EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32024R1608

Uitvoeringsverordening (EU) 2024/1608 van de Commissie van 5 juni 2024 tot onderwerping van de invoer van erytritol van oorsprong uit de Volksrepubliek China aan registratie

C/2024/3598

PB L, 2024/1608, 6.6.2024, ELI: http://data.europa.eu/eli/reg_impl/2024/1608/oj (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, GA, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

Legal status of the document In force

ELI: http://data.europa.eu/eli/reg_impl/2024/1608/oj

European flag

Publicatieblad
van de Europese Unie

NL

L-serie


2024/1608

6.6.2024

UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2024/1608 VAN DE COMMISSIE

van 5 juni 2024

tot onderwerping van de invoer van erytritol van oorsprong uit de Volksrepubliek China aan registratie

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EU) 2016/1036 van het Europees Parlement en de Raad van 8 juni 2016 betreffende beschermende maatregelen tegen invoer met dumping uit landen die geen lid zijn van de Europese Unie (1) (“de basisverordening”), en met name artikel 14, lid 5,

Na kennisgeving aan de lidstaten,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Op 21 november 2023 heeft de Europese Commissie (“de Commissie”) door middel van een bericht in het Publicatieblad van de Europese Unie (2) (“het bericht van inleiding”) de inleiding bekendgemaakt van een antidumpingprocedure betreffende de invoer van erytritol van oorsprong uit de Volksrepubliek China (“de VRC”); zij deed dit naar aanleiding van een klacht die op 9 oktober 2023 was ingediend door Jungbunzlauer S.A. (“de klager”), de enige producent van erytritol in de Unie.

1.   PRODUCT WAARVAN DE INVOER AAN REGISTRATIE WORDT ONDERWORPEN

(2)

Het aan registratie onderworpen product is erytritol, een zoetstof bestaande uit een uit vier koolstofatomen opgebouwde suikeralcohol (polyol), vervaardigd van suiker of glucose, in zuivere vorm of vervat in mengsels die minder dan 10 gewichtsprocent andere producten bevatten, momenteel ingedeeld onder de GN-code ex 2905 49 00 voor zuiver erytritol en de GN-codes ex 2106 90 92 en ex 2106 90 98 voor mengsels (Taric-codes 2905 49 00 15, 2106 90 92 65 en 2106 90 98 15) (“het betrokken product”), van oorsprong uit de VRC.

2.   VERZOEK

(3)

Op 10 april 2024 heeft de klager een verzoek om registratie op grond van artikel 14, lid 5, van de basisverordening ingediend. De klager verzocht om registratie van de invoer van het betrokken product, zodat eventuele maatregelen vervolgens met ingang van de datum van registratie kunnen worden toegepast.

3.   GRONDEN VOOR REGISTRATIE

(4)

Volgens artikel 14, lid 5, van de basisverordening kan de Commissie de douaneautoriteiten opdracht geven passende maatregelen te nemen om de invoer te registreren, zodat vervolgens, met ingang van de datum van registratie, op de betrokken producten maatregelen kunnen worden toegepast, mits aan alle voorwaarden van de basisverordening is voldaan. Tot registratie van de invoer kan worden overgegaan naar aanleiding van een door de bedrijfstak van de Unie ingediend verzoek dat voldoende bewijsmateriaal bevat om een dergelijke maatregel te rechtvaardigen.

(5)

De klager voerde aan dat de invoer van het betrokken product op basis van de meest recente gegevens zoals vermeld in voetnoot 3 sinds de opening van het onderzoek aanzienlijk was toegenomen, waardoor de corrigerende werking van mogelijke definitieve rechten waarschijnlijk ernstig zou worden ondermijnd.

(6)

De bron van de gegevens over de Chinese uitvoer naar de Unie kon op verzoek van de gegevensverstrekker niet worden bekendgemaakt. De Commissie heeft de door de klager verstrekte gegevens echter getoetst aan andere beschikbare statistische bronnen (Eurostat en Surveillance) en aan de antwoorden die de meewerkende Chinese producenten-exporteurs bij de samenstelling van de steekproef en bij het invullen van de vragenlijst hebben verstrekt.

(7)

De Commissie heeft het bewijsmateriaal waarover zij beschikt onderzocht in het licht van artikel 10, lid 4, van de basisverordening. Zij is nagegaan of de importeurs op de hoogte waren van de dumping of dat hadden moeten zijn gezien de omvang van de dumping en de gestelde of vastgestelde schade. Daarnaast heeft zij onderzocht of er sprake was van een verdere aanzienlijke toename van de invoer die, gezien het tijdstip waarop en de omvang waarin deze plaatsvond en andere omstandigheden, het corrigerende effect van het toe te passen definitieve antidumpingrecht ernstig zou dreigen te ondermijnen.

3.1.   Kennis van de dumping, de omvang ervan en de gestelde schade bij de importeurs

(8)

In dit stadium beschikt de Commissie over voldoende bewijsmateriaal dat erop wijst dat het betrokken product uit de VRC met dumping wordt ingevoerd. De klager heeft met name voldoende bewijsmateriaal voor dumping verstrekt op basis van een vergelijking van de normale waarde die overeenkomstig artikel 2, lid 6 bis, punt a), van de basisverordening is vastgesteld aan de hand van productie- en verkoopkosten waarin niet-verstoorde prijzen of benchmarks tot uitdrukking komen, met de prijs (af fabriek) van het betrokken product bij uitvoer naar de Unie. Algemeen genomen en gezien de hoogte van de vermeende dumpingmarges, die uiteenlopen van 151 % tot 189 %, wees het bewijsmateriaal er in dit stadium in voldoende mate op dat de producenten-exporteurs zich schuldig maken aan dumping.

(9)

De klager verstrekte ook voldoende bewijsmateriaal van gestelde schade voor de bedrijfstak van de Unie, waaronder een negatieve ontwikkeling van essentiële prestatie-indicatoren van die bedrijfstak.

(10)

Die informatie stond zowel in de niet-vertrouwelijke versie van de klacht als in het op 21 november 2023 gepubliceerde bericht van inleiding van deze procedure. Vanaf de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie is het bericht van inleiding een openbaar document dat toegankelijk is voor alle belanghebbenden, met inbegrip van importeurs. Bovendien hebben de importeurs, als belanghebbenden bij het onderzoek, toegang tot de niet-vertrouwelijke versie van de klacht. Daarom is de Commissie van oordeel dat de importeurs van de beweerde dumpingpraktijken, de omvang daarvan en de gestelde schade op de hoogte waren of hadden moeten zijn.

(11)

De Commissie heeft aldus geconcludeerd dat aan het criterium voor registratie in artikel 10, lid 4, punt c), van de basisverordening is voldaan.

3.2.   Verdere aanzienlijke toename van invoer

(12)

De ontwikkeling van de invoer van het betrokken product uit de VRC in de Unie kan voor de periode voorafgaand aan de opening van dit onderzoek niet volledig worden geanalyseerd aan de hand van de gegevens van Eurostat. De Commissie heeft daarom het criterium van artikel 10, lid 4, punt d), van de basisverordening geanalyseerd op basis van de door de klager verstrekte gespecialiseerde marktinformatie van een gegevensverstrekker, samen met informatie uit Eurostat- en Surveillance 3-databases.

(13)

Om te beoordelen of sinds de opening van het onderzoek sprake is geweest van een verdere aanzienlijke toename, heeft de Commissie eerst de omvang van de invoer vanaf de eerste volledige maand na de opening van het onderzoek (december 2023) tot de meest recente volledige maand waarvoor cijfers beschikbaar zijn (maart 2024) vergeleken met de overeenkomstige invoervolumes in dezelfde periode van het jaar ervoor (december 2022-maart 2023).

Invoer uit de VRC december-maart op jaarbasis

 

December 2022-maart 2023

December 2023-maart 2024

Verschil

Uitvoer uit de VRC naar de Unie in kg

5 519 958

6 968 666

+ 26,2 %

Bron:

gegevensverstrekker voor Chinese uitvoerstatistieken (Omdat erytritol momenteel valt in de “korf”-GN-code 2905 49 00 valt voor zuiver erytritol en onder de GN-codes 2106 90 92 en 2106 90 98 voor mengsels, kan de beoordeling voor de perioden voorafgaand aan de inleiding van de procedure niet worden gebaseerd op invoerstatistieken van Eurostat. In plaats daarvan werden de invoerstatistieken gebaseerd op gegevens van een gespecialiseerde aanbieder van marktinformatie voor Chinese handelsstatistieken, waarop de klager een abonnement heeft. De analyse van de invoer ten behoeve van het onderzoek als geheel is gebaseerd op gegevens van deze aanbieder).

(14)

Op basis hiervan stelde de Commissie vast dat het gemiddelde maandelijkse volume van de invoer van het betrokken product uit de VRC in de periode van december 2023 tot en met maart 2024, d.w.z. na de opening van het antidumpingonderzoek, 26,2 % hoger was dan in dezelfde periode van het voorgaande jaar tijdens het OT.

(15)

Vervolgens heeft de Commissie ook de gemiddelde maandelijkse invoer in het onderzoektijdvak (3) (van 1 oktober 2022 tot en met 30 september 2023) vergeleken met de gemiddelde maandelijkse invoer tijdens de drie maanden na de opening van het onderzoek (december 2023-maart 2024). Uit de vergelijking blijkt een toename van 58,8 %, zoals te zien is in de onderstaande tabel.

Invoer uit de VRC in het onderzoektijdvak en na de opening van het onderzoek

 

Onderzoektijdvak

Maandelijks gemiddelde in het onderzoektijdvak

December 2023-maart 2024

Maandelijks gemiddelde december 2023-maart 2024

Verschil

Uitvoer uit de VRC naar de Unie in kg

13 168 288

1 097 357

6 968 666

1 742 167

+58,8  %

Bron:

gegevensverstrekker voor Chinese uitvoerstatistieken.

(16)

Op basis hiervan heeft de Commissie vastgesteld dat de invoer van het betrokken product na de opening van het onderzoek aanzienlijk is toegenomen.

(17)

De Commissie heeft derhalve geconcludeerd dat ook aan het tweede criterium voor registratie werd voldaan.

3.3.   Ondermijning van de corrigerende werking van het recht

(18)

De Commissie beschikt over voldoende bewijsmateriaal waaruit blijkt dat door een aanhoudende stijging van de invoer uit de VRC bij verder dalende prijzen bijkomende schade zou worden veroorzaakt.

(19)

Zoals vastgesteld in de overwegingen 13 tot en met 15, is er voldoende bewijs van een aanzienlijke toename van de invoer van het betrokken product uit de VRC in de periode na de opening van het antidumpingonderzoek. Dat deze toename aanzienlijk is, wijst er reeds op dat de corrigerende werking van een definitief recht zou kunnen worden ondermijnd indien aan de wettelijke voorwaarden is voldaan.

(20)

Bovendien is er bewijs voor een dalende tendens bij de invoerprijzen van het betrokken product.

 

Onderzoektijdvak

December 2023-maart 2024

Verschil

Prijzen in EUR/kg

1,57

1,54

–2,0  %

Bron:

gegevensverstrekker voor Chinese uitvoerstatistieken.

(21)

In dit verband vertonen de prijzen van de invoer uit de VRC in de Unie, hoewel zij in de periode december 2023-maart 2024 ten opzichte van dezelfde periode een jaar eerder, nl. december 2022-maart 2023, gemiddeld geen verandering te zien gaven, een daling van 2 % in vergelijking met het maandelijks gemiddelde in het onderzoektijdvak. Dit dreigt het corrigerende effect van de toe te passen rechten ernstig te ondermijnen.

(22)

Een dergelijke verdere toename van de invoer na de inleiding van de zaak zal dus waarschijnlijk, in het licht van het tijdsverloop en de omvang ervan en andere omstandigheden (zoals de overcapaciteit in de VRC en het prijsbeleid van de producenten-exporteurs), de corrigerende werking van eventuele definitieve rechten ernstig ondermijnen, tenzij die rechten met terugwerkende kracht zouden worden toegepast.

(23)

De Commissie heeft derhalve geconcludeerd dat ook aan het derde criterium voor registratie werd voldaan.

3.4.   Conclusie

(24)

Op basis van het bovenstaande heeft de Commissie geconcludeerd dat er voldoende bewijsmateriaal voorhanden is om de registratie van de invoer van het betrokken product overeenkomstig artikel 14, lid 5, van de basisverordening te rechtvaardigen.

4.   PROCEDURE

(25)

Alle belanghebbenden wordt verzocht hun standpunt schriftelijk kenbaar te maken en bewijsmateriaal in te dienen. De Commissie kan belanghebbenden horen, mits zij daar schriftelijk om verzoeken en kunnen aantonen dat er bijzondere redenen zijn om hen te horen.

5.   REGISTRATIE

(26)

Overeenkomstig artikel 14, lid 5, van de basisverordening moet de invoer van het betrokken product uit de VRC worden geregistreerd zodat, indien de onderzoeken tot de instelling van antidumpingrechten zouden leiden, die rechten overeenkomstig de geldende wettelijke bepalingen met terugwerkende kracht op de geregistreerde invoer kunnen worden geheven indien aan de vereiste voorwaarden is voldaan.

(27)

De mogelijk in de toekomst verschuldigde rechten zullen voortvloeien uit de bevindingen van het onderzoek.

(28)

In de klacht waarin om de opening van een antidumpingonderzoek wordt verzocht, wordt voor het betrokken product de gemiddelde dumpingmarge op 170 % en de gemiddelde schademarge op 156,5 % geraamd. De mogelijk in de toekomst verschuldigde rechten zouden overeenkomstig artikel 7, lid 2, van de basisverordening normaliter worden vastgesteld op het laagste van die twee niveaus.

(29)

Op basis daarvan kunnen de mogelijk in de toekomst verschuldigde rechten worden geraamd op het niveau van de schademarge die volgens de klacht zou bestaan, namelijk maximaal 156,5 % ad valorem op de cif-waarde bij invoer van het betrokken product.

6.   VERWERKING VAN PERSOONSGEGEVENS

(30)

Persoonsgegevens die in het kader van deze registratie worden verzameld, zullen worden behandeld in overeenstemming met Verordening (EU) 2018/1725 van het Europees Parlement en de Raad (4),

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

1.   Overeenkomstig artikel 14, lid 5, van Verordening (EU) 2016/1036 wordt de douaneautoriteiten opgedragen passende maatregelen te nemen voor de registratie van de invoer van erytritol, een zoetstof bestaande uit een uit vier koolstofatomen opgebouwde suikeralcohol (polyol), vervaardigd van suiker of glucose, in zuivere vorm of vervat in mengsels die minder dan 10 gewichtsprocent andere producten bevatten, momenteel ingedeeld onder de GN-code ex 2905 49 00 voor zuiver erytritol en de GN-codes ex 2106 90 92 en ex 2106 90 98 voor mengsels (Taric-codes 2905 49 00 15, 2106 90 92 65 en 2106 90 98 15), van oorsprong uit de VRC.

2.   De registratie wordt negen maanden na de datum van inwerkingtreding van deze verordening beëindigd.

3.   Alle belanghebbenden wordt verzocht uiterlijk 21 dagen na de datum van bekendmaking van deze verordening hun standpunt schriftelijk kenbaar te maken, bewijsmateriaal in te dienen of te verzoeken te worden gehoord.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 5 juni 2024.

Voor de Commissie

De voorzitter

Ursula VON DER LEYEN


(1)   PB L 176 van 30.6.2016, blz. 21, ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/2016/1036/oj.

(2)   PB C, C/2023/1020, 21.11.2023, ELI: http://data.europa.eu/eli/C/2023/1020/oj.

(3)  Het onderzoek had betrekking op de periode van 1 oktober 2022 tot en met 30 september 2023.

(4)  Verordening (EU) 2018/1725 van het Europees Parlement en de Raad van 23 oktober 2018 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens door de instellingen, organen en instanties van de Unie en betreffende het vrije verkeer van die gegevens, en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 45/2001 en Besluit nr. 1247/2002/EG (PB L 295 van 21.11.2018, blz. 39, ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/2018/1725/oj).


ELI: http://data.europa.eu/eli/reg_impl/2024/1608/oj

ISSN 1977-0758 (electronic edition)


Top