EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 31980D0877

80/877/EEG: Besluit van de Raad van 15 september 1980 houdende instelling van een financiële steun van de Gemeenschap voor de uitroeiing van de Afrikaanse varkenspest in Portugal

PB L 250 van 23.9.1980, p. 12–13 (DA, DE, EN, FR, IT, NL)

Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 30/06/1986

ELI: http://data.europa.eu/eli/dec/1980/877/oj

31980D0877

80/877/EEG: Besluit van de Raad van 15 september 1980 houdende instelling van een financiële steun van de Gemeenschap voor de uitroeiing van de Afrikaanse varkenspest in Portugal

Publicatieblad Nr. L 250 van 23/09/1980 blz. 0012 - 0013


BESLUIT VAN DE RAAD van 15 september 1980 houdende instelling van een financiële steun van de Gemeenschap voor de uitroeiing van de Afrikaanse varkenspest in Portugal (80/877/EEG)

DE RAAD VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap, inzonderheid op artikel 43,

Gezien het voorstel van de Commissie,

Gezien het advies van het Europese Parlement (1),

Overwegende dat de Gemeenschap alle dienstige maatregelen moet nemen om zich tegen het uitbreken van Afrikaanse varkenspest op haar grondgebied te beschermen;

Overwegende dat de Gemeenschap daartoe acties heeft ondernomen en blijft ondernemen, om deze ziekte ver van haar grenzen te houden door de landen waar de ziekte voorkomt te helpen hun profylactische maatregelen te intensiveren;

Overwegende dat de op het Iberische schiereiland ondernomen acties slechts volledig effect zullen sorteren indien zij tot Portugal worden uitgebreid;

Overwegende dat naar de mening van de Portugese overheid de tot dusverre aangewende middelen moeten worden uitgebreid om het hoofddoel, namelijk uitroeiing van de ziekte in het gehele land, te bereiken;

Overwegende dat de Portugese overheid een beroep op de Gemeenschap heeft gedaan om een bijdrage te verkrijgen in de uitgaven verbonden aan de doeltreffende uitvoering van een programma voor de totale uitroeiing van de ziekte;

Overwegende dat dit verzoek ingewilligd dient te worden door steun aan Portugal te verlenen, met name gezien de door dit land aangegane verbintenis om de Gemeenschap tegen Afrikaanse varkenspest te beschermen en deze ziekte in het kader van een vijfjarig uitroeiingsprogramma, geheel te doen verdwijnen;

Overwegende dat dit uitroeiingsprogramma bepaalde maatregelen moet omvatten die de doeltreffendheid van de actie waarborgen ; dat deze maatregelen naar gelang van de ontwikkeling van de situatie moeten kunnen worden aangepast volgens een procedure waarbij de Lid-Staten en de Commissie nauw zijn betrokken;

Overwegende dat ervoor moet worden gezorgd dat de Lid-Staten regelmatig op de hoogte worden gehouden van het verloop van de gehele actie,

BESLUIT:

Artikel 1

De Gemeenschap draagt financieel bij in de uitroeiing van Afrikaanse varkenspest in Portugal.

Artikel 2

De bijdrage wordt uitbetaald op voorwaarde dat de Portugese overheid een uitroeiingsprogramma opstelt dat de uitroeiing van de ziekte binnen een termijn van vijf jaar ten doel heeft en voldoet aan de bepalingen van artikel 3, en dat dit programma overeenkomstig artikel 4 is goedgekeurd.

Dit programma moet in uitvoering worden gebracht uiterlijk op de door de Commissie in haar goedkeuringsbesluit vastgestelde datum.

Artikel 3

Het in artikel 2 bedoelde uitroeiingsprogramma moet, behalve in de onmiddellijke slachting en vernietiging van alle varkens in bedrijven waar een geval van Afrikaanse varkenspest is ontdekt en in bedrijven die op grond van de uitslag van een epidemiologisch onderzoek als besmet kunnen worden beschouwd, met name voorzien in: a) ontsmetting en verdelging van insecten en ratten op de bedrijven na verwijdering van de varkens;

b) een termijn voordat herbevolking van de gesaneerde bedrijven plaatsvindt, alsmede gezondheidscontrole van de varkens voordat ze in deze bedrijven worden binnengebracht;

c) instelling op het gehele grondgebied van een strikte controle op het vervoer van varkens, met inbegrip van slachtvarkens;

d) verplichting om de varkens te slachten in bedrijven die onder permanente veterinaire controle staan;

e) totstandbrenging van besmettingsvrije zones en bescherming van deze zones door het bevorderen van geïntegreerde varkenshouderijen of, zo nodig, instelling van een controle op de bevolking van deze veehouderijen door middel van een observatiequarantaine op de plaats van oorsprong van de dieren en een tweede observatieperiode van de gehele partij bij aankomst voor de integratie ervan; (1)PB nr. C 175 van 14.7.1980, blz. 78.

f) bescherming van de besmettingsvrije zones door een versterking van de controle op het vervoer van de varkens die in deze zones binnenkomen, ongeacht hun bestemming, en door een verbod op het vrij laten rondlopen van varkens en op het houden van varkensmarkten;

g) slachtvergoedingen die zodanig berekend zijn dat de veehouders op passende wijze schadeloos worden gesteld;

h) controle van de invoer;

i) alle passende maatregelen om te voorkomen dat de epizoötie zich naar de Gemeenschap uitbreidt.

Artikel 4

Na onderzoek van het door de Portugese overheid voorgestelde programma en van de eventuele wijzigingen daarin, neemt de Commissie volgens de procedure van artikel 5 een besluit ten aanzien van de goedkeuring van het programma.

Artikel 5

1. In de gevallen waarin wordt verwezen naar de in dit artikel omschreven procedure, leidt de voorzitter van het bij besluit van de Raad van 15 oktober 1968 ingestelde Permanent Veterinair Comité, hierna het "Comité" genoemd, deze procedure, hetzij op eigen initiatief, hetzij op verzoek van een Lid-Staat, onverwijld in bij het Comité.

2. In het Comité worden de stemmen van de Lid-Staten gewogen overeenkomstig het bepaalde in artikel 148, lid 2, van het Verdrag. De voorzitter neemt niet deel aan de stemming.

3. De vertegenwoordiger van de Commissie dient een ontwerp in van de te nemen maatregelen. Het Comité brengt over deze maatregelen advies uit binnen een termijn die de voorzitter op grond van de urgentie van de ter behandeling voorgelegde vraagstukken kan vaststellen. Het Comité spreekt zich uit met een meerderheid van eenenveertig stemmen.

4. De Commissie stelt de maatregelen vast en legt deze onmiddellijk ten uitvoer, wanneer zij in overeenstemming zijn met het advies van het Comité. Wanneer zij hiermee niet in overeenstemming zijn of wanneer het Comité geen advies heeft uitgebracht, legt de Commissie onverwijld een voorstel voor aan de Raad betreffende de te nemen maatregelen. De Raad stelt de maatregelen vast met gekwalificeerde meerderheid van stemmen.

Indien de Raad binnen drie maanden na indiening van het voorstel geen maatregelen heeft vastgesteld, stelt de Commissie de voorgestelde maatregelen vast en legt zij deze onmiddellijk ten uitvoer, behalve wanneer de Raad zich met eenvoudige meerderheid van stemmen heeft uitgesproken tegen genoemde maatregelen.

Artikel 6

Artikel 5 is van toepassing tot en met 21 juni 1981.

Artikel 7

1. De voorziene bijstand van de Gemeenschap bedraagt voor de betrokken periode ten hoogste 5 miljoen Europese rekeneenheden.

2. De betaling geschiedt in jaarlijkse tranches binnen de grenzen van de begrotingskredieten en na overlegging van de bewijsstukken aan de Commissie.

Artikel 8

1. De Commissie volgt de ontwikkeling van de Afrikaanse varkenspest in Portugal en de uitvoering van het uitroeiingsprogramma. Zij brengt de Lid-Staten in het Comité regelmatig, ten minste eenmaal per jaar, van een en ander op de hoogte op grond van de van de Portugese overheid verkregen inlichtingen en, eventueel, van de verslagen van voor rekening van de Gemeenschap handelende en door de Commissie aangewezen deskundigen die ter plaatse zijn geweest.

2. De Commissie kan de communautaire steun schorsen indien zij van mening is dat de ontwikkeling van de situatie en de bereikte resultaten zulks wettigen.

3. Wijzigingen die door de Portugese overheid in het oorspronkelijk goedgekeurde programma worden aangebracht, moeten opnieuw worden goedgekeurd uit hoofde van artikel 4.

Gedaan te Brussel, 15 september 1980.

Voor de Raad

De Voorzitter

G. THORN

Top