Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32003D0282

    2003/282/EG: Beschikking van de Commissie van 27 november 2002 betreffende de staatssteun die Duitsland heeft verleend aan Doppstadt GmbH (Kennisgeving geschied onder nummer C(2002) 4482) (Voor de EER relevante tekst)

    PB L 108 van 30.4.2003, p. 8–20 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)

    Legal status of the document In force

    ELI: http://data.europa.eu/eli/dec/2003/282/oj

    32003D0282

    2003/282/EG: Beschikking van de Commissie van 27 november 2002 betreffende de staatssteun die Duitsland heeft verleend aan Doppstadt GmbH (Kennisgeving geschied onder nummer C(2002) 4482) (Voor de EER relevante tekst)

    Publicatieblad Nr. L 108 van 30/04/2003 blz. 0008 - 0020


    Beschikking van de Commissie

    van 27 november 2002

    betreffende de staatssteun die Duitsland heeft verleend aan Doppstadt GmbH

    (Kennisgeving geschied onder nummer C(2002) 4482)

    (Slechts de tekst in de Duitse taal is authentiek)

    (Voor de EER relevante tekst)

    (2003/282/EG)

    DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

    Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 88, lid 2, eerste alinea,

    Gelet op de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, en met name op artikel 62, lid 1, onder a),

    Na de belanghebbenden overeenkomstig genoemde artikelen(1) te hebben aangemaand hun opmerkingen kenbaar te maken,

    Overwegende hetgeen volgt:

    I. PROCEDURE

    (1) Duitsland heeft de Commissie bij brief van 5 oktober 1999 overeenkomstig artikel 88, lid 3, van het EG-Verdrag in kennis gesteld van de herstructureringssteun aan Ferdinand Doppstadt ten behoeve van de privatisering van de voormalige LandTechnik Schönebeck GmbH. De naam van de onderneming werd in mei 1999 gewijzigd in Doppstadt GmbH.

    (2) De Commissie heeft Duitsland bij brief van 1 augustus 2000 in kennis gesteld van haar besluit om wegens deze steunmaatregelen de procedure van artikel 88, lid 2, van het EG-Verdrag in te leiden.

    (3) Het besluit van de Commissie tot inleiding van de procedure is bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen(2). De Commissie heeft de belanghebbenden uitgenodigd hun opmerkingen over de desbetreffende steunmaatregelen kenbaar te maken.

    (4) De Commissie heeft geen opmerkingen van de belanghebbenden ontvangen.

    (5) Doppstadt GmbH is een afsplitsingsconstructie die is voortgekomen uit de voormalige LandTechnik Schönebeck GmbH (LTS) en haar volle dochtermaatschappij GS Fahrzeug- und Systemtechnik GmbH (GS). LTS behoorde tot een groep van acht ondernemingen in de nieuwe Duitse deelstaten waaruit bij de eerste privatisering in 1994 EFBE Verwaltungs GmbH & Co. Management KG (thans Lintra Beteiligungsholding GmbH) is voortgekomen. Aangezien het oorspronkelijke privatiseringsconcept in december 1996 mislukte, besloot de Bundesanstalt für vereinigungsbedingte Sonderaufgaben (BvS) in januari 1997 om de herstructurering van de potentieel levensvatbare Lintradochtermaatschappijen voort te zetten teneinde deze ondernemingen voor te bereiden op een wederverkoop. Aangezien LTS steun had ontvangen die in het kader van de andere aangemelde herstructureringssteun beoordeeld diende te worden, werd het geval als niet-aangemelde steun geregistreerd. Over de via Lintra Beteiligungsholding GmbH aan LTS verleende steun heeft de Commissie zich in haar beschikking betreffende de steun aan Lintra Beteiligungsholding GmbH uitgesproken(3) (beschikking inzake Lintra).

    II. UITVOERIGE BESCHRIJVING VAN DE STEUNMAATREGELEN

    (6) De begunstigde van de steun, Doppstadt GmbH, is een afsplitsingsconstructie die is voortgekomen uit de voormalige LTS en haar volle dochtermaatschappij GS.

    (7) Op 10 mei 1999 werden de operationele activiteiten van LTS en GS overgedragen aan een nieuwe vennootschap met een maatschappelijk kapitaal van 25641 EUR(4). Op dezelfde datum werden de aandelen overgedragen aan Ferdinand Doppstadt. Deze vennootschap heeft als bedrijfsnaam Doppstadt GmbH. Vervolgens werden LTS en GS ontbonden.

    (8) Doppstadt GmbH is gevestigd in Schönebeck in de deelstaat Saksen-Anhalt. Het bedrijf produceert vrachtvoertuigen in verschillende vermogensklassen, milieutechniek, veldhakselaars en systeemcomponenten. In mei 2002 had Doppstadt 305 medewerkers in dienst.

    (9) Op basis van een begin 1999 uitgevoerde openbare aanbesteding werd Ferdinand Doppstadt als investeerder gekozen. Er waren 21 geïnteresseerde ondernemingen. Dit was het beste bod in het kader van de onderhandelingen met de geïnteresseerden. De koopprijs van de nieuw opgerichte onderneming bedroeg 25641 EUR.

    (10) De investeerder is operationeel directeur van een groep van zeven ondernemingen die actief zijn op het gebied van voertuigen, klantenservice en internationale verkoop. Vóór de overname waren in zijn ondernemingen in totaal 38 werknemers in dienst.

    1. De herstructurering

    (11) Oorspronkelijk zou de herstructureringsperiode van mei 1999 tot en met eind december 2002 duren. In het oorspronkelijke herstructureringsplan was voorzien in investeringen en herstructureringsmaatregelen ten bedrage van 39,722 miljoen EUR (met inbegrip van overheidsmiddelen). De investeringen hebben in hoofdzaak ten doel verouderde machines en gereedschap te vervangen, de kwaliteit en flexibiliteit van het productieproces te verbeteren en aan de milieueisen te voldoen.

    (12) De investeerder verhoogt het maatschappelijk kapitaal van de vennootschap per 31 december 2002 tot 10,25 miljoen EUR en brengt het benodigde bedrijfskapitaal ten bedrage van minimaal 14 miljoen EUR in de vennootschap in.

    (13) De herstructurering heeft volgens de verstrekte gegevens ten doel het productaanbod van Doppstadt te completeren en stelselmatig uit te breiden. Een belangrijk aspect van het herstructureringsplan is de benutting van de synergie-effecten binnen het Doppstadt-concern door het aanbod van voertuigen onder de gevestigde merknaam Doppstadt te verkopen. De toekomstige strategie is gericht op een concentratie op de gemeentelijke overheid en een positionering van Doppstadt GmbH als aanbieder van een compleet aanbod van vrachtvoertuigen. Voorts moet volgens het nieuwe plan tot 25 % van de productiecapaciteit worden benut voor de uitvoering van uitbestedingen van Doppstadt Calbe GmbH. De overige capaciteit moet worden benut voor de productie van de huidige en verder ontwikkelde versies van modellen alsmede van nieuwe producten. Voorts werd verklaard dat 25 % van de toekomstige omzet moet worden gerealiseerd door de productie vanuit de in Velbert en Calbe gevestigde ondernemingen te verplaatsen.

    (14) De verkoop van de producten moet met ondersteuning van DVG Doppstadt Vertriebsgesellschaft GmbH plaatsvinden met gebruikmaking van het bestaande verkoopnet in Duitsland en in het buitenland. Men rekent op een afzetvolume van ten minste 500 stuks van het hoofdproduct (het speciale vrachtvoertuig TRAC, hierna te noemen: Trac) en bij afsluiting van de herstructurering wordt een jaarlijkse toename van de afzet met 10 tot 15 % verwacht.

    (15) Bij de prognose voor de toekomstige bedrijfsontwikkeling van de vennootschap werd uitgegaan van een positief resultaat van [...]*(5) miljoen EUR voor 2002 bij een omzet van [...]* miljoen EUR. Voor 2003 bedroeg de winstverwachting [...]* miljoen EUR bij een omzet van [...]* miljoen EUR.

    (16) De afzet van Doppstadt GmbH was in 2000 als volgt samengesteld: Duitsland [...]* %, de GOS [...]* % en West-Europa [...]* %.

    (17)

    >RUIMTE VOOR DE TABEL>

    NB:

    Aangezien de bedragen in de tabel afgerond zijn, is de tabel niet rekenkundig correct.

    (18) In aanvulling op de in de tabel genoemde financiering werd door Duitsland een bijdrage van 2,8 miljoen EUR aan de personeelskosten opgenomen in de financiering van de herstructurering. Deze bijdrage vloeit voort uit het feit dat de medewerkers van Doppstadt GmbH gedurende de herstructureringsperiode afzien van een deel van hun lonen en salarissen.

    2. Besluit tot inleiding van de procedure van artikel 88, lid 2, van het EG-Verdrag

    (19) In haar besluit tot inleiding van de procedure stelde de Commissie vast dat de investeerder, F. Doppstadt, niet over eerdere ervaring op het gebied van vrachtvoertuigen en slechts over beperkte financiële middelen beschikte. De Commissie stelde voorts vast dat de te harer beschikking staande informatie omtrent de relevante markten ontoereikend was om te kunnen concluderen dat de behoorlijk ambitieuze verkoopdoelstellingen, waarop de langetermijnrentabiliteit van de onderneming was gebaseerd, realistisch en plausibel waren. De Commissie betwijfelde derhalve dat het herstructureringsplan de langetermijnrentabiliteit van de onderneming zou kunnen herstellen.

    (20) In het besluit tot inleiding van de procedure stelde de Commissie voorts vast dat zij niet over voldoende informatie beschikt om uit te sluiten dat de in 1997 gedane afstand van vorderingen jegens LTS ten bedrage van 5,3 miljoen EUR als steun ten behoeve van de lopende herstructurering beschouwd dient te worden. Om die reden werd dit bedrag in het besluit tot inleiding van de procedure als onderdeel van de financiering van de herstructurering in aanmerking genomen. Bijgevolg werd vastgesteld dat het aandeel van de financiering door de overheid 53,896 miljoen EUR bedraagt, hetgeen overeenkomt met 72 % van de totale kosten. De bijdrage van de begunstigde komt uit op 21,004 miljoen EUR respectievelijk 28 % van de totale kosten. De Commissie betwijfelde derhalve deels dat de bijdrage van de investeerder als belangrijk kan worden aangemerkt, zoals in de kaderregeling voor reddings- en herstructureringssteun is voorgeschreven.

    (21) Bovendien stelde de Commissie vast dat de geplande herstructurering hoofdzakelijk uit investeringen zou bestaan. Van het totale bedrag van 39,732 miljoen EUR voor herstructureringsmaatregelen zou 27,133 miljoen EUR (69 %) investeringen behelzen. Dit wijst erop dat het project waarschijnlijk eerder het karakter van een financiering van een nieuwe investering dan van een herstructurering heeft. In onderhavig geval bestaan er twijfels aan de evenredigheid van de steun. Indien het project als nieuwe investering en niet als herstructurering aangemerkt dient te worden, zou de omvang van de aan het project verleende steun onder de regionale maximumgrens moeten liggen.

    (22) Voorts herinnerde de Commissie eraan dat de definitieve beschikking in de nog aanhangige zaak C-41/99 betreffende Lintra Beteiligungsholding GmbH aanvullende vorderingen jegens het voormalige LTS tot gevolg zou kunnen hebben die alsdan tot de kosten van het huidige herstructureringsplan gerekend zouden moeten worden. Met dergelijke extra vorderingen moet rekening worden gehouden bij de beoordeling van de vraag of het herstructureringsplan geschikt is om de langetermijnrentabiliteit van de onderneming te waarborgen en of de steun evenredig is.

    III. OPMERKINGEN VAN DUITSLAND

    (23) Duitsland maakte bij brief van 6 november 2000 zijn opmerkingen kenbaar aangaande het besluit tot inleiding van de procedure. Bij brief van 21 september 2001 informeerde Duitsland de Commissie over wijzigingen in het herstructureringsplan. De opmerkingen van Duitsland worden hieronder weergegeven.

    1. Uit de beschikking inzake Lintra voortvloeiende verplichtingen

    (24) Ten aanzien van eventuele aanvullende vorderingen jegens het voormalige LTS die in het kader van onderhavige procedure in aanmerking genomen dienen te worden, verwijst Duitsland naar zijn in de nog lopende zaak C-41/99 betreffende Lintra Beteiligungsholding GmbH ingediende stellingname. Deze betreft de vorderingen van Lintra jegens LTS(6) ten bedrage van in totaal 4088648,54 EUR. Deze vorderingen werden door het zich in liquidatie bevindende LTS vereffend.

    2. Aanmerking van het project als herstructurering

    (25) Ten aanzien van het karakter van de privatisering van het voormalige LTS als herstructurering verklaart Duitsland dat het herstructureringsplan aan alle in de kaderregeling vastgelegde criteria voldoet. De nieuwe investeerder heeft de bedrijfsactiviteiten van LTS/GS, die zich sinds 1999 in liquidatie bevond, zonder onderbreking voortgezet. De eerste herstructureringsmaatregel was de oprichting van de afsplitsingsconstructie Doppstadt GmbH, waarin de bedrijfsactiviteiten van de twee voorgaande vennootschappen als volgt werden voortgezet:

    - met in eerste instantie 192 van de oorspronkelijk 260 medewerkers;

    - met de identieke orderportefeuille;

    - met de bestaande overeenkomsten met dezelfde leveranciers;

    - met hetzelfde productievolume en een gewijzigd productaanbod;

    - met dezelfde bestaande productiefaciliteit;

    - met dezelfde processen en met dezelfde grondstoffen en voorraden, alsmede

    - onder dezelfde technische omstandigheden.

    (26) De onderneming werd derhalve in eerste instantie onder dezelfde onrendabele omstandigheden voortgezet, zoals die bestonden toen de voorgaande vennootschappen in liquidatie gingen. Gelijktijdig werd het door de koper opgestelde herstructureringsplan stapsgewijs uitgevoerd.

    (27) Volgens Duitsland behoren onderstaande maatregelen tot het herstructureringsplan:

    a) Interne maatregelen

    - Personeel: Opleiding van de overgenomen medewerkers; maatregelen met het oog op de toekomst door uitbreiding van het opleidingsprogramma.

    - Verkoop: Integratie in het bestaande verkoopnet van de Doppstadt-groep.

    - Productaanbod: Aanpassing van het bestaande productaanbod door de productie van onrendabele voertuigen te staken en deze door nieuwe, moderne producten te vervangen, alsmede door veelbelovende marktsegmenten in te nemen.

    - Niet-kapitaliseerbare herstructureringsmaatregelen: Analyse van de lay-out van de productielijnen en rationalisering van de arbeidsprocessen teneinde de onderneming om te vormen van een producent van massaproducten tot een moderne leverancier van klantspecifieke, speciale machines.

    b) Investeringen

    - Inlopen van de investeringsachterstand: Modernisering van de bestaande productiefaciliteit teneinde aan de wettelijke milieuvoorschriften te voldoen, de kwaliteit te verbeteren, de onderneming te flexibiliseren en oud gereedschap en oude machines te vervangen.

    c) Financiële maatregelen

    - Kapitaalinbreng van de koper, het personeel, de BvS en de deelstaat Saksen-Anhalt; verliescompensatie.

    (28) Volgens Duitsland vormen de investeringen slechts een deel van de herstructurering van de onderneming en zijn ze een onlosmakelijk onderdeel van het totale herstructureringsplan. De investeringen alleen zijn ontoereikend om de rentabiliteit van de onderneming op lange termijn te herstellen zonder dat tevens de arbeidsprocessen gereorganiseerd en gerationaliseerd, het productaanbod gemoderniseerd en de financiële positie herschikt worden.

    (29) Derhalve voldoet het herstructureringsplan volgens Duitsland aan de criteria van de kaderregeling voor herstructureringssteun en kan het niet als nieuwe investering in het kader van de regionale ontwikkeling worden aangemerkt.

    3. Uitvoerbaarheid van het herstructureringsplan

    (30) Wat de investeerder betreft, voert Duitsland aan dat de familie Doppstadt, in wier onderneming Ferdinand Doppstadt werkzaam was voordat hij zijn eigen bedrijfsactiviteiten ontplooide, over 30 jaar ervaring met de productie van vrachtvoertuigen beschikt. De praktijkervaring die de familie heeft opgedaan in het kader van haar eigen activiteiten in de landbouw, in de dienstverlening ten behoeve van de gemeentelijke overheid alsmede in de verkoop en de klantenservice ten behoeve van Unimog en andere merken, werd rechtstreeks ingebracht in de ontwikkeling van de vrachtvoertuigen. In het begin van de jaren zeventig ontwikkelde Doppstadt het hydraulische stuursysteem voor de Mercedes Benz MB-Trac 65. In die jaren voerde Doppstadt tevens tests voor Deutz-Intrac uit.

    (31) Doppstadt heeft zich steeds geconcentreerd op de ontwikkeling van in hoge mate klantspecifieke systeemoplossingen in nichemarkten. In het verleden heeft Doppstadt zijn eigen vrachtvoertuigen of in enkele gevallen vrachtvoertuigen van andere fabrikanten ingezet om door Doppstadt ontwikkelde aanbouwonderdelen te exploiteren of aan deze voertuigen te koppelen (bijvoorbeeld de Grizzly als verbindingsstuk met de Steyr-Trac met de Doppstadt-omvormer).

    (32) Ten aanzien van de financiële middelen van de investeerder verklaart Duitsland dat de financiële verplichtingen van de koper conform de privatiseringsovereenkomst zijn gedekt door een bankgarantie ten bedrage van 2,05 miljoen EUR, een handelsconforme bancaire toezegging als garantie voor investeringsverplichtingen ten bedrage van 6,934 miljoen EUR en een bancaire toezegging ten behoeve van een investeringskrediet als zekerheid voor de operationele financiering ten bedrage van 14,07 miljoen EUR. Volgens Duitsland zijn deze financiële toezeggingen van de banken van de onderneming toereikend om de twijfels van de Commissie omtrent de kredietwaardigheid van de investeerder weg te nemen.

    a) Het gewijzigde herstructureringsplan

    (33) Duitsland heeft voorts een gewijzigd herstructureringsplan overgelegd. Volgens Duitsland moest het plan worden gewijzigd vanwege problemen die in verband met het hoofdproduct (de Trac) na de marktintroductie ervan optraden.

    (34) Duitsland verklaart dat de onderneming de oorspronkelijk beoogde omzet- en resultaatdoelstellingen hoofdzakelijk niet heeft gehaald doordat de omzetdoelstellingen voor vrachtvoertuigen niet werden verwezenlijkt. Toen de investeerder de onderneming overnam, ging men ervan uit dat het hoofdproduct van LTS (de Trac) onmiddellijk op de markt zou kunnen worden gebracht. Er werd een begin gemaakt met de uitvoering van de herstructureringsmaatregelen (productie, logistiek en verkoop) uitgaande van de veronderstelling dat de Trac marktrijp was. Bijgevolg werden het aantal medewerkers en de voorraden fors verhoogd. De eerste Tracs werden eind 2000 geleverd en toen pas werd duidelijk dat de Trac technisch verouderd was en niet aan de eisen voldeed die de klanten aan een modern multifunctioneel vrachtvoertuig stellen.

    (35) De herstructureringsperiode wordt in het gewijzigde herstructureringsplan met één jaar verlengd. Een positief resultaat wordt nu niet, zoals oorspronkelijk voorzien, in 2002, maar pas in 2003 verwacht. De belangrijkste punten van het gewijzigde plan worden hieronder uiteengezet.

    (36) Voor de gebieden productie, techniek en ontwikkeling werd in januari 2001 een nieuwe manager aangesteld. Met het oog op de modernisering van de Trac-serie werd een speciaal constructieteam gevormd en een nieuw product ontwikkeld. De arbeidsprocessen werden geoptimaliseerd en er werd teamwork ingevoerd. Het aantal medewerkers werd per 30 juni 2001 teruggebracht met 71 personen.

    (37) De samenwerking met de dealers werd opnieuw bekeken en de eisen werden in dit opzicht herzien. Er wordt een extra leidinggevende gezocht en externe adviseurs is gevraagd om de onderneming bij de uitvoering van het herstructureringsproces te begeleiden. In augustus 2001 werd een stuurgroep ingesteld teneinde de controles te verbeteren en bij de tijdige signalering van potentiële problemen te helpen.

    (38) Wat de investeringen betreft, werd verklaard dat tot 18 juni 2001 reeds investeringen ten bedrage van 10,063 miljoen EUR waren gedaan. Het totale bedrag van de investeringen was echter 9,581 miljoen EUR lager, aangezien de onderneming zal afzien van de bouw van een eigen energiecentrale. Op grond van de liberalisering van de energiemarkten is de exploitatie van een eigen energiecentrale noodzakelijk noch economisch zinvol.

    (39) De kosten voor andere herstructureringsmaatregelen zullen (van oorspronkelijk 12,589 miljoen EUR) met 4,777 miljoen EUR stijgen tot 17,367 miljoen EUR. Tot juni 2001 werden maatregelen ten bedrage van 13,603 miljoen EUR uitgevoerd. De behoefte aan extra financiële middelen was terug te voeren op de vereiste modernisering van de Trac-serie. Voor de ontwikkeling van de Tracs is [...]* miljoen EUR nodig. Voor de presentatie van het product op vakbeurzen en voor andere promotionele maatregelen op het gebied van de marketing en verkoop van Tracs is [...]* miljoen EUR nodig. Voorts is een bedrag van [...]* miljoen EUR nodig voor de reorganisatie van de onderneming (invoering van teamwork, verbetering van de interne communicatie, verhoging van de productiviteit en extern advies). Daarnaast vereist de huidige situatie van de onderneming [...]* miljoen EUR extra bedrijfskapitaal.

    (40) Duitsland verkaart dat de extra maatregelen middels staatssteun worden gefinancierd. Aangezien de gedaalde investeringskosten een overeenkomstige daling van de investeringssteun tot gevolg hebben, bedraagt de totale steun ten behoeve van de herstructurering volgens het nieuwe plan 45,409 miljoen EUR; dit is minder dan het in het oorspronkelijke plan voorziene bedrag. De financiering door de investeerder is niet veranderd. Bijgevolg behelst het gewijzigde herstructureringsplan totale kosten voor de herstructurering ten bedrage van 69,26 miljoen EUR. Dit bedrag is 3,071 miljoen EUR lager dan de in het oorspronkelijke plan voorziene kosten.

    (41) Ten aanzien van de financiering van de herstructurering zoals door de Commissie vastgesteld in het besluit tot inleiding van de procedure, erkent Duitsland dat het bij het krediet van de BvS ten bedrage van 2,6 miljoen EUR en de overdracht van de vermogensbestanddelen ter waarde van 6,6 miljoen EUR om herstructureringssteun gaat. Duitsland benadrukt echter dat de door de investeerder voor de nieuwe onderneming betaalde prijs ten bedrage van 25641 EUR tot de bijdrage van de investeerder moet worden gerekend.

    (42)

    >RUIMTE VOOR DE TABEL>

    NB:

    De bedragen in de tabel zijn afgerond.

    (43) Duitsland verklaart dat volgens het nieuwe plan het herstel van de rentabiliteit van de onderneming ten opzichte van het oorspronkelijke plan met één jaar wordt uitgesteld. Een positief resultaat wordt nu niet, zoals oorspronkelijk gepland, in 2002, maar in 2003 verwacht. De omzetstijging wordt in eerste instantie in hoofdzaak gegenereerd door de productie van milieutechniek. Vanaf 2003, na de marktintroductie van de nieuwe Trac-serie, zullen deze producten een hoeksteen van het nieuwe plan vormen en een derde van de omzet genereren. Het aandeel van de Trac-voertuigen (inclusief reserveonderdelen) in de totale omzet moet in 2003 ongeveer [...]* % bedragen.

    Gepland aandeel van de Trac-voertuigen (inclusief reserveonderdelen) in de totale omzet van de onderneming

    >RUIMTE VOOR DE TABEL>

    NB:

    De bedragen in de tabel zijn afgerond.

    (44) Duitsland geeft aan dat de nieuwe planning uitgaat van de verkoop van [...]* Trac-voertuigen in 2002 en van [...]* voertuigen in 2003 teneinde de geschatte omzet aan Trac-voertuigen te bereiken. Bij afsluiting van de herstructurering is verkoop van [...]* tot [...]* stuks per jaar gepland.

    b) Marktgegevens

    (45) Duitsland verklaarde dat Doppstadt GmbH actief is in het marktsegment "vrachtvoertuigen in verschillende vermogensklassen". Het productaanbod omvat klantspecifieke voertuigen voor de gemeentelijke overheid en speciale doeleinden, die onder talrijke omstandigheden en op veel verschillende gebieden kunnen worden ingezet. Aangezien de voertuigen geschikt zijn voor het gebruik van een groot aantal toebehoren en speciale werktuigen die in andere sectoren worden gebruikt, kunnen ze als conventionele tractoren in de landbouw alsmede buiten de agrarische sector worden ingezet. De verstrekte gegevens veraanschouwelijken het mogelijke gebruik van een groot aantal toebehoren voor de agrarische sector en de gemeentelijke overheid alsmede de bouwsector en de bosbouw. De doelmarkten voor de vrachtvoertuigen van Doppstadt zijn in hoofdzaak gemeenten (steden en dorpen), particuliere loonbedrijven in de agrarische sector en bosbouwbedrijven. Het nieuwe productaanbod aan vrachtvoertuigen van Doppstadt GmbH beslaat de vermogensklassen vanaf 60 kW, maar is voornamelijk gericht op het hogere segment van meer dan 85 kW.

    (46) Volgens Duitsland wordt bij de bepaling van het marktvolume op de gemeenschappelijke markt en van de concurrentie uitgegaan van de tractormarkt. Daarbij moet echter worden aangemerkt dat tractoren en vrachtvoertuigen geen volledig homogene markten met uitwisselbare producten zijn, aangezien de eventuele toepassingsmogelijkheden van concurrerende producten niet volledig overeenstemmen. De vrachtvoertuigen van Doppstadt zijn als multifunctionele voertuigen voor het gebruik van speciale werktuigen ontworpen. Ook al kunnen deze voertuigen tot op zekere hoogte dezelfde functies als vrachtwagens vervullen, toch zijn ze over het algemeen niet bedoeld voor gebruik in toepassingsgebieden waar normaal vrachtwagens zouden worden ingezet. De overlappingen met vrachtwagens zijn niet bijzonder significant en bij meer dan 90 % van alle producten zijn tractoren en vrachtvoertuigen uitwisselbaar. Derhalve wordt de tractormarkt als referentiemarkt voor de bepaling van het relevante marktvolume genoemd.

    (47) In de periode 1995-1997 vertoonde de vraag naar tractoren op de gemeenschappelijke markt een jaarlijkse groei van ongeveer 6 %. In de periode 1997-1998 daalde de groei tot 2 %. Sinds 1998 is er sprake van een stagnerende vraag naar nieuwe voertuigen. In tegenstelling tot andere segmenten is de vraag naar tractoren met een vermogen van meer dan 85 kW in de afgelopen jaren echter aanzienlijk toegenomen. Het aandeel toegelaten voertuigen in dit segment is in Duitsland in de periode 1995-1999 gestegen van 25 % tot 33 %.

    (48) Tot de belangrijkste concurrenten op de Duitse tractormarkt behoren Fendt (21 %), John Deere (20 %), Case/Steyr (13 %), Deutz-Fahr (9 %), New Holland (6 %) en Massey Fergusson (5 %), die tezamen onderling ongeveer driekwart van de markt beheersen. De overige 25 % van de markt is in handen van een aantal Europese en Aziatische fabrikanten. Vóór de marktintroductie van de nieuwe Trac bezat Doppstadt GmbH in 2001 bij de vrachtvoertuigen een marktaandeel van ongeveer 3 %.

    (49) De gemeenschappelijke markt voor tractoren wordt beheerst door de belangrijkste concurrenten New Holland (16 %), Agco (12 %), John Deere (12 %), Case/Steyr (10 %) en Massey Fergusson (8 %). Het marktaandeel van Doppstadt GmbH was met 0,2 % in 1999 onbeduidend.

    (50) Ten aanzien van de toekomstige marktkansen verklaart Duitsland dat de vraag naar tractoren en vrachtvoertuigen ten behoeve van de landbouwmachinesector in West-Europa vanwege de regulering van de markt door de Gemeenschap relatief stabiel is en niet wordt beïnvloed door de ontwikkeling van factoren zoals de tarweprijs op de wereldmarkt. De eisen van de boeren ten aanzien van de door hen gebruikte bedrijfsvoertuigen zijn in de afgelopen jaren echter veranderd, in het bijzonder voor wat betreft hun flexibiliteit en prestaties. Vele voormalige kleine boeren zijn inmiddels tevens actief als loonbedrijf voor grotere landbouwbedrijven en/of gemeentelijke overheden en hebben derhalve behoefte aan krachtige en veelzijdige vrachtvoertuigen die geschikt zijn om de meest uiteenlopende grondsoorten sneller te bewerken en grotere afstanden af te leggen.

    (51) Volgens Duitsland wordt de vraag naar vrachtvoertuigen ten behoeve van de gemeentelijke overheid (onderhoud van wegen, parken en groenvoorzieningen) in hoofdzaak beïnvloed door strengere wettelijke milieuvoorschriften en kan deze derhalve als stabiel worden aangemerkt.

    (52) Duitsland komt tot de conclusie dat de markt voor tractoren en vrachtvoertuigen momenteel stagneert. Desondanks bestaat voor Doppstadt GmbH een marktpotentieel in de groeisectoren, temeer daar de onderneming klantspecifieke voertuigen in marktniches in de hogere en lagere vermogensklassen aanbiedt, die ondanks de als geheel stagnerende vraag een grote groei vertonen.

    (53) Volgens Duitsland moet in het bijzonder één hoofdproduct, de Trac, als een nicheproduct tussen de traditionele tractor ("landbouwtrekker") en de Unimog, het multifunctionele voertuig van DaimlerChrysler, worden beschouwd. Duitsland heeft een marktanalyse van "Management Engineers" (een in het ingenieurswezen gespecialiseerde bedrijfsadviesorganisatie) overgelegd waarin met name de kansen van de nieuwe Trac worden toegelicht. Volgens de marktanalyse zijn de eerder opgetreden technische problemen in de nieuwe Trac opgelost. De Trac voldoet nu aan de technische eisen van de doelmarkt. Het onderzoek komt tot de conclusie dat er een marktniche voor de Trac bestaat die tot op heden niet door concurrenten is ingenomen. Volgens het onderzoek is de niche terug te voeren op de volgende factoren.

    (54) De nieuwe Trac richt zich vooral op het segment van meer dan 85 kW, dat ondanks de algemene stagnatie op de tractormarkt in de afgelopen jaren een groei vertoonde. Het aandeel toegelaten voertuigen in dit segment is in Duitsland in de periode 1995-2001 gestegen van 31 % naar 40 %.

    (55) De Trac is gebaseerd op het vroegere model van Mercedes Benz "MB-Trac", dat niet meer wordt geproduceerd. De MB-Trac wordt echter nog steeds intensief gebruikt en zal binnenkort verouderd zijn. De nieuwe Trac is als vervanging voor de MB-Trac de meest voor de hand liggende keuze. Doppstadt GmbH, dat het patent op de MB-Trac heeft verkregen, heeft de mogelijkheid te profiteren van de voormalige verkoopkanalen ervan.

    (56) De nieuwe Trac biedt multifunctionele toepassingsmogelijkheden die tevens van belang zijn voor gebieden buiten de traditionele doelmarkt voor tractoren, de landbouw, waarin een groeiende behoefte aan deze producten ontstaat. Andere klanten zijn gemeenten alsmede bedrijven met behoefte aan speciale en multifunctionele voertuigen, zoals luchthavens, bouwbedrijven, spoorwegbedrijven e.d.

    (57) Aangezien DaimlerChrysler voornemens is zijn multifunctionele ontwerp (de "Unimog") te richten op voertuigen die voor het wegverkeer geschikt zijn, wordt verwacht dat deze niche zal groeien. Het marktonderzoek houdt in Europa verkoopcijfers van jaarlijks [...]* tot [...]* Tracs na 2003 voor mogelijk. Een in de analyse meegenomen enquête onder Doppstadt-dealers resulteerde in de volgende geschatte verkoopcijfers:

    Geschatte verkoopcijfers voor de Trac (gebaseerd op informatie van de Doppstadt-dealers)

    >RUIMTE VOOR DE TABEL>

    c) Bedrijfsontwikkeling van de onderneming

    (58) Naast de Trac moet de omzet van de onderneming in hoofdzaak worden gerealiseerd op het gebied van de milieutechniek. De omzet in dit segment kon na de integratie van delen van de activiteiten van de investeerder bij andere vestigingen in 2000 worden verhoogd van voorheen 294358 EUR tot 9,6 miljoen EUR en overtrof in 2001 de in het herstructureringsplan voorziene omzet van 13 miljoen EUR.

    (59) Voorts stelt Duitsland vast dat de nieuwe Trac momenteel met succes op de markt is geïntroduceerd. Volgens Duitsland verkocht Doppstadt in de eerste drie maanden na de marktintroductie in maart [...]* modellen. In april 2002 is een eerste positief maandresultaat van [...]* EUR gerealiseerd. Tot mei 2002 waren er [...]* lopende bestellingen. Vergeleken met het voorafgaande jaar kon de omzet met 40 % worden verhoogd. De meest recente cijfers tonen aan dat omzet en bedrijfsresultaat zich tot juli 2002 volgens plan ontwikkelden. Helaas had de onderneming in augustus met tegenslag af te rekenen, aangezien de productie als gevolg van de watersnood in het oosten van Duitsland tijdelijk moest worden gestaakt.

    4. Financiering van de herstructurering en evenredigheid van de steun

    a) Bijdrage van de medewerkers aan de herstructurering

    (60) Wat betreft de bijdrage van de medewerkers aan de herstructurering ten bedrage van 2,82 miljoen EUR is Duitsland van mening dat het feit dat het personeel van een deel van lonen en salarissen afziet, dient te worden beschouwd als een bijdrage uit eigen middelen van de onderneming zoals bedoeld in punt 3.2.2, onder iii), van de kaderregeling voor reddings- en herstructureringssteun aan ondernemingen in moeilijkheden(7) (hierna: de kaderregeling). De beslissende factor is hier de vraag of de geherstructureerde onderneming als begunstigde van de steun een bijdrage levert. Deze bijdrage kan in de vorm van financiële middelen van de investeerder of in een andere vorm door de onderneming geschieden. Het feit dat de medewerkers van inkomsten in de vorm van loon en salaris afzien, moet als een relevante bijdrage aan een succesvolle herstructurering worden beschouwd en tot de bijdrage van de begunstigde worden gerekend. Bijgevolg voert Duitsland aan dat de door het personeel geaccepteerde afstand van lonen en salarissen ten bedrage van 2,82 miljoen EUR als een integraal onderdeel van het financieringsplan moet worden beschouwd en bij de berekening van de totale kosten van de herstructurering in aanmerking moet worden genomen.

    b) Afstand door BvS van vorderingen jegens LTS ten bedrage van 5,424 miljoen EUR

    (61) Duitsland verklaart dat de BvS geen afstand had gedaan van haar vorderingen jegens het zich in liquidatie bevindende LTS. In april/mei 2000 corrigeerden de accountants de jaarrekening van LTS zodanig dat 5,424 miljoen EUR (inclusief opgelopen rente) opnieuw als schuld jegens de BvS in de jaarrekening over het op 31 december 1998 afgesloten boekjaar opgenomen wordt. Dit bedrag wordt met de opbrengst uit de liquidatie van LTS vereffend. In tegenstelling tot het standpunt van de Commissie in haar besluit tot inleiding van de procedure moet het bedrag derhalve niet als steun ten behoeve van onderhavige herstructurering worden beschouwd, aangezien de BvS geen afstand van de vorderingen heeft gedaan.

    IV. BEOORDELING VAN DE STEUN

    1. Bestaan van staatssteun

    (62) Overeenkomstig artikel 87, lid 1, van het EG-Verdrag zijn staatssteunmaatregelen of uit overheidsmiddelen gefinancierde steunmaatregelen in welke vorm ook die de mededinging door begunstiging van bepaalde ondernemingen of producties vervalsen of dreigen te vervalsen, onverenigbaar met de gemeenschappelijke markt, voorzover deze steun het handelsverkeer tussen de lidstaten nadelig beïnvloedt. Volgens de jurisprudentie van het Europese Hof van Justitie is aan de voorwaarde betreffende een nadelige beïnvloeding van het handelsverkeer voldaan, indien de begunstigde onderneming zich met economische activiteiten bezighoudt die deel uitmaken van het handelsverkeer tussen de lidstaten.

    (63) De Commissie stelt vast dat de steun in onderhavig geval uit overheidsmiddelen ten behoeve van een bepaalde onderneming is verleend, die is begunstigd door een reductie van de kosten die de onderneming bij de tenuitvoerlegging van het aangemelde herstructureringsplan normaal gesproken had moeten dragen. Bovendien is Doppstadt GmbH, de begunstigde van de steun, een onderneming die vrachtvoertuigen en milieutechniek produceert. Daarbij gaat het om economische activiteiten die deel uitmaken van het handelsverkeer tussen de lidstaten. Derhalve is deze steun onderworpen aan artikel 87, lid 1, van het EG-Verdrag.

    (64) De Commissie stelt voorts vast dat Duitsland zijn in artikel 88, lid 3, van het EG-Verdrag bedoelde verplichting om de Commissie tijdig van de beoogde steun op de hoogte te brengen, niet is nagekomen. Vanuit formeel oogpunt gaat het hierbij derhalve om onrechtmatige steun. Dit betekent echter niet noodzakelijkerwijs dat de steun onverenigbaar zou zijn met de gemeenschappelijke markt. De afzonderlijke maatregelen dienen derhalve overeenkomstig artikel 87 van het EG-Verdrag te worden onderzocht.

    2. Mogelijke gronden voor verenigbaarheid

    (65) Een uitzondering op artikel 87, lid 1, van het EG-Verdrag kan worden afgeleid uit artikel 87, lid 2, of uit artikel 87, lid 3, van het EG-Verdrag.

    (66) Duitsland beroept zich er niet op dat de steun overeenkomstig artikel 87, lid 2, als verenigbaar met de gemeenschappelijke markt moet worden beschouwd. Dit artikel lijkt hier inderdaad niet van toepassing te zijn.

    (67) In onderhavig geval is artikel 87, lid 3, van het EG-Verdrag relevant. Deze bepaling verleent de Commissie de bevoegdheid om staatssteun onder bepaalde omstandigheden goed te keuren. De uitzonderingsbepalingen zoals genoemd in artikel 87, lid 3, onder b), d) en e), zijn in onderhavig geval niet genoemd en inderdaad niet relevant. Op grond van artikel 87, lid 3, onder a), van het EG-Verdrag is de Commissie bevoegd tot goedkeuring van staatssteun ter bevordering van de economische ontwikkeling van streken waarin de levensstandaard uitzonderlijk laag is of waar een ernstig gebrek aan werkgelegenheid heerst. De deelstaat Saksen-Anhalt valt onder deze bepaling. Het hoofddoel van de steun is in onderhavig geval echter eerder de bevordering van een bepaalde economische sector dan de bevordering van de economische ontwikkeling van een streek. Derhalve moet de steun op basis van artikel 87, lid 3, onder c), van het EG-Verdrag in plaats van artikel 87, lid 3, onder a), van het EG-Verdrag worden beoordeeld.

    (68) Het project behelst de herstructurering van de onderneming overeenkomstig het door de investeerder overgelegde herstructureringsplan. De beoordeling van herstructureringssteun aan ondernemingen in moeilijkheden dient te geschieden op basis van de communautaire kaderregeling voor reddings- en herstructureringssteun aan ondernemingen in moeilijkheden. Reddings- en herstructureringssteun kan bijdragen aan de ontwikkeling van bepaalde vormen van economische bedrijvigheid zoals bedoeld in artikel 87, lid 3, onder c), van het EG-Verdrag zonder het handelsverkeer zodanig te veranderen dat het gemeenschappelijk belang wordt geschaad, voorzover de steun aan de voorwaarden voldoet zoals vastgelegd in de kaderregeling.

    (69) In onderhavig geval zijn overeenkomstig punt 101 van de communautaire kaderregeling voor reddings- en herstructureringssteun aan ondernemingen in moeilijkheden(8) van 1999 de criteria van 1994 van toepassing, aangezien de steun geheel noch gedeeltelijk na publicatie van de kaderregeling van 1999 is verleend.

    3. Onderwerp van de beoordeling

    (70) De Commissie heeft in het besluit tot inleiding van de procedure vastgesteld dat de beschikking inzake Lintra(9) nog aanvullende vorderingen jegens Doppstadt GmbH tot gevolg zou kunnen hebben.

    (71) De beschikking inzake Lintra is op 28 maart 2001 gedaan. Bij brief van 29 juni 2001 heeft Duitsland de Commissie ervan in kennis gesteld dat de volgens de beschikking inzake Lintra onrechtmatig aan het voormalige LTS verleende steun ten bedrage van 3252373 EUR inclusief rente is terugbetaald, zijnde in totaal een bedrag groot 4088648,54 EUR. Een betalingsopdracht van 22 juni 2001 is aan de Commissie overgelegd. De onrechtmatige steun is door het zich in liquidatie bevindende LTS vereffend. Derhalve worden deze maatregelen in onderhavige beschikking niet nader beoordeeld.

    (72) De Commissie stelt voorts vast dat volgens het gewijzigde herstructureringsplan 6,165 miljoen EUR van de overheidsmiddelen ten behoeve van de herstructurering ten bedrage van in totaal 45,409 miljoen EUR als steun op basis van goedgekeurde regelingen wordt verleend. Derhalve wordt deze steun beschouwd als bestaande steun zoals bedoeld in artikel 1, onder b), ii), van Verordening (EG) nr. 659/99 van de Raad van 22 maart 1999 tot vaststelling van nadere bepalingen voor de toepassing van artikel 93 van het EG-Verdrag(10); de verenigbaarheid hiervan met de gemeenschappelijke markt hoeft in onderhavige beschikking niet nader te worden onderzocht. Bijgevolg wordt steun ten bedrage van 39,244 miljoen EUR in onderhavige beschikking als ad-hocsteun onderzocht. De bestaande steun ten bedrage van 6,165 miljoen EUR dient echter ook bij de beoordeling van de evenredigheid van de steun overeenkomstig punt 3.2.2, onder iii), van de kaderregeling in aanmerking te worden genomen.

    (73) In het besluit tot inleiding van de procedure heeft de Commissie de steun voorlopig beoordeeld op basis van het oorspronkelijke herstructureringsplan. In aansluiting hierop heeft Duitsland een gewijzigde versie van het herstructureringsplan overgelegd waarop thans de beoordeling van de steun dient te worden gebaseerd. Derhalve dienen ontwikkelingen die zich na verlening van de steun en vóór overlegging van het gewijzigde plan hebben voorgedaan, door de Commissie in aanmerking te worden genomen voorzover dit nodig is voor de beoordeling van het nieuwe plan.

    4. Ondernemingen in moeilijkheden

    (74) In de regel kan een nieuw opgerichte vennootschap niet worden aangemerkt als onderneming in moeilijkheden. Vanwege het uitzonderlijke transformatieproces in de nieuwe Duitse deelstaten heeft de Commissie echter besloten de kaderregeling voor zogenaamde afsplitsingsconstructies(11) toe te passen, voorzover het niet om de zuivere verkoop van afzonderlijke vermogensbestanddelen gaat en de activiteiten van de insolvente onderneming worden voortgezet. De toepassing van de kaderregeling op deze ondernemingen kan met inachtneming van de problemen van de nieuwe Duitse deelstaten in het algemeen en van de onderneming in het bijzonder worden gerechtvaardigd.

    (75) Doppstadt GmbH is in de nieuwe Duitse deelstaten gevestigd. Aan het bedrijf zijn alle vermogensbestanddelen van het voormalige LTS/GS overgedragen die voor de over te nemen productie nodig waren. De activiteiten van het voormalige LTS/GS zijn door Doppstadt GmbH voortgezet. Bijgevolg is Doppstadt GmbH een echte afsplitsingsconstructie en kunnen de maatregelen ten gunste van Doppstadt GmbH als herstructureringssteun worden aangemerkt.

    (76) Overeenkomstig punt 2.1 van de kaderregeling worden ondernemingen in moeilijkheden gekenmerkt door een verminderende rentabiliteit of toenemend verlies, een dalende omzet, een geringere cashflow en een lage nettowaarde van de activa. De Commissie stelt vast dat LTS sinds haar oprichting in 1995(12) verlies heeft geleden. In 1998 bedroegen de verliezen 8,3 miljoen EUR; in 1999, toen de Commissie van onderhavig plan in kennis werd gesteld, bedroegen de verliezen 4,652 miljoen EUR. Derhalve geldt Doppstadt GmbH als onderneming in moeilijkheden en wordt de steun ten behoeve van haar herstructurering aan de hand van de kaderregeling beoordeeld.

    5. Aanmerking van het project als herstructurering

    (77) In het besluit tot inleiding van de procedure betwijfelde de Commissie dat het gezien de aard van het project om een herstructurering zou gaan, aangezien de herstructureringsmaatregelen in hoofdzaak investeringen behelsden.

    (78) De Commissie stelt vast dat het gewijzigde project in de door Duitsland overgelegde vorm in een verlaging van de investeringskosten met in totaal 9,515 miljoen EUR voorziet(13). In onderhavig geval zouden de investeringskosten 50 % van de kosten voor herstructureringsmaatregelen uitmaken. Het aandeel van de investeringen in het herstructureringsplan is derhalve aanzienlijk gedaald. Bovendien beroept Duitsland zich er terecht op dat de investeringen alleen ontoereikend zouden zijn om de rentabiliteit van de onderneming op de lange termijn te herstellen zonder tevens de arbeidsprocessen te reorganiseren en te rationaliseren en het productaanbod alsmede de verkoop te moderniseren als voorzien in het herstructureringsplan. Om die redenen voldoet het plan als geheel aan de criteria om niet als zuiver investeringsproject, maar als herstructurering te worden aangemerkt.

    6. Herstel van de rentabiliteit

    (79) Overeenkomstig punt 3.2.2, onder i), van de kaderregeling moet het herstructureringsplan in staat zijn om de langetermijnrentabiliteit van de onderneming binnen een redelijk tijdbestek te herstellen uitgaande van realistische veronderstellingen ten aanzien van de omstandigheden waaronder deze in de toekomst zal functioneren. De verbetering van de situatie van de onderneming en het herstel van de rentabiliteit moeten vooral door bedrijfsinterne maatregelen worden bewerkstelligd, zoals voorzien in het herstructureringsplan. Externe factoren, zoals hogere prijzen of een toename van de vraag waarop de onderneming slechts weinig invloed heeft, mogen niet als enig uitgangspunt worden aangevoerd.

    (80) In het besluit tot inleiding van de procedure betwijfelde de Commissie of het herstructureringsplan de langetermijnrentabiliteit van de onderneming kan herstellen, aangezien de investeerder, F. Doppstadt, niet over eerdere ervaring op het gebied van vrachtvoertuigen en slechts over beperkte financiële middelen leek te beschikken. De Commissie stelde voorts vast dat de te harer beschikking staande marktgegevens ontoereikend waren om te kunnen concluderen dat de behoorlijk ambitieuze verkoopdoelstellingen, waarop de langetermijnrentabiliteit van de onderneming was gebaseerd, realistisch en plausibel waren.

    (81) Ten aanzien van het gebrek aan ervaring van de investeerder voert Duitsland aan dat het familiebedrijf Doppstadt, waar de investeerder, Ferdinand Doppstadt, werkzaam was voordat hij de leiding over Doppstadt GmbH overnam, over 30 jaar ervaring met de productie van vrachtvoertuigen beschikt. Voorts heeft Duitsland vanwege de technische problemen in verband met de eerste marktintroductie van de Trac een gewijzigd herstructureringsplan overgelegd op basis waarvan de directie werd vervangen en door externe adviseurs versterkt teneinde een succesvolle modernisering van het Trac-ontwerp te garanderen. Hierdoor lijkt een eventueel gebrek aan ervaring inmiddels redelijkerwijs gecompenseerd te zijn. Een en ander wordt tevens bevestigd door de door Duitsland overgelegde expertise, waarin wordt vastgesteld dat de oorspronkelijke technische gebreken bij de nieuw ontwikkelde Trac inmiddels zijn verholpen.

    (82) Wat de uitvoerbaarheid van het nieuwe plan betreft, stelt de Commissie vast dat zo'n [...]* % à [...]* % van de omzet met milieutechnische producten (hoofdzakelijk zeefinstallaties voor het reinigen van zaaigoed en graskantenmaaiers) wordt gegenereerd, die zich volgens de beschikbare informatie succesvol op de markt lijken te handhaven. Zowel in het oude als in het nieuwe plan is voorts een aanzienlijk deel van de omzet terug te voeren op de afzet van het vrachtvoertuig Trac. Het aandeel van de Trac-voertuigen in de totale omzet bedroeg in het oude plan circa [...]* % en in het nieuwe plan circa [...]* %. De verkoop van reserveonderdelen meegerekend, bedraagt het aandeel van de Tracs ook in het nieuwe plan circa [...]* % van de in totaal voorziene omzet. Derhalve is het succes van het Trac-product bepalend voor het behalen van winst en bijgevolg tevens voor het herstel van de langetermijnrentabiliteit van de onderneming.

    (83) Er wordt vastgesteld dat volgens het gewijzigde plan het herstel van de rentabiliteit van de onderneming in vergelijking tot het oorspronkelijke plan met één jaar wordt uitgesteld. Een positief resultaat wordt nu niet, zoals oorspronkelijk gepland, in 2002, maar voor 2003 voorzien. Aanvankelijk moet de omzetstijging door de verkoop van milieutechniek worden gerealiseerd. In 2002 moet na de marktintroductie van de nieuwe Trac uit verkopen een extra omzetgroei worden gerealiseerd. Voor de Trac voorziet de nieuwe planning in de verkoop van [...]* Tracs in 2002 en van [...]* Tracs in 2003. Bij afsluiting van de herstructurering is de verkoop van [...]* tot [...]* stuks per jaar gepland.

    (84) Volgens Duitsland kan deze geplande stijging van de verkoopcijfers ondanks de algemene stagnatie op de tractormarkt worden gerealiseerd, aangezien de Trac is gericht op een marktniche waarin dergelijke verkoopcijfers realiseerbaar lijken. Om toe te lichten dat de geplande verkoopcijfers realistisch zijn, heeft Duitsland een marktanalyse overgelegd waarin in het bijzonder de kansen van het nieuwe Trac-ontwerp van Doppstadt worden beoordeeld.

    (85) Volgens deze gegevens zijn de technische gebreken aan het voormalige product verholpen en is het product inmiddels in technisch opzicht concurrerend. Op grond van de analyse van het productsegment wordt in het marktonderzoek vastgesteld dat de geplande verkoopcijfers met de nieuwe Trac realiseerbaar zijn, aangezien er een toenemende vraag naar dit product lijkt te bestaan. Dit wordt nog eens bevestigd door het feit dat de voorloper van de Trac moet worden vervangen en er tot op heden geen in dezelfde mate universeel product op de markt is. Bovendien zal volgens de meest recente informatie een deels vergelijkbaar product uit de handel worden genomen. Gelet op deze feiten wordt in de door Duitsland overgelegde marktanalyse de conclusie getrokken dat uiterlijk eind 2003 jaarlijks [...]* tot [...]* Tracs moeten kunnen worden verkocht.

    (86) De in het plan voorziene verlenging van de herstructureringsperiode lijkt redelijk om het nieuwe product op de markt te introduceren. Volgens de laatste door Duitsland verstrekte gegevens lijken de geplande verkoopcijfers voor de Trac realiseerbaar. Zelfs indien de onderneming haar doelstellingen niet ten volle mocht verwezenlijken, zou het bereiken van het break-evenpoint weliswaar kunnen worden vertraagd, maar het herstel van de rentabiliteit als zodanig zou ook in dat geval waarschijnlijk niet ter discussie staan, aangezien het nieuwe product, gelet op de nieuwste gegevens, over het geheel genomen concurrerend lijkt te zijn. Een en ander lijkt door de meest recente ontwikkelingen sinds de marktintroductie van de Trac te worden bevestigd.

    (87) De twijfels van de Commissie omtrent de geschiktheid van het herstructureringsplan om de rentabiliteit van de onderneming te herstellen, zijn derhalve weggenomen.

    7. Evenredigheid van de steun

    (88) Volgens de kaderregeling moet steun in verhouding tot de kosten en baten van de herstructurering staan. In punt 3.2.2, onder iii), van de kaderregeling is bepaald dat de steun tot het voor de herstructurering noodzakelijke minimum moet worden beperkt en verband moet houden met de voordelen die de Commissie ervan verwacht. Van de begunstigden van de steun wordt verwacht dat zij met eigen middelen een belangrijke bijdrage leveren aan het herstructureringsplan. Steun mag niet worden gebruikt voor de financiering van nieuwe investeringen die niet nodig zijn voor de herstructurering.

    (89) In het besluit tot inleiding van de procedure betwijfelde de Commissie dat de begunstigde van de steun met eigen middelen of via externe financiering een belangrijke bijdrage aan de herstructurering heeft geleverd, aangezien zijn bijdrage slechts 28 % leek te zijn.

    (90)

    >RUIMTE VOOR DE TABEL>

    NB:

    De bedragen in de tabel zijn afgerond.

    (91) Ten aanzien van de bijdrage van de medewerkers ten bedrage van 2,8 miljoen EUR stelt de Commissie vast dat dit bedrag tot de herstructureringskosten moet worden gerekend, aangezien het hierbij om een echte bijdrage aan de totale kosten van de herstructurering gaat. Dit bedrag wordt echter niet als bijdrage van de investeerder aangemerkt, aangezien het niet om een financiering uit financiële middelen van de investeerder en evenmin om een financiering door Doppstadt GmbH gaat(14).

    (92) Het bedrag van 5,424 miljoen EUR dat in het besluit tot inleiding van de procedure als herstructureringskosten wordt genoemd, wordt in de tabel in punt 90 niet meer in aanmerking genomen, aangezien Duitsland de jaarrekening van LTS heeft gecorrigeerd en dit bedrag volgens Duitsland aan de BvS zal worden gerestitueerd uit de opbrengst van de liquidatie. Aangezien de BvS bijgevolg geen afstand van de vordering heeft gedaan ten gunste van de geherstructureerde vennootschap, wordt het desbetreffende bedrag niet als herstructureringssteun tot de herstructureringskosten gerekend.

    (93) Ten aanzien van de in het besluit tot inleiding van de procedure aangevoerde twijfels omtrent de omvang van de bijdrage van de investeerder aan de herstructurering stelt de Commissie vast dat de bijdrage van de investeerder 30 % bedraagt, doordat de omvang van de steun geringer is en het bedrag van 5,424 miljoen EUR niet als herstructureringskosten en herstructureringssteun in aanmerking wordt genomen. In overeenstemming met eerdere gevallen van herstructureringssteun in de nieuwe Duitse deelstaten kan dit worden beschouwd als een belangrijke bijdrage zoals bedoeld in de kaderregeling(15). Derhalve zijn de twijfels of de steun tot de kosten en baten van de herstructurering in verhouding staat, weggenomen.

    V. CONCLUSIE

    (94) De Commissie stelt vast dat Duitsland de steun ten bedrage van 39,244 miljoen EUR aan Doppstadt GmbH in strijd met artikel 88, lid 3, van het EG-Verdrag heeft verleend. Gelet op bovenstaande uiteenzettingen komt de Commissie echter tot de conclusie dat deze maatregelen met artikel 87, lid 3, onder c), van het EG-Verdrag en derhalve met de gemeenschappelijke markt verenigbaar zijn,

    HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING GEGEVEN:

    Artikel 1

    De steun ten bedrage van 39,244 miljoen EUR die Duitsland aan Doppstadt GmbH heeft verleend, is overeenkomstig artikel 87, lid 3, onder c), van het EG-Verdrag verenigbaar met de gemeenschappelijke markt.

    Artikel 2

    Deze beschikking is gericht tot de Bondsrepubliek Duitsland.

    Gedaan te Brussel, 27 november 2002.

    Voor de Commissie

    Mario Monti

    Lid van de Commissie

    (1) PB C 278 van 30.9.2000, blz. 17.

    (2) Zie voetnoot 1.

    (3) Beschikking 2001/673/EG van de Commissie van 28 maart 2001 betreffende de staatssteun die Duitsland heeft verleend aan EFBE Verwaltungs GmbH & Co. Management KG (thans Lintra Beteiligungsholding GmbH, tezamen met Zeitzer Maschinen, Anlagen Geräte GmbH; LandTechnik Schlüter GmbH; ILKA MAFA Kältetechnik GmbH; Motoren- und Systembautechnik GmbH; SKL Spezialapparatebau GmbH; Magdeburger Eisengießerei GmbH; Saxonia Edelmetalle GmbH en Gothaer Fahrzeugwerk GmbH) (PB L 236 van 5.9.2001, blz. 3).

    (4) Bedragen in euro bevatten omrekeningsverschillen (omrekeningsfactor 1,95).

    (5) Om te waarborgen dat geen vertrouwelijke informatie openbaar wordt gemaakt, zijn gedeelten uit deze tekst weggelaten; deze gedeelten zijn aangeduid met vierkante haakjes en een asterisk.

    (6) Toen LTS tot Lintra behoorde, heette het bedrijf LandTechnik Schlüter GmbH.

    (7) PB C 368 van 23.12.1994, blz. 12.

    (8) PB C 288 van 9.10.1999, blz. 2.

    (9) Zie voetnoot 3.

    (10) PB L 83 van 27.3.1999, blz. 1.

    (11) Vgl. goedkeuringen van de Commissie van 16 en 30 april 1997: staatssteunmaatregelen 874/96 en NN 139/96 (Union Werkzeugmaschinen GmbH), brief D/3428 van 2 mei 1997; staatssteunmaatregel N 892/96 (Foron Haus- und Küchentechnik GmbH), brief D/4047 van 28 mei 1997. Deze aanpak is inmiddels in punt 7, voetnoot 10, van de communautaire richtsnoeren voor reddings- en herstructureringssteun aan ondernemingen in moeilijkheden (PB C 228 van 9.10.1999, blz. 2) bevestigd. Volgens dit punt vormen de enige uitzondering op het beginsel dat een pas opgerichte onderneming niet in aanmerking komt voor reddings- en herstructureringssteun, gevallen die door de BvS worden behandeld in het kader van haar privatiseringsopdracht en andere soortgelijke gevallen in de nieuwe deelstaten, en wel met betrekking tot ondernemingen die na een liquidatie of een overname van activa die vóór 31 december 1999 is geschied, zijn opgericht.

    (12) Omzetting van LandTechnik Schlüter GmbH in LandTechnik Schönebeck GmbH op 31 mei 1995.

    (13) Deze verlaging van de kosten is terug te voeren op het besluit om af te zien van de investeringen in een eigen energiecentrale vanwege de liberalisering van de energiemarkten.

    (14) Vgl. Beschikking 2002/186/EG van de Commissie (PB L 62 van 5.3.2002, blz. 44) inzake ZEMAG.

    (15) Vgl. hiertoe de volgende beschikkingen: beschikking NN 152/98 van 9 juni 1999 inzake Wismarer Propeller- und Maschinenfabrik (PB C 88 van 25.3.2000, blz. 3) en beschikking NN 48/98 van 26 juni 2000 inzake Hydraulik Markranstädt GmbH (PB C 62 van 4.3.2000, blz. 18).

    Top