Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 31992D0052

    92/52/EEG: Beschikking van de Commissie van 19 december 1991 houdende machtiging van het Koninkrijk Spanje om zaaizaad van harde tarwe dat niet aan de eisen van Richtlijn 66/402/EEG van de Raad voldoet tijdelijk tot de handel toe te laten

    PB L 21 van 30.1.1992, p. 32–33 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT)

    Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 31/03/1992

    ELI: http://data.europa.eu/eli/dec/1992/52/oj

    31992D0052

    92/52/EEG: Beschikking van de Commissie van 19 december 1991 houdende machtiging van het Koninkrijk Spanje om zaaizaad van harde tarwe dat niet aan de eisen van Richtlijn 66/402/EEG van de Raad voldoet tijdelijk tot de handel toe te laten

    Publicatieblad Nr. L 021 van 30/01/1992 blz. 0032 - 0033


    BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE van 19 december 1991 houdende machtiging van het Koninkrijk Spanje om zaaizaad van harde tarwe dat niet aan de eisen van Richtlijn 66/402/EEG van de Raad voldoet tijdelijk tot de handel toe te laten (92/52/EEG)

    DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

    Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap,

    Gelet op Richtlijn 66/402/EEG van de Raad van 14 juni 1966 betreffende het in de handel brengen van zaaigranen (1), laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 90/654/EEG (2), en met name op artikel 17,

    Gezien het verzoek van het Koninkrijk Spanje,

    Overwegende dat in Spanje de zaaizaadproduktie van harde tarwe die aan de eisen van Richtlijn 66/402/EEG voldoet, in 1991 niet toereikend was om in de behoeften van dat land te voorzien;

    Overwegende dat in deze behoeften niet in voldoende mate kan worden voorzien met zaad uit de overige Lid-Staten of uit derde landen dat aan alle in voornoemde richtlijn gestelde eisen voldoet;

    Overwegende dat het Koninkrijk Spanje derhalve moet worden gemachtigd om gedurende een periode die op 31 maart 1992 afloopt, zaaizaad van bovengenoemde soort, waarvoor minder strenge eisen gelden, tot de handel toe te laten;

    Overwegende dat het bovendien dienstig is de overige Lid-Staten die in de behoeften van Spanje kunnen voorzien met zaad dat niet aan de eisen van voornoemde richtlijn voldoet, te machtigen dit zaad tot de handel toe te laten, mits het voor Spanje bestemd is;

    Overwegende dat de in deze beschikking vervatte maatregelen in overeenstemming zijn met het advies van het Permanent Comité voor teeltmateriaal voor land-, tuin- en bosbouw,

    HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING GEGEVEN:

    Artikel 1

    Het Koninkrijk Spanje wordt gemachtigd om tot en met 31 maart 1992 op zijn grondgebied ten hoogste 1 415 ton zaaizaad van harde tarwe (Triticum durum Desf.) van zeer vroege rassen met kort stro, van de categorieën "gecertificeerd zaaizaad, eerste vermeerdering" en "gecertificeerd zaaizaad, tweede vermeerdering", dat niet aan de voorwaarden van bijlage II bij Richtlijn 66/402/EEG voldoet voor wat de minimumkiemkracht betreft, tot de handel toe te laten, mits aan de volgende eisen wordt voldaan:

    a) de kiemkracht moet ten minste 80 % van het zuivere zaad bedragen;

    b) op het officiële etiket moeten de volgende vermeldingen voorkomen:

    - "Minimumkiemkracht 80 %",

    - "Uitsluitend bestemd voor Spanje".

    Artikel 2

    De overige Lid-Staten worden gemachtigd om, met inachtneming van de in artikel 1 gestelde voorwaarden, de afzet van ten hoogste 1 415 ton zaaizaad van harde tarwe op hun grondgebied toe te staan, mits het zaad uitsluitend voor Spanje bestemd is. Op het etiket moeten de in artikel 1, onder b), bedoelde vermeldingen voorkomen.

    Artikel 3

    De Lid-Staten delen de Commissie vóór 31 mei 1992 mee hoeveel zaad op grond van deze beschikking op hun grondgebied in de handel is gebracht. De Commissie stelt de andere Lid-Staten daarvan in kennis.

    Artikel 4

    Deze beschikking is gericht tot de Lid-Staten. Gedaan te Brussel, 19 december 1991. Voor de Commissie

    Ray MAC SHARRY

    Lid van de Commissie

    (1) PB nr. 125 van 11. 7. 1966, blz. 2309/66. (2) PB nr. L 353 van 17. 12. 1990, blz. 48.

    Top