(1)

De verlening van vergunningen voor toevoegingsmiddelen voor diervoeding, met inbegrip van de redenen en procedures voor het verlenen van dergelijke vergunningen, is geregeld bij Verordening (EG) nr. 1831/2003. Met name artikel 10, lid 2, van die verordening voorziet in voorschriften inzake de herbeoordeling van toevoegingsmiddelen waarvoor een vergunning is verleend overeenkomstig Richtlijn 70/524/EEG van de Raad (2).

(2)

Voor de stof terpenen van steranijs van Illicium verum Hook.f. is overeenkomstig Richtlijn 70/524/EEG een vergunning zonder tijdsbeperking verleend als toevoegingsmiddel voor diervoeding voor alle diersoorten. Vervolgens is die stof overeenkomstig artikel 10, lid 1, punt b), van Verordening (EG) nr. 1831/2003 als bestaand product opgenomen in het repertorium van toevoegingsmiddelen voor diervoeding.

(3)

Overeenkomstig artikel 10, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1831/2003 in samenhang met artikel 7 daarvan werd een aanvraag ingediend voor de verlening van een vergunning voor terpenen van steranijs van Illicium verum Hook.f. als toevoegingsmiddel voor diervoeding voor alle diersoorten. De aanvrager heeft verzocht om het toevoegingsmiddel in te delen in de categorie “sensoriële toevoegingsmiddelen” en de functionele groep “aromatische stoffen”. De krachtens artikel 7, lid 3, van Verordening (EG) nr. 1831/2003 vereiste nadere gegevens en documenten waren bij de aanvraag gevoegd.

(4)

De Europese Autoriteit voor voedselveiligheid (EFSA) heeft in haar advies van 26 september 2023 (3) geconcludeerd dat het toevoegingsmiddel terpenen van steranijs tot 25 % estragol bevatten en wordt verkregen door middel van een productieproces dat leidt tot verrijking van deze genotoxische carcinogene stof. De EFSA heeft verklaard dat dit niet in overeenstemming is met de beginselen van de algemene aanpak van de beoordeling van de veiligheid voor de doelsoorten van als toevoegingsmiddel voor diervoeding gebruikte botanische preparaten die genotoxische en/of carcinogene verbindingen bevatten. Daarom was de EFSA van oordeel dat het niet passend was om een beoordeling uit te voeren van de veiligheid en werkzaamheid van terpenen van steranijs voor gebruik als toevoegingsmiddel voor diervoeding.

(5)

De aanvrager heeft vervolgens de aanvraag voor een vergunning voor terpenen van steranijs van Illicium verum Hook.f. voor alle diersoorten ingetrokken.

(6)

Op grond van artikel 10, lid 5, van Verordening (EG) nr. 1831/2003 is de Commissie verplicht een verordening vast te stellen die vereist dat toevoegingsmiddelen voor diervoeding waarvoor binnen de in die bepaling gestelde termijn geen aanvragen als bedoeld in artikel 10, lid 2, van die verordening zijn ingediend, uit de handel worden genomen. Evenzo moet er een verordening worden vastgesteld betreffende toevoegingsmiddelen voor diervoeding waarvoor een aanvraag werd ingediend, die echter vervolgens werd ingetrokken.

(7)

Het toevoegingsmiddel voor diervoeding terpenen van steranijs van Illicium verum Hook.f. moet daarom uit de handel worden genomen.

(8)

Om ervoor te zorgen dat de belanghebbenden naar behoren voldoen aan de verplichting tot het uit de handel nemen, moet er worden voorzien in een overgangsperiode, waarbij rekening wordt gehouden met een beperkte periode waarbinnen de bestaande voorraden van het toevoegingsmiddel en de diervoeders die het bevatten, mogen worden opgebruikt. Deze periode moet zo kort mogelijk zijn, rekening houdend met de veiligheidsproblemen die de EFSA in haar advies van 26 september 2023 inzake het toevoegingsmiddel heeft aangekaart.

(9)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor planten, dieren, levensmiddelen en diervoeders,