EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52004PC0477

Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad inzake de tenuitvoerlegging van de stationeringsfase en de exploitatiefase van het Europees programma voor radionavigatie per satelliet

/* COM/2004/0477 def. - COD 2004/0156 */

52004PC0477

Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad inzake de tenuitvoerlegging van de stationeringsfase en de exploitatiefase van het Europees programma voor radionavigatie per satelliet /* COM/2004/0477 def. - COD 2004/0156 */


Brussel, 14.07.2004

COM(2004) 477 definitief

2004/0156 (COD)

Voorstel voor een

VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

inzake de tenuitvoerlegging van de stationeringsfase en de exploitatiefase van het Europees programma voor radionavigatie per satelliet

(door de Commissie ingediend)

TOELICHTING

1) GALILEO : een strategisch programma voor de Europese Unie

Het GALILEO-programma heeft tot doel de eerste specifiek voor civiele doeleinden ontworpen wereldinfrastructuur voor radionavigatie en positionering per satelliet te installeren. Het programma heeft een technologische, politieke èn economische dimensie. Bij de ontwikkeling van radionavigatie per satelliet met haar door alle ramingen bevestigde groeipotentieel gaat het om alle sectoren van de economie en alle geledingen van onze samenleving. De markten waarop deze technologie verhandeld wordt groeien jaarlijks met 25% en verwacht mag worden dat er in 2020 zo'n drie miljard ontvangers in bedrijf zullen zijn. Alleen al met GALILEO zouden er uiteindelijk ca. 100.000 arbeidsplaatsen worden gecreëerd.

Door de Europese investeringen in GALILEO en de commerciële exploitatie hiervan wordt tevens in belangrijke mate bijgedragen aan de tenuitvoerlegging van het Europese ruimtebeleid en -programma als beschreven in het Witboek over het toekomstige Europese ruimtevaartbeleid[1] en geregeld in het Verdrag tot vaststelling van een Grondwet voor Europa[2].

Radionavigatie per satelliet past volmaakt binnen het kader van het vervoersbeleid, zoals dit wordt opgevoerd in het desbetreffende Witboek[3] van de Commissie, met name wat betreft bevrachting, infrastructuurtarifering en verkeersveiligheid. Het is nu al zo dat deze technologie haar intrede in het dagelijkse leven van de Europese burger heeft gemaakt; denk maar automobielelektronica, mobiele telefoons, elektronisch bankieren en civiele beveiligingssystemen; hierdoor wordt aan het GALILEO-programma een extra « burgerlijke » dimensie meegegeven. Ook zij hier gewezen op de Europese dimensie en de communautaire meerwaarde van GALILEO, daar geen enkele lidstaat de wens te kennen heeft gegeven zich alleen aan een dergelijk project te wagen.

Het Europees Parlement heeft dit programma voortdurend gesteund. In de resolutie die het op 29 januari 2004 heeft aangenomen, benadrukte het Parlement het grote belang dat gehecht wordt aan GALILEO voor de ontwikkeling van het bedrijfsleven, het vervoer, de technologie en het milieubeleid van de Europese Unie, alsmede voor de verwezenlijking van het te Lissabon vastgestelde strategische doel, nl. de Unie tot de meest concurrentiekrachtige en dynamische economie ter wereld te maken.

Zijnerzijds stelde de Raad in juli 1999 dat de invoering van een systeem voor radionavigatie per satelliet voor civiel gebruik het ons mogelijk zal maken een hogere mate van onafhankelijkheid te bereiken in een van de meest belangrijke sleuteltechnologieën en dat het Europese bedrijfsleven met de perfectionering van een satellietnavigatiesysteem voor civiele doeleinden mogelijkheden in handen krijgt om zijn kennis en capaciteiten te vergroten en op grote schaal profijt te trekken van de kansen die deze op de toekomst gerichte technologie te bieden heeft. Sindsdien hebben de Raad en de Europese Raad herhaaldelijk gewezen op de strategische betekenis van dit programma en hebben zij de Commissie gevraagd alle nodige maatregelen te nemen om dit ten uitvoer te leggen.

Het Europees Economisch en Sociaal Comité heeft eveneens zijn steun aan het programma betuigd. In de conclusies van diens verslag van [ ] juni 2004 over de stand van uitvoering van het GALILEO-programma heeft het opnieuw gewezen op het grote strategische belang van het GALILEO-project voor de Europese Unie en de toekomst van haar ruimtevaartsector.

GALILEO is een van de grote infrastructuurprojecten die worden genoemd in de Mededeling van de Commissie aan de Raad en het Europees Parlement van 10 februari 2004[4] met als titel « Bouwen aan onze gemeenschappelijke toekomst - Beleidsuitdagingen en begrotingsmiddelen in de uitgebreide Unie 2007-2013». Het komt ook aan de orde als prioritair project in het door de Commissie voorgestelde en door de Europese Raad onderschreven groei-initiatief.

2) De financiering van de verschillende fasen van het programma.

Het programma omvat onderstaande vier opeenvolgende fasen:

- een definitiefase, die van 1999 tot 2001 heeft geduurd, tijdens welke de architectuur van het systeem[5] het ontworpen en de aan te bieden diensten zijn vastgesteld;

- een ontwikkelings- en valideringsfase, van 2002 tot 2005, welke de ontwikkeling omvat van de satellieten en de aardcomponenten van het systeem, alsook de validering na het in omloop brengen;

- een stationeringsfase, die de twee jaren 2006 et 2007 bestrijkt, met de bouw en de lancering van de satellieten, alsmede de volledige installatie van de aardcomponenten van de infrastructuur;

- een commerciële exploitatiefase, die in 2008 een aanvang zal nemen en het beheer van het systeem, alsmede het onderhoud en de voortdurende perfectionering ervan omvat.

De definitiefase en de ontwikkelingsfase vormen het aan onderzoek gewijde gedeelte van het programma. Voor de uitvoering van de ontwikkelingsfase van het programma, is, bij een verordening van de Raad van 21 mei 2002[6] een gemeenschappelijke onderneming met de naam « GALILEO » opgericht. Verder is het zo dat het GALILEO-programma van meet af aan in aanzienlijke mate uit de communautaire begroting is gefinancierd. De definitiefase is voornamelijk door het vijfde KP voor onderzoek en ontwikkeling bekostigd. De financiële participatie van de Gemeenschap is groter geworden met de ontwikkelingsfase en de valideringsfase, waarvoor 550 miljoen euro wordt uitgetrokken, die uit de begroting voor de Trans-Europese netwerken afkomstig is. Hierbij komt dan nog eenzelfde investering van de lidstaten van het Europees Ruimteagentschap, welke voor het merendeel ook lidstaten van de Europese Unie zijn. Het zesde KP voor O&O draagt in deze fase eveneens bij, en wel ten belope van 100 miljoen euro.

Om de continuïteit van het programma te verzekeren, moet de Commissie zorgen voor de financiering van de stationeringsfase en de exploitatiefase, waarvoor met name in een communautaire bijdrage wordt voorzien.

De kosten van de stationeringsfase worden op2,1 miljard euro geraamd. Dit bedrag zou voor een groot deel door de particuliere sector moeten worden opgebracht. En de Raad heeft er dan ook, sinds 2001, herhaalde malen op gewezen dat de privé-sector in belangrijke mate tot de financiering van het project moet bijdragen[7]. Meer in het bijzonder is de Raad, in zijn tijdens de vergadering van 25 en 26 maart 2002 goedgekeurde conclusies, met betrekking tot de financiering van de stationeringsfase overeengekomen te zullen ijveren voor een verdeelsleutel waarbij maximaal een derde uit de communautaire begroting komt en minimaal twee derde door de particuliere sector wordt verschaft. Aldus zou minstens 1,4 miljard euro uit de privé-sfeer moeten komen en zou de rest, een 700 miljoen euro, door de overheidssector worden gefinancierd. Dientengevolge zou de communautaire bijdrage tot de financiering van de stationeringsfase in het kader van de nieuwe financiële vooruitzichten, rekening houdend met de reeds in het kader van de huidige financiële vooruitzichten geplande financieringen, [500] miljoen euro belopen.

De financiering van de exploitatiefase, welke in 2008 van start gaat, zal geheel door de particuliere sector worden gedragen. Niettemin zal het, rekening houdend met de bijzondere aard van de markt voor radionavigatie per satelliet en de hiermee verband houdende diensten, alsook met de garantie dat deze ter beschikking van de openbare sector worden gesteld, noodzakelijk zijn gedurende de eerste jaren van de exploitatiefase in een uitzonderlijke extra financiering door de overheid te voorzien. In zijn bij de vergadering van 25 en 26 maart 2002 goedgekeurde conclusies en tijdens de vergadering van 8 en 9 maart 2004 heeft de Raad trouwens uitdrukkelijk voorzien in de inschakeling van communautaire fondsen voor de financiering van de exploitatiefase. Het precieze bedrag van de communautaire bijdrage zal pas bekend zijn na afloop van de onderhandelingen over de concessieovereenkomst[8], welke in 2005 zullen worden voortgezet. Maar toch is het, in het licht van de resultaten van de in 2001 verrichte studie van PricewaterhouseCoopers, waarbij in het bijzonder de kosten/batenverhouding voor het project aan de orde komt, redelijk in het kader van de nieuwe financiële vooruitzichten een bedrag van zo'n [500] miljoen euro te begroten.

3) De institutionele opzet van de stationeringsfase en de exploitatiefase.

Institutioneel gezien zijn de stationeringsfase en de exploitatiefase geheel anders van opzet dan de ontwikkelingsfase. Gedurende deze beide fasen worden de bouw en vervolgens het beheer van het systeem toevertrouwd aan een particuliere concessiehouder, die onder controle staat van de toezichtautoriteit, een communautair agentschap dat als concessieverlenende instantie optreedt. Men heeft hier voor een concessie gekozen omdat dit de meest geschikte oplossing bleek om het welslagen van het programma in het kader van een openbaar/particulier partnerschap te verzekeren.

De toezichtautoriteit wordt ingesteld bij Verordening van de Raad nr. ___ /2004 van ___ 2004 inzake de beheersstructuren van het Europees programma voor radionavigatie per satelliet. Zij zal gedurende de eerste helft van 2005 worden geïnstalleerd. Zij heeft tot taak toe te zien op het beheer van de openbare belangen in verband met het Europese programma voor radionavigatie per satelliet en functioneert als concessieverlenende instantie ten overstaan van de toekomstige concessiehouder. Onder haar taakomschrijving valt ook het beheer van de aan het Europese programma voor radionavigatie per satelliet toewezen middelen, alsmede het toezicht op het financieel beheer van deze programma's om te bereiken dat de overheidsmiddelen op een optimale wijze worden aangewend. Bovendien is de toezichtautoriteit belast met de uitvoering van begrotingstaken die haar door de Commissie krachtens artikel 54, lid 2, onder b), van het op de begroting van de Europese Gemeenschappen van toepassing zijnde Financieel Reglement worden toegewezen. De instelling van de toezichtautoriteit en het feit dat deze instantie belast is met het beheer van de aan het Europese programma voor radionavigatie per satelliet toegewezen middelen, komen neer op een vorm van externalisering die in de richting gaat van het beleid van vereenvoudiging van de beheersmethoden dat de Commissie zich tot doel heeft gesteld.

Er zij op gewezen dat de raad van bestuur, bestaande uit vertegenwoordigers van de lidstaten en de Commissie, over uitgebreide bevoegdheden beschikt om de begroting vast te stellen, op de uitvoering hiervan toe te zien, het werkprogramma en passende financiële maatregelen goed te keuren en om transparante besluitvormingsprocedures in te voeren, ten einde de toezichtautoriteit in de gelegenheid te stellen haar taken naar behoren uit voeren. Voorts zijn de activiteiten van de toezichtautoriteit aan de controle van de Rekenkamer onderworpen.

De particuliere concessiehouder wordt aangewezen na afloop van een door de gemeenschappelijke onderneming GALILEO georganiseerde aanbestedingsprocedure. Het concessiecontract zal in 2005 worden ondertekend. Overeenkomstig het bepaalde in artikel 3 van Verordening nr. ___/2004, is de toezichtautoriteit eigenares van systeem en blijft de eigendom ervan volledig openbaar: alleen de bouw en het beheer van het systeem zullen gedurende een beperkte tijdspanne aan de concessiehouder worden toevertrouwd.

4) Hoe de overheidsfinanciering van de stationeringsfase en de exploitatiefase in haar werk gaat.

Uit het bovenstaande komt naar voren dat er op de communautaire begroting een bedrag van [1 miljard] euro moet worden uitgetrokken voor de financiering van de stationeringsfase en de exploitatiefasevan GALILEO in het tijdvak van 2007 tot 2013. Deze som wordt uitbetaald aan de toezichtautoriteit, welke hiervan overeenkomstig de voornoemde bepalingen van Verordening nr.___/2004 gebruik zal maken. Dit bedrag zou niet mogen worden opgevoerd op een der onderdelen van de begroting voor onderzoek of de Trans-Europese vervoersnetten, maar zou afkomstig moeten zijn uit een speciaal voor de stationeringsfase en de exploitatiefasevan GALILEO gecreëerde begrotingslijn, en dit om de volgende redenen:

- Het programma is thans tot volle wasdom gekomen en is van een omvang die zich ver uitstrekt buiten de beleidssectoren waarbinnen de Commissie zich beweegt, vooral wat betreft onderzoek en innovatie, vervoer, telecommunicatie, enz. Tevens vormt het een van de voornaamste resultaten van het toekomstige Europese ruimtevaartprogramma, als vermeld in het Witboek over het Europese ruimtevaartbeleid.

- De onder het programma vallende acties zijn van een dergelijke omvang dat transparantie, een strikt begrotingsbeleid en een nauwgezet toezicht op de uitvoering van het programma geboden zijn.

- Het is belangrijk dat de institutionele opzet en de begrotingsregeling duidelijk, coherent en ondubbelzinnig zijn voor de concessiehouder van het systeem, aan wie de Gemeenschap harerzijds vergelijkbare eisen op het stuk van transparantie en degelijkheid stelt.

Met nadruk moet worden gesteld dat de financiering van het GALILEO-programma uit de communautaire begroting in de tijd beperkt zal zijn, en dat de door de exploitatie van het systeem gegenereerde commerciële opbrengsten uiteindelijk het financiële evenwicht ervan zouden moeten verzekeren. Deze inkomsten zouden zelfs voldoende moeten zijn om in de perfectionering en vernieuwing van het systeem te kunnen voorzien. Wat dit betreft, omvat het financieringsplan voor de stationeringsfase en de exploitatiefase, naast de middelen uit decommunautaire begroting, nog drie door de naar het concessiehouderschap dingende consortia beschreven voordelen.

In de eerste plaats profiteert de concessiehouder van de diverse diensten die door het GALILEO-systeem worden gegenereerd.

In de tweede plaats zal de concessiehouder in het kader van de concessieovereenkomst door de toezichtautoriteit in het genot worden gesteld van de vergunningen voor en de intellectuele-eigendomsrechten over de verschillende onderdelen van het systeem.

In de derde plaats heeft de Europese Investeringsbank zich in gunstige zin uitgesproken over de toekenning van leningen. Wat dit betreft, hoeft het geen betoog meer hoe belangrijk het is te kunnen beschikken over langlopende leningen met een zodanige respijttermijn dat de aflossing pas een aanvang neemt wanneer het systeem commercieel levensvatbaar wordt.

Wat voorts de van overheidswege te verstrekken middelen betreft, moet worden vermeld dat verscheidene derde landen, waaronder met name China, Israël en India, voornemens zijn in het kader van samenwerkingsovereenkomsten een financiële bijdrage te leveren.

5) Conclusies.

GALILEO is thans een volwassen programma, dat al lang niet meer als een gewoon onderzoekproject kan worden beschouwd. Dit programma dient nu een op een specifiek juridisch instrument te worden gestoeld, dat meer aan zijn behoeften voldoet en zo goed mogelijk beantwoordt aan de noodzaak van een goed financieel beheer. Derhalve is een communautaire verordening nodig om te bewerkstelligen dat de verschillende fasen van het programma volgens de hierboven beschreven modaliteiten kunnen worden geïmplementeerd.

2004/0156 (COD)

Voorstel voor een

VERORDENING (EG) nr. ..../.... VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

inzake de tenuitvoerlegging van de stationeringsfase en de exploitatiefase van het Europees programma voor radionavigatie per satelliet

HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, inzonderheid artikel 156,

Gezien het voorstel van de Commissie[9],

Gezien het advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité[10],

Gezien het advies van het Comité van de Regio's[11],

Volgens de procedure van artikel 251 van het Verdrag[12],[13]

Overwegende hetgeen volgt:

(1) Het GALILEO-programma heeft tot doel de eerste specifiek voor civiele doeleinden ontworpen wereldinfrastructuur voor radionavigatie en positionering per satelliet te installeren.

(2) Het Europees Parlement, de Raad en het Europees Economisch en Sociaal Comité hebben het GALILEO-programma voortdurend gesteund.

(3) Het GALILEO-programma berust op een technologie die de levenskwaliteit van de Europese burger op een groot aantal terreinen zal gaan verbeteren. In het bijzonder past zij volmaakt binnen het kader van het vervoersbeleid, zoals dit wordt opgevoerd in het desbetreffende Witboek van de Commissie, met name wat betreft bevrachting, infrastructuurtarifering en verkeersveiligheid.

(4) Dit programma vormt een van de prioritaire projecten in het door de Commissie voorgestelde en door de Europese Raad onderschreven groei-initiatief. Tevens vormt het een van de voornaamste resultaten van het toekomstige Europese ruimtevaartprogramma, als vermeld in het Witboek over het Europese ruimtevaartbeleid[14].

(5) Het GALILEO-programma omvat een definitiefase, een ontwikkelingsfase, een stationeringsfase en een exploitatiefase.

(6) De definitiefase en de ontwikkelingsfase, het aan onderzoek gewijde gedeelte van het programma, zijn in aanzienlijke mate gefinancierd met middelen uit de communautaire begroting voor de Trans-Europese netwerken.

(7) Bij Verordening (EG) nr. 2236/95 van de Raad van 18 september 1995 tot vaststelling van de algemene regels voor het verlenen van financiële bijstand van de Gemeenschap op het gebied van Trans-Europese netwerken[15] zijn de regels vastgelegd voor de door de Gemeenschap te verlenen financiële steun in het geval van communautaire projecten op het vlak van systemen voor plaatsbepaling en navigatie per satelliet.

(8) Met het oog op de tenuitvoerlegging van de ontwikkelingsfase van het GALILEO-programma voorziet Verordening (EG) nr. 876/2002 van de Raad[16] in de oprichting van de gemeenschappelijke onderneming GALILEO.

(9) Om de continuïteit van het programma te verzekeren, moet worden voorzien in de financiering van de stationeringsfase en de exploitatiefase

(10) Gezien de wens van de Raad het communautaire aandeel van de financiering van de stationeringsfase tot een derde te beperken en de reeds in het kader van de huidige financiële vooruitzichten geplande financieringen, zou de communautaire bijdrage tot de financiering van de stationeringsfase in het kader van de nieuwe financiële vooruitzichten, [500] miljoen euro belopen.

(11) Gezien de bijzondere aard van de markt voor radionavigatie per satelliet en de hiermee verband houdende diensten, alsook met de garantie dat deze ter beschikking van de openbare sector komen, zal het noodzakelijk zijn gedurende de eerste jaren van de exploitatiefase in een uitzonderlijke extra financiering door de overheid te voorzien. In zijn bij de vergadering van 25 en 26 maart 2002 goedgekeurde conclusies en tijdens de vergadering van 8 en 9 maart 2004 heeft de Raad trouwens uitdrukkelijk voorzien in de inschakeling van communautaire fondsen voor de financiering van deze fase. Het naar verwachting voor de communautaire financiering vereiste bedrag is in de orde van grootte van [500] miljoen euro.

(12) Het zal dan ook nodig zijn dat er op de communautaire begroting een bedrag van [1 miljard] euro wordt uitgetrokken voor de financiering van de stationeringsfase en de exploitatiefasevan GALILEO in het tijdvak van 2007 tot 2013.

(13) Gedurende de stationeringsfase en de exploitatiefase, worden de bouw en vervolgens het beheer van het systeem toevertrouwd aan een particuliere concessiehouder, die onder controle staat van de toezichtautoriteit, welke is ingesteld bij Verordening van de Raad nr. ___/2004 van ___ 2004.

(14) Onder haar taakomschrijving valt ook het beheer van de aan het Europese programma voor radionavigatie per satelliet toewezen middelen, alsmede het toezicht op het financieel beheer van deze programma's om te bereiken dat de overheidsmiddelen op een optimale wijze worden aangewend. Bovendien is de toezichtautoriteit belast met de uitvoering van begrotingstaken die haar door de Commissie krachtens artikel 54, lid 2, onder b), van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen[17].

(15) Het programma is thans tot volle wasdom gekomen en is al lang geen gewoon onderzoekproject meer, en de tijd is dan ook gekomen om het van een specifiek juridisch instrument te voorzien, dat meer aan zijn behoeften voldoet en zo goed mogelijk beantwoordt aan de noodzaak van een goed financieel beheer.

(16) Bij deze verordening wordt voor de stationeringsfase en de exploitatiefase van het programma een financiële toewijzing vastgesteld, die voor de begrotingsautoriteit een voornaamste referentiepunt' vormt in de zin van punt 33 van het interinstitutioneel akkoord van 6 mei 1999 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie over de begrotingsdiscipline en de verbetering van de begrotingsprocedure,

HEBBEN DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Deze verordening voorziet in de regeling van de financiële bijdrage van de Gemeenschap aan de uitvoering van de stationeringsfase en de exploitatiefase van het Europees programma voor radionavigatie per satelliet, hierna het « programma » te noemen

Artikel 2

De uit deze verordening voortvloeiende communautaire bijdrage aan het programma is bestemd voor de medefinanciering van:

a) activiteiten in verband met de stationeringsfase, welke de bouw en de lancering van de satellieten omvat, alsook de volledige installatie van de grondinfrastructuur;

b) de eerste reeks activiteiten in verband met de exploitatiefase, welke het beheer van de infrastructuur, bestaande uit satellieten en grondstations, omvat, alsook het onderhoud en de voortdurende vervolmaking ervan.

Artikel 3

Het bedrag voor de uitvoering van de maatregelen van artikel 2 gedurende de periode van 1 januari 2007 tot en met 31 december 2013 is [1 miljard] euro.

De begrotingsautoriteit bepaalt aan de hand van de financiële vooruitzichten hoeveel er jaarlijks aan kredieten mag worden toegewezen.

Artikel 4

De toezichtautoriteit van GALILEO draagt, overeenkomstig artikel 54, lid 2, onder b), van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 en het bepaalde in Verordening (EG) nr. .../2004, zorg voor het beheer van en de controle op het gebruik van de middelen van de communautaire bijdrage aan het Europees Programma voor radionavigatie per satelliet.

De voor de financiering van deze communautaire bijdrage noodzakelijke operationele kredieten worden, bij overeenkomst, aan de toezichtautoriteit van GALILEO ter beschikking gesteld, zulks overeenkomstig artikel 2, ondere), van Verordening (EG) nr. ___/2004.

Het bedrag van elke jaarlijkse terbeschikkingstellingsovereenkomst wordt bepaald op basis van het door de raad van bestuur goedgekeurde werkprogramma van de toezichtautoriteit, zulks overeenkomstig de procedure van artikel 6 van Verordening (EG) nr. ___/2004.

In de overeenkomst worden in het bijzonder de algemene voorwaarden voor het beheer van de aan de toezichtautoriteit toegewezen middelen vastgesteld.

Artikel 5

De Commissie ziet erop toe dat de financiële belangen van de Gemeenschap tijdens de tenuitvoerlegging van de bij deze verordening gefinancierde activiteiten door de toezichtautoriteit worden beschermd door de toepassing van preventieve maatregelen ter bestrijding van fraude, corruptie en andere onwettige activiteiten, door de uitvoering van effectieve controles en door de terugvordering van ten onrechte uitbetaalde bedragen, alsook, bij gebleken onregelmatigheden, door doeltreffende, evenredige en afschrikkende sancties, zulks overeenkomstig de Verordeningen (EG, Euratom) nr. 2988/95 van de Raad[18], (Euratom, EG) nr. 2185/96 van de Raad[19] en (EG) nr. 1073/1999 van het Parlement en de Raad[20].

Wat de bij deze verordening gefinancierde communautaire activiteiten betreft, wordt onder het in artikel 1, lid 2, van Verordening (EG, Euratom) nr. 2988/95 begrip "onregelmatigheid" verstaan elke inbreuk op het Gemeenschapsrecht of ieder verzuim van een contractuele verplichting die voortvloeit uit een handeling of een nalaten van een juridische entiteit waardoor de algemene begroting van de Gemeenschappen of de door de Gemeenschappen beheerde begrotingen ten gevolge van een onverschuldigde uitgave worden of zouden kunnen worden benadeeld.

In de uit deze verordening voortvloeiende contracten en overeenkomsten [alsook in overeenkomsten met deelnemende derde landen] wordt met name voorzien in toezicht en financiële controle door de toezichtautoriteit en de Commissie (of iedere door hen hiertoe gemachtigde vertegenwoordiger) en in audits van de Rekenkamer, in voorkomend geval ter plaatse.

Artikel 6

De Commissie ziet toe op de tenuitvoerlegging van deze verordening en brengt op gezette tijden verslag uit aan het Europees Parlement en de Raad.

Artikel 7

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag volgende op haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel,

Voor de Raad

De Voorzitter

FICHE FINANCIÈRE LÉGISLATIVE

+++++ TABLE +++++

1. LIGNE(S) BUDGÉTAIRE(S) + INTITULÉ(S)

Ligne Budgétaire spécifique au programme Galileo

2. DONNÉES CHIFFRÉES GLOBALES

2.1 Enveloppe totale de l'action (partie B): 1.000 millions d'euros en CE

La décision de l'autorité législative est sans préjudice aux décisions budgétaires prises dans le contexte de la procédure annuelle.

2.2 Période d'application:

2007-2013

2.3 Estimation globale pluriannuelle des dépenses:

a) Échéancier crédits d'engagement/crédits de paiement (intervention financière) (cf. point 6.1.1)

Millions d'euros (à la 3e décimale)

+++++ TABLE +++++

b) Assistance technique et administrative (ATA) et dépenses d'appui (DDA) (cf. point 6.1.2)

Non applicable

c) Incidence financière globale des ressources humaines et autres dépenses de fonctionnement(cf. points 7.2 et 7.3)

Non applicable

2.4 Compatibilité avec la programmation financière et les perspectives financières

[x] Proposition compatible avec la Communication de la Commission concernant 2007-2013 du 10 février 2004 (COM (2004) 101).

2.5 Incidence financière sur les recettes

[x] Aucune implication financière (concerne des aspects techniques relatifs à la mise en uvre d'une mesure).

3. CARACTÉRISTIQUES BUDGÉTAIRES

+++++ TABLE +++++

4. BASE JURIDIQUE

Article 156 du traité instituant la Communauté européenne.

5. DESCRIPTION ET JUSTIFICATION

5.1 Nécessité d'une intervention communautaire[23]

5.1.1 Objectifs poursuivis

Le programme GALILEO vise à mettre en place la première infrastructure mondiale de radionavigation et de positionnement par satellite spécifiquement conçue à des fins civiles. Il présente une dimension à la fois technologique, politique et économique. Dès aujourd'hui, la radionavigation par satellite est entrée dans la vie quotidienne du citoyen européen ce qui confère au programme GALILEO une dimension « citoyenne » supplémentaire.

Il importe aussi de souligner la dimension européenne et la valeur ajoutée communautaire de GALILEO, aucun Etat membre n'ayant souhaité développer seul un tel projet.

Dans ce contexte, le Conseil a considéré dès juillet 1999 que « la mise en place d'un système de navigation par satellite à usage civil permettra de parvenir à une indépendance accrue dans une des technologies clés les plus importantes » et que « la mise au point d'un système de navigation par satellite à usage civil offre à l'industrie européenne des possibilités d'accroître sa compétence et de tirer profit sur une grande échelle des possibilités qu'ouvre cette technologie d'avenir ». Depuis lors, le Conseil et le Conseil européen ont souligné à maintes reprises l'importance stratégique de ce programme et ont demandé à la Commission de prendre toutes les mesures nécessaires afin de le mettre en uvre.

Les phases de définition et de développement constituent la partie du programme consacrée à la recherche. Aussi, depuis son origine, le programme GALILEO a-t-il été financé de façon significative par le budget communautaire. La participation financière communautaire s'est accrue avec la phase de développement et de validation, pour laquelle elle s'élève à 550 millions d'euros, prélevés sur le budget des réseaux transeuropéens.

Afin d'assurer la poursuite du programme, la Commission doit veiller au financement des phases de déploiement et d'exploitation, qui comprendra notamment une contribution communautaire.

La contribution communautaire allouée au programme Galileo par le présent règlement est octroyée dans le but de co-financer :

- des activités liées à la phase de déploiement, qui comprend la construction et le lancement des satellites ainsi que la mise en place complète de l'infrastructure terrestre;

- la première série des activités liées au lancement de la phase d'exploitation, qui comprend la gestion de l'infrastructure composée des satellites et des stations terrestre associées à son fonctionnement, ainsi que l'entretien et le perfectionnement constant de ce système.

5.1.2 Dispositions prises relevant de l'évaluation ex ante :

Pendant la phase de définition du programme, plusieurs études ont été menées à bien. Elles portaient notamment sur le coût des différentes phases du programme, la viabilité du projet ainsi que sur la contribution financière du secteur public. En outre, faisant suite à une demande du Conseil, la Commission a fait appel à un consultant indépendant, le cabinet PricewaterhouseCoopers, pour effectuer une analyse du projet comportant, entre autres, le calcul du ratio bénéfice/coût et une proposition sur la structure la plus adéquate pour associer le secteur privé. En mars 2002 et en mars 2004, sur la base en particulier de ces différentes études, le Conseil a adopté des conclusions prévoyant explicitement une intervention des fonds communautaires pour financer les phases de déploiement et d'exploitation.

Le coût de la phase de déploiement est estimé à2,1 milliards d'euros. Il devrait être en grande partie supporté par le secteur privé. En effet, à diverses reprises depuis 2001, le Conseil a souligné que le secteur privé devait participer substantiellement au financement du projet. Plus précisément, dans les conclusions qu'il a adoptées lors de sa réunion des 25 et 26 mars 2002, il a convenu, pour le financement de la phase de déploiement, « de s'efforcer de garantir une répartition selon laquelle un tiers au maximum provienne du budget communautaire et deux tiers au minimum du secteur privé ». Sur cette base, le secteur privé devrait prendre en charge au moins 1,4 milliards d'euros et le reste, soit quelque 700 millions d'euros, serait financé par le secteur public. En conséquence, compte tenu des financements déjà prévus par les actuelles perspectives financières, le montant du financement de la phase de déploiement supporté par le budget communautaire dans le cadre des nouvelles perspectives financières devrait s'élever à [500] millions d'euros.

Le financement de la phase d'exploitation, qui débutera en 2008, sera assuré par le secteur privé. Néanmoins, compte tenu de la nature particulière du marché de la radionavigation par satellite et de la commercialisation de ses services ainsi que de la garantie de mise à disposition de ceux-ci dans l'intérêt du secteur public, il sera nécessaire d'apporter une part de financements publics exceptionnels pendant les premières années de la phase d'exploitation. Dans les conclusions qu'il a adoptées lors de sa réunion des 25 et 26 mars 2002 ainsi que lors de sa réunion des 8 et 9 mars 2004, le Conseil a d'ailleurs explicitement prévu l'intervention de fonds communautaires pour le financement de la phase d'exploitation. Le montant exact de la contribution communautaire ne sera connu qu'à l'issue des négociations sur le contrat de concession, qui se poursuivront en 2005. Toutefois, à la lumière des résultats de l'étude PricewaterhouseCoopers(http://europa.eu.int/comm/dgs/energy_transport/galileo/documents/technical_en.htm) effectuée en 2001 et portant en particulier sur le ratio coûts/bénéfices du projet, il est raisonnable de prévoir à ce titre une somme d'un montant de [500] millions d'euros dans les nouvelles perspectives financières.

Sur le schéma institutionnel il convient à signaler que pendant ces deux phases la construction, puis la gestion du système seront confiées à un concessionnaire privé placé sous le contrôle de l'Autorité de Surveillance, agence communautaire qui jouera le rôle d'autorité concédante. La solution de la concession est, en effet, apparue comme la plus appropriée pour assurer le succès du programme dans le cadre d'un partenariat public privé.

Pendant les phases de déploiement et d'exploitation, l'Autorité de Surveillance surveillera en particulier les activités du concessionnaire et vérifiera qu'elles correspondent aux spécifications du contrat et du cahier des charges.

GALILEO étant un service public mondial, le nombre de récepteurs en service dans le monde constituera, à moyen et long terme, l'un des principaux indicateurs de la réussite du programme et du bon emploi des fonds communautaires.

5.2 Actions envisagées et modalités de l'intervention budgétaire

La contribution communautaire allouée au programme Galileo par le présent règlement est octroyée dans le but de co-financer :

- des activités liées à la phase de déploiement, qui comprend la construction et le lancement des satellites ainsi que la mise en place complète de l'infrastructure terrestre;

- la première série des activités liées au lancement de la phase d'exploitation, qui comprend la gestion de l'infrastructure composée des satellites et des stations terrestre associées à son fonctionnement, ainsi que l'entretien et le perfectionnement constant de ce système.

Il résulte de ce qui précède qu'il convient de prévoir à la charge du budget communautaire une somme d'[un milliard] d'euros pour le financement des phases de déploiement et d'exploitation de GALILEO pendant la période s'étendant de 2007 à 2013. Cette somme sera versée à l'Autorité de Surveillance qui en fera usage conformément aux dispositions précitées du règlement n° ___/2004.

La ligne budgétaire sur laquelle sera imputée cette somme ne saurait être celle du budget de la recherche ou celle des réseaux transeuropéens des transports, mais une ligne particulière créée pour les phases de déploiement et d'exploitation du programme GALILEO, dès lors que :

- le programme est maintenant parvenu à maturité et a pris une dimension qui s'étend bien au-delà des politiques sectorielles poursuivies par la Commission, notamment en matière de recherche et d'innovation, de transports, de télécommunications, etc ;

- la taille des actions couvertes impose des obligations de transparence et de rigueur budgétaire ainsi qu'un suivi scrupuleux du programme ;

- il importe que le schéma institutionnel et le cadre budgétaire apparaissent clairs, cohérents et sans équivoques vis à vis du concessionnaire du système, à qui la Communauté impose de son côté des exigences de transparence et de solidité comparables.

Il convient d'insister sur le fait que le financement du programme GALILEO par le budget communautaire sera limité dans le temps, les revenus commerciaux générés par l'exploitation du système devant à terme en assurer l'équilibre financier. Ils devraient même être suffisants pour assurer le perfectionnement et le renouvellement du système. A cet égard, outre les fonds provenant du budget communautaire, le plan de financement des phases de déploiement et d'exploitation comprend trois autres ressources qui ont été identifiées et décrites par les consortia candidats à la concession.

En premier lieu, le concessionnaire du système se rétribuera par la fourniture des différents services générés par le système GALILEO.

En second lieu, le concessionnaire tirera également partie des licences et des droits de propriété intellectuelle sur les composants du système, dont la jouissance lui aura été gratuitement concédée par l'Autorité de Surveillance.

En troisième lieu, la Banque Européenne d'Investissement s'est déclarée favorable à l'octroi de prêts. A cet égard, l'importance de disposer de prêts à long terme assortis d'une période de grâce permettant un remboursement à partir du moment où le système commencera à générer des flux commerciaux conséquents, n'est plus à démontrer.

Par ailleurs, s'agissant des fonds d'origine publique, il convient de mentionner que plusieurs pays tiers, principalement la Chine, Israël et l'Inde, ont prévu de participer financièrement au programme dans le cadre d'accords de coopération.

Enfin, l'Autorité de Surveillance pourra utiliser les fonds destinés au financement des actions de recherche et de développement technologique dans les domaines associés à la radionavigation par satellite et à ses multiples applications, notamment pour moderniser et améliorer constamment le système.

5.3 Modalités de mise en uvre

La création de l'Autorité de Surveillance et la gestion par cette Autorité des fonds alloués au programme européen de radionavigation par satellite constituent une forme d'externalisation qui va dans le sens de la politique de simplification des modes de gestion que s'est fixée la Commission.

L'Autorité de Surveillance a été créée par le règlement du Conseil n° ___/2004 du ___ 2004 sur les structures de gestion du programme européen de radionavigation par satellite. Elle sera mise en place durant la première moitié de l'année 2005.

Elle a pour objet d'assurer la gestion des intérêts publics relatifs aux programmes européens de radionavigation par satellite et de jouer le rôle d'autorité concédante à l'égard du futur concessionnaire. Parmi ses missions figurent la gestion des fonds publics alloués aux programmes européens de radionavigation par satellite ainsi que le suivi de la gestion financière de ces programmes afin d'optimiser l'utilisation des fonds publics.

En outre, l'Autorité de Surveillance exécutera les tâches budgétaires qui lui seront confiées par la Commission conformément aux dispositions de l'article 54 (2) (b) du règlement financier applicable au budget de la Communauté européenne.

Il importe de souligner qu'afin de permettre à l'Autorité de Surveillance de mener à bien ses missions, son Conseil d'Administration, composé de représentants des Etats membres et de la Commission, a reçu des pouvoirs étendus pour établir le budget, en contrôler l'exécution, approuver le programme de travail, adopter les mesures financières adéquates et mettre en place des procédures transparentes de prise de décision. Par ailleurs, les activités de l'Autorité de Surveillance sont soumises au contrôle de la Cour des comptes.

6. INCIDENCE FINANCIÈRE

6.1 Incidence financière totale sur la partie B (pour toute la période de programmation)

La contribution communautaire affectée au programme européen de radionavigation par satellite sera octroyée à l'Autorité de surveillance Galileo qui assurera la gestion et le contrôle de l'utilisation des fonds. Le financement prendra la forme d'une subvention au budget de l'Autorité de surveillance Galileo, conformément aux dispositions de l'article 2e) du règlement n° ___/2004.

6.1.1 Intervention financière

Crédits d'engagement en millions d'euros (à la 3e décimale)

+++++ TABLE +++++

6.1.2 Assistance technique et administrative (ATA), dépenses d'appui (DDA) et dépenses TI (crédits d'engagement)

6.2. Calcul des coûts par mesure envisagée en partie B (pour toute la période de programmation)[25]

Les conventions de financements seront conclues entre la Commission, agissant au nom de la Communauté, et l'Autorité de surveillance Galileo. Le montant de chaque convention annuelle sera déterminé sur la base du programme de travail de l'Autorité de surveillance approuvé par son Conseil d'administration, conformément à la procédure prévue par l'article 6 du règlement XXXX. Les termes de ces conventions stipulent en particulier les conditions générales de la gestion des fonds confiés à l'Autorité de surveillance.

7. INCIDENCE SUR LES EFFECTIFS ET LES DÉPENSES ADMINISTRATIVES

Non applicable

8. SUIVI ET ÉVALUATION

8.1 Système de suivi

Le suivi sera assuré par l'Autorité de Surveillance Galileo. Elle fixera les objectives et les indicateurs au début de chaque année.

(voir point 5.3)

8.2 Modalités et périodicité de l'évaluation prévue

L'Autorité de Surveillance, selon les modalités prévues par son Règlement, assurera l'évaluation, la gestion et le contrôle de l'utilisation des fonds communautaire. (voir point 5.3)

9. MESURES ANTIFRAUDE

Selon l'article 6 du présent Règlement, les conventions de financement, ainsi que tout contrat ou instrument de mise en uvre qui en découle, prévoient expressément que la Cour des comptes et l'Office européen de lutte antifraude (OLAF) peuvent, au besoin, procéder à un contrôle sur place.

[1] COM (2003) 673 van 11.11.2003.

[2] Artikel III-150.

[3] COM (2001) 370 def. van 12.9.2001.

[4] COM (2001) 101 def.

[5] Onder het « GALILEO-systeem » verstaat men de infrastructuur samengesteld uit de satellieten en de voor de werking van het systeem vereiste grondstations.

[6] Verordening van de Raad EG 876/2002 van 21 mei 2002.

[7] Zie overweging 13 van Verordening EG 876/2002.

[8] Zoals bepaald in artikel 2, lid 3, van de statuten van de gemeenschappelijke onderneming GALILEO.

[9] PB C [...] van [...], blz. [...].

[10] PB C [...] van [...], blz. [...].

[11] PB C [...] van [...], blz. [...].

[12] PB C [...] van [...], blz. [...].

[13] COM (2001) 370 def. van 12.9.2001.

[14] COM (2003) 673 def. van 11.11.2003.

[15] PB L 228 van 23.09.1995, blz. 1 laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) 807/2004 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 143 van 30.04.2004, blz. 46)

[16] PB L 138 van 28.05.2002, blz. 1

[17] PB L 248 van 16.09.2002, blz.1

[18] PB L 312 van 23.12.1995, blz. 1

[19] PB L 292 van 15.11.1996, blz. 2

[20] PB L 136 van 31.05.1999, blz. 1

[21] Compte tenu des financements déjà prévus par les actuelles perspectives financières (130 millions d'euro), le montant du financement de la phase de déploiement supporté par le budget communautaire dans le cadre des nouvelles perspectives financières devrait s'élever à [500] millions d'euros

[22] La ventilation annuelle de la contribution communautaire est indicative et sera conditionnée aux résultats des négociations sur le contrat de concession, qui se poursuivront en 2005

[23] Pour plus d'informations, voir le document d'orientation déparé

[24] Compte tenu des financements déjà prévus par les actuelles perspectives financières (130 million d'euro) pour la première année de la phase de déploiement (2006), le montant du financement, pour la deuxième année de ladite phase, supporté par le budget communautaire dans le cadre des nouvelles perspectives financières devrait s'élever à [500] millions d'euros

[25] Pour plus d'informations, voir le document d'orientation séparé

Top