Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 31995R1843

    Verordening (EG) nr. 1843/95 van de Commissie van 26 juli 1995 tot vaststelling, voor 1995, van bepalingen voor de uitvoering van de tariefcontingenten van rundvlees waarin is voorzien bij de overeenkomsten betreffende vrijhandel tussen de Gemeenschap, enerzijds, en Letland, Estland en Litouwen, anderzijds

    PB L 177 van 28.7.1995, p. 19–22 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)

    Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 31/12/1995

    ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/1995/1843/oj

    31995R1843

    Verordening (EG) nr. 1843/95 van de Commissie van 26 juli 1995 tot vaststelling, voor 1995, van bepalingen voor de uitvoering van de tariefcontingenten van rundvlees waarin is voorzien bij de overeenkomsten betreffende vrijhandel tussen de Gemeenschap, enerzijds, en Letland, Estland en Litouwen, anderzijds

    Publicatieblad Nr. L 177 van 28/07/1995 blz. 0019 - 0022


    VERORDENING (EG) Nr. 1843/95 VAN DE COMMISSIE van 26 juli 1995 tot vaststelling, voor 1995, van bepalingen voor de uitvoering van de tariefcontingenten van rundvlees waarin is voorzien bij de overeenkomsten betreffende vrijhandel tussen de Gemeenschap, enerzijds, en Letland, Estland en Litouwen, anderzijds

    DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

    Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

    Gelet op Verordening (EG) nr. 1275/95 van de Raad van 29 mei 1995 houdende vaststelling van bepaalde procedures ter uitvoering van de Overeenkomst betreffende vrijhandel en met handel verband houdende zaken tussen de Europese Gemeenschap, de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie en de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal enerzijds en de Republiek Estland anderzijds (1), en met name op artikel 1,

    Gelet op Verordening (EG) nr. 1276/95 van de Raad van 29 mei 1995 houdende vaststelling van bepaalde procedures ter uitvoering van de Overeenkomst betreffende vrijhandel en met handel verband houdende zaken tussen de Europese Gemeenschap, de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie en de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal enerzijds en de Republiek Letland anderzijds (2), en met name op artikel 1,

    Gelet op Verordening (EG) nr. 1277/95 van de Raad van 29 mei 1995 houdende vaststelling van bepaalde procedures ter uitvoering van de Overeenkomst betreffende vrijhandel en met handel verband houdende zaken tussen de Europese Gemeenschap, de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie en de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal enerzijds en de Republiek Litouwen anderzijds (3), en met name op artikel 1,

    Gelet op Verordening (EEG) nr. 805/68 van de Raad van 27 juni 1968 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector rundvlees (4), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 424/95 (5), en met name op artikel 9, lid 2,

    Overwegende dat de overeenkomsten inzake vrijhandel voorzien in een aantal jaarlijkse tariefcontingenten voor produkten op basis van rundvlees; dat voor de invoer binnen deze contingenten een verlaging van 60 % van de in het gemeenschappelijk douanetarief (GDT) vastgestelde rechten geldt; dat de bepalingen voor de uitvoering van deze contingenten voor 1995 moeten worden vastgesteld;

    Overwegende dat, mede gelet op de in bovengenoemde overeenkomsten opgenomen maatregelen om de oorsprong van de produkten te waarborgen, dient te worden gezorgd voor het beheer van de regelingen via invoercertificaten; dat te dien einde met name de voorschriften betreffende de indiening van de aanvragen moeten worden vastgesteld en moet worden bepaald welke gegevens de aanvragen en de certificaten moeten bevatten, in afwijking van een aantal bepalingen van Verordening (EEG) nr. 3719/88 van de Commissie van 16 november 1988 houdende gemeenschappelijke uitvoeringsbepalingen inzake het stelsel van invoer-, uitvoer- en voorfixatiecertificaten voor landbouwprodukten (6), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1199/95 (7), en van Verordening (EG) nr. 1445/95 van de Commissie van 26 juni 1995 houdende bijzondere bepalingen voor de invoer- en uitvoercertificatenregeling in de sector rundvlees en tot intrekking van Verordening (EEG) nr. 2377/80 (8); dat bovendien moet worden bepaald dat de certificaten na afloop van een bedenktijd worden afgegeven en dat de aangevraagde hoeveelheden eventueel met een uniform percentage worden verminderd;

    Overwegende dat, met het oog op een doeltreffend beheer van de bedoelde regelingen, moet worden bepaald dat de zekerheid voor in het kader van de regelingen afgegeven invoercertificaten op 12 ecu per 100 kg wordt vastgesteld; dat, vanwege het aan deze regelingen inherente gevaar van speculatie in de sector rundvlees, nauwkeurig de voorwaarden dienen te worden vastgesteld waarop de marktdeelnemers van de bedoelde regelingen gebruik kunnen maken;

    Overwegende dat de in deze verordening vervatte maatregelen in overeenstemming zijn met het advies van het Comité van beheer voor rundvlees,

    HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

    Artikel 1

    1. Voor 1995 mag in het kader van de tariefcontingenten waarin is voorzien bij de overeenkomsten betreffende vrijhandel tussen de Gemeenschap en Litouwen, Letland en Estland, overeenkomstig de bepalingen van deze verordening worden ingevoerd:

    - 1 500 ton rundvlees, vers, gekoeld of bevroren, van de GN-codes 0201 en 0202, van oorsprong uit Litouwen, Letland en Estland;

    - 150 ton produkten van GN-code 1602 50 10, van oorsprong uit Letland.

    2. De in het gemeenschappelijk douanetarief (GDT) vastgestelde douanerechten worden voor de in lid 1 vermelde hoeveelheden met 60 % verminderd.

    Artikel 2

    1. Voor de toepassing van de in artikel 1 bedoelde invoerregelingen gelden de onderstaande voorwaarden:

    a) degene die het invoercertificaat aanvraagt moet een natuurlijke of rechtspersoon zijn en moet bij de indiening van de aanvraag ten genoegen van de bevoegde instanties van de betrokken Lid-Staat aantonen dat hij in de laatste twaalf maanden een commerciële activiteit uitgeoefend heeft in het handelsverkeer in rundvlees met landen die per 31 december 1994 door hem als derde land moet worden beschouwd; de aanvrager moet ingeschreven zijn in een nationaal BTW-register;

    b) de certificaataanvraag mag slechts worden ingediend in de Lid-Staat waar de aanvrager is ingeschreven;

    c) de certificaataanvraag dient betrekking te hebben op de in artikel 1, lid 1, eerste, respectievelijk tweede, streepje, bedoelde hoeveelheden en op ten minste 15 ton vlees in produktgewicht, maar niet op meer dan de beschikbare hoeveelheid;

    d) op de certificaataanvraag en het certificaat moet in vak 7 het land van herkomst en in vak 8 het land van oorsprong worden vermeld; het certificaat brengt de verplichting met zich om uit de aangegeven landen in te voeren, d.w.z.

    - bij toepassing van artikel 1, lid 1, eerste streepje, uit één van de aangegeven landen,

    - bij toepassing van artikel 1, lid 1, tweede streepje, uit het daarin aangegeven land;

    e) op de certificaataanvraag en het certificaat moet in vak 20 ten minste een van de volgende vermeldingen worden aangebracht:

    - Reglamento (CE) n° 1843/95,

    - Forordning (EF) nr. 1843/95,

    - Verordnung (EG) Nr. 1843/95,

    - Êáíïíéóìueò (AAÊ) áñéè. 1843/95,

    - Regulation (EC) No 1843/95,

    - Règlement (CE) n° 1843/95,

    - Regolamento (CE) n. 1843/95,

    - Verordening (EG) nr. 1843/95,

    - Regulamento (CE) nº 1843/95,

    - Asetus (EY) N :o 1843/95,

    - Foerordning (EG) nr 1843/95.

    2. In afwijking van artikel 5 van Verordening (EG) nr. 1445/95 mogen op de certificaataanvraag en op het certificaat in vak 16 een of meer codes van de GN-codes 0201 en 0202 worden vermeld.

    Artikel 3

    1. Certificaataanvragen kunnen alleen van 27 september tot en met 4 oktober 1995 worden ingediend.

    2. Wanneer een gegadigde meer dan één aanvraag indient voor:

    a) de in artikel 1, lid 1, eerste streepje, bedoelde produkten, of b) de in artikel 1, lid 1, tweede streepje, bedoelde produkten,

    is geen van zijn aanvragen voor de in dat streepje bedoelde produkten ontvankelijk.

    3. De Lid-Staten delen de Commissie uiterlijk op 18 oktober 1995 de gegevens over de ingediende aanvragen mee. Deze mededeling omvat de lijst van de aanvragers, onderverdeeld naar aangevraagde hoeveelheden, GN-code, en land van oorsprong van de produkten.

    Alle mededelingen, ook de mededeling dat geen aanvragen zijn ingediend, worden per telex of per fax toegezonden, waarbij, wanneer aanvragen zijn ingediend, het model van de bijlage dient te worden gevolgd.

    4. De Commissie beslist zo spoedig mogelijk en voor de produkten vermeld in elk streepje van artikel 1, lid 1, in welke mate aan de certificaataanvragen gevolg kan worden gegeven. Indien certificaten zijn aangevraagd voor grotere hoeveelheden dan er beschikbaar zijn, stelt de Commissie een uniform percentage vast waarmee de aangevraagde hoeveelheden voor de in het betrokken streepje van artikel 1, lid 1, vermelde produkten worden verminderd.

    5. Onder voorbehoud van aanvaarding van de aanvragen door de Commissie, worden de certificaten zo spoedig mogelijk afgegeven.

    6. De afgelopen certificaten zijn geldig in de hele Gemeenschap.

    Artikel 4

    1. Onverminderd het bepaalde in deze verordening zijn de Verordeningen (EEG) nr. 3719/88 en (EG) nr. 1445/95 van toepassing.

    2. Voor invoertransacties overeenkomstig artikel 8, lid 4, van Verordening (EEG) nr. 3719/88 wordt op de hoeveelheden boven de op het invoercertificaat aangegeven hoeveelheden het volledige in het GDT vastgestelde douanerecht geheven.

    3. In afwijking van artikel 9, lid 1, van Verordening (EEG) nr. 3719/88 zijn de krachtens deze verordening afgegeven certificaten niet overdraagbaar.

    4. In afwijking van de artikelen 3 en 4 van Verordening (EG) nr. 1445/95 wordt de voor de certificaten te stellen zekerheid op 12 ecu per 100 kg netto produktgewicht vastgesteld en loopt de geldigheidsduur van de afgegeven certificaten af op 31 december 1995.

    Artikel 5

    De produkten mogen slechts in het vrije verkeer worden gebracht als een door het land van oorsprong afgegeven certificaat inzake goederenverkeer EUR.1 wordt overgelegd, overeenkomstig protocol nr. 3 dat aan de overeenkomsten betreffende vrijhandel is gehecht.

    Artikel 6

    Deze verordening treedt in werking op de derde dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen.

    Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat.

    Gedaan te Brussel, 26 juli 1995.

    Voor de Commissie Franz FISCHLER Lid van de Commissie

    BIJLAGE

    >BEGIN VAN DE GRAFIEK>

    Fax (Commissie): (32-2) 296 60 27 (Toepassing van Verordening (EG) nr. 1843/95) COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN DG VI/D/2 - SECTOR RUNDVLEES AANVRAAG VAN INVOERCERTIFICATEN MET VERLAAGDE GDT-RECHTEN Datum: Periode:

    Lid-Staat: Land van oorsprong Volgnummer Aanvrager (naam en adres) Hoeveelheid (in ton) GN-code Totale aangevraagde hoeveelheid Lid-Staat: Fax nr.:

    Telefoon nr.:

    >EIND VAN DE GRAFIEK>

    Top