Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32001R1840

Verordening (EG) nr. 1840/2001 van de Commissie van 19 september 2001 houdende derde wijziging van Verordening (EG) nr. 23/2001 houdende bijzondere maatregelen tot afwijking van Verordening (EG) nr. 800/1999, Verordening (EEG) nr. 3719/88, Verordening (EG) nr. 1291/2000 en Verordening (EEG) nr. 1964/82 in de sector rundvlees

PB L 251 van 20.9.2001, p. 4–5 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)

Dit document is verschenen in een speciale editie. (CS, ET, LV, LT, HU, MT, PL, SK, SL)

Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 30/12/2004

ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/2001/1840/oj

32001R1840

Verordening (EG) nr. 1840/2001 van de Commissie van 19 september 2001 houdende derde wijziging van Verordening (EG) nr. 23/2001 houdende bijzondere maatregelen tot afwijking van Verordening (EG) nr. 800/1999, Verordening (EEG) nr. 3719/88, Verordening (EG) nr. 1291/2000 en Verordening (EEG) nr. 1964/82 in de sector rundvlees

Publicatieblad Nr. L 251 van 20/09/2001 blz. 0004 - 0005


Verordening (EG) nr. 1840/2001 van de Commissie

van 19 september 2001

houdende derde wijziging van Verordening (EG) nr. 23/2001 houdende bijzondere maatregelen tot afwijking van Verordening (EG) nr. 800/1999, Verordening (EEG) nr. 3719/88, Verordening (EG) nr. 1291/2000 en Verordening (EEG) nr. 1964/82 in de sector rundvlees

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 1254/1999 van de Raad van 17 mei 1999 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector rundvlees(1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1512/2001(2), en met name op artikel 29, lid 2, onder a), artikel 33, lid 12, en artikel 41,

Overwegende hetgeen volgt:

(1) De sanitaire maatregelen die, nadat gevallen van boviene spongiforme encefalopathie waren geconstateerd, door de autoriteiten van bepaalde derde landen zijn getroffen ten aanzien van de uitvoer van runderen en van rundvlees, hebben de economische belangen van de exporteurs ernstig geschaad.

(2) Wegens de uitbraken van mond- en klauwzeer in verschillende lidstaten van de Europese Unie is een aantal beschermende maatregelen vastgesteld op grond van Richtlijn 90/425/EEG van de Raad van 26 juni 1990 inzake veterinaire en zoötechnische controles in het intracommunautaire handelsverkeer in bepaalde levende dieren en producten in het vooruitzicht van de totstandbrenging van de interne markt(3), laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 92/118/EEG(4), en met name van artikel 10, en op grond van Richtlijn 89/662/EEG van de Raad van 11 december 1989 inzake veterinaire controles in het intracommunautaire handelsverkeer in het vooruitzicht van de totstandbrenging van de interne markt(5), laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 92/118/EEG, en met name van artikel 9.

(3) Bij Verordening (EG) nr. 23/2001 van de Commissie(6), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 908/2001(7), zijn maatregelen getroffen om bepaalde ernstige gevolgen die daaruit voortvloeien, enigermate te ondervangen.

(4) De sanitaire beschermingsmaatregelen die de autoriteiten van bepaalde derde landen hebben genomen ten aanzien van de uitvoer uit de Gemeenschap, zijn nog steeds van kracht en zijn in bepaalde gevallen zelfs verscherpt. Wegens deze situatie moeten bepaalde termijnen worden verlengd, doch uiterlijk tot 31 december 2001.

(5) De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité van beheer voor rundvlees,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Artikel 2 van Verordening (EG) nr. 23/2001 wordt vervangen door: "Artikel 2

1. Op grond van Verordening (EG) nr. 1445/95 afgegeven uitvoercertificaten die niet later dan 30 maart 2001 zijn aangevraagd, met uitzondering van de certificaten waarvan de geldigheidsduur vóór 1 november 2000 is verstreken, worden op verzoek van de titularis geannuleerd, waarbij de zekerheden worden vrijgegeven.

2. Op verzoek van de exporteur geldt voor producten:

- waarvoor uiterlijk op 30 maart 2001 de douaneformaliteiten bij uitvoer waren vervuld of die uiterlijk op die datum onder een van de in de artikelen 4 en 5 van Verordening (EEG) nr. 565/80 vastgelegde regelingen waren geplaatst, dat de bij artikel 32, lid 1, onder b), punt i), van Verordening (EG) nr. 1291/2000, alsmede bij artikel 7, lid 1, en artikel 34, lid 1, van Verordening (EG) nr. 800/1999 vastgestelde termijn van 60 dagen voor het verlaten van het douanegebied van de Gemeenschap wordt verlengd tot en met 31 december 2001,

- waarvoor uiterlijk op 30 maart 2001 de douaneformaliteiten bij uitvoer waren vervuld maar die op die datum het douanegebied van de Gemeenschap nog niet hadden verlaten of die uiterlijk op die datum onder een van de bij de artikelen 4 en 5 van Verordening (EEG) nr. 565/80 vastgestelde regelingen waren geplaatst, dat de exporteur alle vooruitbetaalde restituties terugbetaalt en dat de voor de verschillende transacties gestelde zekerheden worden vrijgegeven,

- waarvoor uiterlijk op 30 maart 2001 de douaneformaliteiten waren vervuld en die vóór die datum het douanegebied van de Gemeenschap hadden verlaten, dat ze weer in het douanegebied van de Gemeenschap mogen worden binnengebracht en in de Gemeenschap in het vrije verkeer mogen worden gebracht. In dat geval betaalt de exporteur alle vooruitbetaalde restituties terug en worden de voor de betrokken transacties gestelde zekerheden vrijgegeven,

- waarvoor uiterlijk op 30 maart 2001 de douaneformaliteiten waren vervuld en die vóór die datum het douanegebied van de Gemeenschap hadden verlaten, dat zij weer in het douanegebied van de Gemeenschap mogen worden binnengebracht om daar tot en met 31 december 2001 onder een schorsingsregeling te worden geplaatst in een vrije zone, een vrij entrepot of een douane-entrepot, om vervolgens hun eindbestemming te bereiken, zonder dat de betaling van de restitutie voor de werkelijke eindbestemming en het vrijgeven van de voor het certificaat gestelde zekerheid hierdoor in gevaar komen.".

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen.

Zij is van toepassing voor transacties waarover nog geen definitief besluit is genomen.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 19 september 2001.

Voor de Commissie

Franz Fischler

Lid van de Commissie

(1) PB L 160 van 26.6.1999, blz. 21.

(2) PB L 201 van 26.7.2001, blz. 1.

(3) PB L 224 van 18.8.1990, blz. 29.

(4) PB L 62 van 15.3.1993, blz. 49.

(5) PB L 395 van 30.12.1989, blz. 13.

(6) PB L 3 van 6.1.2001, blz. 7.

(7) PB L 127 van 9.5.2001, blz. 33.

Top