EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 31994R3316

Verordening (EG) nr. 3316/94 van de Raad van 22 december 1994 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 355/94 door de invoering van een tijdelijke afwijkende maatregel voor Oostenrijk inzake douanefranchises

PB L 350 van 31.12.1994, p. 12–12 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT)

Dit document is verschenen in een speciale editie. (FI, SV)

Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 31/12/1997; stilzwijgende opheffing door 398R2744

ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/1994/3316/oj

31994R3316

Verordening (EG) nr. 3316/94 van de Raad van 22 december 1994 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 355/94 door de invoering van een tijdelijke afwijkende maatregel voor Oostenrijk inzake douanefranchises

Publicatieblad Nr. L 350 van 31/12/1994 blz. 0012 - 0012
Bijzondere uitgave in het Fins: Hoofdstuk 2 Deel 15 blz. 0003
Bijzondere uitgave in het Zweeds: Hoofdstuk 2 Deel 15 blz. 0003


VERORDENING (EG) Nr. 3316/94 VAN DE RAAD van 22 december 1994 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 355/94 door de invoering van een tijdelijke afwijkende maatregel voor Oostenrijk inzake douanefranchises

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Toetredingsverdrag van 1994, inzonderheid op artikel 2, lid 3, en op de Toetredingsakte van 1994, inzonderheid op artikel 151, lid 2,

Gezien het voorstel van de Commissie,

Overwegende dat de Republiek Oostenrijk op 5 september 1994 heeft verzocht om een afwijkende maatregel in de trant van die welke met ingang van 1 april 1994 van toepassing is op de Bondsrepubliek Duitsland op grond van het bepaalde in artikel 2, tweede alinea, van Verordening (EG) nr. 355/94 (1); dat Verordening (EG) nr. 355/94 voorziet in een verhoging van het niveau van de vrijstellingen voor reizigers uit derde landen;

Overwegende dat dit verzoek vooral betrekking heeft op de handhaving tot 1 januari 1998 van de drempel die momenteel in Oostenrijk van toepassing is op de invoer van goederen door reizigers die haar grondgebied betreden via andere landgrenzen dan die met de overige Lid-Staten of met de leden van de Europese Vrijhandelsassociatie (EVA);

Overwegende dat rekening dient te worden gehouden met de economische moeilijkheden die in Oostenrijk kunnen worden veroorzaakt door de bedragen van de vrijstellingen in dat reizigersverkeer;

Overwegende dat evenwel dient te worden voorkomen dat de mededinging wordt verstoord ten gevolge van de toepassing van verschillende drempels bij de overschrijding van de buitengrenzen van de Gemeenschap met niet tot de EVA behorende landen; dat het van belang is dat de Bondsrepubliek Duitsland en de Republiek Oostenrijk een drempel van een zelfde bedrag toepassen op de invoer in hun grondgebied van goederen door reizigers uit genoemde landen,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Artikel 2, tweede alinea, van Verordening (EG) nr. 355/94 wordt vervangen door:

"Voor de Bondsrepubliek Duitsland en de Republiek Oostenrijk is deze verordening echter van toepassing met ingang van 1 januari 1998 voor goederen die worden ingevoerd door reizigers die het Duitse of het Oostenrijkse grondgebied betreden via andere landgrenzen dan die met de overige Lid-Staten of met de EVA-landen, dan wel, voor zover van toepassing, via de kustvaart vanuit de genoemde landen.

Deze Lid-Staten passen echter met ingang van het in werking treden van het Toetredingsverdrag van 1994 een vrijstelling toe die niet lager mag zijn dan 75 ecu op de invoer door de in de vorige alinea bedoelde reizigers.".

Artikel 2

Deze verordening treedt op dezelfde dag in werking als het Toetredingsverdrag van 1994.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat.

Gedaan te Brussel, 22 december 1994.

Voor de Raad

De Voorzitter

H. SEEHOFER

(1) PB nr. L 46 van 18. 2. 1994, blz. 5.

Top