Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 31996R0230

    Verordening (EG) nr. 230/96 van de Commissie van 7 februari 1996 betreffende de verlenging van invoervergunningen voor de kwantitatieve contingenten die in 1996 van toepassing zijn op bepaalde produkten van oorsprong uit de Volksrepubliek China

    PB L 30 van 8.2.1996, p. 32–32 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)

    Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 31/12/1996

    ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/1996/230/oj

    31996R0230

    Verordening (EG) nr. 230/96 van de Commissie van 7 februari 1996 betreffende de verlenging van invoervergunningen voor de kwantitatieve contingenten die in 1996 van toepassing zijn op bepaalde produkten van oorsprong uit de Volksrepubliek China

    Publicatieblad Nr. L 030 van 08/02/1996 blz. 0032 - 0032


    VERORDENING (EG) Nr. 230/96 VAN DE COMMISSIE van 7 februari 1996 betreffende de verlenging van invoervergunningen voor de kwantitatieve contingenten die in 1996 van toepassing zijn op bepaalde produkten van oorsprong uit de Volksrepubliek China

    DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

    Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

    Gelet op Verordening (EG) nr. 520/94 van de Raad van 7 maart 1994 houdende de totstandbrenging van een communautaire procedure voor het beheer van de kwantitatieve contingenten (1), gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 138/96 (2), inzonderheid op artikel 17, lid 2,

    Overwegende dat bij Verordening (EG) nr. 1732/95 van de Commissie (3) een aantal bepalingen is vastgesteld voor het beheer van de kwantitatieve contingenten die in 1996 van toepassing zijn op bepaalde produkten van oorsprong uit de Volksrepubliek China; dat volgens artikel 7 van die verordening de geldigheidsduur van invoervergunningen voor deze contingenten in principe negen maanden bedraagt vanaf 1 januari 1996, doch dat in bepaalde gevallen verlenging mogelijk is;

    Overwegende dat bij Verordening (EG) nr. 2319/95 van de Commissie (4) voor die contingenten de aan de importeurs toe te wijzen hoeveelheden zijn vastgesteld;

    Overwegende dat bij Verordening (EG) nr. 138/96 artikel 2, lid 5, van Verordening (EG) nr. 520/94 in zodanige zin is gewijzigd, dat hoeveelheden die in een bepaalde contingentperiode niet zijn benut in de volgende contingentperiode kunnen worden toegewezen; dat een geldigheidsduur van invoervergunningen die gelijk is aan de duur van de contingentperiode niet meer onverenigbaar is met het streven naar optimale benutting van de contingenten;

    Overwegende dat, gezien het bijzondere karakter van de handel in de produkten waarop deze contingenten betrekking hebben, het aanbeveling verdient de geldigheidsduur van uit hoofde van Verordening (EG) nr. 2319/95 afgegeven vergunningen te verlengen tot en met 31 december 1996;

    Overwegende dat de in deze verordening vervatte maatregelen in overeenstemming zijn met het advies van het Comité contingentenbeheer dat bij Verordening (EG) nr. 520/94 is ingesteld,

    HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

    Artikel 1

    De geldigheidsduur van door de bevoegde autoriteiten van de Lid-Staten uit hoofde van Verordening (EG) nr. 2319/95 afgegeven vergunningen wordt verlengd tot en met 31 december 1996.

    Op verzoek van een importeur vermeldt de bevoegde autoriteit die de invoervergunning heeft afgegeven daarop de aldus gewijzigde laatste dag van geldigheid. Deze vermelding wordt kosteloos aangebracht en door de bevoegde autoriteiten gewaarmerkt.

    Artikel 2

    Deze verordening treedt in werking op de derde dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen.

    Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat.

    Gedaan te Brussel, 7 februari 1996.

    Voor de Commissie

    Leon BRITTAN

    Vice-Voorzitter

    (1) PB nr. L 66 van 10. 3. 1994, blz. 1.

    (2) PB nr. L 21 van 27. 1. 1996, blz. 6.

    (3) PB nr. L 165 van 15. 7. 1995, blz. 6.

    (4) PB nr. L 234 van 3. 10. 1995, blz. 16.

    Top