Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32020D0143

Besluit (EU) 2020/143 van de Raad van 28 januari 2020 betreffende het standpunt dat namens de Europese Unie moet worden ingenomen in het Administratief Comité voor de Douaneovereenkomst inzake het internationale vervoer van goederen onder dekking van carnets TIR ten aanzien van de wijziging van de overeenkomst

ST/5203/2020/INIT

PB L 32 van 4.2.2020, p. 8–15 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, GA, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

Legal status of the document In force

ELI: http://data.europa.eu/eli/dec/2020/143/oj

4.2.2020   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 32/8


BESLUIT (EU) 2020/143 VAN DE RAAD

van 28 januari 2020

betreffende het standpunt dat namens de Europese Unie moet worden ingenomen in het Administratief Comité voor de Douaneovereenkomst inzake het internationale vervoer van goederen onder dekking van carnets TIR ten aanzien van de wijziging van de overeenkomst

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 207, lid 4, eerste alinea, in samenhang met artikel 218, lid 9,

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

De Douaneovereenkomst inzake het internationale vervoer van goederen onder dekking van carnets TIR van 14 november 1975 (“de TIR-overeenkomst”) is door de Unie gesloten bij Verordening (EEG) nr. 2112/78 van de Raad (1) en is op 20 juni 1983 in de Unie in werking getreden (2).

(2)

Krachtens artikel 59 van de TIR-overeenkomst kan het Administratief Comité wijzigingen van die overeenkomst aannemen met een meerderheid van twee derde van de aanwezige overeenkomstsluitende partijen die hun stem uitbrengen.

(3)

Het Administratief Comité zal op zijn zitting van februari 2020 een nieuwe bijlage 11 en daarmee samenhangende wijzigingen van de TIR-overeenkomst vaststellen.

(4)

Het is passend het standpunt te bepalen dat namens de Unie moet worden ingenomen in het Administratief Comité, aangezien de wijzigingen van de TIR-overeenkomst rechtsgevolgen zal hebben in de Unie.

(5)

De Unie steunt de nieuwe bijlage 11 bij de TIR-overeenkomst en de noodzakelijke wijzigingen in de tekst zelf van de TIR-overeenkomst aangezien zij in overeenstemming zijn met het bij Verordening (EU) nr. 952/2013 van het Europees Parlement en de Raad (3) vastgestelde beleid dat alle communicatie met de douaneautoriteiten in beginsel langs elektronische weg dient te geschieden.

(6)

In een nieuw punt s) in artikel 1 van de TIR-overeenkomst dient de “eTIR-regeling”, die van toepassing wordt op de elektronische uitwisseling van gegevens tussen de douaneautoriteiten, te worden omschreven.

(7)

In een nieuw artikel 58 quater van de TIR-overeenkomst dient een technische uitvoeringsinstantie te worden opgericht, die de technische specificaties van het internationale eTIR-systeem moet vaststellen, onverminderd het bestaande materiële en institutionele kader van de TIR-overeenkomst.

(8)

In een nieuw artikel 60 bis dient de bijzondere procedure voor de inwerkingtreding van de nieuwe bijlage 11 bij de TIR-overeenkomst en toekomstige wijzigingen van die bijlage te worden vastgesteld.

(9)

Met wijzigingen van de artikelen 43, 59 en 61 van de TIR-overeenkomst dienen de nodige aanpassingen voor de invoering van de nieuwe bijlage 11 te worden aangebracht.

(10)

Op grond van de nieuwe bijlage 11 bij de TIR-overeenkomst dienen de door die bijlage gebonden overeenkomstsluitende partijen in staat te stellen eTIR-operaties te verrichten. Deze bijlage moet de Unie en haar lidstaten in staat stellen te bepalen op welk tijdstip hun systemen met het internationale eTIR-systeem worden verbonden.

(11)

Het standpunt van de Unie in het Administratief Comité dient derhalve te worden gebaseerd op de aan dit besluit gehechte ontwerpwijzigingen,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Het namens de Unie in te nemen standpunt op de tweeënzeventigste of een daaropvolgende zitting van het Administratief Comité moet worden gebaseerd op de aan dit besluit gehechte ontwerpwijzigingen.

Artikel 2

Het in artikel 1 bedoelde standpunt wordt tot uitdrukking gebracht door de gezamenlijk optredende lidstaten van de Unie die lid zijn van het Administratief Comité.

Artikel 3

Kleine technische wijzigingen van de in artikel 1 bedoelde ontwerpwijziging kunnen worden goedgekeurd door de vertegenwoordigers van de Unie in het Administratief Comité.

Artikel 4

Dit besluit treedt in werking op de datum waarop het wordt vastgesteld.

Gedaan te Brussel, 28 januari 2020.

Voor de Raad

De voorzitter

A. METELKO-ZGOMBIĆ


(1)  Verordening (EEG) nr. 2112/78 van de Raad van 25 juli 1978 houdende sluiting van de Douaneovereenkomst inzake het internationale vervoer van goederen onder dekking van carnets TIR (TIR-overeenkomst) gedateerd te Genève, op 14 november 1975 (PB L 252 van 14.9.1978, blz. 1).

(2)   PB L 31 van 2.2.1983, blz. 13.

(3)  Verordening (EU) nr. 952/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 9 oktober 2013 tot vaststelling van het douanewetboek van de Unie (PB L 269 van 10.10.2013, blz. 1).


Ontwerpwijzigingen van de Douaneovereenkomst inzake het internationale vervoer van goederen onder dekking van carnets TIR (TIR-Overeenkomst van 1975)

A.   Wijzigingen op de TIR-Overeenkomst

1.   Artikel 1, nieuw punt s)

s)

“eTIR-regeling”: de TIR-regeling die ten uitvoer wordt gelegd door middel van elektronische gegevensuitwisseling als functioneel equivalent van het TIR-carnet. De bepalingen van de TIR-Overeenkomst zijn van toepassing, maar de specifieke kenmerken van de eTIR-regeling zijn in bijlage 11 omschreven.

1 bis.   Artikel 3, onder b)

b)

het vervoer plaatsvindt onder de garantie van de aansprakelijke organisaties die zijn gemachtigd overeenkomstig de bepalingen van artikel 6 en onder dekking van een TIR-carnet dat dient overeen te stemmen met het in bijlage 1 van deze Overeenkomst opgenomen model, dan wel volgens de eTIR-regeling.

2.   Artikel 43

In de toelichtingen in bijlage 6, in deel III van bijlage 7 en in deel II van bijlage 11 wordt uitlegging gegeven van enkele bepalingen van deze Overeenkomst en van de daarbij behorende bijlagen; zij bevatten tevens enkele aanbevelingen.

3.   Nieuw artikel 58 quater

Er wordt een Technische Uitvoeringsinstantie opgericht. De samenstelling, functies en het reglement van orde van de Technische Uitvoeringsinstantie zijn opgenomen in bijlage 11.

4.   Artikel 59

1.

Deze Overeenkomst, met inbegrip van de bijlagen, kan worden gewijzigd op voorstel van een Overeenkomstsluitende Partij overeenkomstig de procedure waarin dit artikel voorziet.

2.

Behoudens het bepaalde in artikel 60 bis wordt iedere op deze Overeenkomst voorgestelde wijziging onderzocht door het Administratief Comité dat is samengesteld uit alle overeenkomstsluitende partijen overeenkomstig het in bijlage 8 opgenomen reglement van orde. Iedere wijziging van die aard, die is onderzocht of voorbereid tijdens de bijeenkomst van het Administratief Comité en door dit Comité is aangenomen met een meerderheid van twee derde van de aanwezige leden die hun stem uitbrengen, wordt door de Secretaris-generaal van de Verenigde Naties aan de overeenkomstsluitende partijen voor aanvaarding meegedeeld.

3.

Behoudens het bepaalde in de artikelen 60 en 60 bis treedt iedere voorgestelde wijziging die overeenkomstig het voorgaande lid is meegedeeld, voor alle overeenkomstsluitende partijen in werking drie maanden na de periode van twaalf maanden volgende op de datum waarop de mededeling is gedaan, tenzij een Staat die Overeenkomstsluitende Partij is, in die periode bij de Secretaris-generaal van de Verenigde Naties bezwaar tegen de voorgestelde wijziging heeft gemaakt.

4.

Indien overeenkomstig lid 3 van dit artikel bezwaar is gemaakt tegen de voorgestelde wijziging, wordt de wijziging geacht niet te zijn aanvaard en wordt deze niet van kracht.

5.   Nieuw artikel 60 bis

Bijzondere procedure voor de inwerkingtreding van bijlage 11 en wijzigingen daarvan

1.

Bijlage 11 treedt, na te zijn onderzocht overeenkomstig artikel 59, leden 1 en 2, voor alle overeenkomstsluitende partijen in werking drie maanden na het verstrijken van een periode van twaalf maanden volgende op de datum waarop de mededeling door de Secretaris-generaal van de Verenigde Naties aan de overeenkomstsluitende partijen is gedaan, behalve voor de overeenkomstsluitende partijen die de Secretaris-generaal er binnen de bovengenoemde periode van drie maanden schriftelijk van in kennis hebben gesteld dat zij bijlage 11 niet aanvaarden. Voor overeenkomstsluitende partijen die hun kennisgeving van niet-aanvaarding intrekken, treedt bijlage 11 in werking zes maanden na de datum waarop de intrekking van een dergelijke kennisgeving door de depositaris is ontvangen.

2.

Ieder voorstel tot wijziging van bijlage 11 wordt door het Administratief Comité onderzocht. Iedere wijziging van die aard wordt aangenomen met een meerderheid van door bijlage 11 gebonden overeenkomstsluitende partijen die aanwezig zijn en hun stem uitbrengen.

3.

Wijzigingen van bijlage 11 die overeenkomstig lid 2 van dit artikel zijn onderzocht en aangenomen, worden door de Secretaris-generaal van de Verenigde Naties aan alle overeenkomstsluitende partijen ter kennisneming dan wel, in het geval van door bijlage 11 gebonden overeenkomstsluitende partijen, ter aanvaarding meegedeeld.

4.

De datum van inwerkingtreding van dergelijke wijzigingen wordt bepaald bij het aannemen van de wijziging door een meerderheid van de door bijlage 11 gebonden overeenkomstsluitende partijen die aanwezig zijn en hun stem uitbrengen.

5.

Wijzigingen treden in werking overeenkomstig lid 4 van dit artikel, tenzij een vijfde van de Staten die een door bijlage 11 gebonden Overeenkomstsluitende Partij zijn dan wel vijf dergelijke Staten, naargelang welk aantal het laagst is, de Secretaris-generaal op een eerdere datum die bij het aannemen van de wijziging werd vastgesteld, van hun bezwaar tegen de wijzigingen in kennis hebben gesteld.

6.

Zodra een wijziging die overeenkomstig de in de leden 2 tot en met 5 van dit artikel beschreven procedure is aangenomen, in werking is getreden, komt zij voor alle door bijlage 11 gebonden overeenkomstsluitende partijen in de plaats van en heeft zij voorrang op alle vroegere bepalingen waarop ze betrekking heeft.

6.   Artikel 61

De Secretaris-generaal van de Verenigde Naties geeft alle overeenkomstsluitende partijen en alle Staten bedoeld in artikel 52, lid 1, van deze Overeenkomst kennis van ieder verzoek, mededeling of bezwaar overeenkomstig de artikelen 59, 60 en 60 bis alsook van het tijdstip waarop een wijziging in werking treedt.

7.   Bijlage 9, deel I, punt 3, nieuw punt xi)

xi)

voor overeenkomstsluitende partijen die door bijlage 11 zijn gebonden, op verzoek van de bevoegde autoriteiten, te bevestigen, in het geval van een noodprocedure als omschreven in artikel 10, lid 2, van bijlage 11, dat de garantie geldig is en dat een TIR-vervoer in het kader van de eTIR-regeling plaatsvindt, alsook andere voor het TIR-vervoer relevante informatie te verstrekken.

B.   Bijlage 11 — De eTIR-regeling

1.   Deel I

Artikel 1

Werkingssfeer

1.   De bepalingen in deze bijlage regelen de tenuitvoerlegging van de eTIR-regeling zoals omschreven in artikel 1, onder s), van de Overeenkomst en zijn van toepassing in de betrekkingen tussen overeenkomstsluitende partijen die door deze bijlage zijn gebonden als bepaald in artikel 60 bis, lid 1.

2.   De eTIR-regeling mag niet worden gebruikt voor vervoer dat ten dele plaatsvindt op het grondgebied van een Overeenkomstsluitende Partij die niet door bijlage 11 is gebonden en die lid is van een douane- of economische unie met één enkel douanegebied.

Artikel 2

Definities

In deze bijlage wordt verstaan onder:

a)

“internationaal eTIR-systeem”: het informatie- en communicatietechnologiesysteem dat is opgezet ten behoeve van de uitwisseling van elektronische informatie tussen de partijen die bij de eTIR-regeling betrokken zijn;

b)

“eTIR-specificaties”: de conceptuele, functionele en technische specificaties van de eTIR-regeling, vastgesteld en gewijzigd in overeenstemming met de bepalingen van artikel 5 van deze bijlage;

c)

“voorafgaande TIR-gegevens”: de gegevens betreffende het voornemen van de houder om goederen onder de eTIR-regeling te plaatsen, ingediend bij de bevoegde autoriteiten van het land van vertrek, in overeenstemming met de eTIR-specificaties;

d)

“voorafgaande wijzigingsgegevens”: de gegevens betreffende het voornemen van de houder om de aangiftegegevens te wijzigen, ingediend bij de bevoegde autoriteiten van het land waar een wijziging van de aangiftegegevens wordt gevraagd, in overeenstemming met de eTIR-specificaties;

e)

“aangiftegegevens”: de voorafgaande TIR-gegevens en de voorafgaande wijzigingsgegevens die door de bevoegde autoriteiten zijn aanvaard;

f)

“aangifte”: de handeling waarbij de houder of zijn vertegenwoordiger, in overeenstemming met de eTIR-specificaties, het voornemen kenbaar maakt om goederen onder de eTIR-regeling te plaatsen. Vanaf het tijdstip waarop de aangifte door de bevoegde autoriteiten, op basis van de voorafgaande TIR-gegevens of de voorafgaande wijzigingsgegevens, is aanvaard en de aangiftegegevens naar het internationale eTIR-systeem zijn doorgezonden, vormt de aangifte het wettelijk equivalent van een aanvaard TIR-carnet;

g)

“begeleidingsdocument”: het afgedrukte document dat na de aanvaarding van de aangifte elektronisch door het douanesysteem wordt gegenereerd, in overeenstemming met de richtsnoeren in de technische eTIR-specificaties. Het begeleidingsdocument kan worden gebruikt voor de registratie van voorvallen onderweg, vervangt het proces-verbaal van bevinding op grond van artikel 25 van deze Overeenkomst en dient ook voor de noodprocedure.

h)

“authenticatie”: een elektronisch proces dat de bevestiging van de elektronische identificatie van een natuurlijke persoon of rechtspersoon, of van de oorsprong en integriteit van gegevens in elektronische vorm, mogelijk maakt.

Toelichting bij artikel 2, onder h)

11.2. (h)-1

Totdat een geharmoniseerde aanpak in de eTIR-specificaties is vastgesteld en beschreven, mogen de overeenkomstsluitende partijen die door bijlage 11 zijn gebonden, de houder authenticeren met ieder proces waarin hun nationale recht voorziet, met inbegrip van — maar niet beperkt tot — gebruikersnaam/wachtwoord of elektronische handtekeningen.

11.2. (h)-2

De integriteit van de gegevens die worden uitgewisseld tussen het internationale eTIR-systeem en de bevoegde autoriteiten, en de authenticatie van de informatie- en communicatietechnologiesystemen zullen worden gegarandeerd door middel van beveiligde verbindingen, zoals omschreven in de technische eTIR-specificaties.

Artikel 3

Tenuitvoerlegging van de eTIR-regeling

1.   De door bijlage 11 gebonden overeenkomstsluitende partijen verbinden hun douanesystemen met het internationale eTIR-systeem in overeenstemming met de eTIR-specificaties.

2.   Iedere Overeenkomstsluitende Partij bepaalt zelf tegen welke datum zij haar douanesystemen met het internationale eTIR-systeem verbindt. De datum waarop de verbinding tot stand wordt gebracht, wordt ten minste zes maanden vóór de daadwerkelijke verbindingsdatum aan alle andere door bijlage 11 gebonden overeenkomstsluitende partijen meegedeeld.

Toelichting bij artikel 3, lid 2

11.3.2.

Het verdient aanbeveling dat de door bijlage 11 gebonden overeenkomstsluitende partijen hun nationale douanesystemen hebben geactualiseerd en de nodige maatregelen hebben getroffen voor de verbinding ervan met het internationale eTIR-systeem tegen het tijdstip dat bijlage 11 voor hen in werking treedt. Douane- of economische unies kunnen een later tijdstip vastleggen, zodat zij de tijd hebben om de nationale douanesystemen van al hun lidstaten met het internationale eTIR-systeem te verbinden.

Artikel 4

Samenstelling, functies en reglement van orde van de Technische Uitvoeringsinstantie

1.   De door bijlage 11 gebonden overeenkomstsluitende partijen zijn lid van de Technische Uitvoeringsinstantie. Deze instantie wordt bijeengeroepen op geregelde tijdstippen of op verzoek van het Administratief Comité, naargelang dat nodig is om de eTIR-specificaties bij te houden. Het Administratief Comité wordt regelmatig geïnformeerd over de activiteiten en onderzoeken van de Technische Uitvoeringsinstantie.

2.   De overeenkomstsluitende partijen die bijlage 11 niet hebben aanvaard zoals bepaald in artikel 60 bis, lid 1, en vertegenwoordigers van internationale organisaties mogen bijeenkomsten van de Technische Uitvoeringsinstantie als waarnemer bijwonen.

3.   De Technische Uitvoeringsinstantie ziet toe op de technische en functionele aspecten van de tenuitvoerlegging van de eTIR-regeling en coördineert en bevordert de uitwisseling van informatie over aangelegenheden die onder haar bevoegdheid vallen.

4.   De Technische Uitvoeringsinstantie stelt op haar eerste bijeenkomst haar reglement van orde vast en legt dat voor aan het Administratief Comité met het oog op de goedkeuring ervan door de overeenkomstsluitende partijen die door bijlage 11 zijn gebonden.

Artikel 5

Procedures voor de vaststelling en de wijziging van de eTIR-specificaties

De Technische Uitvoeringsinstantie:

a)

stelt de technische specificaties van de eTIR-regeling alsook wijzigingen daarvan vast om te verzekeren dat die in overeenstemming zijn met de functionele specificaties van de eTIR-regeling. Bij de vaststelling legt zij ook een passende overgangsperiode voor de uitvoering ervan vast;

b)

bereidt de functionele specificaties van de eTIR-regeling alsook wijzigingen daarvan voor om te verzekeren dat die in overeenstemming zijn met de conceptuele specificaties van de eTIR-regeling. Zij worden voorgelegd aan het Administratief Comité met het oog op de vaststelling ervan door een meerderheid van door bijlage 11 gebonden overeenkomstsluitende partijen die aanwezig zijn en hun stem uitbrengen, en worden ten uitvoer gelegd en zo nodig uitgewerkt tot technische specificaties op een bij de vaststelling te bepalen tijdstip;

c)

onderzoekt wijzigingen van de conceptuele specificaties van de eTIR-regeling indien het Administratief Comité haar daarom heeft verzocht. De conceptuele specificaties van de eTIR-regeling en wijzigingen daarvan worden vastgesteld door een meerderheid van door bijlage 11 gebonden overeenkomstsluitende partijen die aanwezig zijn en hun stem uitbrengen, en worden ten uitvoer gelegd en zo nodig uitgewerkt tot functionele specificaties op een bij de vaststelling te bepalen tijdstip.

Artikel 6

Indiening van voorafgaande TIR-gegevens en voorafgaande wijzigingsgegevens

1.   Voorafgaande TIR-gegevens en voorafgaande wijzigingsgegevens worden ingediend door de houder of zijn vertegenwoordiger bij de bevoegde autoriteiten van het land van vertrek en van het land waar een wijziging van de aangiftegegevens wordt gevraagd. Zodra de aangifte of de wijziging is aanvaard overeenkomstig het nationale recht, zenden de bevoegde autoriteiten de aangiftegegevens of de wijziging daarvan door naar het internationale eTIR-systeem.

2.   Voorafgaande TIR-gegevens en voorafgaande wijzigingsgegevens als bedoeld in lid 1 kunnen rechtstreeks bij de bevoegde autoriteiten worden ingediend dan wel via het internationale eTIR-systeem.

3.   De door bijlage 11 gebonden overeenkomstsluitende partijen aanvaarden dat voorafgaande TIR-gegevens en voorafgaande wijzigingsgegevens worden ingediend via het internationale eTIR-systeem.

Toelichting bij artikel 6, lid 3

11.6.3.

Het verdient aanbeveling dat de door bijlage 11 gebonden overeenkomstsluitende partijen toestaan, voor zover mogelijk, dat voorafgaande TIR-gegevens en voorafgaande wijzigingsgegevens met behulp van de in de functionele en technische specificaties vermelde methoden worden ingediend.

4.   De bevoegde autoriteiten publiceren een lijst van alle elektronische middelen waarmee voorafgaande TIR-gegevens en voorafgaande wijzigingsgegevens kunnen worden ingediend.

Artikel 7

Authenticatie van de houder

1.   Bij de aanvaarding van de aangifte in het land van vertrek of van een wijziging van de aangiftegegevens in een land dat op de route ligt, authenticeren de bevoegde autoriteiten de voorafgaande TIR-gegevens of de voorafgaande wijzigingsgegevens en de houder overeenkomstig het nationale recht.

2.   De door bijlage 11 gebonden overeenkomstsluitende partijen aanvaarden de door het internationale eTIR-systeem verrichte authenticatie van de houder.

Toelichting bij artikel 7, lid 2

11.7.2.

Het internationale eTIR-systeem waarborgt, met behulp van in de eTIR-specificaties beschreven middelen, de integriteit van de voorafgaande TIR-gegevens of de voorafgaande wijzigingsgegevens en garandeert dat die gegevens door de houder zijn verzonden.

3.   De bevoegde autoriteiten publiceren een lijst van andere authenticatiemechanismen dan het in lid 2 van dit artikel bepaalde mechanisme die voor authenticatie kunnen worden gebruikt.

4.   De door bijlage 11 gebonden overeenkomstsluitende partijen aanvaarden de aangiftegegevens die worden ontvangen van de bevoegde autoriteiten van het land van vertrek en van het land waar een wijziging van de aangiftegegevens is gevraagd via het internationale eTIR-systeem, als het wettelijk equivalent van een aanvaard TIR-carnet.

Toelichting bij artikel 7, lid 4

11.7.4.

Het internationale eTIR-systeem waarborgt, met behulp van in de eTIR-specificaties beschreven middelen, de integriteit van de aangiftegegevens en verzekert dat die gegevens door de bevoegde autoriteiten van de bij het vervoer betrokken landen zijn verzonden.

Artikel 8

Wederzijdse erkenning van de authenticatie van de houder

De authenticatie van de houder door de bevoegde autoriteiten van de door bijlage 11 gebonden overeenkomstsluitende partijen die de aangifte of wijzigingen van de aangiftegegevens aanvaarden, wordt erkend door de bevoegde autoriteiten van alle daaropvolgende door bijlage 11 gebonden overeenkomstsluitende partijen gedurende het volledige TIR-vervoer.

Toelichting bij artikel 8

11.8.

Het internationale eTIR-systeem waarborgt, met behulp van in de eTIR-specificaties beschreven middelen, de integriteit van de aangiftegegevens die zijn ontvangen van en doorgezonden aan bevoegde autoriteiten, met inbegrip van de vermelding van de houder, die door de bevoegde autoriteiten die de aangifte aanvaarden, is geauthenticeerd.

Artikel 9

Aanvullende gegevensvereisten

1.   Behalve de in de functionele en technische specificaties vermelde gegevens mogen de bevoegde autoriteiten aanvullende gegevens verlangen die in de nationale wetgeving zijn voorgeschreven.

2.   De bevoegde autoriteiten dienen de gegevensvereisten zo veel mogelijk te beperken tot de vereisten die in de functionele en technische specificaties zijn vermeld, en ernaar te streven de indiening van aanvullende gegevens te vergemakkelijken om het TIR-vervoer overeenkomstig deze bijlage niet te belemmeren.

Artikel 10

Noodprocedure

1.   Wanneer de eTIR-regeling om technische redenen niet van start kan gaan bij het douanekantoor van vertrek, mag de houder van het TIR-carnet terugvallen op de TIR-regeling.

2.   Indien een eTIR-regeling van start is gegaan maar niet kan worden voortgezet om technische redenen, aanvaarden de bevoegde autoriteiten het begeleidingsdocument en verwerken zij dit overeenkomstig de in de eTIR-specificaties beschreven procedure, onder voorbehoud van de beschikbaarheid van aanvullende informatie uit alternatieve elektronische systemen zoals beschreven in de functionele en technische specificaties.

3.   De bevoegde autoriteiten van de overeenkomstsluitende partijen hebben ook het recht om van nationale aansprakelijke organisaties te verlangen dat zij bevestigen dat de garantie geldig is en dat een TIR-vervoer in het kader van de eTIR-regeling plaatsvindt, alsook dat zij andere voor het TIR-vervoer relevante informatie verstrekken.

4.   De in lid 3 beschreven procedure wordt vastgesteld in de overeenkomst tussen de bevoegde autoriteiten en de nationale aansprakelijke organisatie, zoals bepaald in bijlage 9, deel I, punt 1, onder d).

Artikel 11

Hosting van het internationale eTIR-systeem

1.   Het internationale eTIR-systeem wordt gehost en beheerd onder auspiciën van de Economische Commissie voor Europa van de Verenigde Naties (“de ECE”).

2.   De ECE helpt landen om hun douanesystemen met het internationale eTIR-systeem te verbinden, onder meer door middel van conformiteitstests om na te gaan of deze systemen naar behoren functioneren voordat de operationele verbinding tot stand wordt gebracht.

3.   Aan de ECE worden de nodige middelen ter beschikking gesteld om te voldoen aan de in de leden 1 en 2 van dit artikel vastgestelde verplichtingen. Tenzij het internationale eTIR-systeem wordt gefinancierd met middelen uit de gewone begroting van de Verenigde Naties, zijn de vereiste middelen onderworpen aan de financiële regels en voorschriften voor extrabudgettaire fondsen en projecten van de Verenigde Naties. Het financieringsmechanisme voor de werking van het internationale eTIR-systeem wordt vastgesteld en goedgekeurd door het Administratief Comité.

Toelichting bij artikel 11, lid 3

11.11.3.

Indien nodig kunnen de overeenkomstsluitende partijen besluiten om de operationele kosten van het internationale eTIR-systeem te financieren door middel van een bedrag per TIR-vervoer. In dergelijke gevallen bepalen de overeenkomstsluitende partijen wanneer het aangewezen is om alternatieve financieringsmechanismen in te voeren en de voorwaarden daarvan. Het vereiste budget wordt opgesteld door de ECE, geëvalueerd door de Technische Uitvoeringsinstantie en goedgekeurd door het Administratief Comité.

Artikel 12

Beheer van het internationale eTIR-systeem

1.   De ECE treft de nodige regelingen om de gegevens in het internationale eTIR-systeem gedurende minimaal tien jaar te bewaren en te archiveren.

2.   Alle gegevens die in het internationale eTIR-systeem zijn opgeslagen, mogen door de ECE voor rekening van de bevoegde autoriteiten van deze Overeenkomst worden gebruikt om geaggregeerde statistieken te verzamelen.

3.   De bevoegde autoriteiten van overeenkomstsluitende partijen op wier grondgebied een TIR-vervoer in het kader van de eTIR-regeling plaatsvindt dat voorwerp wordt van een administratieve of gerechtelijke procedure in verband met de betalingsverplichting van de rechtstreeks aansprakelijke persoon of personen of van de nationale aansprakelijke organisatie, kunnen een verzoek indienen bij de ECE en informatie die in het internationale eTIR-systeem is opgeslagen en betrekking heeft op de betwiste vordering, voor controledoeleinden ontvangen. Deze informatie kan in nationale administratieve of gerechtelijke procedures als bewijs worden aangevoerd.

4.   In andere dan de in dit artikel genoemde gevallen is de verspreiding of openbaarmaking van in het internationale eTIR-systeem opgeslagen informatie aan niet-gemachtigde personen of entiteiten verboden.

Artikel 13

Bekendmaking van de douanekantoren die eTIR kunnen afhandelen

De bevoegde autoriteiten dragen er zorg voor dat de lijst van douanekantoren van vertrek, van doorgang en van bestemming die voor de afhandeling van TIR-operaties in het kader van de eTIR-regeling zijn aangewezen, te allen tijde nauwkeurig is en wordt bijgewerkt in de elektronische databank voor aangewezen douanekantoren, die is opgezet en wordt onderhouden door het TIR-Uitvoerend Orgaan.

Artikel 14

Wettelijke vereisten voor de indiening van gegevens uit hoofde van bijlage 10 bij de TIR-Overeenkomst

Door de tenuitvoerlegging van de eTIR-regeling wordt geacht aan de wettelijke vereisten voor de indiening van gegevens zoals uiteengezet in punten 1, 3 en 4 van bijlage 10 bij deze Overeenkomst te zijn voldaan.


Top