Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 31985D0474

    85/474/EEG: Beschikking van de Commissie van 16 september 1985 inzake de aanvragen om vergoeding en de voorschotaanvragen voor de maatregelen in het raam van bepaalde acties voor de aanpassing van de capaciteit in de visserijsector

    PB L 284 van 24.10.1985, p. 1–7 (DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL)

    Dit document is verschenen in een speciale editie. (ES, PT, CS, ET, LV, LT, HU, MT, PL, SK, SL, BG, RO)

    Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 02/02/1002

    ELI: http://data.europa.eu/eli/dec/1985/474/oj

    31985D0474

    85/474/EEG: Beschikking van de Commissie van 16 september 1985 inzake de aanvragen om vergoeding en de voorschotaanvragen voor de maatregelen in het raam van bepaalde acties voor de aanpassing van de capaciteit in de visserijsector

    Publicatieblad Nr. L 284 van 24/10/1985 blz. 0001 - 0007
    Bijzondere uitgave in het Spaans: Hoofdstuk 04 Deel 4 blz. 0010
    Bijzondere uitgave in het Portugees: Hoofdstuk 04 Deel 4 blz. 0010


    BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE

    van 16 september 1985

    inzake de aanvragen om vergoedingen en de voorschotaanvragen voor de maatregelen in het raam van bepaalde acties voor de aanpassing van de capaciteit in de visserijsector

    (85/474/EEG)

    DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap,Gelet op Richtlijn 83/515/EEG van de Raad van 4 oktober 1983 inzake bepaalde acties voor de aanpassing van de capaciteit in de visserijsector (1), en met name op artikel 10, lid 4,Overwegende dat in de door de Lid-Staten bij de Commissie in te dienen aanvragen om vergoeding en voorschotaanvragen bepaalde gegevens dienen te worden vermeld aan de hand waarvan kan worden nagegaan of de uitgaven met Richtlijn 83/515/EEG in overeenstemming zijn en betrekking hebben op acties die overeenkomstig artikel 7 van de richtlijn door de Commissie zijn goedgekeurd;Overwegende dat, met het oog op een efficiënte controle de Lid-Staten de bewijsstukken aan de hand waarvan de steun is berekend, gedurende drie jaar na de uitkering van de laatste vergoeding ter beschikking van de Commissie dienen te houden;Overwegende dat ten aanzien van de aan de Commissie geboden mogelijkheid om voorschotten uit te keren de daartoe nodige voorschriften en de procedures dienen te worden vastgesteld;Overwegende dat de in deze beschikking vervatte maatregelen in overeenstemming zijn met het advies van het Permanent Comité voor de visserijstructuur,HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING GEGEVEN:

    Artikel 1

    De in artikel 10, lid 1, van Richtlijn 83/515/EEG bedoelde

    vergoedingsaanvragen dienen volgens de tabellen 1, 2 en 3 te worden opgesteld.

    Artikel 2

    De Lid-Staten houden gedurende drie jaar na de uitkering van de laatste vergoeding alle bewijsstukken of voor eensluidend gewaarmerkte afschriften aan de hand waarvan de in Richtlijn 83/515/EEG bedoelde steun is berekend, alsmede de volledige dossiers betreffende de begunstigden, ter beschikking van de Commissie.

    Artikel 3

    De in artikel 10, lid 3, van Richtlijn 83/515/EEG bedoelde voorschotten dienen door de betrokken Lid-Staat te worden aangevraagd. De aanvraag wordt opgesteld volgens het model van bijlage 4.

    Artikel 4

    1. De voorschotten mogen niet meer bedragen dan 25 % van de geraamde subsidiabele uitgaven in het betrokken jaar.2. De voorschotten die niet worden besteed in het jaar waarvoor zij zijn uitgekeerd, worden verrekend met het voorschot voor het volgende jaar. De Commissie kan van de betrokken Lid-Staat volledige of gedeeltelijke terugbetaling van het uitgekeerde voorschot eisen, indien deze verrekening niet mogelijk is.

    Artikel 5

    1. De Lid-Staten stellen aan het einde van elk jaar waarvoor de Lid-Staten voorschotten zijn uitgekeerd, een verslag op over het verloop van de acties tijdens dat jaar. Dat

    verslag dient uiterlijk op 1 juni van het daaropvolgende jaar bij de Commissie te zijn ontvangen.

    2. Voorschotten voor het volgende jaar mogen niet worden uitgekeerd alvorens het in lid 1 bedoelde verslag aan de Commissie is toegezonden.

    Artikel 6

    De lijst van de vaartuigen waarvoor de beëindigingspremie is uitgekeerd, wordt opgesteld in de vorm van een kaartsysteem waarin voor elk vaartuig een fiche naar het model van bijla-

    ge 5 wordt opgenomen. De lijst moet vóór de indiening van

    de vergoedingsaanvraag aan de Commissie worden toegezonden.

    Artikel 7

    De beschikking is gericht tot de Lid-Staten.

    Gedaan te Brussel, 16 september 1985.Voor de Commissie

    Frans ANDRIESSEN

    Vice-Voorzitter

    (1) PB nr. L 290 van 22. 10. 1983, blz. 15.

    BIJLAGE 1

    AANVRAAG OM VERGOEDING VAN DE IN 19.. GEDANE UITGAVEN IN HET RAAM VAN RICHTLIJN 83/515/EEG VAN DE RAAD

    VERZAMELTABEL

    (In nationale valuta)

    >RUIMTE VOOR DE TABEL>

    Hierbij wordt het volgende bevestigd:

    Bepalingen inzake alle maatregelen

    - de uitgaven waarvoor vergoeding wordt gevraagd hebben betrekking op de maatregelen die door de

    Commissie zijn goedgekeurd bij Beschikking ..................... van .....................

    - de begunstigden zijn naar behoren van het percentage van de financiële bijdrage van de Gemeenschap in kennis gesteld.

    Bepalingen inzake de acties tot definitieve verlaging van de produktiecapaciteit

    De vergoeding wordt slechts gevraagd voor vissersvaartuigen met een lengte tussen de loodlijnen van 12 meter of langer waarmee in het kalenderjaar dat voorafgaat aan het jaar waarin de beëindigingspremie wordt aangevraagd, gedurende ten minste 100 dagen de visserij is beoefend. De bevoegde instantie heeft de nodige maatregelen genomen om ervoor te zorgen dat de vaartuigen waarvoor een beëindigingspremie is uitgekeerd en waarvan de lijst in de bijlage is opgenomen, definitief van uitoefening van de visserij in de wateren van de Gemeenschap worden uitgesloten.

    Bepalingen inzake de acties tot tijdelijke verlaging van de produktiecapaciteit

    De vergoeding wordt alleen gevraagd voor vaartuigen met een lengte tussen de loodlijnen van 18 meter of langer die na 1 januari 1958 in bedrijf zijn genomen. Met de vaartuigen waarvoor vergoeding van de stilligpremie wordt aangevraagd, moet in het kalenderjaar dat voorafgaat aan het jaar waaarin de eerste aanvraag voor een dergelijke premie wordt ingediend, gedurende tenminste 120 dagen de visserij zijn beoefend.

    Datum, stempel en handtekening van de bevoegde instantie

    BIJLAGE 2

    AANVRAAG OM VERGOEDING VOOR IN 19.. GEDANE UITGAVEN OP GROND VAN ARTIKEL 3 VAN RICHTLIJN 83/515/EEG (TIJDELIJKE VERLAGING VAN DE PRODUKTIECAPACITEIT)

    >RUIMTE VOOR DE TABEL>

    BIJLAGE 3

    AANVRAAG OM VERGOEDING VOOR DE IN 19.. GEDANE UITGAVEN OP GROND VAN ARTIKEL 5 VAN RICHTLIJN 83/515/EEG (DEFINITIEVE VERLAGING VAN DE PRODUKTIECAPACITEIT)

    >RUIMTE VOOR DE TABEL>

    BIJLAGE 4

    AANVRAAG OM EEN VOORSCHOT VOOR HET JAAR 19.. OP GROND VAN RICHTLIJN 83/515/EEG

    >RUIMTE VOOR DE TABEL>

    1. Geraamde subsidiabele uitgaven in het jaar= .............................. (nationale valuta)

    2. Gevraagd voorschot (ten hoogste 25 % van 1)= .............................. (nationale valuta)

    >RUIMTE VOOR DE TABEL>

    1. Geraamde subsidiabele uitgaven in het jaar= .............................. (nationale valuta)

    2. Gevraagd voorschot (ten hoogste 25 % van 1)= .............................. (nationale valuta)

    Datum, stempel en handtekening van de bevoegde instantie

    BIJLAGE 5

    IDENTIFICATIEFICHE VOOR ELK VAARTUIG WAARVOOR EEN BEËINDIGINGSPREMIE IS VERLEEND

    1. Identificatie vóór de overdacht

    Naam van het vaartuig of

    laatste kentekennummer:

    Bouwjaar: Scheepswerf die het vaartuig heeft gebouwd:

    Type van het vaartuig: Radio code

    (indien beschikbaar:

    Lengte over alles:

    Lengte tussen

    de loodlijnen:

    BRT:

    PK of kW:

    2. Geschrapt uit het register van visserijvaartuigen op:

    Bestemming van het vaartuig:

    - sloopq

    - definitieve overbrenging naar een derde land (¹)q

    - andere doeleinden dan voor visserij (²)q

    3. Bedrag van de door de Lid-Staat uitgekeerde premie: ................................... (nationale valuta)

    Hierbij wordt bevestigd dat de hierboven verstrekte gegevens betreffende het betrokken vaartuig juist zijn en aan de werkelijkheid beantwoorden.

    Datum, stempel en handtekening van de bevoegde instantie

    (¹) Land van bestemming: (²) Aard van het gebruik nader specificeren:

    Top