EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32018D1511

Uitvoeringsbesluit (EU) 2018/1511 van de Commissie van 9 oktober 2018 tot wijziging van Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/789 betreffende maatregelen om het binnenbrengen en de verspreiding in de Unie van Xylella fastidiosa (Wells et al.) te voorkomen (Kennisgeving geschied onder nummer C(2018) 6452)

C/2018/6452

PB L 255 van 11.10.2018, p. 16–17 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 19/08/2020; stilzwijgende opheffing door 32020R1201

ELI: http://data.europa.eu/eli/dec_impl/2018/1511/oj

11.10.2018   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 255/16


UITVOERINGSBESLUIT (EU) 2018/1511 VAN DE COMMISSIE

van 9 oktober 2018

tot wijziging van Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/789 betreffende maatregelen om het binnenbrengen en de verspreiding in de Unie van Xylella fastidiosa (Wells et al.) te voorkomen

(Kennisgeving geschied onder nummer C(2018) 6452)

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Richtlijn 2000/29/EG van de Raad van 8 mei 2000 betreffende de beschermende maatregelen tegen het binnenbrengen en de verspreiding in de Gemeenschap van voor planten en voor plantaardige producten schadelijke organismen (1), en met name artikel 16, lid 3, vierde zin,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Artikel 9, lid 8, van Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/789 van de Commissie (2) bevat de voorwaarden voor de verplaatsing van bepaalde waardplanten die nooit binnen de afgebakende gebieden zijn geteeld alsook meer specifieke voorwaarden voor bepaalde waardplanten, waaronder voor opplant bestemde planten van de soort Polygala myrtifolia L.

(2)

De ervaring heeft uitgewezen dat voor opplant bestemde planten van de soort Polygala myrtifolia L. bijzonder vatbaar zijn gebleken voor Xylella fastidiosa (Wells et al.) (hierna „het nader omschreven organisme” genoemd). Om een hoger fytosanitair beschermingsniveau van het grondgebied van de Unie te waarborgen, is het opportuun om te vereisen dat visuele inspectie, bemonstering en tests worden verricht zo kort mogelijk vóór het moment van de eerste verplaatsing van deze planten buiten de productielocatie. Hetzelfde voorschrift moet gelden voor in de Unie binnengebrachte voor opplant bestemde planten van de soort Polygala myrtifolia L. van oorsprong uit een derde land waar het nader omschreven organisme niet aanwezig is.

(3)

Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/789 moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(4)

De in dit besluit vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor planten, dieren, levensmiddelen en diervoeders,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/789 wordt als volgt gewijzigd:

1)

In artikel 9, lid 8, wordt de tweede alinea vervangen door:

„Voor opplant bestemde planten van de soorten Coffea, Lavandula dentata L., Nerium oleander L., Olea europaea L., Polygala myrtifolia L. en Prunus dulcis (Mill.) D.A. Webb, met uitzondering van zaden, mogen echter uitsluitend binnen de Unie worden verplaatst indien zij zijn geteeld op een locatie die onderworpen is aan jaarlijkse officiële inspectie en bemonstering, met inachtneming van de technische richtsnoeren voor onderzoeken betreffende Xylella fastidiosa die op de website van de Commissie beschikbaar zijn, alsook tests overeenkomstig internationale normen om na te gaan of het nader omschreven organisme aanwezig is, waarbij is bevestigd dat het nader omschreven organisme niet aanwezig is, volgens een bemonsteringsschema waarmee met een betrouwbaarheid van 99 % een aanwezigheid van besmette planten van 5 % kan worden aangetoond. Daarnaast moet, voorafgaand aan de eerste verplaatsing ervan buiten de productielocatie, elke partij voor opplant bestemde planten van de soort Polygala myrtifolia L. die binnen de Unie wordt verplaatst, zo kort mogelijk vóór het moment van die verplaatsing worden onderworpen aan officiële visuele inspectie en bemonstering, met inachtneming van de technische richtsnoeren voor onderzoeken betreffende Xylella fastidiosa die op de website van de Commissie beschikbaar zijn, alsook tests overeenkomstig internationale normen om na te gaan of het nader omschreven organisme aanwezig is, waarbij is bevestigd dat het nader omschreven organisme niet aanwezig is, volgens een bemonsteringsschema waarmee met een betrouwbaarheid van 99 % een aanwezigheid van besmette planten van 5 % kan worden aangetoond. In afwijking van artikel 3, lid 2, eerste alinea, wordt een verkennend onderzoek naar de aanwezigheid van het nader omschreven organisme gedaan door één test uit te voeren; als daarmee positieve resultaten worden verkregen, wordt de aanwezigheid van het organisme, overeenkomstig internationale normen, aangetoond met ten minste één positieve moleculaire test. Die tests moeten zijn opgenomen in de databank van de Commissie met tests voor de aantoning van het nader omschreven organisme en de ondersoorten ervan.”.

2)

In artikel 16 wordt de tweede alinea vervangen door:

„Voor opplant bestemde planten van de soorten Coffea, Lavandula dentata L., Nerium oleander L., Olea europaea L., Polygala myrtifolia L. en Prunus dulcis (Mill.) D.A. Webb, met uitzondering van zaden, mogen alleen in de Unie worden binnengebracht indien zij zijn geteeld op een locatie die onderworpen is aan jaarlijkse officiële inspectie, waarbij de planten op geschikte momenten overeenkomstig internationale normen zijn bemonsterd en getest op aanwezigheid van het nader omschreven organisme en is bevestigd dat het nader omschreven organisme niet aanwezig is, volgens een bemonsteringsschema waarmee met een betrouwbaarheid van 99 % een aanwezigheid van besmette planten van 5 % kan worden aangetoond. Daarnaast moet, voorafgaand aan de eerste verplaatsing ervan buiten de productielocatie, elke partij voor opplant bestemde planten van de soort Polygala myrtifolia L. zo kort mogelijk vóór het moment van die verplaatsing worden onderworpen aan officiële visuele inspectie en bemonstering alsook tests overeenkomstig internationale normen om na te gaan of het nader omschreven organisme aanwezig is, waarbij is bevestigd dat het nader omschreven organisme niet aanwezig is, volgens een bemonsteringsschema waarmee met een betrouwbaarheid van 99 % een aanwezigheid van besmette planten van 5 % kan worden aangetoond.”.

Artikel 2

Dit besluit is gericht tot de lidstaten.

Gedaan te Brussel, 9 oktober 2018.

Voor de Commissie

Vytenis ANDRIUKAITIS

Lid van de Commissie


(1)  PB L 169 van 10.7.2000, blz. 1.

(2)  Uitvoeringsbesluit (EU) 2015/789 van de Commissie van 18 mei 2015 betreffende maatregelen om het binnenbrengen en de verspreiding in de Unie van Xylella fastidiosa (Wells et al.) te voorkomen (PB L 125 van 21.5.2015, blz. 36).


Top