd:

    “Artikel 5 bis Binnenvaart in het gereglementeerde gebied van de NAFO

    1. In artikel 5, lid 1, bedoelde vissersvaartuigen mogen het gereglementeerde gebied van de NAFO slechts binnenvaren om er op zwarte heilbot te vissen, indien zij:

    1. minder dan 50 ton vangsten aan boord hebben, of

    2. voldoen aan het bepaalde in de leden 2, 3 en 4.

    2. Vissersvaartuigen met 50 ton of meer vangsten van buiten het gereglementeerde gebied van de NAFO aan boord, delen via e-mail of fax ten laatste 72 uur vóór binnenvaart in het gereglementeerde gebied van de NAFO, de volgende gegevens mee aan het NAFO-secretariaat:

    - de hoeveelheid aan boord gehouden vangsten,

    - de positie (lengtegraad/breedtegraad) waar het vaartuig volgens de kapitein vermoedelijk met vissen zal beginnen, en

    - de geschatte tijd van aankomst op die positie.

    3. Een inspectievaartuig dat naar aanleiding van de in lid 2 bedoelde mededeling laat weten van plan te zijn een inspectie uit te voeren, deelt met het oog op het uitvoeren van die inspectie de coördinaten van een controlepunt mee aan het betrokken vissersvaartuig. Het controlepunt is niet meer dan 60 zeemijl verwijderd van de positie waar het vissersvaartuig volgens de kapitein vermoedelijk met vissen zal beginnen.

    4. Het in lid 2 bedoelde vissersvaartuig mag in de volgende gevallen met vissen beginnen:

    3. indien het daartoe een kennisgeving ontvangt van het NAFO-secretariaat;

    4. indien het, na de overeenkomstig lid 3 uitgevoerde inspectie, van het inspectievaartuig bericht ontvangt dat het met vissen mag beginnen;

    5. indien het inspectievaartuig binnen drie uur na aankomst van het vissersvaartuig op het overeenkomstig lid 3 aangewezen controlepunt, nog niet met de inspectie is begonnen;

    6. indien het tegen het moment van binnenvaart in het gereglementeerde gebied van de NAFO noch van het NAFO-secretariaat, noch van een inspectievaartuig bericht heeft ontvangen dat een inspectievaartuig van plan is een inspectie overeenkomstig lid 3 uit te voeren.”

    (2) Artikel 6 wordt als volgt gewijzigd:

    7. Lid 1, onder b), wordt vervangen door:

    "b) de vijfdaagse hoeveelheden zwarte heilbot, inclusief nulaangiften. Deze mededeling vindt voor de eerste maal plaats niet later dan aan het einde van de tiende dag na de datum waarop het vaartuig NAFO-deelgebied 2 en de sectoren 3KLMNO is binnengevaren,

    8. De leden 2 en 3 worden vervangen door:

    "2. Na ontvangst sturen de lidstaten de in lid 1 bedoelde mededelingen door aan de Commissie. De Commissie stuurt de in lid 1, onder b), bedoelde mededeling onverwijld door aan het NAFO-secretariaat.

    3. Wanneer ervan uit wordt gegaan dat met de overeenkomstig lid 2 meegedeelde vangsten zwarte heilbot 75 % van de toegewezen quota van de lidstaten is opgebruikt, delen de kapiteins de in lid 1, onder b), bedoelde gegevens elke 3 dagen mee.”

    Artikel 2

    Deze verordening treedt in werking op de zevende dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie .

    Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

    Gedaan te Brussel,

    Voor de Raad

    De voorzitter

    [1] PB C van , blz.

    [2] PB C van , blz.

    [3] PB L 340 van 23.12.2005, blz. 3.

    Top