EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32024R1501

Verordening (EU) 2024/1501 van het Europees Parlement en de Raad van 14 mei 2024 inzake tijdelijke handelsliberaliseringsmaatregelen boven op de handelsconcessies die op producten uit de Republiek Moldavië van toepassing zijn krachtens de Associatieovereenkomst tussen de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie en hun lidstaten, enerzijds, en de Republiek Moldavië, anderzijds

PE/60/2024/REV/1

PB L, 2024/1501, 29.5.2024, ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/2024/1501/oj (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, GA, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

Legal status of the document In force

ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/2024/1501/oj

European flag

Publicatieblad
van de Europese Unie

NL

L-serie


2024/1501

29.5.2024

VERORDENING (EU) 2024/1501 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

van 14 mei 2024

inzake tijdelijke handelsliberaliseringsmaatregelen boven op de handelsconcessies die op producten uit de Republiek Moldavië van toepassing zijn krachtens de Associatieovereenkomst tussen de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie en hun lidstaten, enerzijds, en de Republiek Moldavië, anderzijds

HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 207, lid 2,

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Na toezending van het ontwerp van wetgevingshandeling aan de nationale parlementen,

Handelend volgens de gewone wetgevingsprocedure (1),

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

De Associatieovereenkomst tussen de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie en hun lidstaten, enerzijds, en de Republiek Moldavië, anderzijds (2) (de “Associatieovereenkomst”), vormt de basis voor de betrekkingen tussen de Unie en de Republiek Moldavië. Overeenkomstig Besluit 2014/492/EU van de Raad (3) wordt titel V van de Associatieovereenkomst, die betrekking heeft op handel en daarmee verband houdende aangelegenheden, sinds 1 september 2014 voorlopig toegepast en is die titel na ratificatie door alle lidstaten in werking getreden op 1 juli 2016.

(2)

In de Associatieovereenkomst wordt uitdrukking gegeven aan de wens van de partijen bij de Associatieovereenkomst (“de partijen”) om de betrekkingen op ambitieuze en innoverende wijze te versterken en uit te breiden, om geleidelijke economische integratie te vergemakkelijken en tot stand te brengen, en om dat te doen met inachtneming van de rechten en verplichtingen die voortvloeien uit het lidmaatschap van de Wereldhandelsorganisatie van de partijen.

(3)

Artikel 143 van de Associatieovereenkomst voorziet in de geleidelijke totstandbrenging van een vrijhandelsruimte tussen de partijen in overeenstemming met artikel XXIV van de Algemene Overeenkomst betreffende tarieven en handel 1994 (“GATT 1994”). Daartoe voorziet artikel 147 van de Associatieovereenkomst in de geleidelijke afschaffing van de douanerechten overeenkomstig de in bijlage XV bij de Associatieovereenkomst opgenomen lijsten en voorziet het in de mogelijkheid om die afschaffing versneld en in ruimere mate te realiseren.

(4)

De niet-uitgelokte en ongerechtvaardigde aanvalsoorlog van Rusland tegen Oekraïne sinds 24 februari 2022 heeft zeer negatieve gevolgen gehad voor de mogelijkheid van de Republiek Moldavië om handel te drijven met de rest van de wereld, met name omdat de uitvoer van de Republiek Moldavië afhankelijk is van doorvoer via Oekraïens grondgebied en van Oekraïense infrastructuur, die momenteel grotendeels niet beschikbaar is. In zulke kritieke omstandigheden en om de negatieve gevolgen van de aanvalsoorlog van Rusland tegen Oekraïne voor de economie van de Republiek Moldavië te verzachten, is het noodzakelijk de ontwikkeling van nauwere economische betrekkingen tussen de Unie en de Republiek Moldavië te versnellen en de steun aan de economie van de Republiek Moldavië voort te zetten. Daarom is het noodzakelijk en passend handelsstromen te blijven stimuleren en concessies te blijven verlenen in de vorm van handelsliberaliseringsmaatregelen voor alle producten, in overeenstemming met de versnelde afschaffing van de douanerechten ter zake van handel tussen de Unie en de Republiek Moldavië.

(5)

Overeenkomstig artikel 21, lid 3, van het Verdrag betreffende de Europese Unie (VEU) moet de Unie toezien op de samenhang tussen de diverse onderdelen van haar externe optreden. Op grond van artikel 207, lid 1, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU) moet de gemeenschappelijke handelspolitiek worden gevoerd in het kader van de beginselen en doelstellingen van het externe optreden van de Unie.

(6)

Verordening (EU) 2023/1524 van het Europees Parlement en de Raad (4) verstrijkt op 24 juli 2024.

(7)

De bij deze verordening ingestelde tijdelijke handelsliberaliseringsmaatregelen moeten de volgende vorm aannemen: i) de schorsing van de toepassing van het stelsel van invoerprijzen op groenten en fruit, en ii) de schorsing van alle tariefcontingenten en invoerrechten. Door middel van die maatregelen zal de Unie de economische integratie tussen de Republiek Moldavië en de Unie verdiepen en tijdelijk passende economische steun verlenen ten behoeve van de Republiek Moldavië en de marktdeelnemers die zijn getroffen door de aanvalsoorlog van Rusland tegen Oekraïne.

(8)

Om fraude te voorkomen, moet het recht op de bij deze verordening vastgestelde handelsliberaliseringsmaatregelen onderworpen zijn aan de voorwaarde dat de Republiek Moldavië heeft voldaan aan alle toepasselijke voorwaarden voor het verkrijgen van voordelen uit hoofde van de Associatieovereenkomst, met inbegrip van de regels inzake de oorsprong van de betrokken producten en de daarmee samenhangende procedures, en dat de Republiek Moldavië zich ertoe verbindt administratief nauw met de Unie samen te werken, overeenkomstig die Associatieovereenkomst.

(9)

De Republiek Moldavië mag geen nieuwe douanerechten of heffingen van gelijke werking en geen nieuwe kwantitatieve beperkingen of maatregelen van gelijke werking instellen voor de invoer van producten van oorsprong uit de Unie, de bestaande douanerechten of heffingen niet verhogen en geen andere beperkingen invoeren, tenzij de context van de aanvalsoorlog van Rusland tegen Oekraïne dat duidelijk rechtvaardigt. De Commissie moet de bevoegdheid krijgen om alle of een deel van de bij deze verordening vastgestelde autonome handelsliberaliseringsmaatregelen tijdelijk te schorsen indien de Republiek Moldavië aan een of meer van die voorwaarden niet voldoet.

(10)

Artikel 2 van de Associatieovereenkomst bepaalt dat onder meer de eerbiediging van de democratische beginselen, de mensenrechten en de fundamentele vrijheden, alsmede de bestrijding van de verspreiding van massavernietigingswapens, verwante materialen en de overbrengingsmiddelen daarvoor, essentiële elementen zijn van de Associatieovereenkomst. Krachtens hetzelfde artikel verbinden de partijen zich met name tot inachtneming van de volgende algemene beginselen: de eerbiediging van de rechtsstaat en het beginsel van goed bestuur, de bestrijding van corruptie, al dan niet georganiseerde criminele activiteiten — met inbegrip van die met een transnationaal karakter — en terrorisme, en de eerbiediging van de beginselen van duurzame ontwikkeling en effectief multilateralisme. Het is passend te voorzien in de mogelijkheid om de in deze verordening vastgestelde handelsliberaliseringsmaatregelen tijdelijk te schorsen indien de Republiek Moldavië die essentiële elementen of die algemene beginselen niet eerbiedigt.

(11)

Onder voorbehoud van een beoordeling die de Commissie uitvoert in het kader van het regelmatige toezicht op de gevolgen van deze verordening en die zij start naar aanleiding van een met redenen omkleed verzoek van een lidstaat of op eigen initiatief, dient de mogelijkheid te bestaan om alle noodzakelijke maatregelen te nemen ten aanzien van de invoer van onder deze verordening vallende producten met nadelige gevolgen voor de markt voor soortgelijke of rechtstreeks concurrerende producten in de Unie of in een of meer lidstaten.

(12)

Om eenvormige voorwaarden voor de uitvoering van deze verordening te waarborgen, moeten aan de Commissie uitvoeringsbevoegdheden worden toegekend om de handelsliberaliseringsmaatregelen waarin deze verordening voorziet tijdelijk te schorsen indien niet langer wordt voldaan aan de voorwaarden om voor die preferentiële regelingen in aanmerking te komen, en om vrijwaringsmaatregelen in te voeren in gevallen waarin de markt voor soortgelijke of rechtstreeks concurrerende producten in de Unie of in een of meer lidstaten nadelige gevolgen ondervindt van de invoer in het kader van deze verordening. Die bevoegdheden moeten worden uitgeoefend in overeenstemming met Verordening (EU) nr. 182/2011 van het Europees Parlement en de Raad (5). Voor de vaststelling van voorlopige vrijwaringsmaatregelen moet de raadplegingsprocedure worden gevolgd, gezien de gevolgen en de aard van dergelijke maatregelen en de logische volgorde ervan in relatie tot de vaststelling van definitieve vrijwaringsmaatregelen.

(13)

Het jaarverslag van de Commissie over de uitvoering van de diepe en brede vrijhandelsruimte, die integraal deel uitmaakt van de Associatieovereenkomst, moet een gedetailleerde beoordeling bevatten van de uitvoering van de bij deze verordening vastgestelde handelsliberaliseringsmaatregelen.

(14)

Gezien de economische situatie in de Republiek Moldavië en het verstrijken van Verordening (EU) 2023/1524 op 24 juli 2024, moet deze verordening op 25 juli 2024 in werking treden,

HEBBEN DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Handelsliberaliseringsmaatregelen

De volgende handelsliberaliseringsmaatregelen worden ingesteld:

a)

alle in bijlage XV-A bij de Associatieovereenkomst vastgestelde tariefcontingenten worden geschorst en de onder die contingenten vallende producten mogen zonder douanerechten uit de Republiek Moldavië in de Unie worden ingevoerd;

b)

de toepassing van het stelsel van invoerprijzen wordt geschorst voor de producten waarop het van toepassing is zoals bepaald in bijlage XV-B bij de Associatieovereenkomst; op de invoer van die producten zijn geen douanerechten van toepassing.

Artikel 2

Voorwaarden om in aanmerking te komen voor de handelsliberaliseringsmaatregelen

Voor de in artikel 1 vastgestelde handelsliberaliseringsmaatregelen gelden de volgende voorwaarden:

a)

de Republiek Moldavië leeft de regels na inzake de oorsprong van producten en de daarmee samenhangende procedures, zoals bepaald in de Associatieovereenkomst;

b)

de Republiek Moldavië stelt geen nieuwe douanerechten of heffingen van gelijke werking noch nieuwe kwantitatieve beperkingen of maatregelen van gelijke werking in voor de invoer van producten van oorsprong uit de Unie, verhoogt de bestaande douanerechten of heffingen niet en voert geen andere beperkingen in, met inbegrip van discriminerende interne administratieve maatregelen, tenzij dat duidelijk gerechtvaardigd is in de context van de Russische aanvalsoorlog tegen Oekraïne, en

c)

de Republiek Moldavië eerbiedigt de democratische beginselen, mensenrechten en fundamentele vrijheden, en gaat de verspreiding tegen van massavernietigingswapens, verwante materialen en overbrengingsmiddelen daarvoor, eerbiedigt de beginselen van de rechtsstaat en goed bestuur, de bestrijding van corruptie, al dan niet georganiseerde criminele activiteiten, waaronder die met een transnationaal karakter, en terrorisme, en eerbiedigt de beginselen van duurzame ontwikkeling en effectief multilateralisme zoals bedoeld in de artikelen 2, 9 en 16 van de Associatieovereenkomst.

Artikel 3

Tijdelijke schorsing van maatregelen

1.   Indien de Commissie oordeelt dat er voldoende bewijs is dat de Republiek Moldavië niet aan de in artikel 2 uiteengezette voorwaarden voldoet, kan zij door middel van een uitvoeringshandeling de in deze verordening bedoelde handelsliberaliseringsmaatregelen geheel of gedeeltelijk schorsen. Die uitvoeringshandeling wordt vastgesteld overeenkomstig de in artikel 5, lid 3, bedoelde onderzoeksprocedure.

2.   Indien een lidstaat de Commissie verzoekt een van de in deze verordening vastgestelde handelsliberaliseringsmaatregelen te schorsen wegens niet-naleving door de Republiek Moldavië van de in artikel 2, punt b), uiteengezette voorwaarden, brengt de Commissie binnen vier maanden na het verzoek een met redenen omkleed advies uit over de vraag of de bewering dat er sprake is van een niet-naleving door de Republiek Moldavië, onderbouwd is. Indien de Commissie tot de conclusie komt dat de bewering onderbouwd is, leidt zij de in lid 1 van dit artikel bedoelde procedure in.

Artikel 4

Vrijwaringsmaatregelen

1.   Indien een onder artikel 1 vallend product van oorsprong uit de Republiek Moldavië wordt ingevoerd onder voorwaarden die nadelige gevolgen hebben voor de markt voor soortgelijke of rechtstreeks concurrerende producten in de Unie of in een of meer lidstaten, kan de Commissie alle noodzakelijke maatregelen instellen door middel van een uitvoeringshandeling. Die uitvoeringshandeling wordt vastgesteld overeenkomstig de in artikel 5, lid 3, bedoelde onderzoeksprocedure.

Dergelijke maatregelen kunnen worden ingesteld voor zo lang als nodig is om de nadelige gevolgen voor de markt voor soortgelijke of rechtstreeks concurrerende producten in de Unie of in een of meer lidstaten op te vangen.

2.   De Commissie houdt regelmatig toezicht op de effecten van deze verordening, met inachtneming van de informatie over uitvoer, invoer, prijzen op de markt van de Unie of op die van een of meer lidstaten en productie in de Unie van de producten waarop de bij artikel 1, punt a), vastgestelde handelsliberaliseringsmaatregelen van toepassing zijn.

De Commissie stelt de lidstaten om de twee maanden in kennis van de resultaten van het regelmatige toezicht, te beginnen vanaf 25 juli 2024.

3.   De Commissie beoordeelt de situatie op de markt voor soortgelijke of rechtstreeks concurrerende producten in de Unie of in een of meer lidstaten met het oog op het instellen van maatregelen overeenkomstig lid 1. Die beoordeling wordt gestart:

a)

naar aanleiding van een met redenen omkleed verzoek van een lidstaat, met voldoende voorlopig bewijs waarover die lidstaat redelijkerwijs kan beschikken op grond van lid 4, van invoer die nadelige gevolgen heeft voor de markt als bedoeld in lid 1, of

b)

op eigen initiatief, nadat het de Commissie duidelijk is geworden dat er voldoende voorlopig bewijs is dat er sprake is van invoer die nadelige gevolgen heeft voor de markt als bedoeld in lid 1.

De in de eerste alinea bedoelde beoordeling wordt afgesloten binnen vier maanden na de aanvang ervan.

4.   Bij het verrichten van de beoordeling op grond van lid 3 houdt de Commissie rekening met alle relevante marktontwikkelingen, met inbegrip van de gevolgen van de betrokken invoer voor de situatie op de markt voor soortgelijke of rechtstreeks concurrerende producten in de Unie of in een of meer lidstaten. Die beoordeling omvat factoren zoals:

a)

de snelheid en de omvang van de toename van de invoer uit de Republiek Moldavië van het betrokken product in absolute en relatieve cijfers;

b)

de gevolgen van de betrokken invoer voor de productie en de prijzen op de markt van de Unie of de markt van een of meer lidstaten, rekening houdend met de ontwikkeling van de invoer uit andere bronnen.

De in de eerste alinea bedoelde lijst van factoren is niet volledig en ook andere relevante factoren kunnen in aanmerking worden genomen.

5.   In kritieke omstandigheden waarin vertraging moeilijk te herstellen schade zou veroorzaken, kan de Commissie elke noodzakelijke maatregel voorlopig instellen door middel van een uitvoeringshandeling. Een dergelijke maatregel kan alleen worden ingesteld na een naar behoren gemotiveerd verzoek van een lidstaat overeenkomstig lid 3, punt a), van dit artikel, en wordt binnen 21 dagen na ontvangst van het verzoek vastgesteld. Die uitvoeringshandeling wordt volgens de in artikel 5, lid 4, bedoelde raadplegingsprocedure vastgesteld. De looptijd van een voorlopige vrijwaringsmaatregel mag niet meer bedragen dan 120 dagen.

6.   Wanneer de Commissie op grond van de in lid 3 bedoelde beoordeling van oordeel is dat de markt voor soortgelijke of rechtstreeks concurrerende producten in de Unie of in een of meer lidstaten nadelige gevolgen heeft ondervonden en zij voornemens is om op grond van lid 1 een definitieve maatregel in te stellen, maakt zij in het Publicatieblad van de Europese Unie een bericht bekend waarin zij de invoering van die maatregel aankondigt. Het bericht bevat een samenvatting van de belangrijkste resultaten van de beoordeling en vermeldt de termijn waarbinnen belanghebbenden hun standpunt schriftelijk kenbaar kunnen maken. Die termijn mag niet meer dan tien dagen bedragen, te rekenen vanaf de datum van bekendmaking van het bericht.

7.   Indien de Commissie op grond van lid 1 of lid 5 een maatregel instelt waarbij een bij artikel 1, punt a), geschorst tariefcontingent weer wordt ingevoerd, wordt bij het beheer van dat tariefcontingent rekening gehouden met de hoeveelheid die is ingevoerd in het kalenderjaar waarin de Commissie die maatregel instelt.

Artikel 5

Comitéprocedure

1.   De Commissie wordt bijgestaan door het bij artikel 285, lid 1, van Verordening (EU) nr. 952/2013 van het Europees Parlement en de Raad (6) ingestelde Comité douanewetboek, wat artikel 3, lid 1, van deze verordening betreft. Dat comité is een comité in de zin van Verordening (EU) nr. 182/2011.

2.   De Commissie wordt bijgestaan door het bij artikel 3, lid 1, van Verordening (EU) 2015/478 van het Europees Parlement en de Raad (7) ingestelde Comité vrijwaringsmaatregelen, wat artikel 4, lid 1, van deze verordening betreft. Dat comité is een comité in de zin van Verordening (EU) nr. 182/2011.

3.   Wanneer naar dit lid wordt verwezen, is artikel 5 van Verordening (EU) nr. 182/2011 van toepassing.

4.   Wanneer naar dit lid wordt verwezen, is artikel 4 van Verordening (EU) nr. 182/2011 van toepassing.

Artikel 6

Beoordeling van de uitvoering van de handelsliberaliseringsmaatregelen

Het jaarverslag van de Commissie over de uitvoering van de diepe en brede vrijhandelsruimte bevat een gedetailleerde beoordeling van de uitvoering van de handelsliberaliseringsmaatregelen waarin deze verordening voorziet en bevat, voor zover passend, een beoordeling van de sociale gevolgen van die maatregelen in de Republiek Moldavië en in de Unie. Informatie over de invoer van in artikel 1, punt a), bedoelde producten wordt beschikbaar gesteld op de website van de Commissie en wordt maandelijks bijgewerkt.

Artikel 7

Inwerkingtreding en toepassing

Deze verordening treedt in werking op 25 juli 2024.

Zij is van toepassing tot en met 24 juli 2025.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 14 mei 2024.

Voor het Europees Parlement

De voorzitter

R. METSOLA

Voor de Raad

De voorzitter

H. LAHBIB


(1)  Standpunt van het Europees Parlement van 13 maart 2024 (nog niet bekendgemaakt in het Publicatieblad) en besluit van de Raad van 13 mei 2024.

(2)   PB L 260 van 30.8.2014, blz. 4.

(3)  Besluit 2014/492/EU van de Raad van 16 juni 2014 betreffende de ondertekening, namens de Europese Unie, en de voorlopige toepassing van de Associatieovereenkomst tussen de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie en hun lidstaten, enerzijds, en de Republiek Moldavië, anderzijds (PB L 260 van 30.8.2014, blz. 1).

(4)  Verordening (EU) 2023/1524 van het Europees Parlement en de Raad van 20 juli 2023 inzake tijdelijke handelsliberaliseringsmaatregelen boven op de handelsconcessies die op producten uit de Republiek Moldavië van toepassing zijn krachtens de Associatieovereenkomst tussen de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie en hun lidstaten, enerzijds, en de Republiek Moldavië, anderzijds (PB L 185 van 24.7.2023, blz. 1).

(5)  Verordening (EU) nr. 182/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 16 februari 2011 tot vaststelling van de algemene voorschriften en beginselen die van toepassing zijn op de wijze waarop de lidstaten de uitoefening van de uitvoeringsbevoegdheden door de Commissie controleren (PB L 55 van 28.2.2011, blz. 13).

(6)  Verordening (EU) nr. 952/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 9 oktober 2013 tot vaststelling van het douanewetboek van de Unie (PB L 269 van 10.10.2013, blz. 1).

(7)  Verordening (EU) 2015/478 van het Europees Parlement en de Raad van 11 maart 2015 betreffende de gemeenschappelijke regeling voor de invoer (PB L 83 van 27.3.2015, blz. 16).


ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/2024/1501/oj

ISSN 1977-0758 (electronic edition)


Top